Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 216 van 1112

...  204 - 205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229  ...
[9] Zowel bij mens als dier is het bot het deel wat het meest gericht is en zodoende de minste liefde bevat. Omdat zich in de botten, evenals in een steen, geen liefde voor het leven kan bevinden, blijven deze tenslotte, hoewel slechts in de substantiële zielevorm, over als delen die de liefdeloosheid uitdrukkenen waarin zich nooit enige liefde kan bevinden. Maar beenderen van mensen zijn altijd nog beter in staat zich met leven te omkleden dan beenderen van dieren of zelfs chitinepantsers van insecten, en kraakbeen en graten van amfibieën.
Hoofdstuk 152: Verschillende soorten van zelfmoord. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Maar IK zei: "Het is goed dat ook deze zaak is afgehandeld! Cyrenius, de bolletjes die jou beloofd waren, hebben hun plaats gevonden; maak er nooit in het openbaar gebruik van en pronk er nooit mee, ook niet tegenover je naaste verwanten! Als je wilt profeteren, leg dan de doos op de plaats van je maagholte, dan zul je helderziend zijn; maar niemand mag verder weten dat jij door het bezit van deze stenen profetische gaven krijgt! Het volk moet de profetie horen en zich daarnaar richten, maar het mag nooit weten waar deze vandaan komt! Mocht je ooit iets over een steen der wijzen gehoord hebben, dan heb je die nu hier in de vorm van deze zeven bolletjes; maar alleen voor jou en verder niemand!"
Hoofdstuk 153: Over de steen der wijzen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Toen lachte de dokter en hij zoog de uitgeademde lucht met vreugde en gretig naar binnen om de mooie weduwe te tonen hoe weinig hij gaf om haar zogenaamde giftige adem, omdat hij ervan overtuigd was dat daar niets mee aan de hand was. Het mooiste aan het geheel was echter dat de weduwe er zelf niet in het minst in geloofde, maar zich alleen maar van deze bedreiging bediende omdat de mensen dat gerucht verspreidden en zich daarom niemand dicht in haar buurt waagde.
Hoofdstuk 154: De weduwe en haar giftige sfeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Weldra hoorde onze weduwe daarvan, en men fluisterde haar van verschillende kanten in het oor dat zij voor het gerecht moest komen. De weduwe trok zich dat erg aan; zij begon tenslotte zelf ziekelijk te worden en liet weldra mijn vader halen, die natuurlijk mij, als zijn onontbeerlijke ziener, meenam om door mijn zienersgave iets bij deze merkwaardige vrouw te ontdekken. Wij gingen een beetje voorzichtig het huis van deze vreemde vrouw binnen en vonden haar vermoeid en uitgeput in bed liggen. Haar doofstomme, maar verder werkelijk hemels mooie dochter en een paar andere jonge vrouwen waren bij haar en verzorgden haar.
Hoofdstuk 154: De weduwe en haar giftige sfeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Maar door zijn liefde begint ook de dode vaderziel nieuwe levenswortels te krijgen. Dat geeft de zoon nog meer liefde en meer kracht en daarmee trekt hij zijn vader weg van de plaats van zijn ondergang en zijn verderf en brengt hij hem op het droge, waar door de liefde van de zoon zich ook voor het toekomstige bestaan van de vader een vaste grond voor rust ontwikkelt en door trouwe liefde aanwezig is. Maar omdat de liefde van de zoon groeit, wordt ook zijn licht sterker; door dat licht ziet hij hoe ontoereikend zijn kracht is en hij richt zich met klem tot God en vraagt, of Hij zijn vader wil helpen. En de hulp Iaat niet op zich wachten; er komt kleding en de kracht om verder te komen in een betere en meer volmaakte levenssfeer, waar de ziel van de vader, gevoed door de steeds groeiende liefde van de zoon, weer geestelijk vlees en bloed krijgt en uiteindelijk op die wijze in staat is God te herkennen en binnen te gaan in Zijn orde, -wat bij zelfmoordenaars altijd iets heel moeilijks is."
