15542 resultaten - Pagina 193 van 1037
... 181 - 182 - 183 - 184 - 185 - 186 - 187 - 188 - 189 - 190 - 191 - 192 - 193 - 194 - 195 - 196 - 197 - 198 - 199 - 200 - 201 - 202 - 203 - 204 - 205 - 206 ...
[4] Zijn broers en zijn nog in leven zijnde moeder, allemaal volkomen eerlijke mensen, vroegen hem naar de reden daarvan en hij moet hun het volgende, hoogst mysterieus klinkende antwoord gegeven hebben: 'Het uur is gekomen, dat ik de wil van mijn Vader in de hemel moet vervullen, waarom ik dan ook naar deze wereld ben gekomen! ,Hoofdstuk 54: Wat Roclus over de Nazarener heeft gehoord en zijn opvattingen daarover - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Stel nu jezelf en je hele instituut de vraag of jullie ook jullie zogenaamde wonderen ooit met deze bedoeling hebben verricht! Jullie zijn wel wereldwijze en zeker niet van huis uit slechte mensen; maar jullie zijn door het najagen van de goederen van deze wereld zelf in je innerlijke levenssfeer volkomen blind geworden. De wereld en wereldse gelukzaligheid betekent voor jullie alles! Om deze zo volkomen mogelijk te bereiken, is het vooral noodzakelijk omje door geschikte en doeltreffende middelen een zo groot mogelijk aanzien te verschaffen. Met het zwaard in de hand gaat dit niet altijd het best; maar het is bepaald niet moeilijk om je door middel van allerlei toverkunsten een soort goddelijk aanzien te verschaffen, omdat alle mensen van nature veel meer verlangen naar wonderen dan naar geweld. Men moet er dan alleen nog voor zorgen, dat er met behulp van dergelijke zogenaamde wonderen voor de kijklustigen een bepaald materieel, ook al is dit maar schijnbaar, voordeel te behalen valt, en het spel is gewonnen.
Hoofdstuk 51: Ware en valse wonderdoeners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Wel, als de ware wonderdoeners, die vanuit Gods geest te werk gaan zich dan ook nog met jullie zouden willen verenigen, zou jullie instituut, dat gebaseerd is op het bedriegen van mensen, inderdaad totaal onoverwinnelijk zijn en jullie zouden dan al spoedig heer en meester zijn over alle wereldse schatten van deze aarde. Maar de ware wonderdoeners zijn, zoals ze in het verleden waren en ook in de toekomst altijd zullen blijven altijd de grootste vijanden van alle bedrog en leugen geweest en zullen zich daarom ook nooit met jullie verenigen, maar jullie overal ontmaskeren en de volkeren alle voorzieningen tonen van jullie instituut, dat vanuit jullie standpunt bekeken zo prijzenswaardig is! Daardoor zullen jullie verwachtingen, die er zo mooi groen uitzien, maar al te gauw verwelken en voor niemand meer enige waarde hebben. Zul je dan ook nog beweren dat jullie bedrieglijke wonderinstituut zo gemoedelijk en eendrachtig samen kan gaan met de werkelijke wonderdoeners die vanuit God werken? Zie, ik alleen zou al heel goed in staat zijn om jullie instituut met een enkel wonder dermate krachteloos te maken, dat voortaan zeker geen enkel mens meer, op zoek naar hulp, bij jullie zijn toevlucht zou nemen! -Geloof je wat ik zeg, of geloof je me niet?"
Hoofdstuk 51: Ware en valse wonderdoeners - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Jij beschikt, tenminste naar je eigen woorden, over een bijzondere kracht en bent misschien zelf wel degene die dit wonder heeft verricht, en je kunt misschien ook zomaar slechts door woord en wil doden tot leven wekken, zoals nu tot onze stad het gerucht van een Nazarener is doorgedrongen die zoiets ten aanschouwe van iedereen heel goed kon, wat ik ook helemaal niet zo zeer betwijfel; want mensen zijn innerlijk geesten van zeer verschillende grootte, en zo is er regelmatig iemand die hetzij uit zichzelf of door toeval iets uitvindt waarvan miljoenen vóór hem, miljoenen tijdens zijn leven en erna, geen enkele notie hebben, en hij voert het uit en brengt daardoor vaak de halve aardbol in grote verbazing. En dan is het juist weer ons instituut, dat met geen goud te betalen is, dat zulke uitvinders opzoekt en alles in het werk stelt om hen voor zich te winnen, en ervoor te zorgen dat hun afzonderlijke uitvindingen de gehele mensheid ten goede komen!
