Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 185 van 215

...  173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197 - 198  ...
[24] BISSCHOP MARTINUS zegt: 'Dat was dan wel een heel dom geloof; even dom als te veronderstellen, dat jullie allen voor jullie grenzeloze domheid van God de hemel zouden kunnen verwachten! Denken jullie dan, dat de Heer de hemel voor zulke domme ganzen heeft gemaakt? 0, dan hebben jullie het wel heel erg mis! Ik zeg jullie dat de ezels en ossen hier eerder binnen komen dan jullie; knoop dat goed in je oren! Ga daar naar de verste hoek en leer eerst deemoedigheid! Kom daarna terug en vraag dan of er voor jullie een of ander plaatsje als vee hoedster in de onderste hemel te krijgen is - waarover ik ook nog grote twijfels heb. Ga daar naar toe, zoals ik jullie heb gezegd!'
Hoofdstuk 61: Toespraak van de dames van het H. Hart van Jezus - Hun verkeerde opvattingen wat betreft hun lichaam en hun geestelijke dwaasheid - Martinus' poging om inzicht te geven in de omstandigheden - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] O, oude dwazen! Waardoor kunnen jullie dat bewijzen? Waar staat in de Schrift een dergelijke tekst, waardoor deze dwaasheid te rechtvaardigen zou zijn? Denken jullie dat de Heer ook tot jullie, absolute anti-christenen, heeft gezegd wat Hij tegen Petrus en Zijn andere apostelen heeft gezegd, toen Hij ze de wereld in zond om het evangelie aan alle volkeren te verkondigen? O, dan zitten jullie er heel erg naast! Zie, er staat geschreven: 'Ontvang de Heilige Geest! Wat gij in het bezit van deze Heilige Geest - op aarde zult binden of ontbinden, dat zal ook in de hemel gebonden of ontbonden zijn!'
Hoofdstuk 65: Bisschop Martinus maakt de geestelijk blinde Jezuïeten ziende - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Heeft de Heilige Geest dan ten tijde van de apostelen nog niet ingezien, dat er later monniken van allerlei kleur en soort nodig zouden zijn, om de mensen naar de hemel te voeren? Dat er beelden, houtsnijwerk, relikwieën, mirakelbeelden, klokken, wijwater, wierook, misgewaden, monnikskappen, kerken en kloosters, kelken en monstransen, altaarschellen en Latijn sprekende misdienaars en nog duizenderlei van dergelijke dwaasheden nodig zouden zijn om in de hemel te komen? Hoe blind moet de Heilige Geest toentertijd toch zijn geweest, dat hij zulke benodigdheden voor het zieleheil van de mensen niet al meteen ten tijde van de apostelen heeft ingezien en ingesteld!
Hoofdstuk 65: Bisschop Martinus maakt de geestelijk blinde Jezuïeten ziende - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Zie, jullie allen hadden op de wereld over God en de hemel, evenals over het leven van de ziel en haar ervaringen na de dood van het lichaam, twee verschillende, doorgaans totaal verschillende begrippen. Jullie hebben je er tot nu toe al van kunnen overtuigen, dat jullie aardse geloof hier in niets bevestigd wordt. Jullie hebben geen vagevuur, ja zelfs geen hel, maar ook geen hemel en geen gevleugelde engelen aangetroffen. Als jullie dat alles niet hebben gevonden, dan zullen jullie ook al het andere niet vinden, waaraan jullie als rooms-katholieken hebben geloofd.
Hoofdstuk 68: Borems onderwijzende woorden over de weg naar de zaligheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] De Heer echter heeft daarom vanuit Zijn oneindige wijsheid geordende wegen aangegeven, die wij moeten bewandelen om tot deze goddelijke vrijheid te komen. Deze wegen waren jullie tot nu toe onbekend, ik zal ze nu aan jullie bekend maken. Daarom moeten jullie er goed acht op slaan en jullie nauwkeurig - maar uit vrije wil - aan deze wegen houden. Dan zullen jullie daar komen, waartoe iedere door God geschapen geest geroepen is om te komen.
Hoofdstuk 68: Borems onderwijzende woorden over de weg naar de zaligheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[29] Doch wee ieder van jullie, die in het geheim in zichzelf arglistig en van kwade wil zou zijn en alleen maar uiterlijk doet, alsof hij van goede wil is. Ik zeg jullie uit de kracht van de Heer, die nu door mij heen waait als een machtige orkaan door het bos: zo iemand zou plotseling de hel in worden gedreven en in de poel van het eeuwige verderf worden geworpen - zoals een steen valt vanuit de hemel in de afgrond van de zee, waaruit hij ook niet meer zal worden teruggehaald, doch blijft liggen in de poel en het slijk van het oordeel!
Hoofdstuk 68: Borems onderwijzende woorden over de weg naar de zaligheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Bovendien komt mij nu de leer opnieuw in het geheugen, die de afgezant van de hemel ons allen heeft gegeven, voordat wij in deze hele vrije toestand van ons bestaan zijn gekomen. Volgens zijn wijze leer moeten wij alle verlokkingen alleen maar met liefde, zachtmoedigheid en deemoed tegemoet treden. Hier echter is geen van deze drie deugden aan te pas gekomen, doch hebben, zoals figura miserabillissima* (*...het meest erbarmelijke voorbeeld.) heeft laten zien, ons de drie allerergste duivels in zachtmoedigheid en rechtvaardigheid letterlijk overtroffen en ons daardoor bewezen, dat wij nog veel erger zijn dan zij!
