Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 230 van 278

...  218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243  ...
[10] Laat ieder van jullie echter wel bedenken, dat de aarde onmogelijk een paradijs kan zijn, omdat ze voor alle tijden een scholingsplaats moet blijven voor iedere geest die in het zware stoffelijke lichaam van de mens is geplaatst, omdat zonder dat geen geest ooit het volkomen eeuwige leven kan bereiken; dan zullen jullie alles meteen veel juister gaan beoordelen.
Hoofdstuk 85: Kritiek van de Heer op Helena's voorstellen. De aarde kan onmogelijk een paradijs zijn zolang ze oord ter beproeving is. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Dat nu echter de koningen zwak en de volkeren blind zijn geworden, heeft een heel andere oorzaak dan jullie denken. De enige die schuldig is aan deze situatie zullen we echter weldra leren kennen; we zullen hem aan banden leggen en zo de mensen op aarde bevrijden van zijn juk. Dan zal het wel weer beter worden, ook zonder onze wraak!
Hoofdstuk 85: Kritiek van de Heer op Helena's voorstellen. De aarde kan onmogelijk een paradijs zijn zolang ze oord ter beproeving is. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Max Olaf treedt naar voren en zegt: 'O Heer, het is moeilijk om nu nog een of andere wens uit te spreken, waar u, o Heer, als de allerdiepste en almachtige wijsheid spreekt en reeds alles wat er nu gebeurt, hebt voorzien en ook alle voorzorgsmaatregelen hebt getroffen, waardoor er voor de huidige onlusten op aarde zonder meer snel een oplossing moet komen. Dat is echter ook een grote wens van mij, want ik wens zelfs de duivel geen kwaad toe, laat staan de mensen, die toch mijn broeders zijn!
Hoofdstuk 86: Olafs wijsheid. Een hemelse heildronk. De nieuwe licht en liefdesbrug van de Goddelijke genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Ik antwoord haar eveneens zachtjes: 'Mijn lieve, Ik zal zelf beginnen te spreken, zo gauw de gemoederen van alle aanwezigen geheel tot de noodzakelijke rust zijn gekomen. De man die naast jou zit, is vader Adam, zoals hij ongeveer zesduizend jaar geleden op aarde als eerste geschapen mens, heeft geleefd. Naast hem zie je Noach en daarnaast vader Abraham, dan Isaak en Jakob. Dan zie je er nog twee: de eerste is Mozes en de andere David. De ernstig uitziende mannen die op deze zeven volgen, zijn de jou welbekende twaalf apostelen (Met inbegrip van de volgens Handelingen 1, 26 erbij gekozen Matthias..) Achter hen staan nog twee apostelen: de voorste is Paulus en die daar wat achter hem staat is Judas, die Mij verraden heeft. De anderen ken je zonder meer. En nu weet je dus in wat voor een beslist zeer merkwaardig gezelschap je je bevindt.
Hoofdstuk 79: De plechtige raadsvergadering. De vraag van de Heer: wat moet er met de aarde gebeuren? Adam, Noach, Abraham, Isaak en Jakob spreken - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] In die tijd waren de mensen ook wel wreed en sommige van hun daden waren zonder weerga. Maar nu zijn de mensen tot hyena's en tijgers geworden en begaan wreedheden, waarvan de gehele oneindigheid huivert. Destijds zond U een verschrikkelijke watervloed over de stervelingen en verdronken alle boosdoeners. Wat zult U nu wel doen, o Heer? Ik ken echter de grootheid van Uw liefde. Ik weet ook, dat het U berouwde de mensen toentertijd te hebben verdronken; want er waren ook veel kindertjes bij, die nog aan de borst van hun moeders werden gezoogd. Zou het U ook nu niet weer gaan berouwen, als U de thans duizend keer vuilere aarde door een geweldig vuur zou zuiveren, opdat ze weer waardig kan worden om door Uw voeten te worden betreden?'
Hoofdstuk 79: De plechtige raadsvergadering. De vraag van de Heer: wat moet er met de aarde gebeuren? Adam, Noach, Abraham, Isaak en Jakob spreken - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Maar in zijn rijke gewesten verhief het volk van Lot zich spoedig tot grote welstand, bouwde Sodom en Gomorra en begon steeds doldriester te worden. Ik stuurde afgezanten naar Lot, maar zonder resultaat. Verscheidene werden gedood en de weinigen die terugkwamen, brachten steeds slechte berichten mee. En zie, in die tijd hebt U wederom mijn hart beproefd, en het werd door U rechtvaardig bevonden. En U zond boodschappers vanuit de hoogte tot mij en deze deelden me mee wat Uw plannen zouden zijn met Sodom en Gomorra. Ik schrok daar echter van, smeekte U om verschoning en hield U de eventueel rechtvaardigen voor ogen. Maar Uw oog vond er geen, behalve Lot. En zie, o Heer, hem hebt U gered! Maar Sodom en Gomorra liet U verwoesten door vuur van boven.
