Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 168 van 215

...  156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181  ...
[2] Nadat Thomas van de eerste verbazing bekomen is, zegt hij: 'Heer, lieve Vader, wat een grootsheid en wat een onuitsprekelijke pracht siert toch deze eetzaal! O God, hier is royaal plaats voor wel het honderdvoudige van de bevolking van de gehele aarde. Deze onafzienbare zuilenrijen aan alle kanten, deze werkelijk hemelse hoogte! De als een zon stralende versieringen van het gewelfde plafond, en drievoudige galerijen! De hoge ramen, die alle kleuren licht doorlaten, en deze geheel zuiver gouden vloer doen al mijn zinnen beven van ontzag. Wie heeft dit toch gebouwd? O, ik stel hier vragen als een blinde. U, eeuwige Meester, bent de enige Bouwmeester van zulke wonderwerken. De vurigste geest van een Cherubijn, wiens wezen uit de helderste vlammen van Uw wijsheid is geschapen, kan U nooit genoeg liefhebben en prijzen, laat staan zo'n aardworm als ik! 0 heerlijk, heerlijk, wat een aanblik! Werkelijk, dat overtreft zelfs duizendvoudig de fantasie van een aartsengel.
Hoofdstuk 128: Thomas' bede voor de nog in de voorzaal verblijvende schare van zijn voormalige vijanden. Hij wordt met een eregewaad en een wijsheidshoed gekleed. Zijn eerste opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] De franciscaan zegt: 'Ja, dezelfde Jezus van wie de evangelische traditie zegt, dat Hij Gods Zoon is en blijft; voor eeuwig een Heer van hemel en aarde! Tijdens mijn leven op aarde geloofde ik weliswaar niet in deze traditie, omdat ze door Rome te zeer misbruikt werd. Daaruit moest ik de volgende conclusie trekken: als dit niet louter het werk van de vroegere heerszuchtige hiërarchen was, dan zou het toch onmogelijk zijn om van zo'n Godsleer zo schandelijk misbruik te maken. Want er zijn in de roomse hiërarchie in nauwelijks 1200 jaar tijd dingen gebeurd, waarvoor de hele hel diep respect moet hebben! Zou de zich vaag op de achtergrond houdende stichter van zo' n leer een Zoon van de Allerhoogste zijn? Werkelijk, heer graaf, het zou voor mijn geest geen geringe opgave zijn geweest zoiets te geloven.
Hoofdstuk 136: Gesprekken over Jezus. De religieuze ervaringen van de franciscaan. De graaf als bijbelkenner. Het eindvoorstel van de franciscaan - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Vooral Mathilde-Eljah merkt dit op en zegt: 'O God, wat een onvergelijkelijk verschil tussen zo'n wereld en onze aarde! Daar is alles een volmaakte hemel, maar op aarde is alles vergeleken bij deze wereld de puurste hel. O, dat moeten bijzonder goede en wijze mensen zijn! Op deze wereld zal zeker geen dood bestaan. Ook lijkt het of daar niets ouder wordt. Overal straalt eeuwige lente en iedere gestalte blaakt van blijmoedige jeugdigheid. O God, o Vader, wat een wereld! Ook de dieren zien er buitengewoon goedmoedig uit en lopen samen als makke lammeren.
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Na deze woorden begint Robert, aanvankelijk flink knipperend met zijn ogen, naar deze grote middenzon te kijken en zegt na een poosje: 'Vader, ik dank U voor zo'n grote genade! Nu zie ik al vormen, maar ze zijn nog niet blijvend, want de kracht van het licht wist ze van tijd tot tijd nog uit. Toch komen ze steeds als dezelfde weer te voorschijn. O, dat moet een buitengewoon wonderbaarlijke wereld zijn! Werkelijk, zo'n wereld is ook al een hemel, want daar moet het heel heerlijk te leven zijn als men eenmaal aan het licht gewend is.
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Hemel of geen hemel; dat gaat mijn verstand te boven! Is dit enkel een soort geestelijke fantasie, een geestelijk diorama of misschien een geestelijk optisch bedrog? Werkelijkheid kan het onmogelijk zijn! Ofwel de hemel bestaat werkelijk en het geziene moet dan slechts illusie zijn, of het geziene is werkelijkheid en de hemel een illusie. O Heer en Vader, nu vraag ik U toch uit naam van ons allen om een snelle opheldering!
Hoofdstuk 145: De drie deuren in de noordelijke wand. Eindeloze uitgestrektheden van de scheppingsruimte. Blik in de middengordel van de zon en in de maan. Het bestuur door de engelen van de scheppingsgebieden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[13] De graaf zegt: 'Alles goed en wel, maar op de allerhoogste wijsheid kan men nimmer iets afdingen. Wat zij eenmaal uitspreekt, is uitgesproken voor de eeuwigheid! Dat toont ook Jezus duidelijk aan, waar Hij zegt: 'Hemel en aarde zullen vergaan, maar Mijn woorden in alle eeuwigheid nooit!' Wanneer wij dus als we ons in ons hart tot Hem wenden, zouden horen: 'Weg met jullie, boosdoeners!', wat dan, vrienden? Zolang wij niets van Hem verlangen, hoeft Hij ons denk ik ook niets te geven, noch iets goeds, noch iets slechts. Verlangen wij echter eenmaal iets, dan hebben wij voor Hem meteen de poort geopend, zodat Hij met ons kan doen wat Hij in Zijn onveranderlijke wijsheid wil.
