5587 resultaten - Pagina 165 van 373
... 153 - 154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 ...
[14] Jullie in de avond zijn nu vrij; maar de liefde zal je pas volkomen vrij maken in je hart. Kom morgen, kom in alle liefde naar het nieuwe feest van de sabbat in de ware, vrij liefde tot God! Amen!"Hoofdstuk 90: De verlossende macht van de liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Luister, ik spreek niet om ook maar wat te zeggen of de tijd met praten te verkorten, maar om jullie je vrijheid in Gods liefde in alle volheid te tonen, dwingt een machtig gevoel mij mijn tong hierover te roeren! Deze schijnbare vreemdeling, zo bescheiden in zijn manier van doen en zo overduidelijk in zijn woord, zal zich op een andere keer door een ander dier laten dragen en een volk op aarde zal degene die op het dier zit uit alle boetvaardigheid van het hart toeroepen: 'Hosanna God in den hoge; geloofd zij Hij, die komt in de naam van de Heer, zittend op de rug van het veulen van een pakezelin!'
Hoofdstuk 91: Seth herkent de vreemdeling Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Wanneer je echter je broeder dwingt de geheimen van zijn hart aan jou te onthullen, zie, dan verbergt jouw broeder zijn hart voor jouw onderzoek en krijg je niets anders van hem te horen dan een berisping die je terechtwijzend vermaant je dwaze begeren in toom te houden en je niet te bekommeren om de geheimen van het hart van je broeder, maar alleen om zijn liefde, of het jou liefheeft zoals jij het liefhebt; maar wanneer je je geen zorgen maakt om datgene wat alleen van je broeder is, maar hem daarvoor in de plaats tien keer meer liefhebt dan jezelf, - zie, als je broeder dat in zijn hart zal merken, zal hij de deur van zijn hart voor je open doen en zal je over alles inlichten wat je van nut kan zijn en je hogelijk zal verheugen of je toch op zijn allerminst vol vertrouwen tot je broeder kan maken!
Hoofdstuk 90: De verlossende macht van de liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Het gebod was terneerdrukkend en je verdroeg de druk door tijdens de lange nacht van je hart te slapen. Nu ben ik dan weer naar jullie toe gekomen te midden van degenen die God in de geest heeft gewekt, opdat zij Zijn hoogste genade, hetgeen de volslagen liefde is, ontvangen konden, teneinde Zijn heilige en levende woord vol kracht en macht te verkondigen. Daarom is het niet Adam, die je heeft vrij gemaakt noch ik, maar louter en alleen het heilige woord van de grote God uit de mond van Henoch en van Asmahaël, die voor je ogen door het sterke dier wordt gedragen en hij is, naar eigen zeggen, door God op een wonderbaarlijke wijze vanuit de diepte, waarover je hebt gehoord dat zij vol verwerpelijke boosheid is, naar ons toe gestuurd. Ik ben echter van mening dat hij uit den hoge komt; want de woorden die hij sprak kan niemand bedenken die werkelijk uit de diepte afkomstig is.
Hoofdstuk 91: Seth herkent de vreemdeling Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Kinderen en ook jij, beste Henoch en jij Kenan, als je me kunt tegenspreken, doe dat dan; maar zijn jullie bezield door hetzelfde gevoel, dan zal het de moeite lonen aan de welbespraakte vreemdeling de allergrootste aandacht te besteden en hem een hoogst deemoedig hart toe te keren! Want degene die zo verbazingwekkend over God spreekt, moet of uit de hoogste hoogte van God stammen, of hij is - -
Hoofdstuk 91: Seth herkent de vreemdeling Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] "Luister, Seth, en jij, Kenan, en ook jij, mijn lieflijke, waardevolle Henoch! Hetgeen jij, o Seth hebt ondervonden en waarover je je hart hebt uitgestort voor Kenan en Henoch en alle kinderen van de avond, die het nog niet hebben begrepen, moet je voor Adam en alle overige vaderen nog verzwijgen; zij mogen niet weten noch vermoeden wie onder de dekmantel van Asmahaël schuilt!
