Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 156 van 278

...  144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169  ...
[9] Ik antwoordde: 'Wie naar vereniging met God streeft, zal eerst proberen Zijn wil te vervullen en zijn eigen wil ondergeschikt te maken; want alleen de in de mens levend geworden en daadkrachtige wil van God kan en zal nooit schipbreuk leiden. Maar als de mens eigenwijs is en probeert iets uit te voeren, zonder zich erom te bekommeren of zijn voorgenomen daad ook overeenstemt met Gods wil, moet hij niet verbaasd zijn als die daad niet in zijn voordeel uitvalt.
Hoofdstuk 51: Wenken voor het veredelen van de ziel - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Na Mij zullen nog velen heel goed de wedergeboorte van de ziel kunnen bereiken en derhalve ook heel zalig en gelukkig zijn, maar zonder dat hoogste en laatste niveau te bereiken. Vele afgezanten van Mijn geest daalden af naar de aarde en toonden de verdwaalde mensen de wegen, hoe ze tot vrede en innerlijke verlichting konden komen, maar zonder in staat te zijn de directe wegen tot Mij te tonen, omdat die immers nog niet geopend waren. Allen die op die manier die vroegere wegen willen bewandelen, kunnen dus heel goed tot de wedergeboorte van de ziel komen, maar niet tot gemeenschap met Mij.
Hoofdstuk 52: De wedergeboorte van de geest - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] Dat laatste is alleen mogelijk door het geloof in Mij, namelijk dat Ik waarlijk de Christus ben, de Gezalfde, aan wie alle kracht en heerlijkheid van de Vader is gegeven, opdat de mensen gelukkig en hoogst zalig worden door de Zoon. Ik ben de poort -een andere is er niet! Wie de wegen naar de hemel wil betreden zonder Mij te willen kennen, kan wel een hoge graad van volmaaktheid bereiken, maar nooit tot heldere, aanschouwelijke gemeenschap met God Zelf komen. - Hebben jullie dat nu begrepen?'
Hoofdstuk 52: De wedergeboorte van de geest - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Hier moet weer benadrukt worden dat Mijn leerlingen hier bijeen waren om uit eigen, vrije beweging, onafhankelijk van Mijn persoon en zonder enige uiterlijke dwang door de omgeving zichzelf aan een soort vrijwillige beproeving te onderwerpen, zodat de reeds verworven eigenschappen, die hun door Mij waren gegeven voor hun latere roeping als apostel, nu geheel en al hun eigendom konden worden. Vanuit dat gezichtspunt moet alles beschouwd worden wat er in Efraïm gebeurde.
Hoofdstuk 54: Over de heiligheid van God - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] De broeders vroegen hem nu nogmaals verslag te doen van zijn gedachten en ervaringen, en Petrus begon: 'Beste broeders, wij zijn nu binnenkort drie jaar vaste begeleiders van de Heer, die ons in alle wonderen van Zijn wereld heeft.binnengeleid, en wij twijfelen er allemaal niet aan, wie wij in werkelijkheid in persoon voor ons hebben; maar ondanks dat ik die waarheid inzie en mij ervan bewust ben in de directe nabijheid te leven van Hem die ons aller Schepper is, wilde het mij soms toch niet helemaal lukken om geleidelijk toenemende twijfels helemaal te overwinnen, die mij toefluisterden: 'Al je kennis en inspanning is nutteloos, omdat je toch nooit in staat zult zijn om die zuiverheid te bereiken, die jou ook maar enigszins het recht zou geven in de nabijheid te blijven van Hem die werkelijk zonder gebreken is.' Dit bewustzijn van de zondigheid die ons allen nog wel aankleeft, heeft mij menige traan uit mijn berouwvolle hart geperst, en alleen doordat de Heer mij liefdevol toesprak werd ik opgericht en van nieuwe moed vervuld om het zo vergeefs lijkende werk weer op te nemen.
Hoofdstuk 55: De weg tot innerlijke voleinding - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] Daarbij sprak het natuurlijk vanzelf dat bij het beschouwen van de vele dingen die zich aandienen, de ziel er niet alleen genoegen aan mocht beleven dat ze die uiterlijke vermogens ontving zonder de stem van de geest duidelijk in zichzelf te laten klinken. Dat moest steeds allebei samengaan, en dan was ook het ontwikkelen van deze eigenschappen van de ziel bij een gezond lichaam zeker niet verkeerd.
Hoofdstuk 55: De weg tot innerlijke voleinding - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Mij lijkt het daarom zonder twijfel, dat alles wat geschapen is pas het vermogen om te voelen krijgt, wanneer de activiteit van de ziel ver genoeg uitgegroeid is om tegelijkertijd het verlangen naar verdere ontwikkeling tot bewustzijn te brengen. En dat verlangen is de aandrijvende liefde, die de Heer als zacht aansporend middel aan ieder wezen heeft meegegeven, en waardoor het doel van de transformatie van het heelal bereikt wordt -zonder dwang, maar enkel uit het eigen, vrije besluit om de wegen van vervolmaking ook te willen bewandelen. Die drijvende kracht is echter de geest uit God, die pas in de mens levend kan worden, de vorm in zich opneemt en dan voor God staat als overwinnaar die de uiterlijke vorm heeft doorbroken en als het ware in zichzelf heeft doen verdwijnen.'
Hoofdstuk 56: Over het vermogen om te voelen - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[14] Petrus zei heel verwonderd: 'Luister eens, vriend, jij spreekt hier voor onze oren een taal die op zijn minst ongewoon voor ons is; want we hebben nog nooit iemand gezien die zonder dat hij de Heer kende, zo over Hem sprak! Hoe weet jij zo precies wie Hij eigenlijk is?'