Hoofdstuk 136: Gesprekken over Jezus. De religieuze ervaringen van de franciscaan. De graaf als bijbelkenner. Het eindvoorstel van de franciscaan - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] Waren wij maar liever de Oostenrijkse regering trouwen onderdanig gebleven, en hadden wij ons menige vorm van dwang, die bedoeld was voor het algemeen welzijn, laten welgevallen, dan zouden wij er nu beter voorstaan. Daar wij echter de, zeker door Gods toedoen aangestelde, regering niet langer gehoorzaamd hebben en zelf regenten wilden worden, hebben wij het loon daarvoor nu dan ook ontvangen. Het is genoeg, dat we op aarde meesterstukken van menselijke domheid aan het licht hebben gebracht. Moeten wij soms ook hier daar nog gebruik van maken? Ik ben liever voor eeuwig een heel gewone inwoner van de een of andere zwart-gele hemel, dan in de hel een radicale koning.
Hoofdstuk 138: De graaf en de franciscaan over de pas vernomen stemmen. De graaf heeft nog steeds bedenkingen. Een man uit het volk roept Jezus aan - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] De spreker vervolgt: 'Beste vrienden en broeders, er is een goed idee in mijn ziel opgekomen en dat wil ik jullie meedelen. Kijk, wij zijn allen even ongelukkig geworden en niemand heeft iets voor op de ander. Hoe zou het zijn, als wij eens in echte broederliefde en vriendschap bij elkaar bleven en, zonder elkaar verwijten te maken, afwachtten hoe Gods almacht over ons zal beschikken? Het is toch al erg genoeg, dat we voor God zo bang zijn als een duif voor de klauwen van een arend. Denken jullie dan dat Gods oordeel over ons daardoor milder zal uitVallen? God doet wat Hij wil en geen eeuwigheid brengt Hem van Zijn eens genomen besluit af. Laten wij daarom tenminste onder elkaar vriendelijk zijn, mocht de Godheid ons misschien niet al te vriendelijk tegemoet treden! Het wordt nu werkelijk steeds lichter en daar boven lijkt de hemel me ook al echt blauw, maar sterren kan ik nog niet waarnemen. Waarschijnlijk zullen er hier ook geen zijn.'
Hoofdstuk 139: Het begint bij de graaf te dagen. Een hooggebergte en een paleis worden zichtbaar. Liefdevolle lessen over de ordening in het hiernamaals - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[25] De graaf zegt: 'Geachte beste vriend, dat is vanzelfsprekend, want ik zou veel liever helemaal niet bestaan, dan van iemand iets aan te nemen dat ik hem niet op de een of andere manier weer terug zou kunnen geven. Zo is ook mijn gehele gezelschap; daarvoor durf ik naar eer en geweten borg te staan. Maar, beste vriend, daar u vast al langer in deze streek woont en wel overal goed van op de hoogte zult zijn, zeg ons allen eens, hoe wij ons om hulp tot de enige God van hemel en aarde, dus tot Jezus de Gekruisigde, moeten wenden. Waar is Hij, en zullen onze zondige ogen ooit Zijn heilige aangezicht te zien krijgen?
Hoofdstuk 139: Het begint bij de graaf te dagen. Een hooggebergte en een paleis worden zichtbaar. Liefdevolle lessen over de ordening in het hiernamaals - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] De graaf zegt: 'Mijn beste Cyprianus, zo gemakkelijk wordt van 'de graaf’ geen afstand gedaan! Deze vriend, die zeer wijs lijkt te zijn, heeft iets dergelijks nog niet van mij verlangd, en als hij het al verlangd zou hebben, is het de vraag of ik aan zijn verlangen direct tegemoet zou zijn gekomen. Het geslacht Bathianyi is namelijk al heel oud, begrijpt u dat?' De franciscaan zegt: '0 ja!' De graaf zegt: 'Blijft u wat u bent, dan blijf ik wat ik ben! Wat kan het u schelen of ik al of niet een graaf ben? Zijn er dan geen heel vrome graven, vorsten en hertogen geweest? Kan men dan als graaf God niet evengoed liefhebben? Ik denk dat de fijne beschaving van een aristocraat voor een zuivere liefde geschikter zal zijn dan die van een ordinaire boerenpummel! God zou niet volmaakt zijn, als Hij een groter welgevallen zou hebben aan het onvolmaakte. Waarom worden dan zelfs in de hemel de meest volmaakte engelen' aartsengelen' genoemd? Men noemt hen ook wel 'lichtvorsten' en 'herauten van Gods macht'. God Zelf heeft dus al onder de eerstgeschapen geesten een bepaalde rangorde ingesteld, die Hij zelfs nauwgezet in acht neemt bij hemellichamen, bergen, zeeën, planten en dieren. En wel zo, dat alles elkaar moet dienen. Desalniettemin blijft de zon in het vervolg zon en kan niet verlaagd worden tot een gewone planeet. Ook de Chimboradzo blijft Chimboradzo en kan niet verlaagd worden tot een molshoop. Tussen de Amazonerivier en een beekje bestaat toch hopelijk ook een duidelijk waarneembaar verschil.
