Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 231 van 1112

...  219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244  ...
[2] En kijk, dat komt allemaal doordat de bouw van de menselijke hersenen reeds in het moederlichaam grondig bedorven wordt en verder door de opvoeding van het hart en het gemoed, die haast nog slechter is; want als er tenminste na de geboorte maar een goede opvoeding van het hart en het gemoed zou plaatsvinden, zou daardoor het in het moederlichaam bedorven brein voor het grootste deel weer in orde gebracht worden, en dan zouden de mensen vervolgens nog veellicht en levenskracht kunnen krijgen, en zou door een aanhoudende ware deemoed en ware goedheid van het hart, weliswaar na jaren, het verlorene zich weer helemaal terug laten vinden of vervangen kunnen worden.
Hoofdstuk 236: Het ongeluk van de wereldse geleerde in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER: ) "Of zetten jullie een spiegel, ook al is die nog zo lichtsterk, in een totaal donkere kelder om te kijken of je daarin iets ziet van de zich in de kelder bevindende voorwerpen? Jullie zullen, omdat je met je kelder helemaal vertrouwd bent, met je tastzin de zich daarin bevindende voorwerpen naar hun aard waarnemen en desnoods ook zonder licht herkennen; maar een spiegel zul je voor niets in de duistere kelder neerzetten, want die zal jullie zonder licht nooit een goed spiegelbeeld leveren van de dingen in de kelder.
Hoofdstuk 237: Welke gevolgen het heeft wanneer hersenen geen geestelijk licht hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Zodra nu een bekende geur de reukzenuwen van iemand prikkelt, meldt er zich meteen een overeenkomstig reuk of smaakplaatje, en van daaruit wordt direct het overeenkomstige voorwerpplaatje geactiveerd, waardoor de ziel op snelle en eenvoudige wijze te weten komt waar die geur of smaak mee te maken heeft. Ook meldt het algemene gevoel, via het achterhoofd, aan de ziel, wat de vorm en de hoedanigheid is van de zaak waardoor het gevoel is geprikkeld. Maar dit alles gebeurt duidelijk zichtbaar alleen bij een brein dat in hoge mate geordend is, zoals dat nu is getoond. Bij het andere, ongeordende brein zullen we ternauwernood vage overeenkomsten met dit geordende brein vinden, waarvan wij ons nu meteen feitelijk en praktisch zullen overtuigen.
Hoofdstuk 234: De verbinding van de zintuigen met de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Dus die kunst verstaan de wereldse mensen voortreffelijk; maar de aarde van de geest, van het eeuwige leven, laten zij voortdurend braak liggen en daar bekommeren zij zich weinig om. Of daarop dorens of distels woekeren, bekommert ze weinig of niets, en het wordt daardoor begrijpelijk, hoe en waarom de mensen van deze aarde, in plaats van beter, steeds slechter en ellendiger worden. Als zij maar schitterende paleizen voor zichzelf kunnen bouwen, op zachte bedden kunnen liggen, en hun buik met de heerlijkste lekkernijen kunnen vullen en hun huid kunnen bekleden met zachte, koninklijke kleren, dan hebben zij genoeg en zijn zij tevreden; want dan hebben zij dat, wat hun zelfzuchtige, lichamelijke leven ook maar verlangen kan tijdens de korte tijd van hun aardse bestaan.
Hoofdstuk 236: Het ongeluk van de wereldse geleerde in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Maar als dan de kwalijk hinkende bode komt, de kwaadaardige ziekte met achter haar aan de dood, dan valt hun ziel, die helemaal weggekwijnd is, ten prooi aan steeds grotere angsten, vervolgens aan volledige vertwijfeling en onmacht, en tenslotte aan de dood, en lachende erfgenamen verdelen dan de nagelaten, grote schatten en overvloed van de gestorven, wereldse dwaas. En wat heeft deze dan in het hiernamaals? Niets dan in alle opzichten de grootste armoede, de grootste nood en de grootste, voor deze wereld onbeschrijfelijke, ellende, en niet zo maar voor een kort poosje, maar voor naar jullie begrippen ondenkbaar lange tijden, die jullie heel zeker met het begrip 'eeuwig' zouden kunnen aanduiden, hetgeen echter ook heel natuurlijk is; want waar moet een ziel die nooit voor iets anders gezorgd en gewerkt heeft dan alleen voor haar lichaam, de middelen vandaan halen om zich te vervolmaken in een wereld die uit niets anders kan en mag bestaan dan alleen uit datgene, wat een ziel in zich heeft en vervolgens door de geestelijke ether van haar uitstralende levenslicht omvormt in een woonwereld, die haar omgeeft.
