Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 184 van 1110

...  172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197  ...
[2] Het licht van deze steen heeft de eigenschap zodanig in te werken op de levenszenuwen boven de maagholte, dat de ziel bij langer inwerken van dit licht haar gezichtsvermogen daarheen verplaatst, waardoor zij zelfs de meest verborgen dingen begint te zien. Jullie waarneming zal zich nu geheel daarheen verplaatsen en jullie zullen daardoor met gesloten ogen beter zien dan nu met je ogen wijd open.
Hoofdstuk 114: Een blik in de wereld van de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Daarop verzamelt JARAH al haar moed en vraagt aan een wazig gekleed lichtblauw mannetje: "Wie zijn jullie dan, en wat willen jullie hier?"
Hoofdstuk 115: Jarah en de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Het lichtblauwe MANNETJE gaat nu vlak voor Jarah staan, staart haar met grote ogen star aan en zegt dan: "Wie gaf je opdracht, stinkend stuk vlees, een vraag te stellen aan ons, reine wezens? Behalve de éne, en met uitzondering van nog één, stinken jullie allen weerzinwekkend naar materie; en dat is de grootste vijand van onze neusgaten! Stel ons in het vervolg pas dan een vraag, stinkend aas, als je daartoe opdracht hebt gekregen van de almachtige geest van alle geesten, -en zorg jij je er verder maar voor dat je je lichamelijke mottenzak op een goede manier kwijt kunt raken!"
Hoofdstuk 115: Jarah en de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Het MANNETJE lacht weer en zegt: "Wat je ziet, hoef je niet te weten! Jij ziet nu toch ook meer dan je anders kon zien! Ik zie echter nog meer dan jij, omdat ik geen stinkend vlees om mij heen heb hangen; en dus zie ik precies hoe het met jou en met ieder ander van jullie gesteld is. Ik zeg je, beeld je niets in over al je goede eigenschappen, want die zijn nog lang niet van jezelf!"
Hoofdstuk 115: Jarah en de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] O, als je er tijd voor zou hebben zou er nog zeer veel over te vertellen zijn! Maar, wat wij toen in onze ongelukkige toestand zagen, dat zien wij nu weer terwijl onze ogen echt gesloten zijn, en dit gezicht wekt weer de herinnering in ons op, die ons nu luid toeroept: ' Al deze dingen hebben jullie gedurende enige jaren iedere avond en iedere nacht gezien!' Af en toe zagen wij zelfs overdag, als het echt herfstachtig, somber weer was, dezelfde taferelen en wisten natuurlijk niet wat wij daarmee aan moesten; maar nu begrijpen wij het gelukkig, en wij weten wat daaruit voortkomt, waar het vandaan komt en wat het is! O Heer, U zij daarvoor alle eer, alle liefde, alle dank en alle aanbidding!"
Hoofdstuk 114: Een blik in de wereld van de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[18] Daarop lacht het MANNETJE weer en stelt zich op als een veldheer en zegt tegen zijn leger: "Als jullie het aanstaren van het gezelschap zat zijn, trekken wij weer verder, want hier stinkt het mij echt te veel!"
Hoofdstuk 115: Jarah en de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Nu weten jullie echter ook wat er met deze wezens aan de hand is. Let nu op het verdere wat komen zal!"
Hoofdstuk 116: Het wezen, en doen en laten van de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Daarom eet de mens dan ook meestal alleen de vrucht van de planten waardoor de plantenkiem zielen zich rechtstreeks met zijn ziel kunnen verenigen. De wat grovere delen van de kern en de vrucht kunnen zich echter alleen met het bloed en het lichaam en met het kraakbeen en het beendergestel verenigen. Uiteindelijk moet dit zich allemaal, omdat het nog te onzuiver is, na het sterven soms nog meerdere malen opnieuw door het rijk van de plantenwereld gaan om zich te zuiveren, tot het uitrijpt tot kiemgeest en volledig rijp wordt voor de opname in een nieuwe dier of zelfs mensenziel. -Nu weten jullie zo terloops ook, hoe deze kluwens ontstaan en welke ontwikkeling zij doormaken en wat hun einddoel is, en nu kunnen jullie dus weer verder gaan met je beschouwingen en zien of er niet weer een verschijnsel voor jullie zal opdoemen!
