Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 167 van 728

...  155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180  ...
[5] Als de grote voordelen, die jullie mettertijd door Mijn geest zullen verkrijgen, volgens Mijn orde gebruikt worden, zullen zij jullie ook in alles een duizendvoudige zegen brengen; mochten jullie deze echter na verloop van tijd soms tegen Mijn orde in, zelfzuchtig, beginnen te gebruiken, dan zullen ze voor de mensen broedplaatsen worden voor al het denkbare aardse onheil!
Hoofdstuk 225: De wonderkracht van de wedergeborenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Jullie begrijpen nu alleen nog lang niet levensecht genoeg wat in feite nu eigenlijk de uitstralende levenssfeer van de ziel is, en hoe deze kracht zich kan uiten door te handelen, te voelen, te luisteren en zelfs door te kijken! Voor jullie begrippen is dit wel een beetje moeilijk te begrijpen, omdat er in de uiterlijke, voor jullie lichamelijke ogen zichtbare wereld helemaal geen echt geschikt voorbeeld te vinden is, daar al het geestelijke zich maar heel moeilijk in een stoffelijk beeld laat weergeven. Maar omdat jullie deze uiterst gewichtige zaak toch wat te weinig begrijpen, wil ik dit jullie nog wat beter laten zien. Jullie moeten je echter heel goed concentreren anders begrijpen jullie deze buitengewoon belangrijke levensaangelegenheid weer niet ten volle!
Hoofdstuk 222: De betekenis van de uitstralende levenssfeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Dat voor de ware mensen de algehele kennis van het leven het allerbelangrijkst is, hebben in alle tijden de wijste mannen van alle volken ingezien en beweerd; alleen vonden zij de weg daartoe slechts heel moeizaam en moeilijk, of meestal ook helemaal niet. Nu ben Ik echter ,als Heer en Meester van al het leven en bestaan van eeuwigheid, Zelf naar jullie gekomen en Ik heb alles op wonderbaarlijke wijze hierheen, naar deze meest afgelegen plaats van de wereld ontboden, om jullie het ware levensbestaan zo zichtbaar en duidelijk mogelijk te laten zien, en daarom zullen jullie het na verloop van tijd, en met het nodige geduld, wel begrijpen; maar dan zal het ook jullie plicht zijn, dat wat jullie begrepen hebben ook je naasten zoveel mogelijk begrijpelijk te maken!
Hoofdstuk 222: De betekenis van de uitstralende levenssfeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] De wedergeboorte van de geest in de ziel beneemt de ziel echter niet haar eigen, vrije wil en haar waarneming naar buiten toe van de reeksen grote scheppingen, die steeds maar door zullen voortkomen uit Mijn liefde, Mijn wijsheid, orde, macht en kracht."
Hoofdstuk 225: De wonderkracht van de wedergeborenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "De ziel zal zich steeds zo tot de geest verhouden als het aardse lichaam tot de ziel. Het lichaam van een ziel, al is die nog zo volmaakt, heeft in zekere zin ook een eigen wil om te genieten, waardoor de ziel bedorven kan worden als zij daarop ingaat. Een juist opgevoede ziel zal echter nooit ingaan op de vraatzucht van het lichaam en steeds de baas over haar lichaam blijven; maar bij een verkeerd opgevoede ziel is dat heel goed mogelijk.
Hoofdstuk 226: De verhouding tussen ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Zolang de ziel helemaal opgaat in de wil van de geest, zo lang gebeurt alles precies volgens de wil van de geest, die ook Mijn wil is; maar wanneer de ziel echter, door herinneringen van vroeger, wat meer bezig is met zinnelijke dingen, dan treedt op zulke momenten de geest terug en laat de ziel alleen over aan de uitvoering van haar wens, waarvan meestal niets terecht komt, vooral als de uitvoering daarvan zeer weinig of vaak ook helemaal niets geestelijks ten doel heeft.
Hoofdstuk 226: De verhouding tussen ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Maar zoals men bij het lichaam om de genoemde reden niet op andere plaatsen zintuigen aan kan brengen teneinde de op de juiste plaats aanwezige te vervangen, zo is het, maar dan in nog veel grotere mate, ook het geval bij de ziel, die een nog veel teerder, geestelijker organisme is! Zij kan slechts door de hersenen van het lichaam zien en horen; de andere indrukken, die echter dof en onverklaarbaar zijn, kan de ziel weliswaar ook met andere zenuwen waarnemen, maar deze moeten toch ononderbroken in verbinding staan met de hersenzenuwen, omdat anders het gehemelte geen smaak en de neus geen reuk heeft."
