Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 158 van 1490

...  146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171  ...
[4] Nu heeft mijn goddelijke Heiland voor het eerst een dienst van mij verlangd, waarvoor jij mij nu gevraagd hebt welk loon ik daarvoor wil hebben. O vriend, ik ben onmogelijk in staat iets van jou te verlangen voordat ik mijn schuld aan deze grote Ene betaald zal hebben, want ik dien daarmee alleen Hem die mij geroepen heeft en niet jou!
Hoofdstuk 85: Ouran, de Griek, krijgt Mathaël als leraar toegewezen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] IK onderbreek hen en zeg: "Weten jullie wat, laten wij, omdat we nog een vol uur zon hebben en de avond veel goeds belooft, nu gezamenlijk de heuvel van Marcus opgaan, daar zullen wij dan wat nader kennismaken! Laat je tenten voorlopig door je dienaren bewaken, want je zult deze pas na middernacht weer terugzien en gebruiken!"
Hoofdstuk 85: Ouran, de Griek, krijgt Mathaël als leraar toegewezen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] OURAN zegt: "Er bevinden zich echter vele en grote kostbaarheden in! Maar ik denk, dat deze vriend betrouwbaar is!"
Hoofdstuk 85: Ouran, de Griek, krijgt Mathaël als leraar toegewezen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] IK zeg tegen Helena: "Wees niet bang Mijn dochter, want Ik ken je vader al zeer lang en jou ook, en kende Ik hem en jou niet, dan zouden jullie in deze kwade zee zijn begraven!"
Hoofdstuk 86: Helena, de dochter van de wijze Griek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[14] Na een poosje kwam SIMON JUDA bij Mij en zei: "Heer, nu zou U ook best, net als Jozua, tegen de zon kunnen zeggen: 'Sta stil, zon!', zodat de kinderen hier langer kunnen genieten van deze heerlijke avond, en Hem verheerlijken die haar heeft geschapen!"
Hoofdstuk 86: Helena, de dochter van de wijze Griek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Want zou Ik de zon nu in werkelijkheid nog een uur lang over deze streek laten schijnen, dan moest Ik de hele aarde in haar draaiing - die door de grote cirkel van haar omtrek zo snel is dat een paar ogenblikken al een afstand van hier naar Jeruzalem betekenen -natuurlijk op slag stoppen. Daardoor zouden alle vrije lichamen die niet te vast met de aarde verbonden zijn, een zodanig heftige schok krijgen, dat daardoor niet alleen alle levende wezens, zoals mensen en dieren, met hun huizen en hutten en paleizen urenver met ontzettende kracht naar het oosten geslingerd zouden worden, maar zo'n schok zou ook de zeeën uit hun diepten over de bergen heen jagen en de bergen zouden als mussen door elkaar vliegen!
Hoofdstuk 87: De schijnzon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Om deze heel natuurlijke reden, die Ik jullie nu heb meegedeeld, kan Ik overeenkomstig de waarheid op jullie verzoek niet ingaan, maar ik kan, zoals in de tijd van Jozua, voor jullie een paar uur lang een schijnzon plaatsen, die net zo schijnen zal als de echte natuurlijke. Deze zon zal dan natuurlijk na een paar uur weer geheel in het niets verdwijnen, omdat zij slechts een zuivere luchtspiegeling zal zijn.
Hoofdstuk 87: De schijnzon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Maar ook voor het verschijnen van deze schijnzon zullen geen bovenaardse, maar heel natuurlijke middelen worden aangewend, hoewel deze door Mijn innerlijke wil daartoe worden opgewekt en bevestigd worden door buitengewone krachten uit de sferen van de hemelen. Begrijpen jullie nu zo'n beetje deze uitleg?"
Hoofdstuk 87: De schijnzon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Want wie eenmaal zijn innerlijk geheel en al kent, zal ook vroeg genoeg niet alleen kennis vergaren over de gehele aarde, maar ook over alle andere hemellichamen in de eindeloze scheppingsruimte, zowel stoffelijk als geestelijk, en dat laatste is alleen van belang en van het grootste gewicht. De uitwendige kennis over de natuur van deze aarde zal voor geen ziel de weg banen naar onsterflijkheid.
Hoofdstuk 87: De schijnzon. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Nu richten allen hun ogen op de natuurlijke zon, die reeds haar halve schijf achter de bergen had laten zakken. Op het moment dat de zon ondergaat, verheft zich de schijnzon en straalt met een even helder licht over deze omgeving en ook nog over de volgende, aangrenzende landerijen en streken. Natuurlijk reikt zo'n licht niet tot aan de sterren, daarom konden enigen der aanwezige gasten vooral in oostelijke richting, waar het firmament wat donker bleef omdat het licht van de schijnzon slechts zwak tot aan de verre, oostelijke streken door kon dringen, een aantal sterren van de eerste grootte zien en zij verwonderden zich daar zeer over.
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Kijk, bij ons Grieken en ook bij andere volken is een heilige tempel gebouwd voor een hoogste, onbekende god. Deze tempel wordt echter nooit geopend! Men noemde bij tijden deze onbekende god ook het ondoorgrondelijke noodlot, waarvoor zelfs de grote Zeus volgens onze leer beeft als een espenblad in de storm.
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] En kijk, deze schrikwekkende god staat nu voor ons en gebood zoëven Apollo met de zonnewagen stil te houden, op wens van deze eerbiedwaardige, grijze Romein, die waarschijnlijk ook zo'n kleine vorst van de een of andere gelukkige provincie is!
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] En zie, dochter, Apollo wacht, tot hij weer een geheim teken zal krijgen van de hoge onbekende god, waarvan men zegt dat alleen de dienaren van de tempel te Jeruzalem hem beter kennen, -wat echter ook best helemaal niet waar kan zijn. Want als zij Deze niet als de enig Ware erkennen, zijn zij op de schandelijkste dwaalweg ter wereld!"
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] De mooie HELENA zegt: "Zij zullen waarschijnlijk wel iets naders over Hem weten, maar dan alleen in symbolische beelden. Maar dat zij deze wonderdoener heel zeker niet daarvoor houden, waarvoor u Hem houdt, en wat Hij ook naar alle waarschijnlijkheid schijnt te zijn, daarvoor zou ik veel op het spel willen zetten! Het enige wat ik nog niet zo precies begrijp is, dat mijn hart steeds meer vervuld wordt met ware, oprechte liefde voor Hem, terwijl toch ieder mens een god slechts mag vrezen, vereren en offers brengen!
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Van liefde voor een god kon dus in die omstandigheden geen sprake meer zijn! En zie, ik beken u openlijk, dat ik ondanks al mijn innerlijke strijd en ondanks de vreselijkste voorstellingen die ik vanwege de ontwaakte liefde voor een god steeds maar in mijn geheugen oproep, deze God toch steeds meer liefheb! Ja, ik zou uit liefde voor Hem de bitterste dood ondergaan, als Hij mij daarvoor slechts één vriendelijke blik zou waardig keuren!
Hoofdstuk 88: De vrees van de Grieken voor de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  146 - 147 - 148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171  ...