Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 179 van 1112

...  167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192  ...
[5] Op de grote werelden bevinden zich hier en daar echter ook wijzen, die af en toe in zekere zin samenkomen met hogere geesten en zich door hen laten onderwijzen in de diepere kennis van God. Soms gebeurt het dan dat er één, wiens geest meer ontwikkeld is, het verlangen krijgt om óók een kind van God te worden!
Hoofdstuk 221: Onze aarde de school voor de kinderen Gods. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Want op alle werelden weten de wijzen, door de zich aan hen openbarende, hogere geesten, dat in de uitgestrekte scheppingsruimte een wereld is waarop de mensen kinderen Gods zijn, en dat een ziel, wanneer zij op haar wereld afstand heeft gedaan van haar lichaam, op die gelukkige wereld opnieuw een lichaam kan krijgen, dat dan echter wel helemaal grof vleselijk is. Vanaf het ogenblik dat iemand dat serieus wil, wordt hem haarfijn uitgelegd wat hij op deze wereld door moet maken.
Hoofdstuk 221: Onze aarde de school voor de kinderen Gods. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] De ziel zal iedere herinnering aan de vroegere prettige toestand zodanig ontnomen worden dat zij op de nieuwe wereld, uit een vrouw ter wereld gekomen in een onvolmaakt lichaam, zich bijna in de geheel bewusteloze, laagste dierlijke toestand bevindt en zich zelfs van het nieuwe bestaan niet het minste kan voorstellen. Pas geleidelijk aan, zo ongeveer na een jaar, begint zich een geheel nieuw bewustzijn te ontwikkelen uit de door de zintuigen waargenomen beelden, verschijnselen en waarnemingen. Het geheugen en de verse herinnering aan hetgeen beleefd wordt, zijn dan de enige wegwijzers en hulpmiddelen op de nieuwe levensweg op deze aarde. Er komen geen hogere geesten, door God gezonden, om het kind een hogere en diepere kennis bij te brengen, maar de ouders met hun opgedane ervaringen moeten hun best doen het kind op een betere weg te brengen. Het kind moet dan veel Ieren, moet zelf zijn weg bepalen, moet zoeken en vragen, moet angst, honger, dorst, allerlei pijn en ontberingen verdragen, moet zich door en door laten deemoedigen en aan het eind van zo'n leven komt dan meestal een pijnlijke en zware ziekte om de vleselijke mens het leven te benemen.
Hoofdstuk 221: Onze aarde de school voor de kinderen Gods. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Dan pas groeit God in de mens, doordringt de ziel, maakt die aan Zich gelijkwaardig en maakt zo de vroegere natuurmens uit het diepste slijk der vergankelijkheid tot een kind van God, dat zich in die volmaakte toestand verheugt in al die volmaaktheden die in God Zelf aanwezig zijn.
Hoofdstuk 221: Onze aarde de school voor de kinderen Gods. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Het kan trouwens ook best waar zijn; wat ik niet kan beoordelen, omdat mijn kennis van de sterren echt mijn zwakste punt is! Wie zou zich echter ook maar kunnen verbeelden dat de sterren, die kleine lichtpuntjes aan de hemel, werelden zouden zijn en dan ook nog grotere dan onze aarde, waarvan nog geen mens ooit het eind heeft gezien?!
Hoofdstuk 222: Philopolds terugblik op zijn vroegere leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] Maar ik heb iets anders, dat mij door de wondervolle genade van de Heer, die Zich hier in ons midden in alle waarheid zelfs lichamelijk zo bevindt als Hem alle profeten nauwgezet hebben aangekondigd, als een onweerlegbaar bewijs van boven in handen werd gespeeld.
Hoofdstuk 222: Philopolds terugblik op zijn vroegere leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] MUREL zegt: "O roep der roepen, stem der stemmen, woord der woorden, voor de eerste maal door mijn domheid herkend en begrepen! Wie kan U weerstaan, als hij U in zijn hart herkend heeft?! O, hoe verheven, heilig, groot en lieflijk en hoe bijna huiselijk bekend klinkt U door de heilige Vadermond het zo lang van Uw hart verdreven, zwakke kind tegemoet! Hoeveel maal duizend en nogmaals duizend zaligheden stromen mij tegemoet door één zucht uit de mond van Degene, die eens het 'Wordt!' in de eindeloze ruimten naar buiten donderde, waarop het begon te ontwaken en zich te bewegen in alle eindeloze ruimten, die geen eeuwigheid kan meten en ooit zal meten!
Hoofdstuk 224: Het dankwoord van Murel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Wie in Mij gelooft en Mij liefheeft en daardoor Mijn eenvoudige gebod van de zuivere liefde houdt, die is het, die Mij ook in het volle licht van zijn hart herkent als de Vader! En Ik zal altijd Zelf tot hem komen en Mij aan hem openbaren, en hij zal verder door Mij onderwezen en geleid worden en Ik zal zijn wil de kracht verlenen om in geval van echte nood alle elementen aan zich te laten gehoorzamen!
