Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2758 resultaten - Pagina 176 van 184

...  159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184
[6] Nu we dit weten, wordt het stralen van iedere zon jullie nog grondiger duidelijk, als Ik jullie zeg, dat desondanks iedere zon toch ook nog haar eigen licht heeft vanuit het gebied van de daar wonende geesten. Dit eigen licht is echter niet van die intense aard zoals jullie de zon waarnemen; maar het is veeleer slechts een voortdurend actief vermogen van het luchtoppervlak van het zonnelichaam, waardoor deze het van de centraalzon en van de wanden van de hulsglobe uitgaande licht en de uitstralingen van andere zonnen des te inniger en volmaakter in zich kan opnemen en daarna weer kan doorgeven. Om deze reden bestaan er op ieder zonnelichaam dan ook een groot aantal vulkanen, met name in het gebied van hun evenaar. Hoe het echter zit met deze vulkanen, die niet zelden voor het gewapende oog als zwarte vlekken zichtbaar worden, en hoe de luchtatmosfeer van de zon door hen steeds in staat wordt gehouden om licht op te nemen, zal jullie in de volgende mededeling bekend gemaakt worden.
Hoofdstuk 5: De uit zichzelf stralende hoofdmiddenzon. Het spiegellicht van de ondergeschikte zonnen - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[2] Ze bevinden zich nog steeds op de derde heuvel dichtbij de kleine tempel, die daar niet meer dan 77 zuilen heeft. En kijk, B loopt juist weer naar A toe en vraagt hem het volgende: ‘Broeder, wat denk jij in jouw wijsheid: hoe lang zal het de grote God behagen het van zijn grote druk ontlaste gezwel zo open te laten staan?’ - A zegt: ‘Broeder, je weet toch dat er niets is wat wij met meer moeite bepalen dan de tijd. Hoe kun je mij zoiets vragen? Maar geef mij een tijdmeter, dan zal ik het je wel zeggen’. - B zegt weer: ‘Beste broeder, kijk, daar waar wij onze tijdmeter hadden opgesteld staat nu water; ik kan je nu dus geen tijdmeter verschaffen. Maar je kunt me tenminste toch wel zeggen hoe ver ik met een gemiddelde bewegingssnelheid zou kunnen komen, tot de geweldige uitstulping weer helemaal in de diepte wegzakt naar zijn vorige positie?’ - En A zegt weer: ‘Je zou in die tijd wel zevenenvijftig miljoen kunnen doen, tot de uitstulping weer volledig in de diepte wegschrompelt, tot een litteken wordt en het litteken zelf tenslotte geneest tot een gladde bodem van het grote meer’.
Hoofdstuk 11: De pendel-tijdmeter van de bewoners van de middengordel. Het ambt van tijdwachter en overige ambten - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[12] Nu zullen jullie waarschijnlijk zeggen: Ja, maar hoe zit dat nou met het vorige slinger-tijdsbestek, dat vóór de stilstand verlopen is? - Daar wordt geen rekening meer mee gehouden, omdat men de duur van de stilstand niet kan bepalen. Daarom worden bij een opnieuw begonnen, door de slingeringen gemeten tijdsbestek alle mensen weer even oud. Want dat kan daar ook heel gemakkelijk het geval zijn, omdat het ouder worden daar absoluut niet in de natuur geworteld is; maar een volgens jullie tijdrekening verscheidene honderden jaren oud mens ziet er nog even fris en monter uit als hij er wellicht in zijn twintigste levensjaar volgens jullie tijdrekening uitzag. Daarom lukt het zich-jonger-maken daar ook, wat de tijdsduur van het leven betreft. En zo onderscheidt oud en jong zich alleen in wijsheid.
Hoofdstuk 11: De pendel-tijdmeter van de bewoners van de middengordel. Het ambt van tijdwachter en overige ambten - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[4] Kijk, zo is het in ernst ook in de hemelen, waar de hoogste engelengeesten ook de minst aanzienlijken zijn en zich tegenover anderen opstellen als dienaren ten opzichte van hun heer. Desondanks staan ze toch in het hoogste aanzien, wat veroorzaakt wordt door Mijn liefde en wijsheid in hen.
