Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2682 resultaten - Pagina 177 van 179

...  154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179
[24] Wat echter niet Ik is, dat is uit het Ik en omdat het niet hetzelfde is maar slechts door dezelfde is voortgebracht, is het dus ook in dezelfde naast Mij. Je moet je dit 'naast' niet zo voorstellen als een boom naast een andere, dat is helemaal niet juist, omdat een boom altijd alleen maar buiten een andere is. Maar zo is het niet bij de denker en zijn gedachten, omdat de denker de schepper van zijn gedachten is; d.w.z. omdat hij met de mogelijkheden die in hem wonen en de hiermee overeenkomende volkomenheden een doelmatig, ordelijk idee schept en hij dus, als werkende schepper met het uit hem voortkomende idee niet één en hetzelfde is; maar ze zijn als de voortbrenger en het voortgebrachte en daarom naast elkaar. Als jullie hierover wat nadenken, dan zul je dit kleine beetje wijsheid voorzover dit voor ons doel nodig is, wel gemakkelijk begrijpen.
Hoofdstuk 79: Het magnetische fluïdum - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[17] Nymphas heeft de wolf herkend, zoals ik hem herkend heb door de geest van God, die in mij is en mij steeds drijft, trekt en leert inzake de verschillende dingen van de enige ware wijsheid in God, net als ook broeder Nymphas.
Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 2 - Jakob Lorber - Brief van Paulus aan de gemeente in Laodicea
[21] O broeders, bedenk wat diegenen u zullen baten, die de schijn van wijsheid hebben en een door henzelf gekozen huichelachtige en schijnheilige geestelijkheid en nederigheid,
Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 2 - Jakob Lorber - Brief van Paulus aan de gemeente in Laodicea
[25] Laat het levende woord van Christus rijkelijk onder u wonen, in alle liefde en echte, volkomen wijsheid uit haar! Leer, vermaan en sticht elkaar wederzijds met allerlei heerlijke geestelijke dingen en beschouwingen,
Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 3 - Jakob Lorber - Brief van Paulus aan de gemeente in Laodicea
[40] Uw woorden moeten steeds tegen iedereen met liefde gekruid zijn en gezouten met de ware wijsheid uit God; uit deze wijsheid moet u steeds putten als u met iemand spreekt, opdat hij zal ervaren welk verschil er is tussen de goddelijke wijsheid en die van de wijsgeren.
Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 3 - Jakob Lorber - Brief van Paulus aan de gemeente in Laodicea
[16] Gelooft u nu echt, oude knorrepot, dat behalve u niemand anders iets zou kunnen weten? Nou, dan vergist u zich toch deerlijk? Ik bij voorbeeld ben nog pas een jongen: tóch zou Ik u dingen kunnen vertellen, die absoluut waar en juist zijn, en waarvan uw brommerige wijsheid nog nooit ook maar heeft gedróómd!
Hoofdstuk 3: De vraag van de jeugdige Jezus aan de schriftgeleerden: 'Wie is de bedoelde maagd, en wie is dan wel haar zoon?' Het goede antwoord van een wijze schriftgeleerde. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[25] Nu kwam er dan een schriftgeleerde ten tonele, die de wijsheid zelf pretendeerde te zijn. Hij zei: 'Nu, wijsneus van 'n jongen die je bent, Iet maar eens goed op; luister en tracht te begrijpen wat je hoort. Met dat woord 'maagd' heeft de profeet niet een of ander meisje van vlees en bloed bedoeld, maar uitsluitend de leer, die God de kinderen van deze wereld via Mozes heeft gegeven. In engste zin zijn wij priesters het, die en leer en wet in levende lijve voorstellen.
Hoofdstuk 3: De vraag van de jeugdige Jezus aan de schriftgeleerden: 'Wie is de bedoelde maagd, en wie is dan wel haar zoon?' Het goede antwoord van een wijze schriftgeleerde. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[27] Déze 'Zoon' dan zal honing en melkvet eten en het kwaad verwerpen en het goede verkiezen te doen. Onder 'honing' verstond de profeet de zuivere liefde en het echte goede dat daaruit voortspruit en onder 'melkvet' verstond hij de wijsheid uit God, die de mensen ten deel valt door volgens de leer te leven en de wet te houden; en, heeft men zich dan die liefde en wijsheid uit God levendig eigen gemaakt, dan zal men ook spontaan alle kwaad verafschuwen en het goede begeren en verkiezen te doen!
Hoofdstuk 3: De vraag van de jeugdige Jezus aan de schriftgeleerden: 'Wie is de bedoelde maagd, en wie is dan wel haar zoon?' Het goede antwoord van een wijze schriftgeleerde. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[16] En als dit dus de feiten zijn, zou die jongen dan toch maar simpelweg een tovenaartje zijn, dat zichzelf een en ander heeft aangeleerd, of doet Hij dat alles uitsluitend door middel van de goddelijke kracht, die in alle volheid in Hem woont? Anders moet u Mij maar eens uitleggen wat die jongen voor middelen gebruikt om dergelijke dingen tot stand te brengen, volgens uw kennis en wijsheid op dit gebied!
