Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 224 van 1088

...  212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237  ...
[10] Als jij een spiegel naar de zon toe houdt, dan zie je in de spiegel precies de weerspiegeling van de zon, en de lichtstraal die vanuit de weerspiegeling van de zon naar jou toestroomt zal jou even goed verwarmen als de straal die direct uit de zon zelf komt; en als je de zonnestraal met een Alexandrijnse spiegel opvangt, die men ook wel een holle spiegel noemt, dan zal de weerkaatste straal een veel grotere licht en warmte ontwikkeling te zien geven dan het licht dat direct van de zon naar buiten stroomt. En dat is wat wij aartsengelen in geestelijke zin zijn; ieder geestelijk vervolmaakt mens zal eveneens zo zijn, maar dan in een nog veel hogere graad.
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Wat Ik onlangs in Jeruzalem in de tempel met de geldwisselaars en duivenhandelaren heb gedaan, dat zal Ik dan op grote schaal doen op de gehele aarde. Ik zal alle handelshuizen en geldwisselplaatsen vernietigen door de vijand, die Ik vanuit het verre luchtruim naar de aarde zal zenden als een bliksemschicht met veel geraas en gekraak. Waarlijk, daartegen zullen alle legers van de aarde tevergeefs vechten; maar Mijn weinige vrienden zal de grote, onoverwinnelijke vijand geen leed aandoen, hij zal ze sparen voor een geheel nieuwe kweekplaats, waaruit nieuwe en betere mensen zullen voortkomen!
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Je hebt je weliswaar daarstraks aan mij gestoord toen ik bepaalde uitlatingen deed die de Godheid van de Heer, waar absoluut niet aan te twijfelen valt, in twijfel trokken. Heimelijk beviel jouw ernst mij, en als het menens was geweest met mijn voorgewende twijfel, -geloof me, dan had ik je ook wel van repliek gediend! Maar heimelijk verheugde ik me echt over jou; want ik dacht bij mezelf: ' Als je wist, waarom Ik nu eigenlijk precies mijn twijfels naar voren bracht, dan had jouw hart moeten jubelen! Het verbaasde mij alleen, dat je daarbij de vrolijke gelijkmoedigheid van de Heer over het hoofd hebt gezien, en dat je de ware diepgang van de woorden die Raphaël tot jou richtte niet geheel vatte. Daarom zeg ik je nu nogmaals, dat de vele ervaringen die ik heb opgedaan van grote waarde zijn! Vriend, wie Albions (Engelands de Uitg.) kusten heeft gezien, heeft beslist heel wat ervaren!
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Jij was een volslagen atheïst, ik niet minder! Maar sommigen van de~e negenenveertig collega's waren daar altijd te dom voor; die geloofden in het overduidelijke bedrog van de tempel. Daarom kunnen het alleen maar bijgelovige, oerdomme fanatici zijn! En geloof me dat zulke mensen altijd gevaarlijker zijn voor ons, ware mensen, dan een hele kudde leeuwen! Daarom is het hier zeker op z'n plaats om op onopvallende manier je verstand te gebruiken. En zie, dat ik schijnbaar tegen de Heer in opstand kwam, heeft goed gewerkt! De meesten gaven mij ongelijk en zijn het eens met de wijze Floran; er zouden er nog slechts een paar kunnen zijn die eerder op mijn hand zijn dan op die van Floran. Maar zelfs die menen, dat ik mogelijkerwijs misschien toch wel een beetje te ver ben gegaan!En, beste vriend Roclus, oordeel nu naar eer en geweten, ten eerste of ik juist gehandeld heb, en ten tweede of ik net als Floran jouw vriendschap waard ben!'
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] ROCLUS zegt: 'Mijn zeer gewaardeerde Stahar, zoveel woorden waren daar werkelijk niet voor nodig; want Ik wist met jou toch wel meteen :waar ik aan toe was, en ik denk werkelijk en hoop ook zeker dat wij belden, een en hetzelfde doel dienend, gezegend en succesvol zullen werken. De Heer zal ons met Zijn hulp niet verlaten, en daarom gaan wij vast een mooie toekomst tegemoet, die hier op aarde wel nooit geheel, maar toch wel aan gene zijde schitterend in vervulling gaat. -Maar laten we. nu weer naar onze plaats gaan! De enigszins onaangename wind wordt minder, en toch blijft het firmament met zijn ontelbaar vele sterren totaal helder. Als ik me niet vergis, maakt de Heer aanstalten om weer iets te gaan doen of ons een nieuwe les te verkondigen, -en dan moeten we geheel oog en oor zijn!"
