Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 217 van 1037

...  205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230  ...
[11] Hoe kan de beperkte, kleine mens de oneindige ruimte ooit bevatten? Hij kan met zijn gedachten vlucht nog zo zeer in alle richtingen in de diepten van de eeuwige ruimte dringen, dan blijft hij toch in vergelijking tot de onbeperkte totaliteit van de ruimte steeds op hetzelfde punt, dat tegen de totaliteit van de eeuwig oneindige ruimte toch zoveel als helemaal niets is; en om dezelfde reden kan een mens de tijd naar de toekomst of naar het verleden nooit bevatten, omdat hij ook in zijn ontstaan, bestaan en vergaan, even begrensd is als in de ruimte.
Hoofdstuk 210: Epiphanes, de filosoof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] En zo kunnen jullie niets aan de mens vinden wat vergankelijk en begrensd is, maar alleen wat veranderlijk is op weg naar een bepaald geestelijk doel, en zodoende is het best mogelijk dat een mens oneindige en eeuwige zaken, tijd, ruimte, kracht, licht en leven heel goed begrijpt, omdat dit allemaal in hem aanwezig is.
Hoofdstuk 211: De mens als onvergankelijk wezen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] Beste vriend, u wilt, naar het schijnt, een zuivere waarheidsleraar zijn, en aan bekwaamheden daartoe lijkt het u ook niet te ontbreken; beantwoord daarom voor mij deze vragen, die voor zover ik weet tot nu toe nog geen enkel mens voldoende helder, duidelijk en waar heeft beantwoord, en dat zou een buitengewone verkwikking zijn voor ons hart! Maar kom niet met een half antwoord; want daar is bij ons toch al absoluut geen gebrek aan!"
Hoofdstuk 212: Twijfel en vragen van Epiphanes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Mijn beste Epiphanes, als Ik hierover niet reeds aan Aziona en Hiram helder en duidelijk antwoord en onderricht had gegeven, zou Ik je volledig gerechtvaardigde verlangen meteen inwilligen; maar Ik heb dat reeds gedaan en zij beiden weten precies waar ze met Mij aan toe zijn. Ze zullen het jullie vast op even duidelijke wijze bekend maken als Ik het hun heb bijgebracht; jullie hoeven er dan alleen maar naar te leven, dan zal jullie geest zelf je alles openbaren wat noodzakelijk is om de juiste weg te weten.
Hoofdstuk 213: De noodzaak van het ware, heldere geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Ook al zou iemand zich met veel geduld alle moeite getroosten om je bijvoorbeeld de stad Rome van het kleinste tot het grootste te beschrijven, dan zou je je toch nooit een volledig aanschouwelijk ware voorstelling kunnen vormen van die grote wereldstad. Maar je hebt aan de woorden van de verteller volledig geloof geschonken, hierdoor ontstond er in jou een sterke drang om Rome persoonlijk te zien en nu zocht je met alle moeite en ijver een gelegenheid om naar Rome te gaan. Die gelegenheid deed zich spoedig voor, je kwam in Rome en was nu zeer verbaasd om te zien, dat de stad weliswaar overeenkwam met de beschrijving die men je had gegeven, -maar hoe totaal anders dan je je in je fantasie had voorgesteld zag het werkelijke Rome er nu uit!
Hoofdstuk 213: De noodzaak van het ware, heldere geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] EPIPHANES zegt: 'Hm, waarom niet? Wanneer ik zelf eenmaal van een waarheid overtuigd en grondig doordrongen ben, wil ik ook zonder loon, alleen omwille van de waarheid, een leraar zijn en heb geen enkele angst daarbij van de honger te moeten omkomen. Want ofschoon de mensen in deze tijd wel zeer verdorven zijn en zeer zelfzuchtig leven, zijn ze toch niet afkerig van een goede nieuwe leer; zodra er maar een goede leraar bij hen komt, nemen ze hem nog altijd op, luisteren naar zijn lessen en als ze daarin ook maar iets hogers of waars beginnen te vermoeden, laten ze spoedig hun zelfzuchtigheid varen en worden vriendelijk en vrijgevig.
Hoofdstuk 214: Licht en bijgelovigheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Maar is het geloof dat je hechtte aan de eerdere getrouwe beschrijving van Rome nu van nadeel of van voordeel geweest toen je naderhand deze stad werkelijk aanschouwde? Het is natuurlijk alleen maar buitengewoon nuttig geweest! Want ten eerste zou zonder zo'n beschrijving vooraf waarschijnlijk nooit de behoefte om Rome te gaan zien ook in je zijn opgekomen; en ook al zou je bijvoorbeeld ooit zonder enige voorkennis naar deze grote stad gegaan zijn, dan zou je daar als een blinde hebben rondgelopen, je zou amper iemand hebben durven vragen wat dit of dat was, en uit pure vrees en verveling zou je alleen maar geprobeerd hebben om deze wereldstad zo snel mogelijk weer de rug toe te keren. En als je aan de getrouwe beschrijving helemaal geen geloof had gehecht, wel, dan zou deze zo goed als geen waarde hebben gehad, en een half geloof is niet veel beter dan helemaal geen geloof; want het zet niemand aan tot de ware en levende daad.
