Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 176 van 1088

...  164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189  ...
[1] Zorel staat er helemaal ontsteld en verbijsterd bij en pas na vrij lang zwijgen zegt hij: "Vriend, je kunt van mij aannemen dat als ik toen beseft en geweten zou hebben wat ik nu weet, ik alles eerder gedaan zou hebben dan slavenhandel drijven! Ik ben een staatsburger van Rome en naar mijn weten verbood nooit enige wet de slavenhandel. Deze is en was van oudsher toegestaan, en wat honderden wettig mochten doen, zou ik dat dan niet mogen? Zelfs Joden mogen kinderen kopen, vooral als zij kinderloos zijn, waarom andere beschaafde volken dan niet, waartoe de Egyptenaren toch zonder enige twijfel reeds sinds mensenheugenis behoorden, evenals de Perzen?! Men verkocht dus de meisjes niet aan een wild en ruw volk, maar aan het in ieder opzicht meest beschaafde van de nu bekende grote aarde, zodat men volkomen terecht kon verwachten dat daardoor het lot van zulke kinderen, die thuis een treurig bestaan hadden, niet verergerde, maar alleen maar zichtbaar verbeterde!
Hoofdstuk 65: Zorels verontschuldigingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Ga maar eens naar het gebied van Klein-Azië, dan zul je daar zulke massa's mensen en vooral kinderen aantreffen, dat jij, als heel wijs mens, je tenslotte toch zou moeten gaan afvragen hoe deze mensen zich moeten voeden en onderhouden zonder elkaar op te eten! Ik kan je verzekeren dat ik iedere keer dat ik in de streken van Klein-Azië kwam, gewoonweg met kinderen bestormd werd door de bewoners. Voor een paar broden kreeg ik meisjes en ook jongens te kust en te keur. De kinderen renden juichend naar mij toe en wilden helemaal niet meer bij mij vandaan. Als ik er honderd kocht, kreeg ik nog veertig tot vijftig meisjes extra. De Essenen kochten er veel van mij, haast al de jongens, ongeacht de leeftijd; ook meisjes kochten zij herhaaldelijk. De Egyptenaren kochten alleen de reeds meer volwassen meisjes, ten dele voor het werk, ten dele waarschijnlijk ook voor hun plezier. Er zullen best enige geile bokken bij geweest zijn die een slavin uit wellust pijnigen, maar dat zullen er toch niet veel zijn.
Hoofdstuk 65: Zorels verontschuldigingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Naar Perzië zijn er bij mijn weten niet veel gegaan, en die werden merendeels door Perzische kooplieden en allerlei kunstenaars opgekocht, waar zij bij mijn weten voor allerlei nuttig en goed werk gebruikt worden. Bovendien bestaat er in Perzië reeds lang een wijze wet waardoor alle slaven en slavinnen na tien jaar, als zij zich goed gedragen hebben, de volledige vrijheid krijgen en daarna kunnen doen wat zij willen. Zij kunnen daar blijven, zelf een beroep kiezen of ook naar huis gaan. Dus de naar Perzië verkochten kunnen werkelijk over weinig ongeluk spreken! Wel, dat het juist in Egypte met enigen wel eens niet zo best zou kunnen gaan, wil ik helemaal niet bestrijden, maar als we naar hun vaderland gaan zullen we er daar velen aantreffen die het als vrij mens beslist geen haar beter gaat dan die ongelukkigen in Egypte! Want in de eerste plaats hebben zij bijna niets te eten, zodat velen zich voeden met rauwe wortels die zij in de bossen zoeken, en velen zijn er die 's zomers en 's winters bij gebrek aan enige kleding geheel naakt rondtrekken en bedelen, stelen en waarzeggen. Sommigen van hen weten zich door bedelen of stelen een paar lompen te verschaffen; de meesten lukt dat niet en zij trekken daarom geheel naakt rond, steeds met een troep kinderen bij zich.
