Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 209 van 1166

...  197 - 198 - 199 - 200 - 201 - 202 - 203 - 204 - 205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222  ...
[9] Ik ging er op in en liet mij tesamen met mijn gehele huis overschrijven naar jouw godsdienst. Maar spoedig daarna werden mij de ogen wijd geopend, toen ik al gauw door jullie werd veroordeeld tot het betalen van allerlei onaangename belastingen, en ik begon toen steeds beter in te zien wat voor ellendige ruil ik had gedaan door jouw religie aan te nemen.
Hoofdstuk 136: Marcus klaagt de overste der Farizeeën aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] Als ik echter bij jou kwam en je mijn ellende voorlegde, luisterde je helemaal niet en zei steeds in je grote hoogmoed: 'Zo staat het geschreven!', en ik kon onverrichter zake met een treurig en een geërgerd gezicht en gemoed weer afdruipen.
Hoofdstuk 136: Marcus klaagt de overste der Farizeeën aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Kijk, oud, kwaadaardig Joods orakel uit Caesarea Philippi, dat zijn je woorden en zo is je gedrag! En wil je je nu opeens wit wassen?! Ik zweer je bij alles wat mij nu heilig is, dat je hier niet vandaan komt voordat je althans mij iedere onrechtvaardig toegebrachte schade vergoed zult hebben! De waardige opperstadhouder kan je op mijn verantwoording het kruis op de rug vast laten maken en daarmee wordt je geen onrecht aangedaan! -Begrepen oud, slecht orakel?!"
Hoofdstuk 136: Marcus klaagt de overste der Farizeeën aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[15] Willig ons verzoek in, verlos ons van de huidige bedelstaf en laat ons op kosten van de staat onze verwoeste gebouwen, onze leer en bedehuizen weer opbouwen, dan zult u in de naam van de keizer ervaren dat wij u dankbaar zijn voor uw hulp. Ja, als het niet anders gaat, nemen wij ook de verplichting op ons om de staat een eventueel voorschot na twintig jaar met interest terug te betalen. Geëerde opperstadhouder, denk goed na over ons verzoek en willig het in! Het zal zowel u als de keizer geen nadeel opleveren, want wij weten wie en wat wij zijn, en waartoe wij in staat zijn! Als wij des keizers vrienden zijn, zal hij moeiteloos zijn grote rijk regeren. Zijn wij echter, in ons binnenste, vijanden van de keizer, dan zouden kroon en scepter hem wel eens gauw tot een uiterst onprettige last kunnen worden! Houd daarom rekening met onze huidige nood, denk als een verstandig man over ons verzoek na en doe wat u goed dunkt!"
Hoofdstuk 135: Gesprek met de orthodoxe Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[18] Kijk, dat heeft een heel betrouwbare getuige mij vannacht meegedeeld! Wel, hoe ging het verder na dit wijze en actuele onderricht? De paar mensen, die op deze wijze met weinig woorden juist waren voorgelicht, haastten zich vervolgens naar het vertwijfelde volk en riepen opgewekt: 'Troost, troost, troost en nogmaals troost! Wees kalm en luister voor je bestwil naar ons!' Daarna legden zij alles op een begrijpelijke manier aan het volk uit. Toen het volk begreep wat er aan de hand was, ontbrandde het in toorn en woede tegen u en gaf u vervolgens een voorproefje van een oordeelsdag van Daniël. Omdat ik door deze getrouwe berichtgeving nu maar al te duidelijk inzie dat in werkelijkheid niet de moedwil van de heidenen de oorzaak ervan is, maar dat uzelf juist eraan schuldig bent dat in deze nacht de toch zo mooie en belangrijke stad in de as gelegd wordt als gevolg van de rechtvaardige woede van het volk over uw bedriegerijen, zult u hopelijk wel inzien dat ik uw zeer brutaal gestelde verzoek niet alleen niet kan inwilligen, maar dat ik u daarentegen als vice-regent hier, in het belang van mijn keizer en in het belang van het volk, streng ter verantwoording zal roepen en tot volledige schadevergoeding zal veroordelen! -Dit onder voorbehoud dat alles zich zo toegedragen heeft als ik van een maar al te geloofwaardige getuige heb vernomen! -Wat heeft u daartegen in te brengen? Spreek, als u daar iets tegen in kunt brengen!"
Hoofdstuk 135: Gesprek met de orthodoxe Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Toen MARCUS dat hoorde, verwonderde hij zich zeer over de enorme brutaliteit van de overste en zei tegen hem: "Jij opperfarizeeër, die je zo goudeerlijk en orthodox-vroom voordoet! Je bent nu, tegen mijn reeds lang gekoesterde verwachting in, als geroepen in mijn grote net gekomen! Denk eens terug aan nog geen drie jaar geleden, hoeveel moeite je toen hebt gedaan om mij tot jouw geloof te brengen! Je vond zelfs dat voor mij de, voor een oud mens altijd wat vervelende en ook pijnlijke, besnijdenis niet nodig was. Als ik mij maar met mijn huis liet inschrijven bij jouw geloof, was alles helemaal in orde! Je beloofde me veel voordeel in het zakenleven toen ik als bezwaar opperde dat ik een gewetensvol man was en de godsdienst van mijn vaderen niet graag verruilde voor een andere waarvan ik de grondregels veel te weinig kende en niet wist welke nieuwe verplichtingen die mij op zou kunnen leggen. Ik zei je heel openlijk dat ik er weliswaar niet algeheel op tegen was om mijn wat gebrekkige godsdienst te ruilen voor een betere, maar dat ik eerst helemaal ingewijd zou moeten zijn in de kern van de nieuw aan te nemen religie.
