2758 resultaten - Pagina 152 van 184
... 140 - 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 ...
[6] Hoe hebben dan mensen als Johannes, Jakobus, Petrus en ook Paulus de Heer liefgehad? Hoe beminde iemand als Magdalena Hem en hoe beminden duizend anderen de Heer? Kijk, deze waren helemaal verliefd op de Heer en nog enkele graden sterker dan jij op je lieflijke Mathilde. En juist door zo'n verliefd zijn op de Heer is in deze wezens de basis gelegd, waardoor zij langs de kortst mogelijke weg tot Zijn innigste vrienden en tot meesters in de liefde en wijsheid zijn geworden. Daar achter de Heer staan Petrus, Paulus en Johannes. Ga erheen en vraag hun of ik ook maar één onwaar woord heb gesproken!'Hoofdstuk 97: Liefde voor God en liefde voor de vrouw. Alle liefde moet uitgaan van de liefde voor God. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Hoe heb jij die machtige liefde verworven, waaruit in je hart een wijsheid opwelt die zelden wordt aangetroffen in het vurige hart van een cherubijn? De Heer Zelf heeft me naar jou verwezen; wees daarom zo goed om me daarvoor een richtlijn te geven! Ik heb Jezus de Heer lief uit alle macht en zou echt niet weten hoe ik Hem nog meer zou kunnen liefhebben. Omdat jij het echter weet, zeg me dan hoe datgene wat voor mij tot nu toe onmogelijk was, toch mogelijk kan zijn.'
Hoofdstuk 96: Over de bron van de hoogste wijsheid. Wenken voor het vermeerderen van de liefde tot God: - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Zeg me eens, hoe heb je het voor elkaar gekregen om zo' n enorme wijsheid deelachtig te worden? Bezat je deze op aarde al of kreeg je die pas geleidelijk aan in deze wereld door de almachtige invloed van Jezus Christus, de Heer van eeuwigheid? Wel weet ik uit de mond van God Zelf, dat jouw grote liefde tot Hem je zo'n wijsheid gaf. Maar nu komt de belangrijkste vraag:
Hoofdstuk 96: Over de bron van de hoogste wijsheid. Wenken voor het vermeerderen van de liefde tot God: - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Kijk naar Mijn Johannes! Deze apostel had de machtigste liefde voor Mij en daarom ook de grootste bezieling in het uitbeelden van Mijn woord, en in zijn woorden ligt ook de grootste wijsheid besloten, zoals bij geen andere apostel het geval is. Hem werd daarom ook de diepste openbaring gegeven. Zo kun je de hele geschiedenis van de aarde doorlopen en je zult bij die mensen die het hart op de juiste plaats hebben, de ware lyriek en wijsheid aantreffen.
Hoofdstuk 95: Liefde als oerbron van alle wijsheid en uitdrukkingskracht. Dichtkunst van het verstand en van het gemoed. De bede van de officier om meer liefde, en het antwoord van de Heer. . - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] De sergeant-majoor zegt: 'Geloven maakt weliswaar ook zalig, maar ik houd mij alleen maar aan de zaligheid van de zuivere liefde voor God. De mens heeft één hart en kan bijgevolg ook slechts één ware liefde hebben, waaruit naderhand als die belangrijkste liefde gerijpt is, in de goddelijke ordening alle andere soorten liefde kunnen voortkomen. Dus ben ik van mening dat men eerst volkomen stevig in zijn schoenen moet staan in de liefde voor God; dan pas laten alle andere vormen van liefde zich in een uitstekende harmonie met elkaar brengen. Is men echter nog onzeker in zijn liefde voor God en weet men nauwelijks hoe men God méér kan liefhebben dan een mooi gevormde vrouw... dan, vriend, is de echte wijsheid van de geest nog wat ver weg!
Hoofdstuk 97: Liefde voor God en liefde voor de vrouw. Alle liefde moet uitgaan van de liefde voor God. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Kijk, deze sergeant-majoor bezat altijd een oprechte liefde tot God, die hij echter alleen kende zoals hij Hem uit de Schrift van het verbond had leren kennen. Hij beminde de Godheid dus reeds bovenmate zonder Haar te kennen. Hoe groot moet zijn liefde dan wel worden wanneer hij met de Godheid persoonlijk kennis maakt, zoals nu het geval is! En juist deze liefde geeft hem zo'n lyrische wijsheid. Als jij echter ook een dergelijke wijsheid wilt bezitten, dan moet ook jij je dezelfde liefde eigen maken. Jij bemint Mij wel sterk, maar de sergeant-majoor bemint Mij nog meer. Hoe dit mogelijk is, zal je weldra duidelijk worden.'
Hoofdstuk 95: Liefde als oerbron van alle wijsheid en uitdrukkingskracht. Dichtkunst van het verstand en van het gemoed. De bede van de officier om meer liefde, en het antwoord van de Heer. . - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] Dit ene beeld heb ik onthouden en ik trof er zo'n diepe wijsheid en waarheid in aan, dat ik ervan begon te huiveren. O Heer, hoe kwam deze Jood toch opeens tot zo' n wijsheid en zo' n echt hemelse lyriek? Ook het beeld van de oude ceder van de Libanon, van de toppen van de Ararat, van de Eufraat en de Ganges, van de wieg van Juda, van de bloem der woestijn... O God, wat ligt er in zulke beelden besloten! O Heer, geef mij toch slechts een beetje van de wijsheid van mijn vroegere sergeant-majoor!'