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] RAPHAËL zegt: 'Nu ja, je zult wel zien wat er gaat gebeuren. De Heer openbaart ons dan ook niet altijd wat Hij wil doen, ofschoon wij de gepersonifieerde uitdrukking zijn van Zijn aartswil (hoogste wil) .Wij staan het dichtst bij Hem als uitvloeisel van Zijn oergoddelijke leven, willen en zijn, en in feite zijn we niets anders dan de uitdrukking van de goddelijke wil en de goddelijke kracht; echter niet in Zijn persoonlijke wezen, maar wij zijn los daarvan aanwezig en werkend. Rondom God zijn wij zo ongeveer datgene, wat het uit de zon naar buiten stromende licht is, dat ook overal waar het maar komt alles met leven vervult ontwikkelt, opwekt, doet rijpen en voltooit.
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Maar zoals desalniettemin toch geen enkele spiegel, ook geen Alexandrijnse, alles in zijn spiegelbeeld kan opnemen wat er in zijn totaliteit binnen in de zon is en gebeurt, zo kan ook ik niet in mijzelf waarnemen wat de. Heer in Zichzelf denkt en besluit. Op het juiste moment begint Zijn wil dan wel naar buiten toe uit te stralen en ik, evenals allen die zijn zoals ik, nemen die wil dan meteen volledig in ons op en dragen hem uit in de gehele oneindigheid; daarom dragen wij ook vanwege deze eigenschap de naam 'aartsboden', omdat wij de uitdragers en de uitvoerders van de goddelijke wil zijn. En zie, mijn gewaardeerde vriend Roclus, ook nu besluit de Heer iets in Zichzelf; maar ik weet niet waar het uit bestaat, omdat de Heer het nog in Zichzelf vasthoudt en nog niet naar buiten laat stromen!
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Na ongeveer ruim een half uur verhief IK mij snel en zei met luide stem: 'Mijn kinderen, broeders en vrienden! Ik zie dat jullie er allemaal in zeer gespannen verwachting naar uitzien of Ik niet iets zal doen of zal zeggen. Maar waarlijk, Ik zeg jullie dat Ik dit keer verder niets te zeggen en te doen heb bij jullie; want Ik heb gedurende de tijd van zeven dagen dat ik bij jullie was bijna alles uitputtend besproken, en gedaan wat voorlopig voor jullie nodig is om in de komende tijd Mijn rijk volledig in je hart op te nemen. Maar jullie grote gespannenheid zet Me ertoe aan om voor jullie nog steeds iets te zeggen en te doen, ofschoon ook Mijn ledematen enigszins moe zijn geworden. Maar wat doet de liefde der liefde niet allemaal? Luister dus aandachtig en doe je ogen wijd open!
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Maar wanneer met de op natuurlijke wijze toenemende kundigheid van de mensen ook hun zelfzucht, hebzucht en heerszucht zal toenemen en gelijktijdig de verduistering van de gemoederen der mensen, dan kunnen de slechte gevolgen daarvan natuurlijk niet uitblijven! Want als jullie je voeten snel aldoor maar verder en verder verplaatsen, kan het gevolg van het snelle voorwaarts gaan niet uitblijven. En wie met het voorwaarts lopen aarzelt, moet ook aanvaarden dat hij zelfs door een slak ingehaald wordt. Van een hoogte naar beneden vallen veroorzaakt, zoals bekend, de dood van het lichaam; maar als iemand dat uit ervaring weet en dan toch van een grote hoogte in de diepte springt, -wat is dat dan?
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] De mens echter kan uit zichzelf alles wat hij maar wil, en niemand kan hem dat beletten. En zo kan de mens met de aarde die zijn lichaam draagt en voedt, doen wat hij wil, en moet dan meestal door de gevolgen ervan leren of zijn wil goed of slecht was.
Hoofdstuk 109: Over het gericht dat de mensen zelf veroorzaken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Voor degenen die zich naar deze uitverkorenen zullen voegen, zal de aarde nog altijd een veilig plaatsje hebben; maar degenen die in hunhart te doof en te blind zijn, zullen van tijd tot tijd steeds weer als onkruid van de zuivere tarwe gescheiden worden.
