5587 resultaten - Pagina 220 van 373
... 208 - 209 - 210 - 211 - 212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 ...
[9] Want je zult de allerheiligste en de meest liefdevolle Vader niet eerder kunnen benaderen, dan wanneer je jezelf volledig in je eigen hart beschouwd zult hebben.Hoofdstuk 57: Henochs woorden over de welbespraaktheid van Garbiël. Garbiëls innerlijke beschouwing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Het is wel heilig waar, dat de grote, heilige Rijpmaker in ons midden woont, ons leert en leidt, maar wie bij Hem komt met een onrijp hart zal Hij laten tot zijn hart geheel rijp is; is dat echter eenmaal geschied, dan zal de rijping van de geest ook niet ver meer zijn.
Hoofdstuk 57: Henochs woorden over de welbespraaktheid van Garbiël. Garbiëls innerlijke beschouwing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] De geest woont echter niet in de tong, maar alleen in het hart. Wie een gewekte tong heeft, heeft daarom nog geen gewekte geest in zijn hart; want de tong is een deel van het hoofd en is diens voet en arm.
Hoofdstuk 57: Henochs woorden over de welbespraaktheid van Garbiël. Garbiëls innerlijke beschouwing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Volg ook jij daarom, lieve broeder Garbiël, de raad op van de allerheiligste Vader en zwijg met je tong; maar word daarentegen in je hart spraakzamer in de liefde ter opwekking van je geest om zo de zekere verwerving van het eeuwige leven te bereiken! - Begrijp het goed en neem er goede nota van! Amen.'
Hoofdstuk 57: Henochs woorden over de welbespraaktheid van Garbiël. Garbiëls innerlijke beschouwing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Maar toen Garbiël deze woorden vernomen had, sloeg hem de angst om het hart en hij wist niet wat hij moest doen en begon daarom bij zichzelf na te denken. Terwijl hij nu meer en meer nadacht, werd het steeds lichter en helderder in zijn hart, zodat hij verstomde en verwonderd toezag hoe daar het ene licht na het andere uit de diepte van zijn hart begon op te stijgen en hoe zijn hart zich begon uit te breiden ter grootte van een wereld en hij zag in het midden van deze nu reeds eindeloos groot lijkende wereld een hoog altaar opgericht en op dit altaar een krachtige jongeling, gehuld in een wit gewaad.
Hoofdstuk 57: Henochs woorden over de welbespraaktheid van Garbiël. Garbiëls innerlijke beschouwing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[18] 'Garbiël, Garbiël, beschouw de tekens van je hand, die zich aan de kant van je hart bevindt en schrijf met deze tekens het woord op stenen tafelen en leer dat ook je broeders te doen!'
Hoofdstuk 57: Henochs woorden over de welbespraaktheid van Garbiël. Garbiëls innerlijke beschouwing - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] 'Nu dan, Mijn geliefde Vratah, vertel me in het kort hetgeen je in je hart gezien hebt en wat je daaruit allemaal licht opgemaakt!'
Hoofdstuk 58: Vratahs visioen over het wezen van het schrift - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] Nu vermande Vratah zich en begon, vol gevoelens van dank in zijn hart, mee te delen wat hij in zijn hart gezien had.
Hoofdstuk 58: Vratahs visioen over het wezen van het schrift - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Ik zag in mijn hart een sterk licht ontstaan, het straalde meer dan het glansrijkste midden van de zon; en toen ik een dergelijk licht in mij gewaar werd, werd het duister om mij heen op aarde, zelfs zo erg, dat ik daar niets meer onderscheiden kon.
Hoofdstuk 58: Vratahs visioen over het wezen van het schrift - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] En nadat Vratah aldus de wil van Abedam vervuld had en Abedam hem daarover de bijzonder troostende opheldering over bet innerlijke gezicht gaf en Vratah Abedam uit de diepste grond van zijn hart daarvoor had gedankt, riep Abedam een ander uit het twaalftal, die Sehel heette, bij zijn naam en vroeg hem niet wederom gelijkluidende woorden:
Hoofdstuk 59: Het visioen van de verlegen Sehel en zijn overeenstemming met Noach en de zondvloed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] 'Schel, vertel ook jij Mij wat je gezien en vernomen hebt in je hart!'
Hoofdstuk 59: Het visioen van de verlegen Sehel en zijn overeenstemming met Noach en de zondvloed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Zeg Mij in je hart of ooit een broeder je op je mond geslagen heeft, als je hem antwoord gaf op een vraag!
Hoofdstuk 59: Het visioen van de verlegen Sehel en zijn overeenstemming met Noach en de zondvloed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] Zie, je ontkent het tegen Mij in je hart !
Hoofdstuk 59: Het visioen van de verlegen Sehel en zijn overeenstemming met Noach en de zondvloed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[10] Beteugel daarom je onnodig dwaze vrees en je geheel zinloze angst en spreek vanuit een open hart in aanwezigheid van Mij en alle vaderen!
Hoofdstuk 59: Het visioen van de verlegen Sehel en zijn overeenstemming met Noach en de zondvloed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Maar bezin je niet te lang op de meest geëigende woorden waarmee je Mij aan zou willen spreken - want daaraan heb Ik in het geheel geen welgevallen -, maar geef het Mij weer zoals je hart het je zal ingeven en Ik zal een werkelijk welgevallen hebben aan de zuivere, ware woorden van je hart! Amen.'
Hoofdstuk 59: Het visioen van de verlegen Sehel en zijn overeenstemming met Noach en de zondvloed - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)