Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 160 van 278

...  148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173  ...
[27] En zeg Jij, Mijn geliefde Zoon nu ook aan het treurende paar - en laat dat diep in hun hart zinken - dat zij zich tot aan het einde van hun leven aan de geboden van de liefde en de erbarming moeten houden, zonder ze te verbreken, en Ik zal hen op een tijdstip dat Ik heb voorbeschikt dan een middelaar tussen Mij en hen zenden om hun grote schuld te delgen en de grote, zware last van hun ongehoorzaamheid te verlichten.
Hoofdstuk 9: Het gericht van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] Ik zal van boven een geest zonder zonden met een vlammend zwaard in zijn hand naar je toesturen, zodat hij jullie kan leiden en je de gehele aarde kan tonen van het ene uiteinde tot het andere; en hij zal jullie de dwalingen van de wereld verklaren, maar je ook tuchtigen als jullie zouden afwijken van Mijn wegen.
Hoofdstuk 10: De verzoening van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[35] En zie, je moet nog dieper schouwen, hoe en waarom Ik alles zo geregeld heb! Zie, de maan heeft vlekken en vele donkere plekken en de aarde heeft koude, maar vaste polen en heeft hoge bergen en heeft diepe dalen en heeft bronnen, beken, rivieren, stromen, zeeën en kleine en grote meren; en de zon heeft vlekken, grote en kleine. Nu zie, dit alles zijn uitwerkingen van de liefde en van de genade, ofwel van de daarmee overeenkomende warmte en van het licht, hetgeen allemaal de eeuwige Liefde is en de macht van de Godheid door Haar. Kijk daarom naar de zwakken en naar de maan, hoe zij op elkaar lijken en haar wezen wordt je verklaard; overdenk al het doen en laten van de sterken en voor je ogen zal de aarde ontsluierd liggen; en van de ene pool tot aan de andere moet de onbeweeglijke rust van de geest in de liefde tot de liefde aanwezig zijn, zodat alles wat de geest omringt in een vaste ordening kan bewegen en daardoor voor het gemeenschappelijke doel van de eeuwige instandhouding bezig kan zijn. Want zie, alles hangt van rust af; zonder deze kan niets bereikt worden en wie niet is als de polen van de aarde, die dringt niet door tot in zijn binnenste, zoals de verbindingslijn tussen de polen het middelpunt van de aarde doorsnijdt. En je liefde moet koud zijn als het ijs op de polen, zodat je in staat bent alle warmte van de goddelijke liefde op te nemen. Want zie, wat warm is, is niet geschikt voor het opnemen van warmte; maar wat koud is in zijn rust, dat is in staat warmte in overvloed op te nemen en het uit te laten stromen in alle delen van het leven. Want zie, wie de warmte, die Gods liefde is, in zich opneemt en die in zich vasthoudt en haar niet verder laat stromen, is een vrek en zijn binnenste zal opgelost worden en hij zal zichzelf vernietigen als het ijs bij het vuur; wie haar echter ontvangt zoals de polen en haar meteen weer doorgeeft aan allen die dichtbij en veraf zijn, bij hem is de goddelijke liefde op de juiste plaats en hij beantwoordt aan de wil van de grote en heilige Gever.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] "Wat heb Ik aan dat janken en woeden van de aarde en wat aan het huilen van de manen, wat aan het gejammer van de zonnen en wat aan de jammerklachten van de sterren?! Want Ik ben alleen, verlaten door Mijn Liefde, die Mij ontrouw geworden is en van Mij is weggegaan naar de aarde om het tweevoudige kwaad uit te werpen! Wat moet Ik zonder Haar beginnen? Daarom zal Ik al Haar werken tot op het fundament verwoesten en alles vernietigen, opdat er niets meer is wat in alle toekomstige eeuwigheden der eeuwigheden Mijn Liefde van Mij zal wegtrekken en verwijderen! En Ik zal God blijven, de Enige, gedurende alle eeuwigheden der eeuwigheden, zoals Ik dat sinds de eeuwigheden der eeuwigheden was; en jij, vermolmd bouwsel van de schepping van Mijn zwak geworden Liefde, val in elkaar tot nietig puin in het niets, zodat Ik Mijn Liefde weer vind en Haar weer sterk maak door de macht en de kracht van Mijn eeuwige heiligheid. Amen!"
Hoofdstuk 9: Het gericht van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] "Jouw offer was Jehova hoogst welgevallig, zo zelfs, dat Hij je tot redder van je ouders en je broers en zusters heeft uitverkoren; zonder dat waren zij nu al verloren geweest op de dag van de Heer, waarop zij Hem vergaten en hun gemoederen tot de aarde keerden en geen deel konden hebben aan de zegen, die altijd volgens de vastgelegde ordening op deze dag van boven uitgaat naar alle ruimten van de oneindigheden!