Hoofdstuk 79: De plechtige raadsvergadering. De vraag van de Heer: wat moet er met de aarde gebeuren? Adam, Noach, Abraham, Isaak en Jakob spreken - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] En zoals U het mij hebt beloofd, hebt U tot op dit tijdstip ook alles in vervulling doen gaan. Maar Uw beloften reiken nog eindeloos ver voorbij dit moment. 0 Heer, gedenk nu het met mij gesloten verbond, omdat alle volkeren van de aarde weer in een geweldig gistingsproces zijn terecht gekomen. U kent de vijanden van Uw kinderen en U kent hun hebzucht, hun onbuigzame wil. Ziet U niet hoe de vele wolven, hyena's en tijgers gewetenloos en zonder schaamte woelen in de ingewanden van Uw lammeren en ze verscheuren met hun vurige draketanden? O Heer, als U Sodom en Gomorra kon tuchtigen, grijp dan nu ook de wolven, hyena's en tijgers en slacht hen als een zoenoffer voor al het onrecht, dat zij begingen aan Uw kinderen. Maar spaar het bloed van de rechtvaardigen en dat van Uw kinderen!'
Hoofdstuk 79: De plechtige raadsvergadering. De vraag van de Heer: wat moet er met de aarde gebeuren? Adam, Noach, Abraham, Isaak en Jakob spreken - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[18] Wij hebben evenwel een nieuwe openbaring ontvangen, waarin ons zoals voorheen door de profeten en hun wetten wordt getoond, dat de mensen ook zonder toedoen van de wet kunnen komen tot die ware gerechtigheid, die als enige voor God geldt. Waarom roepen we dan desondanks: 'Heer, oordeel hen en geef hun het verdiende loon en verwijder hun namen uit het boek des levens!' Wel zeggen jullie altijd tot slot: 'Maar alleen Uw wil geschiede.' Maar dat verontschuldigt jullie harten niet! Waarlijk, eerder zou ik de dood in willen gaan dan tot de Heer zeggen: 'Heer, doe dit en doe dat!' Hebben wij dan de Heer het verstand gegeven, of hebben wij niet veeleer het verstand van Hem gekregen? En toch spreken we, alsof Hij onze raad nodig zou hebben! Als kinderen brabbelen zolang ze nog onmondig zijn, is zoiets wel te begrijpen, maar oude hemelburgers zouden naar mijn mening toch moeten weten wie zij zijn en wie de Heer is!
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] Als Helena dat hoort, zegt ze: 'O mijn liefste Heer en God Jezus, U ziet wel dat mijn hart alleen naar U uitgaat, maar nooit naar een gewaad. Want als ik U maar heb, vraag ik niet naar alle hemelen en hun pracht, die mij zonder U alleen maar tegen zouden staan! Maar omdat U het zo wilt en het U vreugde bereidt, zal ik dit gewaad toch aantrekken en mijn hart zal U met de allervurigste liefde daar eeuwig voor danken. Uw heilige wil geschiede! U mijn heilige, liefste Jezus, U alleen bent heel mijn hart, mijn leven, mijn zaligheid en mijn alles!'
Hoofdstuk 87: De hemelse maaltijd tot welzijn van de mensen op aarde. Helena' s overeenstemmende bruidskleed en kroon - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Kijk eens naar het water, hoe verschrikkelijk het tekeer gaat, wanneer het zich tomeloos over dalen en velden verheft! Zou Ik het daarom moeten vernietigen, omdat het in zijn ontketende toestand zo'n vernielende uitwerking heeft en de mensen op aarde dood en verderf brengt? Zeg eens, zou de aarde zelf en alles wat zij draagt zonder water kunnen bestaan?
