Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 156 van 263

...  144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169  ...
[11] En allen volgden het woord van Emmanuël op en stelden zich aan de rechterkant van het altaar op, die naar de middag was gekeerd. Aan de kant van de morgen stonden Emmanuël, de offerende Henoch, Lamech en de andere gewekten. En de zijden naar de avond en middernacht gekeerd waren vrij voor al het volk.
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] "Emmanuël, U zult ons na dit offer toch niet onmiddellijk verlaten, maar op de sabbat van morgen nog vol genade het offer op de heilige hoogte wijden en het ook in genade aannemen? Want zie, de in de morgen, middag en avond wonende kinderen hebben U nog niet herkend! O, wat zullen die gelukkig zijn wanneer ook zij U in ons midden zien en een woord des levens uit Uw heilige mond kunnen horen!
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] O Seth, zie, opende ik ooit mijn mond, dan was jij de eerste die vol vreugde ieder woord van mij in je opnam als verwarmende zonnestralen in de winter en ook ieder woord heel goed in je hart vasthield en dan meteen ook je leven daarnaar inrichtte; maar nu, waar de Heer Zelf te midden van ons vertoeft en ons Zijn woord leert en met zo' n liefde spreekt, dat de hardste stenen daardoor in olie zouden kunnen veranderen en ieder grassprietje, iedere struik en iedere boom siddert van de grootste verrukking en zaligheid voor Hem die in ons midden wandelt en ons zulke verheven dingen leert, zie, nu ben je zo stil alsof de hele zaak je helemaal niets aanging, maar vol nieuwsgierigheid sta je slechts de steeds nieuwe en grotere wonderen aan te gapen om je daarmee te vermaken! Maar dat je de Heer in je hart een zuiver liefdesoffer brengen zou, zie, daarvoor ben je te traag geworden; maar daarmee kan de Heer je niet prijzen. Sta daarom op en bereid je hart voor en rep je dan naar de Heer, opdat Hij je weer aan zal nemen, zoals Hij Adam, Lamech, Abedam, Jura, Bhusin en Ohorion en zeer vele anderen aangenomen heeft en - Hem zij eeuwig dank daarvoor! - tenslotte ook mij!
Hoofdstuk 141: Henoch wekt de vaderen op tot liefde voor Emmanuël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] En Emmanuël antwoordde Henoch: "Zie, mijn geliefde Henoch, als het vuur je niet gehoorzaamt, mag je immers tevreden zijn; want het is beter een gebieder over zijn hart te zijn dan een handige vuurmaker! Zo vind Ik ook iemand aangenamer die zijn eigen hart tot Mij opheft, dan iemand die door zijn woord en door zijn vurige toespraken duizenden tot Mij heeft bekeerd, maar bij zichzelf een koud offer gebleven is waaronder geen liefdesvuur gloeit, maar alleen koude wijsheid.
Hoofdstuk 143: Het offer. Lamechs vermanende vurige woorden. Over de zachtmoedigheid en het geduld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[21] Wees daarom mild en gelaten en geduldig in alle dingen en in ieder woord en in iedere daad; want zachtaardigheid, gelatenheid en geduld zijn de beste meststoffen voor het aardrijk! Als dan iemand daarin goed zaad zaait, zal het ook opkomen en jou en Mij een rijke oogst geven!
Hoofdstuk 143: Het offer. Lamechs vermanende vurige woorden. Over de zachtmoedigheid en het geduld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Maar jullie, Jura, Bhusin en Ohorion en ook jij Abedam, moeten voortaan in ons midden blijven, als het je bij ons bevalt! Maar, zoals je nu zelf duidelijk uit de mond van de Allerhoogste gehoord hebt, is iedereen volledig vrij en dus zijn jullie dat ook wat mij betreft, die de aardse vader ben van jullie allen. Je mag doen wat je bevalt en je hoeft niet bang te zijn om door het ene, noch door het andere te winnen of te verliezen, maar laat alleen je vrije wil je in alle dingen leiden en laat het woord van de Heer en Zijn eeuwige liefde jullie aller leidster zijn op alle wegen en paden, en laat dat allesbepalend zijn in je leven! Amen."
Hoofdstuk 145: Adams aanwijzingen voor de komende sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Zie, een vader in het morgengebied - wel de rijkste aan kinderen en aan liefde tot hen - had lang toegekeken hoe zijn kinderen zich met allerlei nuttige en meer nog met schadelijke dingen bezig hielden. Daarom had deze wijze vader zich zo opgesteld dat de kinderen hem niet konden opmerken. Maar na niet al te lange tijd gespeeld te hebben begonnen de kinderen zich onbehoorlijk te gedragen, zodat er nauwelijks één overbleef die zijn hart rein hield uit liefde tot zijn niet opgemerkte vader. Voortdurend vermaande deze weliswaar met zorg al de oudere broers en zij luisterden echt wel graag naar zijn woord; maar ernaar handelen wilde niet één graag van harte.
