Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 241 van 1166

...  229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254  ...
[6] Zodoende was de heilige waarheid altijd moeilijk te bereiken, terwijl het regiment der leugen gratis over de gehele wereld een hoge borst opzette. Omdat de oude leugen steeds de scepter over de mensen heeft gezwaaid, zijn de mensen aan de leugen gewend geraakt. Zij is hun tot een tweede natuur geworden, hetgeen des te gemakkelijker ging omdat heel velen, hoewel niet allen, zich daar heel wel bij hebben bevonden en nog bevinden. Nu, het opgeven van de leugen zou naar mijn mening, op zich niet zoveel bezwaren opleveren; maar het opgeven van de tot dusverre genoten voordelen des te meer!
Hoofdstuk 33: De belofte van Cyrenius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Vraag jezelf eens af, Mijn mensvriendelijke Cyrenius, wat je zonder Mij, als Romeins opperrechter en als machthebber over leven en dood met de vijf voornaamste misdadigers gedaan zou hebben? Wel, je zou je hebben laten vertellen dat zij gewetenloos en verdorven gehandeld hadden en vervolgens alle vijf aan de kruisdood hebben overgegeven! Zou het ooit in je zijn opgekomen dat achter deze vijf zulke geesten konden wonen? O nee! Daar zou je nooit opgekomen zijn!
Hoofdstuk 36: Zielsziekten en hun behandeling. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Maar toch zullen er na Mij overal nog steeds velen zijn bij wie dit door Mij nu opgerichte herstellingsoord voor zielen zal blijven bestaan voor de velen die er gebruik van willen maken. Wel zullen terwille van Mijn ware en levende naam zulke echte herstellingsoorden vaak veel te verduren krijgen van de weliswaar werelds machtige, maar innerlijk doodzieke zielen; maar Ik Zelf zal ze weten te beschermen!
Hoofdstuk 37: Herstellingsoorden van zielszieken, en de zieleartsen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Waarlijk, naarmate jullie een ziel die toch al erg ziek is, zieker hebben gemaakt door een als zodanig uitsluitend zielsziek oordeel, evenzeer zullen jullie zielen zelf ellendiger en zieker worden. In het hiernamaals zal jullie genezing dan ook een veel bitterder zijn dan die van de ziel die door jullie kwade oordeel nog ellendiger geworden is! Want zo'n ziel is en blijft ondanks jullie kwade en onzinnige oordeel toch maar enkelvoudig ziek en zal ook in het hiernamaals door een enkelvoudige genezing genezen kunnen worden. Een dwaze rechterziel echter zal na ieder ontaard en slecht oordeel steeds dubbel zo erg die zielsziekte moeten doormaken waarover zij zelf dat kwade oordeel heeft geveld. Daardoor verdubbelt zij onvermijdelijk ook haar eigen oorspronkelijke zielsziekte. Dat het dan in het hiernamaals met de genezing van zo'n ellendige, ziek geworden ziel van een rechter ook een bittere en heel langdurige zaak moet worden, is bij enig nadenken gemakkelijk te begrijpen!
Hoofdstuk 37: Herstellingsoorden van zielszieken, en de zieleartsen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Het geneesmiddel dat Ik aan het begin van de avond voorschreef voor de vijf, was beslist niet zoet en fijn van smaak, maar Mijn grote liefde voor hen zag het als een onvermijdelijke noodzaak voor hun algehele genezing en daarom was dat bittere geneesmiddel ook een uiting van Mijn grote liefde voor hen. Zij werden daardoor 's morgens des te gemakkelijker genezen van al hun kwalen; en laten zij maar eens zeggen of een van hen vanwege het toegediende bittere medicijn boos op Mij kan zijn!
Hoofdstuk 38: Ware gerechtigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Ik heb jullie nu de doorgaans ware aard en gesteldheid van de mens getoond en jullie kunnen nu niet meer zeggen 'Dat hebben wij niet geweten!' Nu jullie dit echter goed kennen en weten, moeten jullie ook daarnaar handelen en het ook onderwijzen aan degenen die aan jullie ondergeschikt zijn en die omdat ze zelf ziek zijn, tot nu toe niet weten wat zij doen. Dan zullen jullie als ware en gezonde medewerkers in de juiste en beste mate aan Mijn rijk op deze aarde bezig zijn, en Mijn welbehagen zal jullie bij al jullie gaan en staan begeleiden. Gaan jullie echter weer volgens je oude geestesgesteldheid te werk, bedenk dan datje ziel.weer aan een ziekte lijdt en vraag dan of Ik haar daarvan wil genezen, opdat jullie met ten prooi vallen aan een dubbel persoonlijk lijden!