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] PHILOPOLD zegt: "Vriend! Wie Mozes goed begrijpt, vindt ook dat daarin. Maar daar is natuurlijk meer voor nodig dan het zich in het geheugen prenten van de woordelijke tekst! Wie maar ooit God boven alles liefhad, kreeg van de geest van God de juiste verklaring en zal dan ook weten dat de Genesis van Mozes niet zozeer de feitelijke schepping der werelden weergeeft, maar veeleer en eigenlijk vóór alles de geestelijke opvoeding en vorming van de gehele mens en zijn vrije wil, in en overgaande in de goddelijke orde. Wie dat begrijpt en inziet, ziet dan ook weldra het andere in omdat het langs de weg der onmiskenbare analogie daarin is te vinden, hetgeen ik jou zelf heel concreet en duidelijk zou kunnen aantonen. Maar daarvoor zou nu de tijd te kort zijn.
Hoofdstuk 222: Philopolds terugblik op zijn vroegere leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] O, broeder Philopold, wat een nooit te vergelden verdienste heb je je door mij verworven! Hoe kan, hoe moet ik het je belonen?! Vriend, als ik, vanaf nu gerekend, nog zoveel jaren zou leven als Methusalem en mij alle tempels en catacomben van de aardse, menselijke wijsheid ten dienste zouden staan, zou ik uiteindelijk van alle waarheden die jij mij nu hebt geopenbaard, nauwelijks zoveel weten als wat ik daarvan wist toen je begon met mij die wondere zaken te onthullen! Er verging nu slechts een klein uur, en ik sta er nu zo door en door verlicht bij als Mozes op de Sinaï, toen de vlammen van Gods licht zich hoog boven zijn hoofd sloten en hij letterlijk met lichaam en ziel door en door met de goddelijke wijsheid werd doordrongen!
Hoofdstuk 224: Het dankwoord van Murel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] In de eigenlijke wereld zullen de Mijnen geen schitterende triomfen vieren, want niet alle mensen van deze aarde zijn Mijn kinderen, er zijn ook kinderen van de vorst der leugen, nacht en duisternis. Die houden niet van Mijn licht en zullen diegenen niet liefhebben die Mijn licht bij hen zullen brengen. Maar daar moeten de Mijnen zich niet aan storen, want voor hen wacht de triomf in Mijn rijk!
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Kijk, wat Jesaja toen hij naar Galiléa kwam, op déze plaats en op déze berg aan de zee heeft voorspeld, gaat hier nu voor jullie ogen geheel in vervulling! Tel alle volkeren die hier vertegenwoordigd zijn, en bij allen wordt het dikke omhulsel van de ogen weggenomen en ieder krijgt zuivere wijn zonder bezinksel en wie deze drinkt en de geest daarvan opneemt in zijn ziel, heeft het eeuwige leven in zich opgenomen, en dat gebeurt met allen die hier zijn en Mijn woord genieten als de zuiverste wijn uit de hemelen. En van degenen, die deze hierna van jullie te drinken krijgen en net als jullie met volle teugen zullen verslinden, zal door Mij ook de dood verslonden worden en zij zullen hem daarna niet meer voelen en smaken!
Hoofdstuk 225: Vervulling van de belofte van Jesaja. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] MUREL zegt: "O Heer! Dat kan toch niet anders?! Want de wijn die ik te drinken kreeg, bevatte net zo min bezinksel als Uw leer en ik zeg U nu ook dat ik dit keer, en dat voor het eerst van mijn hele leven, Jesaja helemaal heb begrepen! Deze geestelijke wijn bevatte voor mij ook geen bezinksel meer en beslist ook niet voor allen die aan dit zeer rijke, geestelijke maal hebben deelgenomen. En door de nu door U, o Heer, geheel gezuiverde wijn van de profeet, heb ik nu ook U, o Heer, helemaal herkend, en ik begrijp nu hoe ook ik tot degenen behoor die op deze berg roepen: 'U, o Heer, bent onze God waarop wij wachtten en U helpt ons nu waarachtig en daardoor zijn wij nu voor eeuwig geholpen!' Maar Moab is ook behoorlijk platgeslagen, het ligt er nu bij als leeg stro en als het afval dat de wormen en de bromvliegen hebben aangevreten. 0, wat een onuitsprekelijke vreugde voor mijn ziel, die zo arm was, en zo lang naar waarheid heeft gesmacht, maar hier rijkelijk schadeloos werd gesteld voor alle moeite die zij zich voor het ontdekken van de pure waarheid zelf op de hals had gehaald!
Hoofdstuk 226: De belofte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Maar nu, Heer, heb ik van ons allen nog één belangrijk verzoek aan U! Nu U Zich eenmaal door ons hebt laten vinden, verzoeken wij U, ons, Uw kinderen, nooit meer zó te verlaten dat onze nakomelingen weer duizend jaar moeten zoeken zonder te kunnen zeggen: 'O Heer, wij hebben U teruggevonden!' Wij allen, o Heer, brengen dit verzoek dringend onder Uw aandacht!"
Hoofdstuk 226: De belofte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Beijver je daarom in de liefde tot God en de liefde tot de naaste, vooral tot die allernaasten die arm zijn en lichamelijk en geestelijk hulp nodig hebben, dan zul je met deze liefde de liefde tot God opwekken, vooral als je daarbij niet let op de wereld en haar lichtzinnige oordeel. Want wie van jullie zich terwille van de wereld schaamt voor de arme broeders en zusters en hen zal ontwijken, om bij de wereld een eerzame reputatie te verkrijgen, zal door Mij ook niet gekend en aangenomen worden!
Hoofdstuk 226: De belofte van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  167 - 168 - 169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192  ...