Hoofdstuk 7: Antwoord van het Jezuskind op de toespraak van de hogepriester. Over de missie van de zoon van Zacharias en over de wonderbare macht van de timmermanszoon. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[13] Deze jongen hier staat van nu af aan onder mijn bescherming en ik verleen hem nu pas het recht om u met allerlei vragen te bestoken; ik zal daarbij niet van zijn zijde wijken, want in zijn hoofd en hart steekt meer nuchtere en gezonde wijsheid dan in jullie allemaal bij elkaar en in heel jullie heiligdom. Nu kan jij weer verder spreken, beste jongen, want nu heb ik jouw straatje voor je schoongeveegd!'
Hoofdstuk 8: De dreigende hogepriester wordt streng terechtgewezen door de Romeinse rechter. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[34] Dit is, kort samengevat, alles wat mij over die jongen aan merkwaardigs is bijgebleven. Meer weet ik niet van hem. Maar, hoe en met wat voor middelen die jongen al die wondere dingen tot stand brengt, daarvan gaat de beoordeling de grens van mijn kennis en mijn al te beperkte wijsheid verre te boven; dat laat ik graag over aan u die de oudste en wijste leiders bent van de tempel. Dit was wat ik te zeggen had.' (Zie voor meer details hierover het 'Jacobus Evangelie' over de jeugd van Jezus (binnenkort bij dezelfde uitgever).
Hoofdstuk 11: Nachtelijk overleg van de tempelheren. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[9] En de tekst die hem boter en honing laat eten om daardoor beter in staat te zijn te oordelen en te kiezen tussen het goede en het kwaad, die tekst kan ik slechts plaatsen binnen de Oud-Egyptische wijsheid, als een verzinnebeelding, die -als ik mijn oordeel geven mag -zoveel kan betekenen als: 'Hij zal zijn vervuld van louter liefde en wijsheid, en hij zal zeer goed onderscheiden wat juist en zuiver en goed is, tegenover wat echt slecht is !'
Hoofdstuk 23: De Romeinse rechter leest Jesaja 9:5-6 en geeft daar zijn toelichting op. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[28] Kijk, beste jongen, zó is het -volgens de diepste zin van de wijsheid en de waarheid -gesteld met de geestelijke betekenis van de woorden, spreuken en uitspraken van de profeten! Ze hebben namelijk alleen diepere, geestelijke betekenissen, maar die kunnen uitsluitend worden achterhaald door de in de Schriften echt geleerden, wanneer zij de betrouwbare en serieuze leer der zinnebeeldigheid toepassen op de gegeven materiële symbolen en beelden! Een leek is daar niet toe in staat, immers, zou die dat wel zijn, dan zouden alle hoge scholen overbodig zijn; en dan zou Mozes voor de interpretatie van de Wet en de leer van God geen speciale priesters en geleerden hebben behoeven te benoemen! Begrijp je nu hoe jouw niet begrepen profetische tekst alleen en uitsluitend juist kan worden uitgelegd?'
Hoofdstuk 3: De vraag van de jeugdige Jezus aan de schriftgeleerden: 'Wie is de bedoelde maagd, en wie is dan wel haar zoon?' Het goede antwoord van een wijze schriftgeleerde. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[17] God, Die zelf eeuwig is, kan niets tijdelijks en vergankelijks, noch iets in wordingstoestand verkerends in Zich hebben, want wat in Hem is moet -zoals Hijzelf -eeuwig zijn. Hij kan Zijn eeuwige grote gedachten en ideeën slechts schijnbaar buiten Zichzelf als het ware 'uitstallen', opdat die zich dan een persoonlijke zelfstandigheid kunnen verwerven; en als Hij dat doet, is dat vanuit Zijn standpunt een scheppingsmoment, en voor het wezen dat door Zijn Macht en Wijsheid is vrijgemaakt als een zelfstandige Godsgedachte buiten Hem begint dan pas de tijd of juister: de toestand, van toegestane zelfwerkzaamheid, waardoor een blijvend zelfstandig bestaan buiten God, maar eigenlijk toch in Hem, binnen Hem verworven kan worden.
Hoofdstuk 21: Begin van de bespreking op de derde dag. De poging van Joram om het aangesneden onderwerp af te breken mislukt. Een grove tegenwerping van de opperpriester door het Jezuskind weerlegd. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
[7] Hier moet wel zeer ernstig de vraag worden gesteld, welke raad er nog te geven zou kunnen zijn om de tempel nog voor de eerstvolgende eeuwen te behouden! En nu schijnt in jou, goddelijke jongeling, die wijsheid volledig voor handen te zijn, die in dit geval, naar mijn mening als enige, een toereikend advies zou kunnen verstrekken?
Hoofdstuk 27: Joram erkent het Jezuskind als de Messias en smeekt Hem om raad. Hij vraagt uitleg van de teksten Jesaja 52:14 en 53:3. Jezus' uitvoerige antwoord. - Jakob Lorber - Drie dagen in de tempel
...  154 - 155 - 156 - 157 - 158 - 159 - 160 - 161 - 162 - 163 - 164 - 165 - 166 - 167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179