Hoofdstuk 23: God de Vader Zelf als leider. Gezinsleven, huwelijk en voortplanting op de middengordel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] Maar geen enkele huisvader zegt dan iets anders dan: ‘Verheven leraar van ons gehele, grote land! Geef slechts één woord van uw wijsheid en daarna uw broederlijke zegen van boven in de genade van de grote God, dan heb je ons in de meest liefdevolle mate gediend!’
Hoofdstuk 23: God de Vader Zelf als leider. Gezinsleven, huwelijk en voortplanting op de middengordel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[23] De volgende keer zullen we dus de vorm en de gestalte nader beschouwen, die zich dus ongeveer verhouden als de wijsheid en de basis daarvan. En dus genoeg voor vandaag!
Hoofdstuk 25: Het eerste paar nevengordels. Het landschap en de mensen daar. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[11] Om het voorhoofd dragen de vrouwen een rode band, die bij hen de liefde voor de wijsheid betekent.
Hoofdstuk 26: Over uiterlijke en innerlijke schoonheid. Meer bijzonderheden over gestalte, kleding en levensgewoonten van de mensen op het eerste paar nevengordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[23] Hier draagt de vrouw een blauwe band om het voorhoofd. De man heeft echter een klein rood kapje om zijn hoofd te bedekken; dit kapje drukt hier bij de man de bijzondere liefde voor de wijsheid uit. De blauwe band van de vrouw om het voorhoofd geeft echter de standvastigheid van de vrouw aan, namelijk dat ze een trouwe volgeling van de wijsheid van de man is.
Hoofdstuk 26: Over uiterlijke en innerlijke schoonheid. Meer bijzonderheden over gestalte, kleding en levensgewoonten van de mensen op het eerste paar nevengordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[13] Om deze reden bestaat de voorliefde om voortdurend jong te zijn alleen meer bij het vrouwelijke geslacht, en bij het mannelijke geslacht alleen dan, wanneer ze zich met een vrouw in de echt willen verbinden. Maar wanneer het erom gaat een belangrijk ambt te krijgen, worden zelfs de stilstanden van de pendel geteld, zodat bij zulke gelegenheden menigeen dan beweert zo’n hoge leeftijd te hebben, dat hij ook door de werkelijk wijze leraren en verleners van het ambt hartelijk wordt uitgelachen. - Bij zulke gelegenheden wordt de leeftijd dan echter ook niet aan de hand van de aangetoonde slingeringen van de pendel beoordeeld, maar aan de sollicitant worden door de leraren in een speciaal daarvoor bestemde tempel heel moeilijke vragen ter beantwoording gegeven; als hij deze naar volkomen tevredenheid van de leraren beantwoordt, dan wordt hij door hen weldra geschikt verklaard voor het ambt en wordt hem een getal gegeven, dat zijn leeftijd aangeeft. En ook al is zo’n ambtskandidaat in natuurlijk opzicht niet ouder dan dertig, dan wordt hij toch op grond van zijn wijsheid voor zestig verklaard.
Hoofdstuk 11: De pendel-tijdmeter van de bewoners van de middengordel. Het ambt van tijdwachter en overige ambten - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[6] In deze tijd moet iedere andere pendel gestopt worden. Alleen de hoofdpendel van de tweede of ‘grote’ tempel mag nooit stil blijven staan. - Gedurende deze tijd wordt er dan ook nergens gewerkt of iets geleerd, maar iedere huisvader blijft met zijn gezin in zijn huis. En in deze tijd mag door niemand een voet voorbij de grens van de zuilen van een huis gezet worden, behalve alleen bij het jullie reeds bekende, dreigende, grote gevaar van de elementen, dat echter in de eerste helft van het verschijnen van deze ster zelden optreedt, maar wel in de tweede helft, die even lang duurt als de eerste (maar het spreekt vanzelf dat dit in één en dezelfde streek niet altijd zo is, maar onder bepaalde voorwaarden onder invloed van een hogere orde, dat wil zeggen overeenkomstig de orde en overeenkomstig de wil van de goddelijke wijsheid).