Hoofdstuk 236: Het ongeluk van de wereldse geleerde in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Pas wanneer de nood het hoogtepunt bereikt, waarin de ziel, door de machtige druk van de totale vertwijfeling, in een soort gloeien zal overgaan, zullen uit de overgrote angst in haar hart, dus uit haar vreselijk benauwde gemoed, als uit een smidsvuur, gloeiende vonkjes opstijgen naar haar hersens, en daardoor zullen zich schemerbeelden van haar nood, haar kwelling, haar pijn, haar smart, haar ellende, haar onmacht, haar verlatenheid inprenten op haar hersenplaatjes; dan pas zal zij zelf weer tot enige heel povere ideeën komen en na lange tijd in staat zijn om uit zulke erg armzalige beelden voor zichzelf een heel schamele woonwereld te bouwen!
Hoofdstuk 237: Welke gevolgen het heeft wanneer hersenen geen geestelijk licht hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Stel dat iemand onmondige kinderen in een dicht bos achter zou laten en er zich mogelijkerwijs één of meer van hen in leven zouden houden in dat bos. Laten wij aannemen dat een jongen en een meisje het overleefden, omdat zij precies onder een vijgeboom achtergelaten werden waarvan de vruchten, die hun in de schoot vielen, hen aanvankelijk tot een bepaalde leeftijd voedden waarop zij, helemaal verwilderd, ander voedsel begonnen te zoeken! Stel dat zij opgroeiden, de volwassen leeftijd bereikten, kinderen verwekten en dat er na een paar eeuwen een volk uit hen ontstond, dat echter zonder onderricht en zonder openbaring van boven bleef!
Hoofdstuk 237: Welke gevolgen het heeft wanneer hersenen geen geestelijk licht hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Pas weer na enige eeuwen -als zij buiten hun uitgestrekte oerwouden zijn gekomen en op het een of andere beschaafde volk zijn gestuit waardoor ze teruggedreven werden, terwijl een aantal van hen gevangen genomen werd en hun enige beschaving werd bijgebracht, en laten we zeggen, nadat zulke gevallen zich meermalen hebben voorgedaan, en na de terugkeer van de wijzer geworden landslieden en een aantal, weliswaar gevangen geweest zijnde, maar nu enigszins beschaafde landslieden -zal de hele stam in de loop van de tijd enige beschaving krijgen, die echter natuurlijk hemelsbreed zal verschillen van een zuiver geestelijke, menselijke beschaving!
Hoofdstuk 237: Welke gevolgen het heeft wanneer hersenen geen geestelijk licht hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Maar het is en blijft vrijwel onmogelijk om haar hoger te brengen dan de onderste, eerste en zuivere wijsheidshemel, want haar brein raakt de trieste eerste merktekenen nooit kwijt, waaruit zich van tijd tot tijd steeds nog een soort aanspraak op wraak en bezinning op wraak ontwikkelt, hetgeen in het nu steeds beter verlichte brein ook weer een beeld achterlaat en maakt, dat het gemoed van de ziel inziet dat het weliswaar heel goed met haar gaat, maar dat deze goede gang van zaken lang geen compensatie is voor alles wat zij tot nu toe heeft doorstaan.
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] En zo, op die manier, mokken dan ook de zielen van de onderste hemel aan een stuk door, vooral wanneer zij zich herinneren dat zij veel doorgemaakt hebben en nu, als zaligen, zelf moeten werken, en zelfs heel ijverig moeten werken om, net als toen zij mensen op aarde waren, in het nodige levensonderhoud te voorzien, alleen met het vervelende verschil dat zij zich daar geen overmatige overvloed kunnen verwerven, want dat bestaat in het hiernamaals niet, omdat de leiders van de verenigingen dat heel zorgvuldig weten te vermijden en te voorkomen. En zo zijn dan deze zalige zielen nooit helemaal gelukkig, omdat zij door hun aard altijd wat te kort komen.
