10915 resultaten - Pagina 189 van 728
... 177 - 178 - 179 - 180 - 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197 - 198 - 199 - 200 - 201 - 202 ...
[9] Als je nu je vroegere dodenopwekkingen bekijkt, dan waren die ondanks jouw goede wil een grote, maar zeer goed verhulde leugen, omdat hierbij geen spoor van een ware dodenopwekking te bekennen was; en zo is er nog veel wat jullie in je instituut allemaal gedaan hebben.jullie hebben van de Egyptenaren en de Arabieren geleerd om te berekenen wanneer er een zons en maansverduistering kan optreden; maar dat bleef voor het volk een geheim. Tegen het volk zeiden jullie echter: 'Omdat jullie, volk, onze stem niet willen horen, zal de overste - die jij nu bent! - de goden opdragen om op die en die dag de zon of de maan te verduisteren! ' Het volk werd daarop meteen door grote angst bevangen, bad en offerde onzinnig en dan gaven jullie het tenslotte enkel de troost, dat de dreiging weliswaar in ieder geval plaats zou vinden, maar dat men zou proberen om de schade zo veel mogelijk te beperken. - Zie je, dat was toch wel een overduidelijke leugen, verhuld in het eerbiedwaardige kleed van de volle waarheid!"Hoofdstuk 139: De rechtvaardiging van verstand en slimheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (ROCLUS:) 'Wat de andere wetenschappelijke attributen betreft, die kunnen wel blijven; die hebben we immers nooit voor iets anders gebruikt dan om de gasten zo nu en dan op heel onschuldige manier te amuseren. We kunnen ze echter ook vernietigen, dan zal niemand er iets tegen kunnen hebben. Vooral echter moet de namaak-vollemaan weg; want die is zonder meer te plomp en niet eens meer geschikt voor het optisch bedrog van de domste mensen. De sprekende bomen, struiken, beelden, zuilen, bronnen en putten worden opgeruimd en in plaats daarvan komt er iets beters. De elektrische werktuigen kunnen echter blijven, alsook de verschillende brandspiegels; want deze dingen behoren tot het wetenschappelijke vak en men kan met behulp daarvan verschillende ziekten genezen. Daartoe behoren ook onze apothekerskunst en de kunst om glas te maken, het te slijpen en te polijsten.
Hoofdstuk 142: Roclus' voorstellen voor de hervorming van het instituut der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] De mensen zullen daar zeker verbaasd van opkijken, en sommigen zullen denken dat jullie dat ambt slecht uitgevoerd hebben, en dat jullie hebben gezondigd. Weer anderen zullen denken, dat ze te weinig geofferd hebben. En nog anderen die wat verstandiger zijn, zullen zeggen: 'Die geven heel gemakkelijk dat ambt weer terug aan de grote, onbekende God; want ze hebben het zich slechts eigenmachtig aangematigd om het blinde volk daardoor des te gemakkelijker in toom te houden, -en de goden die hun deze macht zogenaamd verleend hebben, waren de machthebbers van Rome! Maar nu is er zeker een echte god heimelijk opgetreden, die hen bedreigd heeft, en daarom leggen ze nu zonder moeite een godenambt weer terug rn de schoot van de grote, enig ware God, dat zij in werkelijkheid nooit als een door God aan hen toevertrouwd ambt hebben bezeten. Daar ze nu echter zo eerlijk zijn om dit openlijk te bekennen, is het te verwachten dat ze nog meer openlijk zullen bekennen, wat heel goed zal zijn omdat we daardoor achter menige waarheid zullen komen. De wind die hen daartoe heeft aangezet, moet onmiskenbaar een goede wind zijn!' Zo zullen de meer verstandige mensen denken en daarbij heimelijk in hun vuistje lachen.
Hoofdstuk 143: De Heer geeft Roclus raad - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Maar dan moeten jullie zeggen: 'Dan hebben de Farizeeën ook eens een keer de waarheid gesproken! Deze machtige profeet is niemand anders dan de hen reeds heel goed bekende profeet uit Nazareth! Jezus is Zijn naam en in aards opzicht is Hij een zoon van de alom bekende timmerman jozef - die echter alleen zijn pleegvader was -, geboren uit Maria, de eveneens alom bekende maagd uit het huis van Joachim en Anna in Jeruzalem!' En dit is Dezelfde, die met Pasen van dit jaar alle verderfelijke wisselaars en verkopers met touwen in Zijn hand uit de tempel heeft verdreven. Deze profeet is echter onmiskenbaar meer dan een profeet! Johannes, de jullie allen bekende doper in de woestijn, heeft van Hem een waar getuigenis afgelegd, dat jullie ook zeer goed bekend zal zijn.
