Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 189 van 1110

...  177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197 - 198 - 199 - 200 - 201 - 202  ...
[5] Wie herinnert zich niet de tijden van vóór de Romeinen?! De wetten waren weliswaar nooit om mee te spotten, - maar ze waren tenminste verstandig, en men hoorde nooit iets over erge gruweldaden. Maar nu hebben de wijze heidenen, deze hoogdravende wereldverbeteraars en veroveraars van stad en land, ons gezegend met de strengste staatkundige en krijgshaftige wetten, en ondanks de tienvoudig versterkte Romeinse bewaking worden op de straten van ons beloofde land gruwelen begaan die een fatsoenlijk mens niet aan kan horen zonder daarbij in zwijm te vallen! Gaan jullie daarom maar alleen en aanschouw dat zevenvoudige voorbeeld van ware Romeinse wreedheid, dat binnenkort een zevenvoudige wreedheid van de andere kant tengevolge zal hebben !
Hoofdstuk 131: Kritiek op de Romeinse straffen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Mijn vader sprak Grieks met hem, waarin hij zich gemakkelijker kon uitdrukken dan in het Latijn, hoewel wij beiden ook het Latijn heel goed kenden, want in Jeruzalem moest men reeds als knaap drie talen kennen als men met de vele buitenlanders wilde converseren. Hij legde de wachtmeester uit dat hij geneesheer was en hier met mij, zijn zoon en tevens zijn leerling, waarnemingen deed op het gebied van de leer der ziekten en de psychologie, en dat hij mij aanspoorde goed op alle symptomen te letten en tevens ook het een en ander verklaarde volgens de leer van Hippocrates.
Hoofdstuk 132: Het einde van de gekruisigde roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] De wachtmeester wilde mij toen nog meer vragen, maar omdat het op dat moment al tegen de avond begon te lopen en er van Cornelius een bevel kwam om volgens Romeins gebruik met bijlen de benen van de zeven bij de voeten te breken en, als er nog een leefde, deze met een slag op het hoofd en een slag op de borst te doden, moest onze wachtmeester zich weer strikt aan zijn bevelen houden en werden wij niet meer gehinderd bij onze waarnemingen.
Hoofdstuk 132: Het einde van de gekruisigde roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Toen deze verschrikkelijke zielen helemaal vrij waren van hun lichaam, kregen zij opeens een wat menselijker uiterlijk, liepen op hun achterpoten rond maar maakten geen geluid, en zij zagen er erg treurig en lijdend uit en de geest zei op barse toon tegen hen: 'Verwijder je naar de plaats van jullie boosaardige liefde; deze zal jullie aantrekken! Jullie krijgen loon naar werken!' Maar de zeven zielen schreeuwden: ' Als wij verdoemd moeten zijn, dan is het altijd nog vroeg genoeg! Waarom moesten wij ons dan laten martelen als ons nu hier de eeuwige verdoemenis wacht?!'
Hoofdstuk 132: Het einde van de gekruisigde roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] De grote, machtige geest zei: 'Alles was en is nog afhankelijk van jullie liefde! Richt die naar de jullie bekende orde van Jehova, dan zullen jullie je eigen verlosser zijn; maar behalve jullie kan niemand in Gods hele oneindigheid je verlossen! Het is jullie leven en ook jullie liefde; als jullie je liefde kunt veranderen, dan zal deze ook jullie gehele leven en bestaan veranderen! En ga nu weg!'
Hoofdstuk 132: Het einde van de gekruisigde roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Jullie hebben immers gezien hoe daarnet uit de geheel gelijkvormige vuurtongen of rondzwevende vuurslangen, die zo klein zijn dat je ze met je lichamelijke ogen niet zou kunnen zien, een volmaakte, gemoedelijke ezel ontstond. Geloven jullie dat daaruit, door een andere structuur van de oersubstanties bij het zich samenvoegen tot een complete organische vorm, niet even goed een tijger, een kameel, een os of olifant of wat dan ook had kunnen ontstaan? O heel zeker! En een anders geordende samenvoeging zou dan ook een volkomen andere aard en eigenschap hebben, die heel vijandig tegenover een andere zou kunnen staan, omdat in iedere anders georganiseerde, karakteristieke vorm voortdurend de wens overheerst en grotendeels ook blijft, om al het andere en mogelijk zwakkere in zijn eigen structuur te veranderen.
Hoofdstuk 133: De vorming van de zielen van de roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] IK zeg: "Om het geheim van het rijk van God in alle diepte der diepten te begrijpen, moeten jullie allen eerst in de geest wedergeboren zijn, hetgeen voor jullie nu nog onmogelijk is. Pas als de Mensenzoon daarheen teruggekeerd zal zijn vanwaar Hij is gekomen, zal Hij de geest van alle waarheid, die heilig is, naar jullie zenden; dIe zal jullie pas volledig opwekken enjullie harten vervolmaken en de geest van alle waarheid in jullie opwekken, dat wil zeggen in het hart van jullie ziel, en jullie zullen door die daad dan wedergeboren zijn in de geest, en alles wat de hemelen in hun diepten bevatten in het helderste licht zien en begrijpen.
Hoofdstuk 133: De vorming van de zielen van de roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Dat wat Ik jullie nu laat zien en aan jullie uitleg is slechts een voorbereiding op datgene wat de geest jullie overvloedig zal geven. Ik zou jullie nog heel veel te zeggen hebben, maar jullie zouden dat nu niet kunnen verdragen; wanneer echter de geest der waarheid zal komen, zal deze jullie binnenvoeren en begeleiden in alle wijsheid! Laten wij, nu jullie dat weten, op deze plaats meteen weer aan een belangrijke en verdere voorbereiding beginnen, en onze Mathaël met zijn vele ervaringen zal ons een ander verhaal uit zijn belevenissen vertellen.