Hoofdstuk 13: De verdrijving uit het paradijs - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[40] En zie, toen zwaaide de engel met het zwaard van de gerechtigheid en ze vluchtten gezamenlijk met haastige pas dag en nacht verder en verder, zonder ook maar een ogenblik te rusten.
Hoofdstuk 13: De verdrijving uit het paradijs - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] 0 hoe ontzettend gelukkig zijn wij nog, dat de Heer ons nog zo rijkelijk bedacht heeft! Wat zouden wij zonder deze genade zijn?!
Hoofdstuk 14: Adam komt tot inzicht en heeft berouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] En zie, de slang sprak aldus verder: 'Mijn vlees zal je onterechte schuld voor God vernietigen en mijn bloed zal je een nieuw wezen geven, zonder schuld, toegerust met alle macht en kracht!' - Toen verstomde de slang en ik greep haar, scheurde haar in stukken en at haar op, zoals je zojuist zag!"
Hoofdstuk 15: Kaïns bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] "Zie, broer, ik heb een geweldige trek in voedsel dat leven geeft, dat leven in zich heeft en niet de dood, zoals het vlees van de slang en haar koude bloed! Want zie, broer, toen het besef kwam hoe ik voorheen was en hoe ik nu ben vanuit de grond van mijn bestaan, ondervond ik een sterk berouwen kreeg grote honger en een brandende dorst naar de goddelijke liefde en haar grote barmhartigheid! Want zie, ik ween zonder geluid en mijn berouw is zonder tranen; verzadig mij daarom met de stem van de liefde en les mijn grote dorst met de tranen van het berouw!
Hoofdstuk 15: Kaïns bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[18] O broer Abel, talm daarom niet en reik mij een schotel met spijzen van het leven, opdat ik een stem om te wenen zal verwerven en reik mij, zegenloze, een drank aan, opdat ik niet van berouw zonder tranen versmacht!"
Hoofdstuk 15: Kaïns bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie, toen trokken er van alle kanten zwarte wolken samen boven Kaïns hoofd en grote bliksemschichten flitsten naar alle richtingen, begeleid door hevige donderslagen; en van alle zijden begonnen heftige windvlagen te woeden en slingerden grote hoeveelheden hagel over de met vruchten beladen velden en verwoestten die tot in de bodem. En dat was de eerste hagel die vanuit de hemel neergeworpen werd en de hagel was een teken van de liefde zonder erbarmen, omdat de Godheid in haar opnieuw beledigd werd door Kaïns misdaad, die hij aan zijn broer Abel beging.
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[23] Toen schrok Kaïn geweldig en zei met bevende stem: "Heer, Gij allerrechtvaardigste, zie, U verdrijft mij heden uit dit land en ik moet voor Uw aangezicht vluchten en zonder rust voortvluchtig zijn op aarde. En dan zal het mij, armzalige, zo vergaan, dat wie mij vindt, mij dood zal slaan; wees mij daarom ter wille van de mijnen genadig!"
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] En zie, dat was ook het geval bij Kaïn, omdat hij de liefde uitgebannen had en daarvoor in de plaats de gerechtigheid aangreep, zonder er bij te denken dat er zonder liefde geen gerechtigheid is en dat de gerechtigheid eigenlijk de hoogste liefde zelf is, zonder welke alles te gronde zou gaan en noodzakelijkerwijs moest gaan.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] En zie, toen begon Kaïn na een tijdsverloop van zevenenzeventig jaar weer tot Mij te bidden, drie dagen lang, dag en nacht zonder ophouden en hij riep aan één stuk door: "Heer, Gij rechtvaardige, Gij liefderijke, zie vol genade neer op Uw grote schuldenaar en doe met mij naar Uw heilige wil!" En deze woorden herhaalde hij vele duizenden malen.
Hoofdstuk 24: De uittocht van Kaïn naar de zee - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] "Kaïn, jij blinde dwaas, mijn boze broer, kijk, degene die je met een steen hebt doodgeslagen, staat nu verheerlijkt voor je en biedt je zijn hand aan om zich met je te verzoenen en vrees de gedaante van de slang niet, die je zelf bent! Wie was het dan, jij of de slang, die ontrouw werd aan de Heer? Besliep jij of de slang je vrouw net als de honden, zonder het vereiste offer van tevoren te brengen? Was jij het of de slang die de hitte vervloekte en door grote traagheid leeg stro aan de Heer offerde? Zeg me, werd de slang of jij nijdig op je broer uit boze afgunst? En was de slang niet veel meer een uiterlijke verschijningsvorm van jouw eigen innerlijke boosaardigheid, waardoor je jezelf het waandenkbeeld aanpraatte om je broer te doden?
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  148 - 149 - 150 - 151 - 152 - 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173  ...