Hoofdstuk 227: Hersenen en ziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Wat dan echter aan de hand daarvan weer in de hersenen van de ziel wordt opgeslagen, kan de ziel met haar ogen, die net als die van het lichaam alleen naar buiten gericht zijn, niet zien en met haar oren niet horen, maar dat kan alleen de geest in haar. Daarom kan een mens pas dan iets zuiver geestelijks volledig herkennen, wanneer de geest, helemaal ontwaakt in de ziel, in haar is overgegaan.
Hoofdstuk 228: De juiste vorming van de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Ik zie echter wat innerlijk in de geest is, en door Mij ziet dan weer de geest van de mens die met Mij of met Mijn geest identiek is; want deze is een weerspiegeling van Mij in de ziel, zoals de zon geheel weerspiegeld wordt (in een spiegel.)
Hoofdstuk 228: De juiste vorming van de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Ik zei je weliswaar, dat een wedergeborene dat tot stand zou kunnen brengen wat Ik Zelf kan, echter alleen binnen en door Mijn eeuwigheidsorde, maar daarmee scheen je niet zo erg tevreden te zijn! Je schonk daarbij echter geen aandacht aan het feit, dat deze oervolmaakte zielen verder ook niets kunnen dan alleen datgene, wat binnen Mijn orde toelaatbaar en nuttig is.
Hoofdstuk 229: Cyrenius vraagt om uitleg van de werking van de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Ook dat is echter iets van het grootste levensbelang, want als de blanken deze zonde zouden mijden en alleen maar geslachtelijke gemeenschap zouden hebben wanneer dat nodig is voor het verwekken van een vrucht in het lichaam van een deugdzame vrouw, dan zeg Ik jullie: Er zou er niet één onder jullie zijn, die niet op z'n minst helderziende zou zijn! Maar nu, bij jullie huidige zeden, verkwist zowel de man als de vrouw de beste krachten door vaak dagelijks de alleredelste en de meest aan de ziel verwante levenssappen te verspillen, waardoor zij nooit een voorraad hebben waaruit tenslotte een steeds intensiever licht in hun ziel zou kunnen ontstaan!
Hoofdstuk 230: De gevolgen van de onkuisheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Een ander deel viel echter onder doornstruiken en vond daar vocht en kiemde goed en groeide op; maar al heel gauw werd het door het onkruid van de wereldse begeerten overwoekerd en verstikt, en het leverde daarom ook geen vrucht.
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Een deel viel echter op de openbare weg; dat ontkiemde zelfs niet, maar werd meteen voor een deel platgetrapt en voor een deel door de vogels uit de lucht opgegeten! Dat dat ook geen vrucht opleverde, hoeft niet extra vermeld te worden.
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Daar waren echter niet alleen piramiden, maar naast een gering aantal piramiden waren er vrijwel alle in de meetkunde voorkomende, stereometrische vormen, figuren en typen te zien, wat des te beter zichtbaar werd toen Ik door een ademtocht de op tafelliggende op hersenen lijkende constructie tienmaal groter had gemaakt, zodat er nu vier heel grote, goed gebouwde hopen ten aanschouwe van de buitengewoon verbaasde leerlingen voor ons op de tafel lagen, die daarvoor snel door Raphaël behoorlijk wat groter gemaakt moest worden.
Hoofdstuk 232: De bouw van de menselijke hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Daarom worden zij echter geleidelijk aan steeds tragere en op poliepen lijkende, genotzuchtige wezens. Zelden zijn zij in staat tot een heldere gedachte en zij zijn vreesachtig, laf, zeer materieel, humeurig, wispelturig, zelfzuchtig, jaloers en afgunstig. Zij kunnen moeilijk of helemaal nooit iets geestelijks begrijpen, want hun fantasie zwerft steeds binnen de aantrekkingskracht van het stinkende vlees rond en wil zich nooit verheffen tot iets hogers en geestelijkers. En ook al zijn daar zo nu en dan ook mensen onder die tenminste op momenten dat zij geen begeerte naar het vlees hebben een vluchtige blik naar boven richten, dan komen er toch méteen, als zwarte wolken aan de hemel, zinnelijke gedachten en deze bedekken het hogere zodanig, dat de ziel het volkomen vergeet en zich meteen weer in de stinkende poel van de lichamelijke lust stort!
Hoofdstuk 230: De gevolgen van de onkuisheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180  ...