Hoofdstuk 53: Roclus rechtvaardigt het stichten van de orde der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Het liefst zou ik er nu met mijn collega's weer vandoor gaan! Want ik zag net dat hier meerdere Farizeeën zijn, en -vergeef me, vriend! -die kom ik liever nergens tegen, omdat ze' ex diametro ,*** (***lijnrecht) tegen iedere vooruitgang zijn. Ik schenk je alle verdere verklaringen en moeite! Ik weet nu waar ik aan toe ben en waar ik me geestelijk naar moet richten om het eeuwige leven uit God te bereiken; meer heb ik voorlopig niet nodig, en verdere uitleg over dit wonder met betrekking tot het huis schenk ik je ook, ofschoon ik graag tot in de kern was doorgedrongen! Maar al die Farizeeën; zelfs de overste uit Caesarea Philippi, met z'n stramme benen, is ook al hier! O, we maken dat we weg komen!"
Hoofdstuk 53: Roclus rechtvaardigt het stichten van de orde der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Spoedig daarop verliet hij het ouderlijk huis, trok naar de kleine woestijn niet ver van de plaats waar de Jordaan in de zee stroomt, waar wij ons nu bevinden, nam daar leerlingen aan en leerde hun God en de naaste lief te hebben en waarschuwde hen voor het oude zuurdeeg van de Farizeeën; en dit is iets waardoor ik veel waardering voor de man kreeg, ofschoon ik nog niet het geluk had hem ergens persoonlijk te ontmoeten; want een tegenstander van de Farizeeën is altijd onze vriend en kan van ons alle steun krijgen.
Hoofdstuk 54: Wat Roclus over de Nazarener heeft gehoord en zijn opvattingen daarover - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Aan deze zeer achtenswaardige leer schijnt hij ook een geweldige magische wilskracht te verbinden en wonderdaden te verrichten die tot nog toe geen enkele sterveling in zijn dromen voor mogelijk heeft gehouden. Men zegt bijvoorbeeld dat hij iedere dode zonder enig aards middel maar slechts door woord en wil weer in het leven terugroept; hoe ongelooflijk en fantastisch dit ook mag klinken, zegt men toch dat het volkomen waar is! Kortom, hij moet van de ene plaats naar de andere trekken, de mensen zichzelf en God leren kennen op een manier die heel goed te begrijpen is, en iedere stap die hij zet schijnt van de meest buitengewone wonderen vergezeld te gaan!
Hoofdstuk 54: Wat Roclus over de Nazarener heeft gehoord en zijn opvattingen daarover - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Met dit ware leven, dat volledig in hem is ontwikkeld en hem geheel doordringt, stelt hij zich in verbinding met de algemene levenskracht van de natuur, waardoor zijn wil dan niet alleen zijn eigen levensorganisme leidt, maar alle organismen in de hele natuur, omdat hij door zijn leven de leidraden van alle andere deellevens in de levende wezens in zichzelf verenigt en daardoor naar believen met alle wezens kan doen wat hij wil.
Hoofdstuk 54: Wat Roclus over de Nazarener heeft gehoord en zijn opvattingen daarover - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Denk je soms dat ik begerig ben naar goud, omdat ik een Griek en een Esseen ben? Wel, dan vergis je je deerlijk! Ten eerste bezit ik thuis als aards erfgoed honderd keer meer van dit gele vuil der aarde dan deze ongemakkelijke klomp groot is en daarom heb ik dit vers gebakken goud niet nodig, en ten tweede is mijn hart er nog nooit aan gehecht geweest; want als ik ooit begerig was geweest naar aardse goederen, dan had ik vast nooit zo'n scherp verstand kunnen ontwikkelen, dat, ook al kan het, het Allerhoogste zelf niet begrijpen, toch een hulpmiddel is op de weg daarheen, en ook daarom alleen al duizend maal meer waarde heeft dan honderdduizend van zulke goudklompen.
Hoofdstuk 57: Roclus spreekt over het belang van een ontwikkeld verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Kijk, in de afgebrande stad dwalen nog heel wat mensen rond over wier scherpe verstand jij je zeker nooit zou beklagen; waarom komen ze dan niet hier naar toe, deze schapen en lammeren, om de diepere waarheden v~n ~et leven te zoeken? Ze zijn hier allemaal komen kijken en hebben dit nieuwe wonderbaarlijke huis vast ook ontdekt; maar dat is hen om het even!