Hoofdstuk 146: Abedams ontmoeting met de vreemdeling - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Zie, Mijn grondstelling en Mijn devies luiden zo: 'Kun je met een woord je broeder niet van dienst zijn, laat dan je tong met rust en roer haar pas dan, wanneer je daarmee je broeder een dienst kunt bewijzen!'
Hoofdstuk 147: Abedams gesprek met Abedam, de onbekende - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] En Abedam antwoordde Hem: "Ja, mijn geliefde vriend Abedam, enerzijds ben ik dat, omdat ik daardoor inzie dat jouw wil de mijne overheerst en dat bevalt mij goed; maar aan de andere kant, omdat ik deze, jou en mij welbekende heilige Vader nu boven alles liefheb, is mijn hart met het grote verlangen vervuld altijd bij Hem te zijn of toch op zijn minst voortdurend over Hem te praten, Hem te beminnen, te loven en boven alles te prijzen en als de Allerheiligste te aanbidden en dus ook, zoals bij deze gelegenheid, mij door iemand van alles over Hem te laten vertellen. En zie, op gtond van mijn grootste en meest levendige verlangen in mijn hart ben ik weer niet tevreden dat je me geen antwoord geven wilt op hetgeen ik je vraag! Op grond van jouw grondbeginsel kun je dat toch zonder enig bezwaar doen; want je kunt daardoor onmogelijk schade toebrengen aan mijn hart, maar het wel oneindig van dienst zijn. Of is niet iedere handeling en ieder woord tot onze broeders slechts dan van groot belang, indien wij voor hun harten gewerkt en tot hun harten gesproken hebben?
Hoofdstuk 147: Abedams gesprek met Abedam, de onbekende - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[35] Je ziet nu in wat er nog aan je mankeert en je hebt je terecht in je hart vernederd. Bezie jouw grondbeginsel in het juiste licht, - Ik wil iedereen van dienst zijn met woord en daad!
Hoofdstuk 147: Abedams gesprek met Abedam, de onbekende - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] En daarmee was Abedam, de bekende, volkomen tevreden en zei tegen Abedam, de vreemdeling: "Mijn geliefde vriend, ik geloof dat je met het gezag van jouw wijze woord, dat bovendien vervuld is van een lieflijke klank, mij in het vuur zou kunnen leiden en ik zou je in alle diepten van de zee en in alle wateren van de aarde volgen!
Hoofdstuk 148: De aankomst van Abedam, de vreemdeling, bij de vaderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] "Mijn zeer geliefde vrienden! Waarlijk niet één woord van jullie gesprek is Mijn oren ontgaan! En jij, Abedam, bent wakker omdat je de nacht in jezelf bemerkte en nog opmerkt; en jij Henoch, bent helder wakker omdat je de tijd waarop de Vader jullie gewekt heeft gewaar werd en ook weet waarom, - en je met grote stelligheid een voorgevoel hebt van de grote komende dag!
Hoofdstuk 149: De vragen van de onbekende Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] Je hebt juist gesproken tegen je broeder en ieder woord van jou is reeds met het vlammende schrift van de sterren in het boek van het eeuwige leven ingeschreven. Maar nu stel Ik jullie een vraag die Ik graag beantwoord krijg; want zonder de oplossing van deze vraag blijft ieder mens, hoe krachtig hij ook in de nacht uit zijn slaap wakker is geschud, toch min of meer slaapdronken en deze toestand is voor een gewekte slechter dan de slaap zelf!
Hoofdstuk 149: De vragen van de onbekende Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] Dus, Henoch, voor dat alles is jouw liefde reeds gestorven en heeft zichzelf teruggevonden in God; daarom ook ben je reeds voor alle eeuwigheden der eeuwigheden opnieuw levend. Maar zoals jij het tweede leven hebt gevonden zullen voortaan maar weinigen het vinden; want alleen het krachtigste vuur van de innerlijke liefde tot God kan zo'n genade bewerkstelligen. Begrijp hetgeen je gezegd is goed en zwijg tot morgen!"
Hoofdstuk 150: Een evangelie van de liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Ja, indien iemand in staat zou zijn met één woord vanuit niets anders dan de menselijke zwakheid een met sterren bedekte hemel te voorschijn te roepen, waarlijk, daarover zou ik mij hogelijk kunnen verbazen; maar omdat alleen Gods kracht tot zoiets in staat is, verbaas ik mij daarover weer in het geheel niet!
Hoofdstuk 152: Over de eenvoud. Het wonder van Gods liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169  ...