Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 237 van 1088

...  225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250  ...
[3] JOHANNES zegt: 'Toen wij vandaag ongeveer drie uur geleden aankwamen waren jij en nog enkele buren van je erbij; alleen Hiram was er niet Toen de middag kwam, haastte iedereen zich naar zijn hut vanwege het karige middagmaal; alleen jij bleef om ons te verzorgen. Als Hiram ook bij degenen was geweest, die ons met jou hier hebben ontvangen, dan had je nog eerder ingezien hoe men met de geestelijke ogen van de ziel soms ook materiële vormen kan zien en waarnemen. Maar nu moet je dit stukje bij beetje duidelijk gemaakt worden; want hier is nu ook het oude gezegde van toepassing, dat een boom met één slag nog lang niet valt:'
Hoofdstuk 180: Wat de ziel tijdens een droom ziet - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Men spreekt zo in het algemeen wel van een zielenrijk, dat zich ergens aan gene zijde bevindt; alleen, waar is dat, wie heeft ooit een ziel gezien, wie ooit het land waar de ziel in de toekomst woont? ja, dichtwerken en sagen daarover zijn er overal in overvloed! Wij zijn hier met velen, dat wil zeggen in verhouding tot dit zeer verlaten oord van de aarde; maar daaronder is er ook niet één die met zekerheid zou kunnen zeggen, dat hij zelf ooit een keer een ziel heeft gezien of alleen maar echt levendig heeft gevoeld! En als het zich niet duidelijk tijdens zijn leven voordoet aan iedereen die daar als mens toch ook recht op zou hebben, maar meestal alleen maar aan de verschillende priesters en andere zeer op hen lijkende individuen, wel, dan is het hopelijk voor een waarachtig ook maar enigszins onbevangen, weldenkend mens toch niet moeilijk te raden, op wat voor bodem en ten voordele van wie dergelijke sagen, verzinsels en zelfs leringen zijn ontstaan! Gelukkig degenen, aan wie zulke luchtige woordbouwsels enige troost en geruststelling kunnen bieden! Wij, beste vrienden, hebben duidelijk iets beters leren kennen en aangenomen, namelijk de oeroude, altijd gelijke waarheid in haar diepste diepte, en vinden juist onze grootste troost en tegelijk onze grootste geruststelling in het feit dat wij zo snel mogelijk weer terugkeren naar het eeuwige oeroude niets; want in het niet-zijn bevindt zich toch immers de grootste en allerzaligste rust.
Hoofdstuk 181: Hirams stoïcijnse-naturalistische wereldbeschouwing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[17] HIRAM zegt: 'Vertel op! Ik ben er hoogst nieuwsgierig naar, maar zonder de door jou verlangde oorvijg bij een onjuistheid; want al dergelijke rechtvaardigingen en terechtwijzigingen zijn ons vreemd en zijn ons nooit eigen geweest, behalve in gevallen van uiterste noodweer. Vertel me dus gerust en onbekommerd wat je weet van mijn geheime ervaringen en belevenissen!"
Hoofdstuk 182: De vormende kracht van de menselijke ziel in de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] JOHANNES zegt: 'Wel, luister dan geduldig naar me! Kijk, jij die evenals al je metgezellen zo'n beetje een magiër was, hebt reeds enkele jaren voordat je in Griekenland met de apotheker Aziona tot het gezelschap toetrad, met een tovenares, Klia geheten, een reis naar Egypte ondernomen, bij welke gelegenheid je vanwege de te grote oppervlakkigheid van de toverkunsten van jou en van je assistente slechts zeer weinig verdiend hebt!
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] In Alexandria hebben ook de straatjongens jullie toverkunsten meteen nagedaan -en soms ook nog betere en meer geslaagde! Jullie hadden daar dus heel weinig succes en trokken naar Cairo. Daar aangekomen wilden jullie optreden; maar men zei tegen jullie: 'Laat zien, wat je allemaal kunt!, en jullie gaven enkele proeven van jullie kunst. Men had met jullie te doen en zei: 'Beste mensen, hier hebben jullie enkele geldstukken voor onderweg! In steden moeten jullie je hiermee niet laten zien; in sommige kleine plaatsjes kun je er misschien nog een boterham mee verdienen!'
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Toen trokken jullie verder naar Karnak, waar jullie ook niets konden doen en ook in Elephantine niet, en toch durfden jullie zelfs nog naar Memphis te gaan. Alleen, daar werden jullie geheel genegeerd! Als daar niet een Romeinse landvoogd zich over jullie ontfermd had, was het slecht met jullie afgelopen. Maar de goedmoedige Romeinse landvoogd gaf jullie vanwege de zeer mooie Klia drie maanden lang onderdak en liet jullie daar kennis maken met een reeds zeer welgesteld Perzisch magiërs gezelschap, opdat je hiervan iets zou kunnen leren.
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Na deze inleiding kwamen er meerderen naar voren en stelden de uitzonderlijkste vragen, en ieder kreeg een wonderlijk antwoord. Ook jij vroeg je leeftijd en naar je toekomstig lot. En wat de vrouw je heeft gezegd is tot nu toe allemaal haarfijn uitgekomen. En wat nog niet is uitgekomen, schijnt nu op dit moment en in het vervolg, in vervulling te gaan! - Zeg me, of het niet precies zo met je is gegaan!"