Hoofdstuk 71: Verbetering en ommekeer van één der Jezuïeten - De wraak van de 29 andere Jezuïetengeesten - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Kortom, ik zeg je dat de Heer deze dertig Jezuïeten zeer genadig was! Ze hebben nu het ergste doorstaan. Ze zijn werkelijk tot aan de rand van de afgrond gekomen en waren veel dichter bij de hel dan bij de hemel, die echter nog heel ver van hen af staat. Maar ze zijn gered en komen nu in de herstellingsperiode. En daarmee is al oneindig veel gewonnen, waarvoor de Heer alleen voor eeuwig alle eer toekomt. Want wat voor de allerhoogste engel niet meer mogelijk is, dat is de Heer nog heel goed mogelijk.
Hoofdstuk 72: Een blik in de zielsgesteldheid van de dames van het H. Hart van Jezus - Indringers in de kloostertuin - Aanval van de wraakzuchtige dames van het H. Hart - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] DE ENE JEZUÏET zegt: 'Ja, jullie hebben gelijk! Wij zijn dus tot ware duivels voorbestemd en zijn dat dan ook meer dan volkomen! Wat willen jullie meer? Ons wacht dan ook zeker niet de hemel, maar de zuiverste hel. Wat willen wij meer? Laten wij daarom met onze slechtheid en arglist maar verder gaan, opdat we des te eerder de zegenrijke eeuwige verdoemenis mogen bereiken! Ik wens jullie daarbij de beste eetlust! Ik zal me echter van nu af aan niet meer met jullie ophouden. Ik wil niet samen met jullie de hoge eer genieten, om me misschien het volgende ogenblik al met jullie op de zeer warme, van zwavel dampende vloed te bevinden. Werkelijk, vanwege deze hoge eer zal ik jullie in eeuwigheid niet in het minst benijden!'
Hoofdstuk 71: Verbetering en ommekeer van één der Jezuïeten - De wraak van de 29 andere Jezuïetengeesten - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] BISSCHOP MARTINUS, die deze scène aanziet, begint te lachen en zegt: 'Broeder, zie die domme vrouwen eens, hoe die zich in hun blinde woede met hun eigen dolken in stukken scheuren! Nou, nou, dat gaat goed, werkelijk een allercharmantste heksensabbat! Als die zo voortgaan, zal er van hen niet veel overblijven en wij zullen dan met onze bemiddeling wel thuis kunnen blijven! Ook al goed, werkelijk, aan deze lorren verliest de hemel niet al te veel!
Hoofdstuk 73: Martinus' opmerkingen en Borems wijze raadgevingen over de wegen van de eeuwige liefde - De brandende dames van het H. Hart - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] BOREM zegt: 'Broeder, wind je niet te veel op en ban het roepen om vuur uit de hemel uit je hart! Kijk slechts naar wat de Heer hier doet, dan zul je alleen de ware handelwijze leren kennen en daaruit begrijpen, hoe zulke sterk verduisterde wezens weer naar het licht kunnen worden gekeerd. Als de Heer ook zo dacht als jij, zou er voor dergelijke arme wezens wel heel weinig hoop zijn voor het eeuwig leven! Maar hier zie je dus duidelijk, dat de Heer beter is dan de allerbeste mensen en engelen!
Hoofdstuk 73: Martinus' opmerkingen en Borems wijze raadgevingen over de wegen van de eeuwige liefde - De brandende dames van het H. Hart - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] BISSCHOP MARTINUS die dit ziet, zegt: 'Kijk nu deze gruwelijke kikvorsen eens aan! Ze willen toch niet in hun element, alhoewel ze daarvoor geschapen lijken te zijn. Daarvan lijkt, zoals ik bij mijzelf begin te vermoeden, het volgende de reden te zijn: In hen moet toch nog iets beters verborgen zijn, dat niet bij dit element hoort en dat zal ze waarschijnlijk nog op het droge houden?'
Hoofdstuk 77: Bazuingeschal van de twee mannen in het wit en ineenstorting van het klooster - De dames van het H. Hart van Jezus als reuzekikvorsen - Verhelderende rede aan de angstige ouders - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Ten gevolge van zo'n leven en volgens de vele verzekeringen van de kerk zou mijn dochter toch regelrecht ten hemel gevaren moeten zijn. Want behalve haar gewetensvolle strenge leven ontving ze ook van de paus zelf niet slechts één, doch een heel dozijn volle, door Maria zelf geprivilegeerde aflaten, waardoor haar ook het vagevuur helemaal was kwijtgescholden! Hoe gaat het dan hier toe, als een dergelijk leven voor God geen waarde heeft?
Hoofdstuk 78: Een duister Jezuïetenverhaal: De bedrogen vader - De geestelijke kant van de gebeurtenis - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Ja, ik kan jullie naar eer en geweten zeggen, dat mijn dochter vanuit de hemel onomwonden tot bruid van Christus werd beroepen door een droomgezicht van een zeer streng levende, vrome Jezuïet. Deze vrome man Gods droomde volgens zijn heel eenvoudige en sobere bekentenis het volgende:
Hoofdstuk 78: Een duister Jezuïetenverhaal: De bedrogen vader - De geestelijke kant van de gebeurtenis - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] Er kwam voor jouw dochter evenwel geen prins, doch een sluwe Jezuïet die jou en je dochter te slim af was! Kun je daarom van de Heer, die de hoogste liefde, deemoed en zachtheid Zelf is, rekenschap verlangen, nu je je dochter in plaats van in de hemel hier in deze bedenkelijke toestand aantreft?
Hoofdstuk 78: Een duister Jezuïetenverhaal: De bedrogen vader - De geestelijke kant van de gebeurtenis - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  173 - 174 - 175 - 176 - 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197 - 198  ...