Hoofdstuk 38: Ware gerechtigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Wat zou iemand wel tegen je zeggen als je naar hem toekwam en hem uitnodigde voor een feestmaal, maar de uitnodiging als volgt inkleedde: 'Luister, onwaardige, door God vervloekte zondaar! Ik haat je weliswaar vanwege je zonden en Gods gerechtigheid, maar toch ben ik gekomen om je met al de mij ten dienste staande middelen te dwingen naar mijn feestmaal te komen, omdat ik je anders voor altijd zal vervloeken en verdoemen. Maar als je komt, kun je, tenminste zolang als de feestdag duurt, verzekerd zijn van mijn genade en welwillendheid!'
Hoofdstuk 39: De eeuwige grondwet van de naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] CYRENIUS zegt, berouwvol geworden door de waarheid van Mijn waarschuwing: "Heer, enige Waarachtige, ik heb het allemaal goed begrepen en ik voor mij zal mij in alles streng daaraan houden! Natuurlijk kan ik niet voor alle anderen instaan, maar ik geloof dat zij U allemaal net zo goed hebben begrepen als ik. Ik zie nu tevens in hoe erg en hoe vaak ik mij bezondigd heb aan de mensheid, terwijl ik naar beste weten, geweten, wil en willen dacht te handelen! Wie zal die zonden van mij weer ongedaan maken bij degenen, tegen wie ik heb gezondigd?"
Hoofdstuk 39: De eeuwige grondwet van de naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Wie echter iemand de handen oplegt, moet dat in Mijn naam doen, omdat zijn behandeling anders geen nut en geen uitwerking zou hebben.
Hoofdstuk 40: Het toepassen van de magnetische slaap. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Zulke gesterkte zielen kunnen dan een zieke in Mijn naam ook geestelijk, tot op verre afstand, de handen opleggen en het zal beter met hem gaan.
Hoofdstuk 41: Lichamelijke en geestelijke reinheid. Genezing op afstand. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Wie echter nog niet zo volmaakt is naar hart en ziel, kan zijn toevlucht nemen tot het eerder in Mijn toespraak aangeduide strijken met de handen, dan zal hij een lichamelijk zieke ook grote verzachting van zijn lijden geven. Hij zal hem ook in de magnetische slaap brengen, en de behandelde zal in de slaap voorspellen wat hem kan helpen. Het voorzegde moet dan zorgvuldig toegepast worden en na verloop van tijd zal het dan ook beter met de zieke gaan, weliswaar niet zo vlug als wanneer een geestelijk volgroeid mens hem de zegenrijke handen zou hebben opgelegd, waarbij de genezing ogenblikkelijk kan en mag plaatsvinden.
Hoofdstuk 41: Lichamelijke en geestelijke reinheid. Genezing op afstand. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] IK zeg: "Voorlopig niet, want eerst moetje hem op echt Romeinse manier aan de tand voelen. Pas nadat je hem onder handen hebt genomen, als hij wat menselijker zal zijn, zal het andere wel in orde komen! Zinka moet hem echter behandelen, want hij heeft daar de meeste kracht voor. Ik zal Zinka vooraf Mijn handen opleggen zodat hij meer kracht krijgt en hem de behandeling beter zal lukken."
Hoofdstuk 42: Aankondiging van een voorbeeld van de magnetische slaap. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Maar ZINKA, die de hele tijd in Mijn buurt was om maar geen woord te missen, deed een stap naar voren en zei: "Heer, hoe zal ik dat nu kunnen, terwijl ik met de manier van behandelen veel te weinig vertrouwd ben?"
Hoofdstuk 42: Aankondiging van een voorbeeld van de magnetische slaap. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Ik was de rechtschapen bezitter van een kleine hut met een stukje schraal akkerland ter grootte van twee morgen. Ik had ook een vrouw, die de goden twee jaar geleden bij mij hebben weggehaald en direkt in het paradijs hebben opgenomen. Kinderen bezit ik niet, wel een dienstmaagd waarmee ik nog samenwoon, maar ook zonder kinderen. Mijn roerende bezit bestond uit twee schapen, een geit en een ezel, en enige slechte akkerwerktuigen en wat kleding. Alles werd een prooi der vlammen terwijl ik bezig was met het blussen van andere huizen.
Hoofdstuk 43: Zorel vraagt om schadevergoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Ik ben nu, net als honderden met mij, een complete bedelaar. Zelfs mijn maagd, die mijn enige steun en toeverlaat was, verliet mij omdat ik haar niets meer kon geven, -wat ik echter niet vergeten zal! Want mocht ik het buitengewone geluk hebben weer in het bezit van een hut en andere zaken te komen, dan hoeft ze maar te komen en dan zal ik de lichtzinnige de deur wel weten te wijzen!
Hoofdstuk 43: Zorel vraagt om schadevergoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254  ...