Hoofdstuk 24: Rust- en feestdagen. Het sterven van de bewoners van de middengordel - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[5] Maar opdat er bij het beschrijven geen verwarrende verwisseling in jullie gemoed optreedt, zullen we hoofdzakelijk alleen de noordelijke gordel aan onze beschouwing onderwerpen, en de zuidelijke gordel alleen noemen, wanneer die soms afwijkt van de noordelijke.. Want jullie moeten van tevoren nog weten, dat de planeet Mercurius en de planeet Venus vrijwel dezelfde gesteldheid bezitten. Zo zijn de bewoners van de planeet evenals de bewoners van de planeet Venus vrijwel uitsluitend wijsheidsmensen. Het verschil tussen hen is alleen gelegen in het feit, dat de bewoners van Mercurius wijs willen worden, en dat ook inderdaad worden, via de weg van eigen, aanschouwelijke ervaringen, waaruit ze dan allerlei veronderstellingen en wijze conclusies trekken; vandaar dat deze mensen ook als geesten nog buitengewoon reislustig zijn en de hele schepping met eigen ogen willen bekijken, om zich zodoende op de hoogte te stellen en zich naar hun innerlijkste wezen ervan te overtuigen, dat hun conclusies van wijsheid tijdens hun lichamelijke leven geen verkeerde conclusies waren. Dat is dus het wezen of in zekere zin de voornaamste eigenschap van de bewoners van de planeet Mercurius.
Hoofdstuk 25: Het eerste paar nevengordels. Het landschap en de mensen daar. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[20] De oorzaak daarvan is hun wijsheid; want het behoort tot de basis van de wijsheid, dat zij het uiterlijke buitengewoon mooi vorm geeft. - Bij de liefde is het omgekeerde het geval; daar is het innerlijke vol oneindige schoonheid en het uiterlijke daardoor eenvoudig en sober. Daarom moet een eventuele uiterlijk grotere schoonheid ook niemand van de wijs brengen, omdat die bij lange na niet zo’n hoge waarde heeft als de innerlijk schoonheid; want die verhoudt zich als de schoonheid van een kristal, dat veel minder waard is, tot de oorspronkelijk grove gedaante van een diamant. Deze glanst in zijn natuurlijke staat weliswaar onvergelijkelijk veel minder dan een kristal, dat reeds van nature geslepen is; maar wanneer de diamant geslepen wordt en dan zijn innerlijke helderheid toont, vraag jezelf dan eens af in hoeverre de helderheid en dus ook de schoonheid van het kristal dan niet achterblijft bij de vurige kleurenpracht van een diamant?
Hoofdstuk 25: Het eerste paar nevengordels. Het landschap en de mensen daar. - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[38] Hieruit kunnen jullie al enigszins opmaken, hoeveel wijsheid er vaak in zo’n hoofdgebouw van een gemeenschap zit. Maar als jullie bovendien nog willen aannemen, dat er op zo’n zonnegordel ongeveer vijf miljoen van zulke gemeenschappelijke hoofdgebouwen staan, kunnen jullie wel uitrekenen hoeveel dikke boeken wijsheid, naar jullie schrift gemeten, op de twee gordels verzameld zijn.
Hoofdstuk 27: Woonhuizen en gemeenschappelijke nederzettingen op het eerste paar nevengordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[39] En toch is al deze wijsheid nog niet een druppel vergeleken bij de wijsheid van één enkele man, die op de hoofdgordel van de zon woont. En deze weer nauwelijks een druppel vergeleken bij de wijsheid van een hoogste priester van deze gordel, die zijn wijsheid reeds uit de liefde put. En diens wijsheid is zelf weer nauwelijks een nietige druppel vergeleken bij de wijsheid van een allerminst kind van Mijn liefde! - Hoe groot zal dan de wijsheid van een reeds voleindigde bewoners van de hemelen wel niet zijn, en dan nog die van Mij?!
Hoofdstuk 27: Woonhuizen en gemeenschappelijke nederzettingen op het eerste paar nevengordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
[40] Kortom, we zullen de wijsheid in deze archieven laten rusten en de rest van de inrichting van dit hoofdgebouw nog enigszins bekijken.
Hoofdstuk 27: Woonhuizen en gemeenschappelijke nederzettingen op het eerste paar nevengordels - Jakob Lorber - De natuurlijke zon
...  159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184