Hoofdstuk 57: De Heer en Efraïm - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[18] Als een vader een weerbarstig kind heeft dat weinig genegen is zijn woorden en geboden te gehoorzamen, zal hij het de gelegenheid geven door een of andere slechte ervaring flink zijn hoofd te stoten, maar hij zal tevens proberen de kwalijke gevolgen zoveel mogelijk te verzachten. Zo is het ook bij God en de mensen. God zoekt altijd de middelen uit die zacht zijn, maar als die zonder resultaat blijven, moet Hij naar de krachtigste middelen grijpen om de mensheid op de weg te houden die naar het doel van vrede en zuivere gelukzaligheid voert.
Hoofdstuk 59: Over het toelaten van oorlog - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Toen. wij daar nu allemaal nog zwijgend zaten na het betoog van Judas, waarbij ieder met zijn eigen gedachten bezig was, ging de deur open en Maria, de zuster van Lazarus, kwam binnen. Met haar ogen op Mij gericht kwam ze naar Mij toe, zonder zich om de aanwezigen te bekommeren. Ze zonk neer aan Mijn voeten en bedekte die met kussen. Daarna nam ze een fles kostbare nardusolie, brak die open en zalfde met de olie Mijn voeten, die ze toen met haar lange haren weer droogde. Daarbij huilde ze luid en vroeg Mij met ontroerende stem deze zalving toch toe te laten.
Hoofdstuk 62: Jezus wordt door Maria gezalfd (Joh. 12:1-8) - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Het huis werd helemaal vervuld van de geur van de olie, wat een teken was van de uitzonderlijke kwaliteit ervan, zodat Judas, die steeds erg op het geld lette, niet kon nalaten op te merken: 'Had men de zalf niet beter kunnen verkopen en met de opbrengst vele armen te eten kunnen geven?! Waarom heeft de Heer zulke olie nodig; Hij bezit immers de kracht om Zich ook zonder die olie ieder moment te kunnen verfrissen?!'
Hoofdstuk 62: Jezus wordt door Maria gezalfd (Joh. 12:1-8) - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Nu wendde Ik Mij tot de leerlingen en vervolgde: 'Wie waarachtig rijk is in zijn hart, kan ook van zijn rijkdom geven zonder zelfarm te worden -ja, hoe meer hij geeft, des te rijker zal hij nog worden; maar van wie arm is in zichzelf, zal het weinige nog afgenomen worden, omdat hij het door zichzelf moet verliezen. Lichamelijk en geestelijk armen hebben jullie nu altijd om je heen, en geef hun ook steeds van jullie overvloed! Maar Mij hebben jullie niet altijd, en daarom zullen jullie Mij weldra wat Mijn lichaam betreft ook niets meer kunnen schenken'
Hoofdstuk 62: Jezus wordt door Maria gezalfd (Joh. 12:1-8) - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Ik vroeg hun derhalve allemaal dichter bij Mij te komen zitten, om niet al te luid te hoeven spreken en de aandacht van degenen die voorbij trokken niet op ons te vestigen, en Ik zei het volgende: 'Het is steeds noodzakelijk dat jullie bij het beschouwen van alle dingen die zich in het menselijke leven aan jullie blik vertonen, nooit naar de buitenkant oordelen, maar steeds naar de innerlijke, wezenlijke kern. Materiële, uiterlijke dingen en geestelijke, innerlijke, dat wil zeggen overeenstemmende dingen kunnen schijnbaar in grote tegenspraak met elkaar zijn, omdat ze dikwijls polair tegenover elkaar staan, ja, zich als volledig tegenovergestelde begrippen zo móeten verhouden, ondanks dat het ene zonder het andere niet kan bestaan. Als die tegenstellingen voor jullie blik heel schril naar voren komen, dan menen jullie onverklaarbare tegenstrijdigheden te ontdekken, die dat echter voor het oog van de geest absoluut niet zijn. Zo is het bijvoorbeeld hier:
Hoofdstuk 59: Over het toelaten van oorlog - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Jullie menen hiervoor geen verklaring te kunnen ontdekken; want ook al verwijs Ik naar de vrije wil van de mens, waardoor hij immers in zijn uiterlijke positie kan grijpen naar wat hij wil, zullen jullie vragen: 'Is het voor U dan echt noodzakelijk om de mensen zoveel vrijheid toe te staan dat zij die gebruiken voor moord en doodslag, en zou het niet beter zijn die vrijheid dan tenminste in zoverre te beperken, dat die niet gebruikt wordt voor zoveel onredelijk verdriet en leed op aarde?' Ja, jullie zullen vragen: 'Kan de Godheid, die de waarachtige liefde is, dan rustig toezien bij zo oneindig veel ongeluk en vreselijke ellende, die de mensen zichzelf aandoen, zonder te huiveren of het een halt toe te roepen? Moet die zo liefdevolle Godheid dan niet een gevoelloze Godheid zijn, die er een soort vreugde aan beleeft om rustig toe te kijken hoe haar schepselen elkaar verscheuren? Geen enkel mens zou rustig toezien bij zoveel ellende, als hij de kracht ervoor had, maar alleen zijn medelijden al zou hem dwingen er op af te springen en met heilige ernst de strijdende partijen een halt toe te roepen. Waarom doet de Godheid dat dan niet, terwijl Ze toch over alle krachten gebiedt?'
Hoofdstuk 59: Over het toelaten van oorlog - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Toen Judas dat hoorde, stond hij heimelijk op en verdween, zonder dat iemand anders dan alleen Ik dat wist.
Hoofdstuk 63: Het eerste verraad van Judas - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  144 - 145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169  ...