Hoofdstuk 91: Seth herkent de vreemdeling Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Of moesten zij dat getuigenis wel geloven? Want ze dachten als volgt: "Geloven wij het getuigenis, dan zitten wij voor Adam en de overigen in de klem; want onze eerbied en mateloze liefde voor Asmahaël zal aan de vaderen zeker verraden dat er achter Asmahaël beslist iets ongewoons schuilen moet omdat wij Hem buitengewoon hoogachten en geheel van liefde vervuld zijn toegedaan en dat noodzakelijkerwijze ook moeten zijn. Maar geloven wij het getuigenis niet, wat zijn wij dan in de ogen van Asmahaël? Blijkbaar niets anders dan leugenaars ten aanschouwe van iedereen en bedriegers van onze vaderen, broeders en kinderen, - of wij zijn niet meer in staat ook maar één woord over onze lippen te brengen, indien wij in de waarheid willen blijven! Want als we ook maar één woord over God spreken, die te midden van ons is, die wij echter ongelovig in ons hart verloochenen, dan zijn wij - zoals gezegd - leugenaars en bedriegers omdat wij de anderen ongetwijfeld zouden willen laten geloven dat er iets zou zijn waar onze ogen ook geen enkele schaduw van bespeuren!
Hoofdstuk 92: Het getuigenis van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Wat zal Hij wel van ons, wormen in het stof, kunnen leren, terwijl toch ieder zinnig woord uit onze mond van tevoren vanuit Hem in ons moet komen, voordat wij in staat zijn het uit te spreken?' Aan de andere kant, indien wij dat onder de dekmantel van de geheimhouding toch doen, dan zijn onze ouders, broeders en kinderen drievoudig bedrogen: eenmaal door ieder woord van ons, omdat wij in ons hart noodgedwongen anders handelen en anders denken moeten; voor de tweede maal omdat wij voor de schijn voor hen over een andere God, die niet bestaat en nergens is, moeten prediken en Hem aanbidden en hen volgens hun wil ook moeten aanmoedigen, de ware, levende God, die onder en te midden van ons is, in het openbaar te verloochenen;
Hoofdstuk 92: Het getuigenis van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Daarop opende Asmahaël meteen Zijn mond en zei tegen het drietal: "Waarom die twijfel in jullie harten? Bega je een ontecht door Mijn wil te doen? Hoe kun je denken dat Ik je zoiets zou hebben bevolen? Waarom ondervragen jullie nu je hart en niet Mij, terwijl Ik in jullie midden ben, als je ergens aan twijfelt?! Of ben je van mening dat alleen die weg de juiste is, die je zwakke oog als zodanig herkent?
Hoofdstuk 92: Het getuigenis van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Hebben jullie niet zelf gezegd dat Mijn wegen ondoorgrondelijk zijn en Mijn raad onnaspeurbaar is; hoe kun je dan nog twijfelen en louter dwaze dingen in je hart bedenken?!
Hoofdstuk 92: Het getuigenis van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] "Luister, mijn beste Abel-Seth, ik bemerk dat je voor mij iets verborgen houdt! In je hart staat iets anders! Waarom bloos je op mijn goed bedoelde vraag en word je verlegen en tien tellen lang sprakeloos?
Hoofdstuk 93: Adams nieuwsgierigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[28] Hij was op een dergelijke verandering niet voorbereid; daarom werd hij ook heel treurig en wist zich geen raad en wist niet wat te doen. Sprakeloos liet hij zich op de grond zakken en weende en treurde in zijn hart:
Hoofdstuk 93: Adams nieuwsgierigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] "Henoch, vertel je tot in het diepst van zijn hart gekwetste vader toch tenminste zoveel, of het door Asmahaël aan jullie gerichte woord van groot gewicht was of niet! Was het een woord van licht en liefde, of was het een woord uit het diepst van alle duisternis en alle gruwelen?
Hoofdstuk 94: Adams verzoek aan Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Zie, ik wil, kan en moet je nu zeggen dat jij je in jouw aartsvaderlijke wijsheid geweldig vergist hebt omdat je de Heer in je hart beschuldigd hebt als zou Hij een lichtzinnig spel met ons hebben bedreven en zou Hij ons alleen maar hebben geschapen om tot een slechts Hem plezierend speelgoed te dienen!
Hoofdstuk 95: Adam wordt terechtgewezen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] Meen je dan, vader, dat de Heer evenals wij onstandvastig en wispelturig is als een aan spinrag hangend verdord blad, en dat Hij met Zijn werken zou doen wat de kleine kinderen met hun speelgoed plegen te doen als zij het beu zijn geworden?! O vader, wat voor een gedachten over God heb je in je hart laten opstijgen?!
Hoofdstuk 95: Adam wordt terechtgewezen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)