Hoofdstuk 91: De reden voor de schaduwzijde van het leven. Tegenstellingen noodzakelijk voor de geestelijke vrijheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Zoals echter alles wat Ik naar voren heb gebracht nodig is in de natuur, opdat zij is wat ze moet zijn, zo moeten eveneens in de geest tegenstellingen bestaan ten opzichte van het goede en ware, zodat de geest juist door deze vijandige tegenstellingen dat wordt waartoe hij door Mij bestemd is, namelijk tot de meest volkomen eeuwige levensvrijheid! Want zonder dwang bestaat geen vrijheid en zonder vrijheid geen dwang. Elke vrijheid moet dus voortkomen uit de dwang, die een gerichte eeuwige orde is, zoals de dwang zelf voortkomt uit Mijn oereeuwige vrijheid!
Hoofdstuk 91: De reden voor de schaduwzijde van het leven. Tegenstellingen noodzakelijk voor de geestelijke vrijheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] De arend ontdekt nu de ichneumon en wil hem als een klein hapje vangen. Deze ontsnapt echter in een opening in de grond en de machtige arend vliegt nu zonder enige prooi weg, net zoals tevoren de andere dieren geheel onverrichterzake en enkel met wat verwondingen zijn gevlucht. Alleen de slang lijkt het meest te hebben geleden; of het zand haar weer zal genezen, is een grote vraag. Of de ichneumon ooit zal worden beloond, omdat hij de vijandelijke groep uit elkaar dreef, zult U, 0 Heer, zeker het allerbeste weten!
Hoofdstuk 92: De strijd van de zes dieren. Uitwerking op de wolfsmensen en de koning - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[21] Er bestaan voor God geen verschil tussen mensen en mensen, want ze zijn allemaal zondaars, hoe dan ook, en hebben niets waar ze zich tegenover God op kunnen beroemen! Wanneer ze echter op grond van hun geloof door God worden aangenomen, worden ze toch gerechtvaardigd zonder eigen verdienste, maar puur door Zijn genade, welke voortkomt uit Zijn hoogst eigen verlossingswerk. Evenmin als we God geholpen hebben om de wereld en alle hemelen te scheppen, konden we Hem behulpzaam zijn bij het nog grotere werk der verlossing! Indien we echter aan deze tweede en grootste schepping en vernieuwing van alle dingen onmogelijk een verdienstelijk aandeel kunnen hebben, juist omdat we zelf de verlosten zijn, hoe zouden we dan aan het alleen God toekomende rechterschap willen deelhebben, terwijl we toch zelf als begenadigden de verlosten zijn?
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Luister, beste broeder Jellinek, jullie allen hier in het rijk van eeuwige vreugde kunnen nu wel gemakkelijk zeggen: 'Heer, Uw wil geschiede!' Maar op aarde ziet het er nu heel anders uit dan hier in het rijk van het meest vrije leven! In de lichamen van de mensen wonen dezelfde vrije geesten en onsterfelijke zielen die jullie hier in werkelijkheid zijn. Deze willen zich toch graag eindelijk eens wat vrijer kunnen ontwikkelen en wensen daarom echte vrijheid en geen onderdrukking meer onder de ijzeren scepter van de koningen. Ze komen daarom overal in opstand en proberen de macht van de koningen te breken. Maar de koningen brengen eveneens alles wat hun slaafs onderdanig is tot een grote strijdmacht bijeen. Ze hebben gezworen iedere tegenstander te doden, en zonder genade en erbarmen slachten ze de mensen dan ook bij duizenden af. Zij, die vrij willen worden, roepen tot Mij om wraak op hun onbarmhartige koningen. En de koningen roepen Mij aan om hulp tegen hun opstandige volkeren!
Hoofdstuk 82: Blum en Jellinek geven hun mening. Het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] Aan de andere kant wordt alles getolereerd wat maar kan bijdragen tot het doden van de geest. Zoals: het dulden van alle soorten ontucht, al wordt er soms voor de schijn door de politie openlijk tegen opgetreden. Verder is het toegestaan om liederlijk te leven en te zwelgen zoveel de arme, onopgevoede mensheid maar wil, omdat ook genotzucht een heel nadelige invloed heeft op de geest. Eveneens zijn schunnige komedies geoorloofd; daarin mag het zo heet toegaan als maar mogelijk is. Als er maar geen politieke toespelingen of geestopwekkende dingen in voorkomen, kan de voorstelling zonder enig bezwaar van start gaan, omdat ze een doorslaggevende invloed heeft op de onderdrukking van de geest.
Hoofdstuk 84: Helena's mening over de weg tot heil voor de mensen op aarde - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  218 - 219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243  ...