5587 resultaten - Pagina 213 van 373
... 201 - 202 - 203 - 204 - 205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 ...
[15] Ik zou jullie liever met vuur, gif en schorpioenen moeten straffen dan met Naƫhme's?! - Zie, het is waar dat Ik de vrouw aan de man gaf tot zijn verdeemoediging, omdat Ik al sinds eeuwigheid wist hoe het er met het alleenstaande hart van de man voorstond.Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Alleen in dat opzicht - slechts voor de helft - zou de vrouw gezien kunnen worden als een kleine straf gericht op het hoogmoedige hart van de man; wanneer iemand daarbij slechts een klein beetje verder denkt, moet hij dan niet spoedig inzien dat juist dit ogenschijnlijke strafmiddel een zeer groot hulpmiddel, ja een van de meest belangrijke middelen is om het ware, volkomen, meest zalige, eeuwige leven in Mij te bereiken?!
Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Want als iemand Mij niet opneemt in zijn hart, terwijl toch alleen Ik het leven ben, - hoe en waardoor zou hij dan moeten leven?
Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Ik ben de eeuwige liefde Zelf; als iemands hart dus zonder liefde is, is het dan voor Mij ook niet in dezelfde mate zonder leven?
Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] Ga nu terug en houd een kleine bespiegeling en zie wie er in de eerste plaats aan het hart van het kind de liefde leert door de liefde, wie het hart in de eerste plaats tot liefde en leven wekt!
Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[23] Toen jij echter als jongeling de mannelijke kracht in je voelde ontstaan en je trots wilde verheffen, alsof je geroepen was om zon, maan en alle sterren met grote verachting te verbrijzelen en zo jezelf te verstrooien in het eeuwige niets, wie kwam je toen tegemoet, - wie kluisterde toen je hart voor de liefde en het leven in je, - wie leidde je toen weer voor het eerst terug in de eigen woning van het leven, - wie leerde jou toen weer opnieuw de liefde, die je moeder je geleerd had, maar die je vergeten was?
Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[26] Ga nu heen en betreur je dwaasheid; en wanneer je liefde zult voelen in je hart, ja, Ik zeg je, een machtige, krachtige liefde tot Mij, je heilige, goede, meest liefdevolle Vader, - sta dan op en kom terug, opdat Ik je zal zegenen met het eeuwige leven! Amen.'
Hoofdstuk 34: Waarheid zonder liefde deugt niet voor het leven. Liefde en leven. De missie van de vrouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze woorden van Abedam viel Hored ter aarde en bad vurig tot Abedam of Hij zijn hart wilde omvormen, omdat hij zich nu te machteloos voelde en wel inzag dat hij vanuit zichzelf tot niets in staat was; daarom verzocht hij Abedam hem genadig en barmhartig te willen zijn!
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] Nu stond Hored op, dankte met een bevend hart en ging daarop onmiddellijk naar de grot, die hiervandaan zo'n tweeduizend flinke passen verderop lag.
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Dus zo zal het ook met de mens zijn, als zijn hart zich zonder liefde en vorm wendt en keert.
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Ja werkelijk, in mijn hart is niets; er heerst helemaal niets, geen liefde, geen berouw, geen droefheid, geen vreugde, geen lust, - ook is daar zelfs geen sprake meer van begeerte.
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Ik moet mijn dwaasheid berouwen; ja, maar welke dan? Omdat mijn hart leeg is en het licht van mijn verstand nutteloos is, omdat het door geen enkele vorm in mij opgenomen wordt?
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[22] Maar waarom ben ik dan een dwaas? Omdat mijn hart zonder vorm en liefde is! Indien het echter leeg is, waarvandaan moet het dan gevuld worden?
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[18] Wat nu met hem aan te vangen? Een te sprekend en te bruusk wonder kon hem alleen maar doden. Daarom was dan ook die harmonische balsem voor hem in het gesteente gelegd, opdat hij daardoor zou ervaren dat Mijn liefde niet alleen het hart in de mens, maar ook de allerhardste steen vervult!
Hoofdstuk 36: Het klankwonder in de grot en de weldadige uitwerking daarvan op Hored - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] 'O, jij heerlijke, wonderbaarlijke schepping van God, hoe verheven en heilig hen je met de ogen van de liefde bezien en diep gevoeld in het liefhebbende hart, ja met een voor God slechts enigermate gereinigd hart!
Hoofdstuk 37: Horeds gesprek met zichzelf en zijn berouw - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)