Hoofdstuk 94: De joodse sergeant-majoor, een hartstochtelijke vriend van de Messias in de geest van David. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] De officier zegt na een poos: 'Ik was op aarde en ook hier in deze wereld zijn meerdere. Nu is hij in de wijsheid een serafijn en ben ik met al mijn op aarde verworven theosofische kennis gewoon een ezel! Luister slechts naar deze prachtige beeldspraak. Zelfs al was men een steen, dan zou men bij zo'n rede zo licht als ether worden! Had hij deze toespraak maar opgeschreven; ik zou haar duizend keer achter elkaar kunnen lezen. Hoe prachtig is b.v. de zin:
Hoofdstuk 94: De joodse sergeant-majoor, een hartstochtelijke vriend van de Messias in de geest van David. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Ik zeg tegen Migatzi: 'Mijn vriend en broeder, dat doet niet de wijsheid, maar alleen de liefde! Houden jullie je daarom aan de liefde, als jullie in de hemelen bij Mij willen zijn! Jullie zullen weliswaar in elk van de drie hoofdhemelen bij Mij zijn en wandelen voor mijn aangezicht, maar evenals hier enkel en alleen door de liefde. Deze Mathilde heeft de juiste graad van de liefde en zal dientengevolge ook in de hemelen, waar we nu weldra zullen aankomen, bij Mij zijn. Ga en verkondig dit aan allen die hier zijn!'
Hoofdstuk 93: De genade en barmhartigheid van de Heer. Twee gescheiden zielen mogen elkaar in het bijzijn van God terugvinden. Zaligheid van de hoogste hemel. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] De officier zegt: 'Ja, beste Vader, Heer en God, Uw woord zal eeuwig het leven in het centrum van mijn hart zijn! Er is te veel liefde en genade van U, o heilige Vader, over ons gekomen; wij zijn in ons gemoed nog veel te zwak om zo'n overvloed van zaligheid te kunnen verdragen, maar de heilige tijd van Uw rijk zal ons wel meer vertrouwd maken met Uw overgrote liefde en genade. Moge mijn hele wezen echter van een eeuwige dank getuigen voor Uw liefde en genade aan ons, arme zondaars, voor grote bewezen wijsheid zijn wij weliswaar niet geschikt, want daarvoor hebt U, heilige Vader, engelen geschapen uit de vlammen van Uw licht, opdat zij de oneindige majesteit van Uw werken bezingen en loven, maar wij willen V bovenal loven vanuit de deemoed van onze harten, want U alleen bent al onze liefde en ons leven!' Daarop wendt hij zich tot Mathilde en zegt: 'Lieve zuster Mathilde, sta op en kijk hoe goed, liefdevol en zachtmoedig onze waarachtige heilige Vader toch is!'
Hoofdstuk 93: De genade en barmhartigheid van de Heer. Twee gescheiden zielen mogen elkaar in het bijzijn van God terugvinden. Zaligheid van de hoogste hemel. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[18] Toen U, O Heer en Vader, vanuit Uw onbeperkte macht, wijsheid en liefde, op aarde de weg van het vlees ging, zei U toch ook slechts als mens: 'Wie Mij ziet, ziet ook de Vader, want Ik en de Vader zijn één!' Als U, o Heer Jezus, destijds in Uw aardse lichaam één was met de Vader, waarom zou U dat dan nu niet zijn? U alleen bent het: mijn hart zegt mij, dat U de eeuwige liefde bent! Neem mij dus genadig op in Uw liefde, o heilige Vader!'
Hoofdstuk 92: Vervolg van Mathildes levensgeschiedenis. Onthullingen van de treurigste soort. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[18] Nadat alles is geregeld, verwijderen we ons van deze van angst halfdood neerliggende groep priesters en gaan naar buiten, ook de koster Johan, als een van Mijn liefde en wijsheid vervulde broeder.
Hoofdstuk 82: De Heer neemt de koster op. Geweldige vlammenkuur voor zijn vervloekers. Einde van de scène in de Stefanusdom. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Eerlijk gezegd is een vlieg mij liever dan het mooiste beeld, want die leeft en is werkelijk een wonderwerk van goddelijke liefde en wijsheid. Een beeld is echter niets anders dan het werk van de domme mens, die een levende God en het eeuwige leven met dode beelden wil voorstellen. Dat is mijn overtuiging; de heren kunnen met me doen wat ze willen, maar ik zweer dat ik geen oud beeld meer ga zoeken! Ik ga mij tegenover niemand meer belachelijk maken.'
Hoofdstuk 79: Verhelderende woorden van de ketterse koster. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Jammer genoeg was ik zelf ook een roomse hogepriester; ik moest van de alleenzaligmakende kerk preken en alles verdoemen wat niet z'n knie wilde buigen voor de tiara. Maar met al dat verdoemen nam ik het niet zo ernstig, want ik geloofde mijn hele leven lang toch nooit aan een vagevuur en nog minder aan een hel, omdat ik beide niet in overeenstemming kon brengen met de goddelijke liefde en wijsheid. Bovendien hield ik teveel van de mensen, zodat het me nooit ernst kon zijn om ook maar de slechtste van hen voor eeuwig te verdoemen!
Hoofdstuk 72: Migatzi's gesprek met zichzelf. Hij zou graag de Heer willen erkennen, maar is bang voor zijn ambtsbroeders. Jozef helpt hem eruit. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Na dit gesprek met zichzelf zucht de aartsbisschop diep en zegt tegen Jozef: 'Beste vriend, je hebt geduldig gewacht op een waardig antwoord, maar ik kan je ondanks al mijn nadenken geen antwoord geven, want er zijn dingen tussen zon en maan, waarvan de menselijke wijsheid zich nog nooit iets heeft kunnen voorstellen. Ik hoop dat je mij zult begrijpen!'
Hoofdstuk 72: Migatzi's gesprek met zichzelf. Hij zou graag de Heer willen erkennen, maar is bang voor zijn ambtsbroeders. Jozef helpt hem eruit. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)