Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 157 van 215

...  145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170  ...
[17] Ik wil echter met deze, naar mijn mening heldere gezichtspunten niet voorbarig zijn, want ieder door God geschapen vrijdenkend en vrij willend wezen heeft op grond van zijn innerlijke overtuiging het recht om zijn eigen mening aan een ander kenbaar te maken en te trachten hem met de beste bedoelingen op andere gedachten te brengen. Daarom zul je mij deze uitspraak zeker niet kwalijk nemen en zul je me daarop, naar ik verwacht, ook zeker een bevredigend antwoord geven.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Ik wil wel voor jou, zonder daarvoor iets te krijgen, onmiddellijk al deze grote prachtige zaken vernietigen en in een gat, dat ik in de grond zal boren, gaan wonen als een worm die op onze wereld geschapen is om het aardrijk tot op een bepaalde diepte los te woelen. Om echter 'meer' te worden wil ik juist de tegenovergestelde weg inslaan en ik wil niet voor de schijn afdalen om opwaarts te komen, maar ik wil omhoogklimmen. En voor God moet elke stap die ik zet, volkomen oprecht zijn, maar hij mag nooit zelfs ook maar een schijn van huichelarij hebben.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Om deze vraag geheel begrijpelijk te beantwoorden, moet ik jullie erop attent maken dat de voor jullie natuurlijke, bewoonbare werelden eigenlijk op zich niets anders zijn dan, ten minste in jullie ogen, chaotische conglomeraten van zielen en nog eens zielen die in de oertijd aller tijden als geordende omhulsels van de geesten uit God bij de algemene val van de ene grote gemeenschappelijke geest noodgedwongen mee moesten vallen. Uit deze zielen of geestelijke omhulsels zijn toen pas door de erbarmende en eindeloze wilskracht van de Heer de werelden zoals ze zijn geschapen, en ze zijn er nu opdat deze zielen na een wijs uitgestippelde opeenvolging van fasen weer met hun geesten verenigd mogen worden.
Hoofdstuk 66: Gemeenschappelijke geest en tegelijkertijd afzonderlijke geest. Waarom is de algemene vorm van een hemelse vereniging de menselijke? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Ik zeg jullie, mijn lieve broeders en vrienden, het zal voor jullie wel tamelijk moeilijk worden om de onderlinge verhoudingen in de hemel volkomen te doorzien. Wat ik echter kan doen om jullie geestelijk te corrigeren, zal ik ook doen en ik zal jullie weer allerlei duwtjes geven, waardoor jullie ten minste de grote waarheid nader op het spoor kunnen komen. Luister dus! Wat zei de Heer toen Hij eens een getuigenis over Johannes de Doper gaf? Zijn woorden luidden: 'Van allen die tot nu toe uit vrouwen geboren werden, was er niet een groter dan hij; maar de kleinste in het rijk Gods is groter dan hij!' Wat wil dat nu zeggen? Niets anders dan: van alle individuele mensen is niemand op zich groter dan Johannes; maar de geringsten onder hen die volgens de leer van de Heer als zuivere godskinderen in het nieuwe rijk der hemelen worden opgenomen, zullen reeds groter zijn dan de grootste individuele mens op zich.
Hoofdstuk 65: Het verschijnen van onze `geestelijke zon'. Andere verschijning dan in de sfeer van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Het is mogelijk dat ik de essentie van het kindschap Gods nog te weinig begrepen heb. Daarom denk ik dat het wel moeilijk zal zijn om hier een redelijke middenweg te vinden, want er is immers overal maar één waarheid en dat is de van zichzelf bewuste kern in iedere geschapen mens. Twee waarheden kunnen echter eeuwig nooit naast elkaar bestaan omdat de ene de andere zou opheffen. Daarom kunnen ook jij en ik niet tegelijkertijd gelijk hebben. Mocht dat echter het geval zijn dan ligt alleen mijn onverstand er nog tussen, waardoor ik jouw waarheid niet direct als de mijne kan herkennen. Daarom zal het voor mij noodzakelijk zijn dat jij je duidelijker uitdrukt en wel vooreerst over wat in diepste wezen de deemoed is, dan over wat ware liefde is en over het daardoor te verkrijgen kindschap Gods. Maak mij dat duidelijk, dan zal ik, nadat ik de waarheid volkomen begrepen heb, jouw woord naar de letter in mijn gehele huis getrouw in acht nemen. Dat is wat ik jou vraag, voor mijzelf en voor mijn gehele huis.