Hoofdstuk 133: De vorming van de zielen van de roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] MATHAËL zegt: "Heer, ik zie dat niets in de gehele, oneindige scheppingssfeer U onbekend is! Voor U zou ik daarom de geschiedenis zeker niet hoeven te vertellen, maar terwille van de andere vrienden en broeders vertel ik zulke hogere dingen heel graag, vooral waar ik merk dat men het volste geloof aan mijn woorden hecht. Alles wat ik jullie nu zal vertellen, heeft weliswaar een zeer mystiek en fabelachtig karakter, maar dat neemt niet weg dat toch alles waar is wat je zult horen. Luister dus nogmaals aandachtig naar mij!
Hoofdstuk 134: Mathaël's belevenis onderweg naar de stervende vader van Lazarus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[18] Maar ik vertelde heel argeloos aan mijn vader wat ik zag: 'De ziel zweeft reeds in z'n geheel op halve manshoogte horizontaal boven het lichaam en is met het lichaam alleen nog door een haardunne lichtdraad verbonden, wat volgens onze opgedane ervaringen waarschijnlijk geen zestig tellen meer zal duren; die zal direkt breken. Het is echter merkwaardig om te zien hoe de enorme lichtzuil die wij in de grote natuur met onze natuurlijke ogen zagen, zich hier weer vertoont boven het hoofd van de ziel, daarbij dezelfde lichtkracht heeft en ook een zeer weldadige warmte uitstraalt. De ziel wendt haar ogen niet af van de lichtzuil en schijnt daar veel welbehagen in te vinden."
Hoofdstuk 134: Mathaël's belevenis onderweg naar de stervende vader van Lazarus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Toen zei de kleine rabbi: 'Ei, waarom dan wel! Nu zal ik hem pas een leven gevend druppeltje op de tong geven, en dan zullen we meteen zien of zijn ziel -gesteld en aangenomen dat er een ziel als zodanig in het menselijk lichaam aanwezig is - wel echt reeds uit het lichaam is gegaan! Volgens mijn mening, die op veel ervaring kan bogen, heeft geen enkel mens een ziel die met een eigen spiritueel leven verder reikt dan het leven van het bloed en de zenuwen. De mens is, als hij eenmaal dood is, net zo dood als een steen of een uitgedroogd stuk hout, en bij alles wat ik heilig kan noemen, zweer ik je dat er dan in de mens niets meer blijft leven. Maar er zijn nog geheime middelen in de natuur om het leven in het bijna dode lichaam opnieuw op te wekken, en dat wil ik nu doen en jou, starre Jood, zal ik bewijzen dat de ziel nog lang niet uit zijn lichaam is gegaan en ook niet kan gaan, omdat er nooit zoiets als een ziel in heeft gewoond!'
Hoofdstuk 135: De rabbi probeert de oude Lazarus weer tot leven te brengen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Maar ik werd toen een beetje ondeugend en zei: 'O, het is voor jullie meisjes helemaal niet erg als je ook wat treurt! Ik zeg jullie niets; op het juiste ogenblik zal jullie broer Lazarus het jullie wel zeggen!'
Hoofdstuk 136: De geest van Lazarus getuigt over de Messias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Reeds bevindt de Heer zich als een zoon van arme ouders lichamelijk op deze aarde. Hij, de Eeuwige, de Heiligste, is reeds begonnen met het grote verlossingswerk. Hij wil voor alle mensen van deze aarde die van goede wil zijn, voor eeuwig een Vader zijn. Voortaan zullen de mensen van deze aarde geen onzichtbare, eeuwig onbereikbare, maar een bereikbare en altijd zichtbare Vader hebben. En deze God, Die alles wat zich in de eeuwige oneindigheid bevindt, geschapen heeft, zal in dit huis in en uit gaan. Behoed jullie hart daarom voor onzuiverheid, opdat dit huis waardig zal zijn Hem te ontvangen, Die hemel en aarde niet kunnen omsluiten!
Hoofdstuk 136: De geest van Lazarus getuigt over de Messias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[17] Dat ik leef, dat zien jullie; maar let er ook op dat jullie leven zoals ik nu eeuwig in God, mijn en jullie Vader, leef! Ontvang daarbij nu ook mijn ware vaderzegen, die ik jullie nu geef, niet meer als lichaam dat daar in bed als een afgedragen oude mantel wacht op de verlossing door de knagende kaken van de wormen, maar als een volmaakte geest uit Gods paradijs, in het rijk van de zuivere geesten! Houd de geboden van God en prijs Hem en heb Hem boven alles lief, dan zullen jullie op deze aarde reeds meer oogsten dan dat, wat ik nu ontvang in het lichtste paradijs van God! God de Heer zal met jullie zijn, amen!'
Hoofdstuk 136: De geest van Lazarus getuigt over de Messias. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] IK zeg: "Ik zal het jullie uitleggen; alleen moeten jullie allen daarbij heel goed opletten, omdat je anders niets van de hele zaak zou begrijpen! Want dit sterfgeval is heel bijzonder, zoiets heeft zich in lange tijd niet voorgedaan en het zal nog lang duren voor het weer eens gebeurt.
Hoofdstuk 138: Het levensverhaal van de oude Lazarus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197 - 198 - 199 - 200 - 201 - 202  ...