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Kortom, als een ziel eenmaal op grond van een slechte opvoeding geen enkele liefde, ook geen eigenliefde, meer heeft, is ook de gehele ziel doordrongen van de ergste vijand van het leven, namelijk de hel, en daardoor wordt zij zelf een vijand van haar eigen leven en bestaan en probeert dat steeds op de een of andere pijnloze wijze te vernietigen! Bij zo'n totale vijandschap ten aanzien van het leven moet tenslotte dat leven wel geheel uit haar voegen gelicht worden, en in het hiernamaals kan zo'n ziel dan onmogelijk anders zichtbaar worden dan geheel teruggebracht tot de vormen die oorspronkelijk aan haar ten grondslag lagen, en dit slechts als skeletten zonder vlees, die enkel het noodzakelijke gericht in zich dragen.
Hoofdstuk 152: Verschillende soorten van zelfmoord. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Deze weduwe leefde daarna nog twintig jaar, bleef steeds mooi en zelfs zeer aantrekkelijk, en haar dochter betoverde iedere man; want iets mooiers en aantrekkelijkers was er in die tijd in het hele Joodse land niet te vinden! Het meisje was ook nog in hoge mate intelligent en goed opgevoed en wist zich door gebarentaal heel goed aan iedereen verstaanbaar te maken, en dat deed zij altijd op zo'n echt kunstzinnig sierlijke manier dat iedere man zich gelukkig prees met dit doofstomme meisje geconverseerd te hebben. Velen deden het meisje een huwelijksaanzoek, maar omdat volgens de wet, doofstommen van het huwelijk uitgesloten zijn, waar ik absoluut geen enkele aanvaardbare reden voor zie, was daar beslist niets aan te doen.
Hoofdstuk 154: De weduwe en haar giftige sfeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Maar het volk had toch niet helemaal ongelijk. Als onze weduwe zich niet opwond over het een of ander, dan was er niets aan de hand met haar adem; maar zodra zij ook maar enigszins door iets driftig werd, was het bij haar niet uit te houden. Wie dan te veel van haar adem inademde, leefde geen jaar meer en was een kind des doods. Hij teerde op een bepaalde manier weg en alles wat hij daartegen gebruikte, ook al kwam het van een betrouwbare dokter die letterlijk wonderen kon verrichten, was voor niets; met ijzeren hardnekkigheid ging de kwaal verder en de zieke ging er onherroepelijk aan te gronde! En zo verging het ook werkelijk onze Griekse dokter; hij werd weldra ziekelijk en veranderde binnen acht maanden in een miserabel en totaal uitgeteerd lijk, waarbij vergeleken een ongeveer drieduizend jaar oude Egyptische mummie nog heel doorvoed was!
Hoofdstuk 154: De weduwe en haar giftige sfeer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Deze raad, die ik duidelijk hoorde, bracht ik direkt in korte bewoordingen aan mijn vader over. Buiten zichzelf van vreugde zei hij meteen tegen de weduwe, dat zij zich geen zorgen meer hoefde te maken, want hij zou haar heel zeker helpen. In ieder geval hoefde zij niet in het minst bang te zijn voor de rechtbank vanwege de Griekse dokter, omdat zij in de verste verte geen schuld had aan zijn dood. Zelf kende hij de Romeinse wetten heel goed, en kende geen voorbeeld waarbij zo'n geval ooit ergens ontvankelijk was verklaard voor een aanklacht.
Hoofdstuk 155: Slangengif als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Deze serieuze vaststelling van de onschuld van de weduwe stelde de arme vrouw zo gerust dat de blauwe nevel boven haar helemaal verdween, hetgeen ik dadelijk tegen mijn vader zei, wat hem veel genoegen deed, en hij zond onmiddellijk mensen naar de Horeb voor de genoemde slangen. Daar bevonden zich een aantal van de beste slangenvangers en -bezweerders, en binnen enkele dagen werd een aantal slangen van beide soorten aangevoerd. Deze slangen waren natuurlijk reeds onthoofd en goed in leem geconserveerd opdat zij, goed afgesloten van de lucht, niet meteen konden ontbinden; want er was daar een soort vette, gele leem, waarin een lijk honderd jaar lang niet ontbindt.