Hoofdstuk 213: De noodzaak van het ware, heldere geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] In dit opzicht is een lichte graad van lichtgelovigheid bij de mensen ook niet slecht; want als die er niet was, zou het vaak moeilijk zijn om een leraar voor de mensen te zijn. Alleen moet een goede leraar er wel vooral naar streven om zijn leerlingen daarna niet in een ongefundeerde lichtgelovigheid te laten steken, maar hij moet net zo lang met hen werken en hen leiden tot ze in het helderste licht van zijn leer tot op de bodem zijn doorgedrongen. Als hij dat door zijn inzet bereikt heeft, heeft hij de mensen iets waarachtig goeds bewezen en kan hij erop rekenen, dat ze hem niet ondankbaar zullen zijn.
Hoofdstuk 214: Licht en bijgelovigheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] EPIPHANES zegt: 'O meester, als u dat mogelijk zou zijn, dan zou u waarlijk een buitengewoon verdienstelijk teken verricht hebben! Waarlijk, als u daartoe in staat zou zijn, dan zou u toch wel duidelijk meer zijn dan alle grootste wijzen en joodse profeten van de wereld, ja dan zou u al eigenlijk in alle ernst een god zijn, en uw nieuwe leer zou dan wel de volle waarheid moeten zijn! Want als we nu eens naar deze ware Dabuora (pek en nafta woestijn) kijken, dan zien we niets dan naakte rotsen, tot aan de wolken toe; alleen de voet van deze echte pekberg is slechts hier en daar sporadisch met een beetje struikgewas begroeid. Slechts een enkele bron borrelt er uit op, en daar aan de voet van de steile rotswanden vegeteert een pover cederbos als een waar heiligdom van dit pekgebergte; de rest is tot in de verre omtrek naakt en kaal als het oppervlak van het water!
Hoofdstuk 216: De wonderbaarlijke kracht van het woord. Onderwijzen is beter dan wonderen doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Epiphanes, Aziona en Hiram en alle hier aanwezigen slaan zich op de borst en zijn totaal sprakeloos van verwondering, en Epiphanes kijkt met verbaasde ogen afwisselend naar de omgeving die er nu prachtig uitzicht de bergen vol bossen en de oeverstreek, die toch een oppervlakte van bijna duizend morgen had en waarop niets groeide dan slechts hier en daar een beetje gras voor enkele geiten en schapen om te grazen en er nu vruchtbaar en weelderig bij lag en dan weer met een onderzoekende blik naar Mij.
Hoofdstuk 217: De wonderbaarlijke verandering van het gebied. Wilsvrijheid opgaan in Gods wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] EPIPHANES zegt: 'Jazeker, Heer en Meester aller meesters! Maar er is iets wat naar mijn beoordeling niet zo goed te rijmen valt met de eigenlijke volledige vrijheid van de menselijke geest. Want als ik bijvoorbeeld alleen maar een teken kan verrichten als U dat mede wilt, is mijn wil immers eeuwig afhankelijk van Uw wil en dus gebonden en niet vrij.'
Hoofdstuk 217: De wonderbaarlijke verandering van het gebied. Wilsvrijheid opgaan in Gods wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Behalve Hiram en Epiphanes staan nu allen op en haasten zich heel nieuwsgierig naar hun hutten om te weten te komen wat er thuis allemaal is gebeurd en wat er allemaal is veranderd. En als ze thuiskomen, komt er geen einde aan hun verbazing en verwondering over de royale huizen die nu de plaats innemen van hun vroegere armzalige hutten, en over de vele vruchtbomen, wijngaarden, akkers en weiden, en ze loven God de Vader, van wie Ik hun verteld had dat Hij aan een mens op aarde een dergelijke macht gegeven had.
Hoofdstuk 218: Het belang van de gemoedsrust - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Maar wanneer iemand Mijn woord hoort en er niet naar handelt, zal Mijn woord hem niet levend maken, maar hem slechts dienen tot gericht en dood. Ook al is dit op deze manier niet Mijn wil, maar enkel Gods eeuwige ordening, dan kan Ik hem toch niet helpen, omdat hij zichzelf moet helpen.
Hoofdstuk 218: Het belang van de gemoedsrust - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Want als iemand, die hongert, voedsel wordt aangereikt en hij eet dit niet, maar kijkt er enkel naar, dan heeft degene die het eten aanreikt er geen schuld aan als de hongerende verhongert en sterft, maar natuurlijk de hongerende zelf, omdat hij geen voedsel tot zich wilde nemen. En precies zo is het met degene aan wie Ik Mijn woord als het waarste brood uit de hemelen voorzet, en die dit enkel aanhoort en er niet naar wil handelen. Daarom moet niemand Mijn woord enkel aanhoren, maar hij moet er ook naar handelen, dan zal hij hierdoor in zijn ziel waarachtig verzadigd worden met het brood uit de hemelen en voortaan geen dood meer zien, voelen of smaken, omdat hij zo zelf geheel tot het leven uit God is geworden. Begrijp je dit?"
Hoofdstuk 218: Het belang van de gemoedsrust - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] IK zeg: 'Je hebt volkomen gelijk, en temeer daar je je ook in geval van nood zo zou gedragen, evenals ook alle anderen in deze plaats. Maar omdat we hier nu al zo in vertrouwen samen zijn en elkaar goed hebben leren kennen, en er Mij zeker veel aan gelegen is dat jullie bij allerlei voorvallen en verleidingen niet zullen wankelen, moet Ik jullie ook met nog allerlei andere dingen bekend maken. Luister dus naar Mij!"
Hoofdstuk 219: Epiphanes' moed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  205 - 206 - 207 - 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230  ...