Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 181 van 1110

...  169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194  ...
[7] Mozes heeft weliswaar voor de toenmalige tijd een wet aan het Israƫlitische volk gegeven voor de gehele huishouding en voor alle behoeften en noden van de mensheid; maar die heeft men al helemaal vervormd en ook als hij niet vervormd was zou hij niet meer bij Mijn leer passen. Want als men ploegt kan men met oogsten; als de gezaaide tarwe echter gerijpt is, neemt men maaiers in dienst en dan hebben de maaiers niets aan, een ploeg. Mozes heeft geploegd, de profeten hebben gezaaid en nu is de maai- en oogsttijd gekomen, waarin men Mozes met de ploeg in de hand niet meer kan gebruiken. Daarom zullen wij nu oogsten en alles in onze schuren brengen wat rijp is; maar na de oogst zal jullie de ploeg van Mozes weer in handen worden gegeven om de grond opnieuw los te maken en om opnieuw de zuiverste, hemelse tarwe in te zaaien, en er zullen wachters ontboden worden die goed zullen opletten dat er geen vijand komt en onkruid tussen de zuivere tarwe zaait!"
Hoofdstuk 100: De leer van Mozes en de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Wat zal de heer hun dan antwoorden? Ik zeg jullie, dat hij het volgende zal zeggen: 'Omdat jullie niet wakker zijn gebleven gedurende de nacht, die voor leder mens een levensproef is, was het voor de vorst der duisternis immers heel gemakkelijk om zijn onkruid tussen mijn tarwe te zaaien! Maar laat beide nu groeien tot aan de tijd van de nieuwe oogst; dan zullen wij tegen de maaiers zeggen: 'Verzamel eerst de tarwe en breng die in mijn schuren, en verzamel daarna ook het onkruid en bind het in bossen en maak een vuur en verbrand alle onkruidbossen opdat het zaad daarvan niet opnieuw in de grond komt en deze verontreinigt' .
Hoofdstuk 101: Het onkruid tussen de tarwe. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] In je hart vragen jullie je nu naarstig af: 'Hoe dat zo, hoe gaat dat, wat betekent dat?'
Hoofdstuk 101: Het onkruid tussen de tarwe. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] 'Ja', zeggen jullie, 'nu begrijpen wij het goed! Maar U, o Heer, zou met Uw almacht en alwijsheid voortaan toch gemakkelijk kunnen voorkomen dat de vijand komt en zijn kwade zaad tussen de zuivere tarwe strooit ook als wij soms in de nacht van de levensproef een beetje slaap zouden krijgen!'
Hoofdstuk 101: Het onkruid tussen de tarwe. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] En Ik zeg jullie dat dit heel gemakkelijk te begrijpen is. De akker stelt de harten van de mensen van deze aarde voor; de zuivere tarwe is Mijn leer; de ploeger en zaaier ben Ik nu Zelf en jullie met Mij. De aangestelde bewakers zijn jullie ook zelf en degenen, die jullie in Mijn naam zullen aannemen. De Heer ben Ik, en Mijn schuren zijn de hemelen. Maar de vijand is satan en zijn onkruid is de slechte wereld met al haar kwade en dodelijke begeerten. De nieuw aangenomen maaiers zijn die boden, die ik te zijner tijd opnieuw uit de hemelen zal opwekken en zal zenden om de tarwe te verzamelen en al het kwade onkruid te verbranden opdat het voortaan de akker en de tarwe niet zo gemakkelijk meer zal verontreinigen. - Nu zullen jullie de juiste betekenis van dit beeld toch wel begrijpen?
Hoofdstuk 101: Het onkruid tussen de tarwe. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] En daarop antwoord Ik: 'Mijn almacht kan en mag daar niets doen, waar zich in Mijn kinderen een vrij leven moet ontplooien. Daar kan Ik Zelf iemand niet meer hulp geven dan jullie elkaar kunnen geven. Ik geef jullie de akker, de ploeg, de tarwe en Ik neem de maaiers aan; maar werken moeten jullie dan zelf! En als jullie goed werken en het je misschien ontbreekt aan de nodige kracht, dan weten jullie nu reeds dat Ik je deze altijd zal geven als jullie Mij in je hart daarom zullen vragen en je zult dan met hernieuwde kracht goed kunnen werken; maar Ik kan en mag eeuwig niet voor jullie werken! Als Ik dat zou doen, zou dat voor de vrijheid en zelfstandigheid van jullie leven geen nut hebben; want dan zouden jullie niets anders dan machines zijn, maar eeuwig geen vrije, uit zichzelf levende, denkende en handelende mensen! ,
Hoofdstuk 101: Het onkruid tussen de tarwe. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "IK zeg: "Niets gemakkelijker dan dat! Ik heb jullie al laten zien hoe ieder mens de weg van de wet moet volgen om tot vrijheid en zelfstandigheid van zijn bestaan en leven te komen. Als er echter een wet bestaat die de mens als van buiten af wordt gegeven, dan moet er toch ook een aandrang in de mens zijn om die wet liever met gemak en plezier te overtreden, ook al is het maar voor even, dan zich er heel streng aan te houden. Zo werden door Mij, voordat al het stoffelijke geschapen werd, geesten in het leven geroepen. Hoe dat plaats vond heb ik jullie al zo beschreven dat je het wel moest begrijpen; want zelf houden jullie tegenwoordig, als je iets tot stand brengt, nog geheel dezelfde volgorde aan.