Hoofdstuk 57: Roclus spreekt over het belang van een ontwikkeld verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] ROCLUS zegt: 'Hij beweert van zichzelf dat hij slechts een leerling en dienaar van de steeds beroemder wordende Nazarener is. Hij is dus geen God; maar des te duidelijker komt hier de onbetwistbare goddelijkheid van de Nazarener naar voren! Ook hebben jullie zojuist gezien met wat voor geweld ik op de grond viel, waardoor ik hevige hoofdpijn kreeg, en met een heel zachte ademtocht uit de mond van de jongen werd die pijn letterlijk weggeblazen. Dus de jongeling is volgens zijn eigen woorden slechts een leerling en dienaar van de Nazarener, en verdient weliswaar al ons respect, maar geen aanbidding en geen offer! Omdat hij dit nu ongetwijfeld is, moeten we nu alleen naar de Nazarener zoeken; hebben we die, dan hebben we alles!"
Hoofdstuk 56: De Essenen gissen naar de persoon van Raphaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Wel weet ik nu dat de mens bij het puur met het verstand zoeken naar de hoogste geestelijke zaken van het leven, ook al is dat verstand nog zo zuiver en scherp, er nooit helemaal zal komen; maar als dit licht van de ziel volledig ontbreekt, zal de mens het nog moeilijker hebben om bij de hogere, dieper liggende waarheden van het leven te komen! Als de mens een goed ontwikkeld verstand heeft, dan is hij volgens mij al een flink eind op weg naar de eeuwige en onvergankelijke levenswaarheid die van God komt, en dat is vanuit dit gezichtspunt bekeken zeker ook al van zeer hoge waarde, en het is daarom helemaal niet juist dat jij, jonge vriend, zo plagend over mijn scherpzinnigheid spreekt!
Hoofdstuk 57: Roclus spreekt over het belang van een ontwikkeld verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Men zegt, dat alleen het geloof een licht is voor de mens! O, lieve hemel, wat is dan een geloof zonder verstand? Het is de wiegewijsheid van onmondige kinderen die naar de maan reiken omdat ze mogelijk denken dat het een rond stuk honingbrood is! Er zijn werkelijk volwassen mensen op deze goede aarde die de maan voor een in de lucht zwevend stuk brood houden, dat iedere maand door de paradijsvogels wordt opgegeten, maar dan meteen weer opnieuw begint te groeien! Ja, vriend, zeg me, wat heb jij, wat heb ik en wat heeft een God nu aan zo'n geloof? Is het dan niet beter en waardiger voor de menselijke en goddelijke geest in de mens om na te denken en in de loop van de tijd te ontdekken, dat de maan toch iets anders moet zijn dan een stuk brood waarvan de paradijsvogels kunnen eten?
Hoofdstuk 57: Roclus spreekt over het belang van een ontwikkeld verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Als je de juiste graad van warmte daarvoor zou bezitten dan had je de Nazarener al herkend en was het niet nodig geweest om mij naar Hem te vragen; want liefde vindt liefde snel en moeiteloos. Maar bij jou overheerste tot nu toe nog steeds het kille, ofschoon heel nuchtere verstand, en daarom moet je nog steeds naar Hem vragen die zo dicht bij je is! Denk jij dat ik daarmee het blinde bijgeloof, dat jullie Essenen nu precies het meest cultiveren, wil verdedigen? O, dan vergis je je behoorlijk in mij!
Hoofdstuk 58: De invloed van de liefde op het verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Want wanneer iemand op het dak staat en iemand anders beneden op de grond ziet liggen, en met boze opzet naar beneden springt boven op hem om hem te doden of toch in ieder geval zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, dan moet zo iemand ten strengste gestraft worden voor zijn boosaardige opzet. Maar als iemand zomaar, enkel uit onvoorzichtigheid van het dak valt en daarbij ook iemand die beneden op de grond ligt of toevallig voorbij loopt dodelijk verwondt, dan is hij immers volledig onschuldig aan zo'n ongeluk, en dan is het een zaak van de rechter om goed te onderscheiden welke omstandigheden er toe leidden, dat deze persoon tot boosdoener werd!
Hoofdstuk 58: De invloed van de liefde op het verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)