Hoofdstuk 143: De Heer geeft Roclus raad - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Want alle beroepsmagiërs en alle priesters, ongeacht tot welke godsdienst ze behoren, haten Hem, en nog het meest de priesters van de tempel in Jeruzalem. Omdat juist het priesterdom echter een altijd erg begunstigde groep mensen op deze aarde was en te veel privileges genoot, zal dit zich waarschijnlijk nooit laten uitroeien; en het zal zelfs niet eens meer zo lang duren, dat zelfs brokstukken van deze nu nieuwste godsdienstige leer door allerlei bedriegers en leeglopers opgepakt zullen worden, en hieruit zal een priesterdom ontstaan waarmee vergeleken de tempel nauwelijks een vaag schimmenspel is.
Hoofdstuk 144: Hoe de verhouding van de Essenen tegenover het priesterdom vervolg zal zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Ze zullen hiermee, met name bij Cyrenius, slechte zaken doen; maar het zal hier grote opwinding veroorzaken, afgezien van het feit dat deze onderneming hier meteen totaal ontzenuwd zal worden. Jullie zullen er zelfs een beetje bij betrokken worden, echter niet ten nadele, maar in het voordeel van de goede zaak. Wees daarom maar goed op alles voorbereid; nog een klein kwartiertje en de zaak zal beginnen! Maar intussen blijven we heel rustig; Cyrenius zelf heeft er nog geen flauw vermoeden van, omdat de Heer het zo wil! Maar de zaak zal daarom des te opwindender zijn. Wees dus nu rustig!"
Hoofdstuk 144: Hoe de verhouding van de Essenen tegenover het priesterdom vervolg zal zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Er stak echter een sterke oostenwind op, die het schip met onweerstaanbare kracht precies naar onze oever dreef. Binnen enkele ogenblikken konden de zonen van de oude Marcus met hun scherpe ogen al heel goed zien, dat er Romeinen en een paar Farizeeën aan boord van het schip waren. Ze gingen meteen naar Cyrenius en deelden het hem mee. Toen Cyrenius dit hoorde gaf hij meteen het bevel aan Julius om het schip, dat allengs steeds sneller de oever naderde, scherp in het oog te houden. Toen Julius dit hoorde was hij binnen de kortste keren pijlsnel met vijftig bewapende mannen aan de oever en wachtte het schip op, dat ook niet lang meer op zich liet wachten.
Hoofdstuk 145: Farizeeën klagen de Heer als opruier tegen de staat bij Cyrenius - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Toen RAPHAËL bij Cyrenius kwam overhandigde hij hem tevens een rol en zei: 'Hier heeft u het duplicaat van de zogenaamde brief van Herodes; lees het en maak er uit op dat ik, en door mij ook Roclus, al eerder van deze echt Farizeese schandelijke streek op de hoogte waren! Achter de ondertekening van Herodes, welke hij echter nooit te zien heeft gekregen, zoals hij ook van dit schandelijke plan niets weet, staat nog een heel korte opmerking die de hele gang van zaken voor u opheldert en die u daarom ook moet lezen. Als u alles gelezen heeft, moet u de brief aan de afgezanten geven en hem ook aan hen laten lezen! De rest gaat dan vanzelf'
Hoofdstuk 146: Ontmaskering van de valse aanklagers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Spreken jullie echter de waarheid, hoe deze ook moge luiden, en wat deze ook inhoudt; dan kunnen jullie op mijn volle Romeinse erewoord rekenen dat ik jullie geheel vrij en ongehinderd weg laat gaan. Maak nu een keuze! Willen jullie aan deze leugen vasthouden, dan weten jullie nu uit mijn mond wat jullie zeker te wachten staat; want hier in Azië ben ik in naam van de keizer degene die het zonder enige beperking voor het zeggen heeft, en tweehonderdzestigduizend soldaten wachten elk uur van de dag mijn bevelen af. Als jullie het eerder nog niet wisten, dan weet je nu hoe de zaken erbij staan. Wie zou mij ter verantwoording roepen wanneer ik zomaar, omdat ik daar zin in heb, alle joden met het zwaard zou laten ombrengen?! Aan macht en kracht ontbreekt het me niet! -Waar kan in heel Azië een samenzwering beraamd worden waarvan ik niet binnen hoogstens acht tot veertien dagen volledig op de hoogte zou zijn?! Maar dan is het verschrikkelijke 'Wee!' voor de opstandigen!
