17481 resultaten - Pagina 153 van 1166
... 141 - 142 - 143 - 144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 ...
[8] Ik kan mij nog zeer goed en zekere Bar herinneren, die een besneden Griek was. Hij moet zeker een groot vermogen hebben bezeten, want hij hing vol parels en diamanten. Deze mens had nu zo'n sluw gezicht, sprak weinig, en wat hij zei was zo zeker een geraffineerde leugen, als dat ik Chiwar heet. Maar hij vroeg doodleuk duizend pond goud en gaf daarvoor een perkamentrol, die hoogstens een halve stater waard was. De hogepriester schokschouderde wel erg, maar Bar trok er een gezicht bij, zoals ik dat in mijn leven nauwelijks voor een tweede keer zou kunnen zien, en hij zei heel honend: 'Hm, aut Caesar -aut nihil!' ('Caesar of niets!' ofwel' Alles of niets'), waarop de hogepriester -God weet waarom -heel bleek werd en meteen aan Bar de duizend ponden goud liet geven, waarvan de tempel nooit meer een stuiver terugzag. Want na een jaar bleek pas dat deze Bar niets anders dan een heel sluwe bedrieger was, die met alle satans toverzalven gezalfd was, om ook de hogepriester duizend pond goud lichter te maken.Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Daarnaast kwamen er ook vaak heel eerlijke Joden, die in de tempel geld wilden borgen tegen goede onderpanden, maar zij kregen niets, want zij gedroegen zich veel te eerlijk en hadden ook veel te rechtvaardige gezichten! -En zo ben ik aan mijn principe gekomen: Men moet de tempel bedriegen, als men zelf niet door haar bedrogen wil worden! En daarom zal ik ook in der eeuwigheid niet aan de tempel vragen of Jezus de beloofde Messias is, maar Hij is het voor Mij ook zonder tempel! -Wat vind je van mijn mening?"
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Als jouw plaats in het vervolg hier is, laat mij dan maar mijn gang gaan, en dan is Galiléa op zichzelf binnen enkele jaren volkomen onafhankelijk van de tempel! Galiléa staat in de tempel toch al helemaal op het laatste perkamenten blad! Wat maakt het nu uit of we ook dit laatste blad eruit scheuren? De Romeinen en Grieken staan aan onze kant, dat is zeker, daarbij nog een beetje van de almachtige, levende genade van God, en het zal voor de tempel heel moeilijk worden om onze hysopstruiken af te likken!"
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Zodoende is het echt niet nodig om tegenover de machtige overmachtig te zijn, maar echte wijsheid is dan het belangrijkste! Kijk, zelf ben je met een behoorlijke portie echte duivelachtigheid bij ons gekomen, en mijn mogelijke wijsheid heeft die verdreven, en jij staat nu als een vrij man en als een door ons gekozen overste voor ons allen, en de satan heeft ons daardoor geen schade kunnen berokkenen -en zal ons er ook verder geen kunnen berokkenen!
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Ik weet wat ik weet en kan wat ik kan, maar ik sta er voor in dat de satan in der eeuwigheid niet mijn heer en meester wordt!"
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] Toen Chiwar die woorden had uitgesproken, stapte er opeens een enorme grote REUS de eetzaal binnen, kwam met een kwaad en honend gezicht voor Chiwar staan en zei met een donderende stem, waarvan de steunpilaren van de eetzaal begonnen te trillen: "Ben jij die lichtzinnige mug, die in het oor van de leeuw een stormgeraas wil ontketenen? Probeer eens, ellendige aardworm, hoe je het in een gevecht met mij kunt klaarspelen! Ik kan ook iets, wat nog zeer onbekend voor je zou kunnen zijn! Kijk, jouw messias is alleen maar afhankelijk van mijn grootmoedigheid, omdat het voor mij nu niet bepaald eervol is om met muggen een gevecht te beginnen, maar als hij teveel praatjes heeft naar mijn zin, laat ik hem zonder meer aan het kruishout vastmaken, en dan kun jij je messias aan het kruishout aanbidden! -Maar wat wil je nu doen als ik je ogenblikkelijk in stukjes scheur ter grootte van een zonnestofje?"
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] CHIWAR zegt: "Zoals je wilt, - mij blijft dat hetzelfde! Maar dan moet er vooraf toch door ons een heraut in de straten van de stad gestuurd worden, die je nu heel goed aanbeveelt bij het volk, daar het anders niet helemaal vertrouwd zou zijn om je op straat te begeven; want ik ken mijn Nazareeërs!"
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] KORAH zegt: "Nu, zend dan vlug verscheidene herauten en Iaat hen mijn naam aanprijzen als gunstig voor het volk, anders is hij al afgereisd!" .