Hoofdstuk 117: Een kluwen zielestof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Maar dat wat jullie hier nu zien, is de bekende ladder van Jacob waardoor hij hemel en aarde met elkaar verbonden zag, en waarop hij de levenskrachten en Gods gedachten omhoog en naar beneden zag gaan. Jacob zag dat beeld wel, maar noch hij noch iemand na hem heeft het tot op dit uur begrepen. Voor jullie heb Ik het nu ontsluierd; maar ook jullie allen moesten eerst door het licht van deze lichtende kogel in een soort heldere slaap gebracht worden om de onthulde Jakobsladder te zien en deze vervolgens door Mijn woord ook te begrijpen opdat jullie weten hoe het hemelse en het aardse samenhangen en dat op dezelfde ladder het ene steeds in het andere overgaat. -Kijk over de zee, dat wil zeggen nu met de blik van je geest of liever je ziel, en zeg Mij wat je daar ziet"
Hoofdstuk 117: Een kluwen zielestof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] IK zeg: "Dat wat jullie daar zien, is de eigenlijke levensvoeding, het is het zout van de lucht en het zout van de zee; eens zullen de natuurkundigen dit element zuurstof noemen. Zien zullen zij het niet, maar wel waarnemen en zij zullen het gehalte en de mate waarin het aanwezig is, of ook wel het geheel ontbreken daarvan, vaststellen.
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Deze stof is oorspronkelijk de eigenlijke zielesubstantie en komt overeen met de gedachten, voordat die nog tot een idee samengevoegd worden. Maar wanneer je deze geestelijke levensstof in voldoende hoeveelheid ergens bijeen zult vinden, dan zal zich daar ook al gauw de een of andere vorm vertonen hetzij een levende, die zacht en beweeglijk is, of een verstarde vorm, zoals een steen of een stuk dood hout. Kijk nu speciaal langs de oever, dan zullen jullie hier en daar bijzondere plotseling oplichtende lichtpuntjes ontdekken die ontstaan door het opeenhopen van de levensstof.
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Daaraan kunnen jullie nu zien hoe onze vuurslangen zich op een aantal plaatsen bij .honderden en duizenden klompvormig samenballen. Zo'n schijnbaar toevallig gevormde klomp geeft gedurende enige tijd een fel licht. Deze grotere lichtproductie vindt plaats op het moment waarop een aantal van deze levensvuurslangen samengaan; door dit samengaan is dan reeds een idee in de een of andere vorm ontstaan.
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Als de vorm eenmaal gereed is, komt er rusten het bijzondere lichten houdt op, maar dan vormt zich daaruit reeds een schepsel. Het wordt zichtbaar in de vorm van een kristal, of in die van een zaadkorrel of een ei, of zelfs reeds in de vorm van een compleet waterdiertje of tenminste van een watermos plantje, om welke reden jullie dan ook heel vaak de vlakkere en ondiepe oevergebieden het rijkst begroeid zullen zien met allerlei waterplanten. En waar veel van die begroeide plaatsen voorkomen, zal ook geen gebrek zijn aan allerlei grotere en kleinere waterdieren.
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Nu vragen jullie je af wie deze levensgeesten die allemaal op elkaar lijken, een vaste of levende, beweeglijke vorm geeft? Die vraag zal Mijn Raphaël jullie het best kunnen beantwoorden. Kom, Raphaël spreek, en toon je kunnen!"
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Hoe dit in zijn werk gaat, heeft de Heer Zelf jullie zojuist overduidelijk laten zien. Maar jullie zullen in dat alles pas dan tot een volledig helder levensinzicht en volmaakt begrip komen, als jullie zelf geheel voleindigd in de geest voor God de Heer zullen staan en niet meer in een zwaar stoffelijk lichaam.
Hoofdstuk 119: Raphaël toont het scheppen van organische wezens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  172 - 173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197  ...