Hoofdstuk 155: Slangengif als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Mijn vader liet haar na een paar uur de bouillon nog een keer geven, en de weduwe begon zich daarop zo goed te voelen dat zij de vierde dag nauwelijks nog in bed te houden was. Maar op mijn vaders strenge voorschrift moest zij in ieder geval nog de halve vijfde dag, sinds onze aanwezigheid daar, in bed blijven, waarna zij toen heel monter en volkomen gezond het bed verliet. Zij bedacht mijn vader zeer rijkelijk en vergat ook mij niet.
Hoofdstuk 155: Slangengif als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Mijn vader zei: 'Jij weliswaar niet, maar ik weet het des te zekerder! Alles op de wereld vertoont in zich, en vaak ook tot ver om zich heen, bepaalde tekenen waaruit een kenner met zekerheid kan afleiden hoe het met een bepaalde zaak of aangelegenheid staat; en zo is het ook hier! Ik zie zelfs aan het huis dat de beiden geen uur meer zullen en kunnen leven! Iedere reddingspoging zou hier volkomen tevergeefs zijn!
Hoofdstuk 156: De dood van de weduwe en haar dochter. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] De blauwe nevel werd langzaam maar zeker ruim anderhalf keer zo groot, verhief zich echter als een reuzenbol weldra helemaal boven het grote huis en werd niet alleen gevuld met de beide slangensoorten, maar ook met een enorme hoeveelheid kwaadaardig en hier en daar ook zachtaardig uitziende dieren. Zij bewogen zich in deze grote bol als kraanvogels tijdens het op en wegvliegen. De hele bol was bevestigd aan twee zwak uitziende snoeren of liever banden. Het ene, wat kleinere deel van de bal was iets lichter dan het andere deel.
Hoofdstuk 156: De dood van de weduwe en haar dochter. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] U, o Heer, weet echter wel wat ons in deze sterfgeschiedenis allemaal een raadsel zal blijven! Daarom wil ik over het geheel zeker geen vragen meer stellen, omdat de hele geschiedenis toch al van a tot z een vraag is; o Heer, leg daarom meteen liever alles uit, want ik weet niet wat ik er mee aan moet! De ziekte op zich was al erg raadselachtig, Iaat staan de verschijnselen tijdens en na het sterven! Het boven het huis opstijgen van de blauwe nevel, die kennelijk geestelijk was, de dieren daarin, daarna de splitsing van de ene grote ballon in twee kleinere, de plagende eksters, de reusachtige adelaars, de verandering daarvan in koeien zonder horens, enzovoorts, -kortom, alles is een fabel die absoluut niet, en door niemand, te geloven is als men die zo maar ergens zou vertellen! Maak daarom, o Heer, als U zo genadig wilt zijn, deze geschiedenis wat begrijpelijker voor ons; want tot op heden hangt tussen mij en die geschiedenis meer dan de drievoudige doek van Mozes! "
Hoofdstuk 157: Ontwikkeling van de zielsvormen van de twee gestorven vrouwen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Uit deze oerbron ontstond eigenlijk merendeels de gehele stoffelijke en gerichte schepping. Daar deze echter voorbestemd is om voor de geestelijke schepselen niet alleen als een levensgif te dienen dat hen beproeft, maar ook om bij juist gebruik een heilzame levensbalsem te zijn, is het zo geordend, dat de té sterk tegen de orde indruisende oersubstantiële gedachten zich afscheiden van die, welke in veel mindere mate tegen de orde ingaan en een reeds genoemde giftige reeks van wezens vormen in alle drie rijken van de zichtbare, uiterlijke meest stoffelijke natuur der dingen.
Hoofdstuk 158: Het gif in mineralen, planten, dieren en mensen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  204 - 205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229  ...