Hoofdstuk 136: Marcus klaagt de overste der Farizeeën aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] CYRENIUS zegt: "Goed, dan gebruik ik mijn onbeperkte macht om al die Schriftgedeelten, die tegen het gezonde, menselijke verstand ingaan, ongeldig te verklaren en dan zitten ze in de val!"
Hoofdstuk 137: Onderlinge beraadslagingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] MATHAËL zegt: "Dat zal niet baten, want dan kan hij zeggen: 'Het gezonde mensenverstand eist echter ook, dat een wet eerst gegeven en bekrachtigd moet zijn, vóór men iemand aan de hand daarvan kan veroordelen.' Wat kunt u dan dáár tegenin brengen? We moeten de zaak uitzonderlijk goed overdenken, voor we van menselijke kant iets tegen deze kerels kunnen uitrichten! Cornelius, Faustus, Kisjonah uit Kis en een zekere Philopold uit dezelfde streek kunnen nu gauw hier zijn, die zullen ons zeker heel goed van dienst zijn! Ik verheug me zeer op hun komst!"
Hoofdstuk 137: Onderlinge beraadslagingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] CYRENIUS schudt het hoofd en zegt: "Ik zou ze als verdachte personen kunnen laten bewaken, misschien zou dan de ernst van de zaak hun geweten toch een beetje wakker schudden!?
Hoofdstuk 137: Onderlinge beraadslagingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] CYRENIUS antwoordt wat geërgerd: "Spreek als u wat gevraagd wordt! Uw verzoek ken ik en uw rekenschap ook! Nu hangt alles alleen van mij af. Ik moet met mijzelf en met mijn ambtenaren te rade gaan of uw petitie de keizerlijke goedkeuring kan krijgen!
Hoofdstuk 138: Cyrenius Iaat getuigen uit Caesarea halen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Maar u kent wet en geest en moet het kennen en móet.ingewijd zijn in alle waarheid. Daarom zult u ook inzien, waarom van mijn kant alleen al vanwege het volk veel strenger tegen u wordt opgetreden dan tegen een particulier! Want als u niet net zo zuiver bent als de zon, bent u nooit en te nimmer geschikt geweest voor uw ambt! Daarom gaat het u ook absoluut niets aan wat ik, hetzij voor uw beschuldiging, hetzij voor uw verdediging uitvoer! Ga dus weg en zet uw verzoek op de een of andere wijze op perkament en lever dat in opdat ik een bewijsstuk meer, voor of tegen u, in mijn handen heb!"
Hoofdstuk 138: Cyrenius Iaat getuigen uit Caesarea halen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Wij zitten echter voor het volk natuurlijk noodgedwongen als leidende aanhangers en verkondigers van de leer van Mozes, die tegengesteld is aan deze begrijpelijke en juiste opvatting, op de stoel van Mozes en Aäron. Wat kunnen wij in dit geval anders doen dan hoogstens heel in stilte de betere uitleg voor ons zelf te houden en het volk slechts datgene te vertellen wat Mozes ons heeft nagelaten!?
Hoofdstuk 139: Cyrenius geeft uitleg over aarde en maan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Gesteld dat vandaag de dag één van ons zou proberen het volk een andere leer te verkondigen dan de Mozaïsche, het geeft met in wat voor opzicht, dan garandeer ik u dat hij gestenigd wordt.!
Hoofdstuk 139: Cyrenius geeft uitleg over aarde en maan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] En EBAHL staat op en zegt: "Geëerde vriend! Vossen en handige mensen zoals uw Proteus zijn moeilijk te vangen. De vossen omdat ze altijd zorgen voor twee uitgangen en de anderen omdat die zich in alles kunnen veranderen, zelfs in de elementen. Daarom wil ik hier het volgende zeggen: Daar u op grond van datgene wat u door de waarachtigste en betrouwbaarste getuige -die u net zo goed kent als ik -over deze mensen werd gezegd, zeker geen twijfel kunt hebben of het zo is of niet, maar anderzijds als wereldlijk rechter tegenover de wereld toch slechts een oordeel kunt vellen over iets, waarvan uw oor en uw oog zich uiterlijk kunnen overtuigen, geef ik hier de volgende raad: Laat deze lastige vragers gaan. Doe dat zonder ook maar iets in te willigen van datgene wat zij hebben gevraagd en zonder hen door een oordeel tot enigerlei straf te veroordelen! Daarmee heeft u aan de innerlijke, geestelijke waarheid en aan het wereldse verstand volledig voldaan! Dat is mijn mening!
Hoofdstuk 137: Onderlinge beraadslagingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Daarom is het toch het verstandigst om niets anders te doen dan het volk bij het oude geloof te laten en zelf als leider van de oude leer en wetten tenminste ten aanschouwe van het volk, die leer en wetten streng na te volgen. Als men alleen is, zonder domme getuigen, kan men zelf datgene aanhouden en geloven wat men als een vaste waarheid zie.t! Doet men het anders, dan zult u dit mooie land maar al te gauw in een vreselijke opstand verwikkeld zien! -Nu bent II weer aan het woord en kunt u mij terechtwijzen, als ik iets verkeerds heb gezegd!"
Hoofdstuk 139: Cyrenius geeft uitleg over aarde en maan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  197 - 198 - 199 - 200 - 201 - 202 - 203 - 204 - 205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222  ...