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Waarlijk, bekijk de zaak zoals je wilt, maar zoveel is wel zeker, dat het er voor de bewoners der aarde echt niet goed uitziet, als een God ooit bang begint te worden voor de duivels en voor hen op de vlucht slaat! -Hm, hm, hoe meer ik erover nadenk, des te raadselachtiger ziet de zaak er voor mij uit!
Hoofdstuk 91: De dreiging van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Toen Hij dit gehoord had, zei Hij: 'Deze boosaardige proef maakt dat Herodes nooit Mijn leerling zal worden! De aarde is groot, en ik zal nog wel een plaatsje weten te vinden waar de boze apostelen van Herodes Mij niet zullen vinden! Is de Zoon des mensen dan gekomen om dat, wat Hij is, te worden door gehuurde moordenaars? Nee, en eeuwig nee! Wie Mij met moordwerktuigen in de hand vraagt wie Ik ben, die zal in der eeuwigheid geen antwoord krijgen! Het is echter, ondanks dat, tijd dat wij hier weggaan, en laten we dus gaan en zien dat wij op vreemde bodem mensen voor ons winnen, die ook zonder moordwerktuigen tegen ons lichamelijke leven zullen geloven, dat wij zijn wat wij zijn!'
Hoofdstuk 91: De dreiging van Herodes. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] De OVERSTE zegt daarop: "Ah, nu ziet de zaak er heel anders uit! Hij ging dus helemaal niet uit angst weg, maar uit pure wijsheid om Herodes als een welverdiende straf iedere gelegenheid te ontnemen, zodat hij nu niet slechter, maar ook niet gemakkelijk beter kan worden! Ah, dat heeft hij heel goed gedaan, en ik kan hem daarvoor alleen maar prijzen.
Hoofdstuk 92: De vrijheid van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Kijk naar de grote profeten! Wat was hun aardse lot? Vanaf de geboorte altijd armoede, allerlei gebrek en ontberingen, afgunst, vervolging en tenslotte zelfs een gewelddadige dood door de handen van de zelfzuchtige aardwormen! Waarom God dat steeds zo wil hebben, is mij vanaf mijn kinderjaren een raadsel geweest. Maar de steeds weerkerende ervaring leert ons, dat het jammer genoeg altijd zo was, en wij kunnen daartegen net zo weinig doen als tegen de hinderlijk korte winterdag. God heeft dat nu eenmaal zo geregeld, en wij kunnen dat niet veranderen. Wel kunnen we hopen dat het eens in het andere leven beter zal gaan!
Hoofdstuk 92: De vrijheid van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] De OVERSTE zegt: "Dat zullen we nog wel zien, want binnen de aardse verhoudingen is de mensheid nog steeds slechter in plaats van beter geworden! Wat stellen Mozes en al de grote profeten nu nog voor? Ik zeg jullie: In de zogenaamde betere kringen lacht men erom en men houdt ze voor weliswaar vrome, maar voor de geest van de mensen totaal zinloze fabeltjes en men slaat de leer van Pythagoras en Aristoteles veel hoger aan dan alle profeten! Dat is dan wel een duidelijk bewijs dat de wet van Jehova, hoe verheven en waar die oorspronkelijk ook is, toch beslist niet bij de mensen datgene bereikt wat zij inhoudelijk wil bereiken!
Hoofdstuk 93: De ideeën van Borus over de aard van de mens.(29.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] De OVERSTE zegt: "Nou, ik feliciteer je! Je bent een waardig leerling van je meester! Ik zie nu al, dat ik het voorlopig niet tegen je op kan nemen in de ware wijsheid. Maar ik zal alle mogelijke moeite doen om het met behulp van mijn beste vriend Chiwar in korte tijd zo ver te brengen, dat ik over dergelijke zaken met jou kan overleggen, want aan de huidige tempelwijsheid van Jeruzalem heeft men hier niet voldoende, -wat niet verwonderlijk is, omdat de tegenwoordige tempelwijsheid ook niet veel voorstelt!"
Hoofdstuk 93: De ideeën van Borus over de aard van de mens.(29.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Toen kwam de OVERSTE naar Borus toe en zei: "Dat zou ik echt niet achter jou gezocht hebben! Dat de naam van Jezus een bijzondere kracht heeft, waarvoor, zoals ik duidelijk heb ondervonden, zelfs de machten der onderwereld heel veel eerbied hebben, heb ik vandaag in de synagoge gezien; maar dat ook lichamelijke ziekten, van welke aard dan ook, zich voor deze naam moeten buigen, dat zagen mijn ogen nu pas hier. Heus, achter deze J ezus moet nog veel meer steken dan alleen maar een op Elia lijkende profeet, want door diens naam is zover ik weet nog nooit een zieke genezen! Over deze naam, beste vrienden, zullen wij met elkaar nog veel te bespreken hebben!"
Hoofdstuk 94: Borus geneest een bezetene. In de omgeving van Bethabara. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)