Hoofdstuk 141: De franciscaan over de liefde. Hij bekritiseert de graaf. Diens aristocratisch antwoord. De bemiddeling van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Inmiddels bevinden wij ons nu allemaal op de grond van het gelijkvloerse venrek en willen daar meteen het noodzakelijkste in ogenschouw nemen. Kijk naar de vier grote wanden. In iedere wand zien jullie drie deuren. Door deze deuren hebben jullie toegang tot alle werelden en hemelen en hun gemeenschappen die zich in de hele oneindigheid bevinden; alleen niet tot deze hoogste en binnenste hemel waarin jullie nu zijn. Kom nu naar de noordzijde; dan zullen we vlug een begin maken.'
Hoofdstuk 144: De eeuwige dood, zijn oorzaak en zijn wezen. Het lot van degenen die in de derde hel ten prooi vallen aan de eeuwige dood. Het dreigen met het oordeel en de lankmoedigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Daal met ons aan de hand van onze almachtige Vader af in de diepte van de schepping, en kijk met de ogen van het hart naar de onverschrokken bruggenbouw van de ene wereld naar de andere, van de ene hemel naar de andere en van het ene hart naar het andere. Dan zullen jullie, hoewel nog geheel in het sterfelijke vlees, samen met ons diep geluk en zaligheid voelen en daardoor jullie zielen tot leven brengen. O Heer, waarom mogen wij dan toch zo zalig zijn, terwijl miljoenen broeders blind en doof zijn?'
Hoofdstuk 143: Vermanende oproep aan de kinderen van de aarde. Verschillen tussen aards en hemels leven. Gelijkenis van de afgevallen boomvruchten en van de pottenbakker. De eeuwige dood. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Als er op aarde voortdurend maar één wind zou waaien, zou er nooit regen komen. Maar komt deze ene wind een andere tegen, dan zullen daardoor meteen verdichtingen in de lucht ontstaan, die eerst als neveltjes en tenslotte als zware regenwolken zichtbaar worden. De wolken laten de wind echter niet zien zolang de wind puur wind blijft, maar heeft de wind eenmaal wolken uit zichzelf geschapen en heeft hij zich met hen bekleed, dan maken de wolken de wind zichtbaar en tonen door hun beweging zijn richting aan. Ik denk nu, vrienden en broeders, dat deze zaak jullie wel duidelijk is geworden.'
Hoofdstuk 142: Orgelconcert met lichtbeelden. Geheimen over het wezen van klank en beeld. Grondwet van alle openbaring van krachten: kracht en tegenkracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Vriend, is het mosterdzaadje waarmee de Heer Zelf Zijn rijk vergeleek, soms een Chimboradzo of een Amazonestroom? O nee, het is onder de zaadkorrels het kleinste! Als de Heer Zijn rijk echter vergelijkt met zoiets kleins, waarmee Hij zeker de uiterste deemoed van de mens wil aangeven, dan kan men toch niet aannemen, dat er op de oppervlakte van het kleine korreltje plaats is voor Chimboradzo's en Amazonestromen. Ook zegt Hij dat onder de takken van de uitgegroeide mosterdstruik de vogels van de hemel hun intrek zullen nemen. Zou Hij ten gunste van de aardse grootheden niet eerder moeten zeggen: 'En onder zijn takken zullen griffioenen, arenden, lammergieren en struisvogels hun intrek nemen!', om daardoor aan te tonen, dat men op aarde minstens een baron moet zijn om in het rijk der hemelen te worden opgenomen?
Hoofdstuk 141: De franciscaan over de liefde. Hij bekritiseert de graaf. Diens aristocratisch antwoord. De bemiddeling van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[18] De vreemdeling zegt: 'Aha, daar heb ik je al waar ik je hebben wilde! Wanneer jou een tweede pijn, tengevolge van het voor straf afhakken van je handen niet zint, waarom zou het dan de Godheid behagen haar eigen ledematen af te hakken, wanneer deze zich onvoorzichtig hebben gedragen tegenover andere? Hoe kun je van God verlangen dat Hij Zichzelf aandoet, wat jij jezelf nooit zou aandoen? Zoals jij met alle ledematen van je lichaam als een compleet wezen bestaat, zo is ook de Godheid met al Haar geschapen wezens een concreet geheel en probeert steeds alle zieke delen zo goed mogelijk te helen en geschikt te maken voor hun eeuwige bestemming. Wanneer God de Heer jouw wonden op een andere en veel betere manier weet te genezen, zul je dan toch nog zinnen op wraak op je aardse vijanden?'
Hoofdstuk 142: Preek van de vreemdeling tegen de neiging tot oordelen. Tegenwerping van de franciscaan. De vreemdeling over de ordening van het hart - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181  ...