Hoofdstuk 65: Zorels verontschuldigingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Als de waarheidsliefde bij de mensen door de drang naar het wereldse genot voor altijd is overwonnen en onderdrukt, zodat daardoor ook een soort eenheid in de duisternis van de innerlijke mens is ingetreden, dan is de mens geestelijk gestorven en zodoende een in zich zelf verdoemde. Hij kan eeuwig geen licht meer krijgen behalve door het vuur van zijn grove materie wanneer die door de druk van de begeerten ontvlamd is. Maar de materie van de ziel is veel vasthoudender dan die van het lichaam en er is een heel krachtig vuur voor nodig om alle materie van de ziel te verteren en te vernietigen.
Hoofdstuk 73: De zucht naar kennis en de zucht naar genot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] CYRENIUS roept een van zijn dienaars en zegt: "Loop eens naar onze bagage en haal een goed hemd, een toga en een Griekse mantel!"
Hoofdstuk 75: Cyrenius ontfermt zich over Zorel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] CYRENIUS zegt: "Daarover zullen we later wel spreken. Ga nu echter weer naar je vriend Johannes terug en laatje door hem de ware weg tonen! Als je die hebt, - dan zal al het andere niet lang op zich laten wachten!"
Hoofdstuk 75: Cyrenius ontfermt zich over Zorel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] JOHANNES zegt: "Daar zullen we het pas later over hebben; maar tóen heb jij een pot, die op een bank stond, gegrepen en met geweld naar het hoofd van je moeder geslingerd, zodat zij bewusteloos op de grond viel. Je hebt toen, in plaats van je moeder bij te staan en hulp te verlenen, de bewuste ponden goud weggenomen en je bent op een zeeroversschip hierheen gevlucht. Daarop maakte je een paar jaar lang het schone zeerovershandwerk mee, hetgeen ook de aanleiding voor je was om slavenhandelaar te worden. Je moeder stierf echter niet lang daarna, ten dele aan de gevolgen van een zware hoofdwond en ten dele uit verdriet over je onverbeterlijkheid. En zo heb je naast vele andere zonden ook die van moedermoordenaar op je geweten en als kroon op je vele slechte daden rust er op je hoofd een zeer bittere vloek van je vader, evenals van je broers en zusters! -Nu ben je helemaal ontmaskerd; wat zeg je nu als zuiver verstandsmens van dit alles?"
Hoofdstuk 69: Zorel als moordenaar van zijn moeder. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Zeg mij, wijze vriend: Van grote hoogte valt een zwaar stuk rots en doodt beneden waar het neerviel toevallig twintig daar aanwezige mensen. Waarom moest dat gebeuren? Wie is schuldig aan dit ongeluk? -Stel nu het denkbeeldige geval dat daar een machtig tovenaar voorbij kwam die uit het rotsblok op de wijze van Deucalion en Pyrrha een mens maakte, begiftigd met alle begrip en verstand. Terwijl die nieuwe mens daar zo gezond en wel staat, komt er een wijze en barmhartige rechter voorbij en zegt tegen deze nieuwe mens: 'Kijk nu toch eens, snoodaard! Dat is jouw boosaardige werk! Waarom viel je als rotsblok zo gewelddadig op deze twintig mensen? Bewijs je onschuld, of je kunt voor deze daad de vreselijkste straf verwachten!' Wat zou de nieuwe mens dan wel tegen de domme rechter zeggen? Niets anders dan: 'Kon ik als zwaar rotsblok dat geen bewustzijn heeft, er iets aan doen dat ik ten eerste ergens op een bepaalde hoogte door een onbekende kracht gescheiden werd van de rest van mijzelf, en ten tweede dat ik zo ontzettend zwaar was, en heb ik ten derde op enigerlei wijze deze verpletterde mensen soms geroepen om hier te wachten tot ik naar beneden zou vallen en hen allen zou doden?!'