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Ja, natuurlijk komen zij heel wat te kort, maar dat, wat zij mislopen, is voor de meesten van hen zo goed als volkomen voor eeuwig onbereikbaar, omdat zij de grondelementen daarvoor in het geheel niet bezitten. Zij lijken ook op mensen die zo heel graag net als vogels in de lucht zouden willen rondvliegen en daarom vaak uiterst bedroefd zijn, omdat hun als mensen die voortreffelijke eigenschappen onthouden zijn waarin zich zoveel onnozele dieren in een zeer volmaakte graad kunnen verheugen.
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Als zo'n ziel die geheel verstoffelijkt is geworden, door ontelbare noodsituaties en onmenselijke benarde toestanden in het hiernamaals eindelijk zover is gebracht dat zij bepaalde begrippen en ideeën gekregen heeft, en er door de grotere beweeglijkheid van haar gemoed een zwak licht in haar substantiële brein komt, waaruit zij zich tengevolge van haar uiterst behoeftige verbeelding en wil een hersenschimmige noodwoonwereld vormt, die natuurlijk nog lang niet duurzaam is omdat deze nog te ver af staat van de enige waarheid en de goddelijke orde die daaruit voortvloeit, - dan schept dat pas de mogelijkheid dat zendelingen, die helemaal in dezelfde omstandigheden lijken te verkeren als zij, haar bezoeken, om haar heel behoedzaam en zo ongemerkt mogelijk te voorzien van en te verrijken met verscheidene betere begrippen.
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Zij lijkt op een oude, Romeinse soldaat die vanwege zijn leeftijd en zijn grote aantal verwondingen en littekens van de keizer een boerderijtje ten geschenke kreeg, waarop hij zich met de vlijt van zijn handen een heel goed bestaan kan verschaffen. Maar de oude soldaat mort toch wanneer hij zijn littekens ziet en zegt: 'Goed is goed, maar veel te weinig voor mij, die voor keizer, volk en vaderland zo vaak mijn leven in de waagschaal heb gesteld! Mijn buren hebben nooit tegen een machtige, kwade vijand gevochten, zij hebben een gezond en ongeschonden lichaam en kunnen hun velden gemakkelijk bebouwen. Ik heb ook wel dienstknechten en dienstmaagden die mij helpen bij het werk, maar toch moet ik zelf ook mijn handen uit de mouwen steken als ik iets behoorlijks wil hebben. Ik hoef weliswaar de keizer geen belasting en geen tiende te geven zolang ik leef, en ook mijn kinderen tot in het vijfde nageslacht niet, speciaal als een van mijn zoons voor keizer en staat de wapenrok zal dragen, maar dat mankeerde er nog maar aan, als iemand zoals ik nu ook nog de keizer belasting zou moeten betalen! Maar toch, ook zonder belasting vind ik dit loon, dat op zichzelf heel behoorlijk is, veel te weinig!'
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Iedere ziel moet zich ooit zelf tot ontwikkeling brengen: hier gemakkelijk, of in het hiernamaals moeilijk, daarvoor zijn haar de middelen ingeplant. Verzuimt zij het hier, omdat zij zich te veel door de wereld en haar verlokkende schatten heeft laten verleiden, dan zal zij het in het hiernamaals moeten doen. Op wat voor manier, heb Ik jullie zoëven heel duidelijk laten zien, en de vragen die je op je hart had, heb Ik voldoende beantwoord. Ook al kijken jullie er nu niet al te vriendelijk bij, dan kan Ik jullie toch met helpen en Ik kan het onmogelijk anders maken dan het gemaakt en gesteld is; want drie keer drie kan nooit zeven, maar altijd alleen maar negen zijn. De appelboom moet eeuwig appels en de vijgeboom eeuwig vijgen als vrucht dragen!"
Hoofdstuk 238: Ontwikkelingsmoeilijkheden van een wereldse ziel aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] De eerste opzet is nauwelijks iets anders dan puur, zinloos knoeiwerk, zodat de ziel van zo'n kind zich in het begin ook helemaal niets kan voorstellen van het in te prenten onderwerp. Honderdmaal kan het het kind verteld of getoond worden voor het zich daarvan eindelijk een bepaalde, maar altijd slechts een heel vage, voorstelling kan maken.
Hoofdstuk 239: De invloed op de hersenen van een verkeerde opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  219 - 220 - 221 - 222 - 223 - 224 - 225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244  ...