Hoofdstuk 61: Deemoed en het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[26] Stoor je echter niet aan mijn uiterlijke vorm, die veel minder mooi is dan die van jou, want op de vorm komt het niet aan. Jullie eindeloos mooie vorm is slechts een uiterlijke behoefte voor deze wereld, die door de Heer zo is geschapen dat zij met haar machtige licht de nagenoeg talloze andere, kleinere werelden, die niet zoals deze door licht omgeven zijn, kan verlichten. Daarom is voor deze wereld zo'n tederheid van de uiterlijke vorm van jullie wezen een behoefte, omdat jullie met een andere onmogelijk op deze wereld zouden kunnen bestaan; maar met de schoonheid van de geest is het heel anders gesteld. Deze richt zich nooit naar de uiterlijke vorm, maar enkel en alleen naar de liefde voor de Heer, want deze is de waarachtige en allerhoogste schoonheid van het leven!
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] De naam van deze Mens aller mensen, die God is van eeuwigheid en die alle dingen geschapen heeft, luidt thans Jezus. Deze naam wil zeggen dat Hij een Heiland is voor al Zijn schepselen. Zijn woord, dat Hij gesproken heeft, was gericht tot alle schepselen en zodoende heeft Hij ook al Zijn schepselen geroepen tot het heil van Zijn liefde en jij bent daarvan evenmin uitgesloten als ik, Zijn tijdgenoot op aarde dat was.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Dit Wezen is het goddelijk-menselijke, ofwel het is de voor jou onvoorstelbare God, de in Zijn wezenlijke hoedanigheid volmaakte mens, die op een wereld, 'aarde' genaamd, Zelf het vlees heeft aangenomen en een mens werd, precies zoals alle door Hem geschapen mensen dat zijn.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Het is mij bekend dat alle hemellichamen inclusief hun bewoners met een volledig mens in volmaakte en onveranderlijke correspondentie staan, en wel zo, dat één wereld overeenkomt met één lichaamsdeel, een andere wereld weer met een ander lichaamsdeel, en zo corresponderen de talloze werelden met de talloze delen, waaruit door de macht van de goddelijke wijsheid een volkomen mens is geschapen.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Hoge afgezant van Hem die almachtig is en die al het licht en alle materie van de wereld heeft geschapen! Jouw raad is zo buitengewoon goed, overtuigend en diepwijs, dat ik er als de meest wijze van dit oord absoluut niets tegenin kan brengen.
Hoofdstuk 60: Over de menswording van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[20] Daarom zul je Hem met al deze grote pracht nimmer imponeren, want Hij is in staat om met één gedachte soortgelijke dingen te scheppen, zoals Hij deze enorm grote wereld en nog talloze andere evenzo grote en nog grotere werelden heeft geschapen.
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Neem daarom in acht wat ik jou heb aangetoond, en dan zal er bij jullie allen een ander levenslicht opgaan. Want wezens zoals jullie zijn door de oneindige liefde van God niet voor het knechtschap, maar voor de eeuwige vrijheid geschapen! Deze vrijheid kunnen jullie echter nooit door jullie wijsheid verkrijgen, maar alleen door deemoed en liefde voor God. Je vraagt mij wat men moet doen om God boven alles lief te hebben.
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Wees daarom niet bevreesd voor ons, maar wees vrolijk en vol goede moed, want God onze Heer en Vader heeft al Zijn schepselen alleen voor vreugde en zaligheid geschapen, maar nooit voor verschrikking, droefheid, kwalen en pijn.
Hoofdstuk 59: Voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Daarom kan men, lieve vriend en broeder, toch de vraag stellen, uit welke materie moeten zulke mensen dan wel geschapen zijn om zo'n onuitsprekelijk machtige lichtsterkte te kunnen verdragen?
Hoofdstuk 57: Elke wereld heeft haar ordening en bestaansgronden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Ziezo, dat is dus de vloer waarop we nu staan; hij is als het machtig stralende etheroppervlak van een zon, en toch zo hard als diamant. Wat zeggen jullie van deze eindeloze pracht? Jullie zijn sprakeloos en kunnen geen woord uitbrengen. Ja, mijn lieve vrienden en broeders, dat is ook volkomen begrijpelijk want waar het ons, aan licht gewende geesten van de hemel, moeilijk wordt om te spreken, zal het voor jullie toch zeker nog veel moeilijker worden, daar jullie nog nooit van een soortgelijke, onmetelijke, overvloedige lichtverhevenheid in je gemoed iets te zien hebben gekregen.
Hoofdstuk 55: Beschrijving van de hoogste standplaats - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  145 - 146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170  ...