Hoofdstuk 110: De toekomstige teistering van de aarde. De kinderen van God zullen geborgen zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Maar allen die Mij in hun geloof en hun liefde trouw zullen blijven, zullen voor het gericht gespaard worden; want Ikzelf zal Mij voor hen met het zwaard omgorden en voor hen te velde trekken. En iedere vijand zal moeten wijken voor Mijn zwaard! Het zwaard zal heten 'Immanuel' (God de Heer met ons), en de scherpte ervan zal de waarheid zijn, en de aanzienlijke zwaarte ervan de liefde van God, de Vader van Zijn trouwe kinderen. Wie wil strijden, moet dat doen met de scherpte van de waarheid uit God en met de kracht van de liefde uit het hart van de Vader van eeuwigheid! Met dit wapen toegerust zal hij triomferen over iedere vijand van Mijn naam, en derhalve over de vijand van het leven en de waarheid!"
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:! 'Kijk naar de bergen. vol bossen en struiken! Kijk, deze zuigen in de benodigde juiste hoeveelheid alle voor hen geschikte natuurgeesten (elektriciteit, magnetisch fluïdum) op. Ga maar eens alle bergen ontbossen, dan zullen jullie de gevolgen daarvan, die zeer bitter smaken al binnen korte tijd merken! Daardoor zullen grote massa's vrije ruwe natuurgeesten de lucht, die de hele aarde omgeeft, steeds meer gaan bevolken. Omdat deze natuurgeesten geen geschikte behuizing en werkterrein kunnen vinden, zullen ze zich massaal gaan verenigen en door hun onrust en door hun honger en dorst (neiging tot assimileren) de verschrikkelijkste en alles vernietigende stormen veroorzaken en hele landen zodanig te gronde richten, dat daar honderd of duizend jaar lang niets anders te voorschijn zal komen dan hier en daar een mosplantje, zoals er op de wijde aarde tegenwoordig nog steeds zulke uitgestrekte plaatsen en vlaktes zijn, waar men vele dagen doorheen kan trekken en waar even weinig groeit als op de woeste en doodse kalksteen aan de oevers van de Dode Zee in Beneden Palestina, waarheen de Jordaan stroomt.
Hoofdstuk 109: Over het gericht dat de mensen zelf veroorzaken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] De wil kan wel door allerlei lering en wetten gereguleerd worden; maar noch een leer noch een wet is voor de vrije wil een belemmering om datgene uit te voeren wat hij wil. Als de wil van de mens een leer of een wet als richtsnoer voor zijn handelingen wil aannemen, dan zal hij zichzelf daar zonder enige innerlijke dwang naar richten; wil hij dit echter niet dan kan geen enkele macht van de wereld en van de hemelen hem daartoe dwingen -en mag dit ook niet! Want zoals gezegd, zonder de vrije wil is de mens geen mens meer, maar een pure door de natuur levend gemaakte machine, net zoals de machines die de mensen in de loop der tijd zullen uitvinden en die hetzelfde kunstige werk zullen verrichten, waartoe nu nog nauwelijks iemand in staat is. Maar niettemin zal zo'n machine geen mens zijn, noch wat vorm betreft en nog minder wat betreft het vrij kunnen werken van het inwendige; want dat heeft geen vrije wil en kan daarom ook eeuwig geen zelfstandige handeling uit zichzelf verrichten. Wat de wil van de mens erin heeft gelegd, zal de machine ook verrichten, en nooit of te nimmer iets anders.
Hoofdstuk 109: Over het gericht dat de mensen zelf veroorzaken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] En als het op de aarde dan ooit echt flink tekeer begint te gaan, dan zul jij in Mijn rijk grote vreugde hebben en zeggen: 'Nou, eindelijk laat de Heer vanwege de ten hemel schreiende ongerechtigheid der mensen ook op de materiële aarde weer eens Zijn tuchtroede voelen!' En je moet ook niet vergeten, dat Ik het nooit heb laten ontbreken aan mannen die van Mijn geest vervuld zijn, ook niet onder de onwetendste heidenen! Er gingen nooit vijftig jaar voorbij, -of er waren weer mannen die de mensen de juiste weg wezen! Thans kwam Ikzelf als mens op deze aarde, die voor het grootste is bestemd; na Mij zullen er steeds tot aan het eind van de wereld mannen gestuurd worden naar de kinderen van de wereld en deze zullen ook steeds velen bekeren tot het ware licht.
Hoofdstuk 110: De toekomstige teistering van de aarde. De kinderen van God zullen geborgen zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  212 - 213 - 214 - 215 - 216 - 217 - 218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237  ...