Hoofdstuk 147: Onderhandeling met de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Ongeveer duizend jaar geleden ontving Mozes op de berg Sinaï wetten uit de vurige hand van God, en daarna nog een groot aantal staatkundige levensvoorschriften. De eerste van deze wetten is heel belangrijk, namelijk: 'Gij zult alleen aan Mij, uw enige en enig ware God, geloven en geen vreemde goden naast Mij aanbidden en vereren; want Ik alleen ben uw God en uw Heer! ' De profeet (uit Nazareth) zegt echter, dat hij en niemand anders een ware zoon van God, en zelfs God Zelf, is, en hij beroept zich daarbij op de uitspraken van de profeten, die hij geheel willekeurig op zichzelf betrekt, en op zijn daden die daarvan getuigen.
Hoofdstuk 148: De Farizeeën bekennen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Op de Sinaï heeftjehova ons onder bliksem en donder door Mozes en Aäron wetten gegeven; Hij heeft deze gesanctioneerd en zogezegd een eeuwig verbond met ons gesloten en ons ten strengste verplicht, trouw te blijven aan dit verbond. Hij, de Almachtige, beloofde ons de grootste voordelen voor het leven indien wij aan het verbond en de wet trouw zouden blijven, maar ook de grootste nadelen, als wij het verbond lichtzinnig zouden verbreken. Hij gaf ons echter ook het recht, onze tegenstanders te vuur en te zwaard te vervolgen, zoals ook Josua dat bij Jericho deed en later de grote koning David met de Filistijnen, waar zelfs op bevel van Jehova de kinderen in het moederlichaam niet gespaard mochten worden.
Hoofdstuk 148: De Farizeeën bekennen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Hij betreurt jullie grote verblindheid, die echter door jullie zelf veroorzaakt is. Hij wil jullie alleen maar naar de waarheid en naar de ene ware God terugvoeren van wie jullie je door je talloze wereldse lusten hebben afgewend, en het oude verbond met jullie vernieuwen; maar in het verderf storten wil Hij jullie absoluut niet. En als dat Zijn vurigste wens en wil is, hoezo is Hij dan jullie vijand? Als jullie over Zijn middelen zouden beschikken, hoe vaak zouden jullie Hem dan al gedood hebben! Doet Hij jullie zoiets aan, terwijl Hem toch duizend van de krachtigste middelen alle uren van de dag ter beschikking staan?! Voorzover het in mijn vermogen ligt, heb ik ook Hem aan een uiterst kritisch onderzoek onderworpen, dat Hij met glans heeft doorstaan.
Hoofdstuk 149: Cyrenius' getuigenis voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Nu vraag ik jullie of ook een magiër daartoe in staat zou zijn, en of deze tekenen op zichzelf niet al grootser zijn dan die, welke in de tijd van Mozes in de woestijn plaats vonden! Wat ik jullie zeg is zo volkomen waar als ikzelf Cyrenius heet, en dit kan door vele honderden getuigen eveneens bevestigd worden; en degene die zulke werken verricht, noemen jullie in zekere zin een monster, jullie vervolgen Hem en willen Hem zelfs doden?! Daar is toch wel een nauwelijks te bevatten graad van de allerblindste domheid voor nodig!'
Hoofdstuk 149: Cyrenius' getuigenis voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Waar de volkomen vergankelijkheid van alle bestaan thuis is, reiken leugen en waarheid elkaar allervriendelijkst de hand. Met dat vaststaande en ware vooruitzicht maakt het niets meer uit onder welke narrenkap men het leven op deze aarde geleid heeft. Zolang men echter leeft, moet men toch vanwege het eigen aardse welbevinden met zorg alles zo veel mogelijk van zich afhouden wat dat kleine beetje leven bitter en onaangenaam kan maken; al het andere is fantasie en drogbeeld. Wie het leven voor iets hogers aanziet, bedriegt zichzelf alleen maar.
Hoofdstuk 151: De tempelmoraal van de Farizeeër. Mozes' wonderen door de Farizeeër belicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Deze mening stel ik echter niet als iets wat in de natuur der dingen zijn oorzaak heeft, maar wat slechts een gevolg daarvan is, omdat bijna ieder mens die van meet af aan tot een bepaalde kaste van wereldse narren behoort, wel tot deze mening moet komen, en zich deze tenslotte geheel eigen moet maken omdat hij niet anders denken, spreken en handelen mag dan de stereotype wetten van de kaste hem voorschrijven. Ik kan er één of duizend maal duidelijk van overtuigd zijn dat het met de Nazarener precies zo zit als u mij zojuist verkondigd hebt, maar wat heb ik daaraan? Zolang ik een gezworen lid van de kaste ben, rest mij toch zeker mets anders dan met de anderen uit volle borst te roepen: 'Weg met hem! Want hij brengt ons instituut in gevaar en vermindert diens noodzakelijke inkomsten!
Hoofdstuk 151: De tempelmoraal van de Farizeeër. Mozes' wonderen door de Farizeeër belicht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)