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Eerst maak je tekeningen op papier, en wel zo lang tot de tekening helemaal lijkt op het reeds volledig ontwikkelde beeld in je geest. Als de tekening helemaal voldoet aan het beeld in je geest, overleg je met deskundigen hoe het gerealiseerd kan worden. En de deskundigen denken na, zien al gauw iets in het voorgestelde idee en zeggen: 'Dit zijn de voorwaarden, zoveel jaar hebben we nodig en zoveel zal het gaan kosten!' Jullie stellen dan een kontrakt op, met het werk wordt begonnen en een paar jaar later kan je idee bekeken, bewonderd en gebruikt worden door jezelf en duizenden andere mensen.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Kijk, zo scheppen jullie je huizen, werktuigen, steden, burchten, schepen en nog duizenden andere dingen! En op dezelfde wijze schep ook Ik de hemelen, de werelden en alles wat deze bevatten en dragen. Natuurlijk is voor het scheppen van een wereld meer tijd vereist dan jullie nodig hebben voor het bouwen van een hut, een huis of iets anders; want jullie hebben de kant en klare materie al bij de hand, -maar Ik moet de materie eerst scheppen en haar uit de onveranderlijke vastheid van Mijn wil halen.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "Toen Ik in het eerste begin de geesten als Mijn rijp geworden ideeƫn uit Mij naar buiten bracht en deze zodanig met Mijn kracht vervulde dat zij zelf begonnen te denken en te willen, moesten hun ook voorschriften gegeven worden volgens welke zij moesten denken, willen en tenslotte handelen. Samen met deze meegedeelde en gegeven regels moest echter ook de prikkel om zich niet aan deze regel te houden in deze eerste wezens gelegd worden, omdat zij anders nooit op een of andere wijze hun wil hadden kunnen gebruiken. De in hen gelegde prikkel veroorzaakte in hen pas een echt levensgevoel ten gevolge waarvan zij besluiten begonnen te nemen, te kiezen, vast te willen en te handelen.
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Zo is het immers toch ook bij jullie, terwijl jullie al te maken hebben met reeds gevormde materie! Een huis, dat jullie desnoods binnen een dag hebben gebouwd, zal echt geen eeuwen nog minder duizend jaar trotseren! Maar bij bouwwerken waarvan je voor je er aan begon eerst het idee gedurende enige tijd helemaal in je hebt laten rijpen en daarbij eerst zelf door de reflectie van je idee steeds helderder voor ogen hebt gekregen wat er allemaal voor nodig is om zo'n vorm zo duurzaam en volledig mogelijk te realiseren, zul je ook iets duurzaams maken zoals de piramiden, die tot op heden reeds, zoals alle ontwikkelde mensen weten, bijna tweeduizend jaar staan en alle stormen trotseren en nog meer dan viermaal zolang zullen blijven staan, terwijl zij aan de buitenkant nauwelijks verweerd zijn.
Hoofdstuk 102: Gedachten en hun verwezenlijking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Eerst werden er hoofdcentraalzonnen geschapen en daaruit ontstonden vervolgens alle talloze andere zonnen en hemellichamen, met daarbij al het andere wat jullie erop, erboven en erin ontdekken en vinden.
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (De Heer:) "Als jullie deze ontwikkeling nu wat nader beschouwen, dan zal het jullie echt niet moeilijk vallen de diepe waarheid in te zien van de afkomst van het onkruid op de zuivere akker van het leven.
Hoofdstuk 104: De zelfzucht als oorsprong van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Maar jij, Mijn Cyrenius, en jouw keizer zijn dat niet. Hoewel jullie nog heidenen zijn is het Mijn wil dat jullie zijn wat je bent! Jullie zijn Mij als heidenen liever dan veel koningen die, als aangestelde leiders van de kinderen Gods, slechts ware lichamelijke en meer nog geestelijke moordenaars van hen waren. Daarom zijn hun echter ook voor altijd de oude tronen en kronen en scepters afgenomen en aan jullie, wijzere heidenen, toevertrouwd. - Ik vond het nodig om hier deze woorden aan toe te voegen om te voorkomen dat jij, Mijn Cyrenius, zou gaan denken dat Ik zou menen dat jij en je neef als overweldigers op de heerserstroon zouden zitten. - En nu verder met onze beschouwing over het onkruid op de goede akker!"
Hoofdstuk 104: De zelfzucht als oorsprong van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Maar wat is tijd voor de eeuwige God?! Een ziener uit de voortijd zei: 'Duizend jaar zijn voor God als een dag!' Ik zeg jullie: Duizendmaal duizend jaar zijn voor God in alle ernst nauwelijks een moment! Voor iemand die lui is, worden van pure verveling de uren dagen en de dagen jaren. Voor de ijverigen en voor hen die veel bezigheden hebben, worden de uren ogenblikken en de weken dagen. God is echter van eeuwigheid af vervuld met een oneindige werkijver en steeds maar oneindig bezig, en het gelukkige gevolg daarvan is dat tijden die voor jullie onvoorstelbaar lang duren, Hem voorkomen als enkele ogenblikken, -en de complete schepping van een zon duurt in Zijn ogen dan ook maar heel kort.
Hoofdstuk 105: Het ontstaan van de zonnestelsels. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  169 - 170 - 171 - 172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194  ...