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[14] Ik heb je de droom, die ik werkelijk gehad heb, nu eenmaal heel eerlijk en open verteld en het is voor jou nu gemakkelijk om ervan te maken wat je wilt. Weet je, achteraf voor profeet spelen is werkelijk niet zo'n grote kunst; want iemand die goed kan redeneren kan alle omstandigheden heel geraffineerd gebruiken en daaruit zomaar -zoals men dat zegt -voor de vuist weg een idee construeren dat als zodanig niets te wensen overlaat. Lichtvaardige mensen met weinig denkvermogen en weinig ervaring zouden hier reeds uitgepraat zijn en klem zitten; maar het koele, rustige verstand van een man met veel ervaring zonder enige gedrevenheid en vrees, heeft meer nodig dan alleen maar een voortreffelijke redeneerkunst van een jong en verder zeker ook degelijk en talentvol persoon.
Hoofdstuk 182: De vormende kracht van de menselijke ziel in de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Ik wil de vele andere stukken, die nu voor ons gesprek niet belangrijk zijn, vanwege de kostbare tijd niet opnoemen, maar alleen degene die jou eigenlijk helemaal van je stuk hebben gebracht. En deze bestonden uit het volgende: Er trad een vitale, ongeveer dertig jaar oude Arabier naar voren die met heel ernstige en eerbied wekkende woorden aankondigde, dat hij een maagd alleen door de kracht van zijn wil en het opleggen van zijn blote handen ertoe kon brengen om aan iedereen die dat wenste zijn geheimen en verlangens en zelfs zijn gedachten kenbaar te maken. Ook zou ze ieders leeftijd, en als iemand dat zou wensen ook zijn toekomstige gelukkige en ongelukkige lotgevallen, precies en onfeilbaar voorspellen.
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Dat was voor jou een ware bliksem en donderslag. De vrouw werd nu naar voren geleid en op een rustbed geplaatst. De magiër legde haar zijn handen op, waarop ze insliep. Spoedig daarna raakte de maagd in een soort extase en begon met de magiër te praten, waarop deze zei: 'Wie nu iets wil vragen, kan komen, maar altijd hoogstens drie mensen, en onder de voorwaarde dat wanneer zij mensen aanwijst die zich moeten verwijderen, deze hier dan ook zonder meer gehoor aan geven, omdat hun anders iets onaangenaams zou kunnen overkomen! En iemand met een geweten dat niet helemaal zuiver is, moet vooral niet in de buurt van deze vrouw komen, maar via een bemiddelaar de vraag slechts aan mij stellen, dan zal haar door mij heel heimelijk het antwoord ingegeven worden! Deze toestand van de vrouw zal anderhalf uur duren!
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] JOHANNES zegt: 'Zo niet, mijn vriend! Het gaat er geenszins om dat ik jou die Egyptische droom opwekkerij zou willen verklaren opdat jij daar dan kennis van hebt en er bijvoorbeeld later als een bijzondere magiër een heel goede boterham mee zou kunnen verdienen -want daarvoor moet je maar naar de Essenen gaan, die zullen hetzelfde voor je doen en misschien ook uitleggen -; maar waar het mij om gaat is, dat ik je het grote verschil wil laten zien tussen hoe wij iemand in een heldere droom waarachtig geestelijk kunnen verschijnen, en hoe die magiër, die later naar de Essenen is gegaan en zich nog bij hen bevindt, bij bepaalde slapers de dromen opwekte."
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] HIRAM zegt en ook de zeer aandachtig luisterende AZIONA: 'Nou, daar zijn we werkelijk meer nieuwsgierig naar dan naar onze dood! Wij vragen je dringend, ons dat op een begrijpelijke manier uit te leggen!"
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[14] JOHANNES zegt: 'Goed dan, luister naar me! Hoe wij jouw droom over ons en onze aankomst hier in jou teweeggebracht hebben, heb ik je even getrouwen waar uitgelegd als mijn huidige verslag van je Egyptische kunstreis met je lieflijke Klia waar en getrouw is. Zij heeft je toen alleen naar Griekenland laten terugkeren, omdat het haar in Memphis beter beviel! Dat hoef ik niet meer voor je te herhalen, omdat je anders zoals ook nu een goed geheugen hebt. Het gaat er dus alleen maar om hoe de magiër zijn slapers de dromen bezorgd heeft!
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[15] Kijk, het hele magiërs gezelschap was zeer groot! Er waren er maar weinig die in het openbaar optraden, maar gasten die met hen een afspraak hadden gemaakt, waren er zeer velen. Die mochten echter nooit tegelijkertijd met de hoofdmagiërs naar een grote stad komen. Ze kwamen pas naderhand, gedeeltelijk als handelslieden, gedeeltelijk als andere reizigers en deels als nieuwsgierigen die van de grote wonderbaarlijke kunstenaars die in deze stad binnenkort zouden optreden, al de zeldzaamste dingen hadden vernomen en hen hier wilden zien. Dat waren de zogeheten 'alarmeerders van het volk' die allen royaal van een en hetzelfde beroep leefden, omdat ze in een grote stad altijd duizenden ponden binnenhaalden.
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[16] Wel, deze geheime leden van het magiërs gezelschap waren tijdens de voorstellingen heel eerbare toeschouwers, maar ze wisten precies wanneer ze zich op een gegeven teken konden laten gebruiken om het volk nog meer te misleiden. Er waren er dan ook enkelen bij die hun geheime dienst moesten verlenen bij de droomopwekking. leder wist allang waar hij van zou dromen als hij op verzoek van de magiër zogenaamd toevallig uit het midden van de toeschouwers naar voren trad en pathetisch en luid beweerde, dat hij om duizend pond wilde wedden dat de magiër bij hem geen droom kon opwekken, ondanks zijn magische inspanning.
Hoofdstuk 183: Hirams magische belevenissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  225 - 226 - 227 - 228 - 229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250  ...