Hoofdstuk 70: Zorel rechtvaardigt zijn karakter. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] Na deze woorden van Cyrenius boog Zorel zich zo diep mogelijk voor ons en ging daarna meteen weer naar Johannes, die hem opnieuw vriendelijk ontving en hem vroeg, hoe het nu met hem gegaan was.
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] JOHANNES zegt: "Je zou er weinig aan hebben als ik je dat uitlegde; als je echter doet wat ik je nu zal zeggen, zul je de weg daartoe in jezelf vinden en je ontwikkelde geest zal je, gesterkt door Gods geest, in alle waarheid en wijsheid leiden. Als je een bepaalde kunst wilt leren, moet je naar een kunstenaar gaan en je door hem in laten wijden in die kunst; dan volgt het vlijtige oefenen teneinde je de handgrepen zodanig eigen te maken dat zij volkomen overeenstemmen met die van de meester, en dan ben je net zo'n kunstenaar als je meester.
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Als je wilt leren denken, moet je naar een filosoof gaan. Hij zal je opmerkzaam maken op oorzaken en gevolgen, en daardoor zul je beginnen te denken en conclusies te trekken en je zult zeggen: "Omdat water vloeibaar is, kan het gemakkelijk bewogen worden. Door zijn zwaarte moet het naar beneden in het dal stromen, omdat volgens de algemene ervaring tot op heden alles wat gewicht heeft, tengevolge van een aantrekkende kracht uit het binnenste der aarde, zich ook steeds op het binnenste der aarde heeft gericht en dat zonder ophouden zal blijven doen volgens de onveranderlijke wil van de Schepper, die alles in de gehele natuur beheerst.
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Als het water in de zee de diepst mogelijke bedding heeft bereikt, treedt er voor wat betreft het verder stromen wel een rust in, -maar op zichzelf blijft het toch altijd een vloeibaar lichaam; en als er een stormwind over het wijde oppervlak waait, brengt dat de overigens rustige oppervlakte van het water in een golvende beweging, en dit golven van het water is op zichzelf weer niets anders dan een streven naar rust van het vloeibare waterlichaam. Maar omdat niets anders zo'n drang naar rust heeft als het water, kan het ook het gemakkelijkst en snelst uit het evenwicht van zijn rust gebracht worden.
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Daaruit volgt tenslotte de gevolgtrekking: "hoe vloeibaarder een lichaam is, des te meer rust het zoekt; en hoe meer zijn lichamelijke wezen naar rust streeft, des te gemakkelijker kan zijn rust verstoord worden. Maar hoe gemakkelijker de rust van een elementair lichaam verstoord kan worden, des te vloeibaarder moet het zijn. Uit dit voorbeeld zie je hoe men in een filosofenschool begint met te leren denken en hoe men gevolgtrekkingen gaat maken van oorzaak naar gevolg en ook omgekeerd.
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Als de geest in je ontwaakt, zul je zijn stem waarnemen als heldere gedachten in je hart. Daar moet je goed naar luisteren en je in je gehele levenssfeer naar richten, dan zul je daardoor je eigen geest een steeds groter werkgebied verschaffen; zo zal de geest in je groeien tot de grootte van een man en je gehele ziel doordringen en daardoor je gehele materiële wezen.
Hoofdstuk 76: Het geheim van het innerlijke geestesleven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Dit is de enige beweegreden waarom ik wens jouw volmaaktheid te bereiken. Laten de eisen die daardoor aan mijn leven gesteld worden, zijn wat zij willen, ik zal ze zeker nakomen, want als ik wat wil is geen offer mij te zwaar! Het wordt gebracht, zelfs ten koste van mijn lichamelijke leven! Want welke waarde kan een leven hebben als het uit enkelonvolmaaktheden is opgebouwd?! Met de onvolmaaktheid kan men niets volmaakts bereiken, -waarlijk, naar iets onvolmaakts verlang ik beslist niet meer!
Hoofdstuk 77: Zorels besluit om zich te verbeteren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189  ...