Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 241 van 1088

...  229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254  ...
[7] En omdat rust en niets doen de ziel zo goed bevallen, zoekt ze helpers en dienaren die voor haar werken of haar in ieder geval helpen. Daardoor wordt ze spoedig welgesteld, rijk en machtig en begint in haar voordeel te heersen, geeft wetten en schrijft allerlei dingen voor die voor haar het beste zijn. En zie, zo wordt ze dan meestal een voorname ziel die geen zin heeft om te werken, en dit is de reden dat de zeden van hele volkeren verslechteren, die door haar ziel steeds meer van het geestelijke afgewend en naar het materiële toegetrokken worden.
Hoofdstuk 204: Messias en verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] Het gastmaal zal de leer van de Messias zijn. Wie hiernaar zal luisteren en er dan naar handelt, zal een werkelijk deelnemer zijn aan het grote gastmaal en de zegen daarvan ten volle ontvangen; maar voor iemand die de leer wel wil aanhoren maar haar niet actief in praktijk wil brengen, zal deze zijn als een goed gedekte tafel voor iemand die niets eet van alle goede spijzen, en voor wie het dan geen verschil maakt of hij als genodigde naar het gastmaal komt of niet. Wel, daar heb je nu de Messias, zoals Hij is, zal zijn en zal blijven! - Wat zeg je nu van zo'n ware Messias?"
Hoofdstuk 204: Messias en verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] IK zeg: 'ik wist wel dat je er uit zou komen; want een ware wijze is voor een natuurlijk mens, die zonder wijsheid is, altijd een ware Messias, dat wil zeggen, hij is een bemiddelaar (MESZIAZ) tussen het puur menselijke verstand en de goddelijk-geestelijke wijsheid, en het verstand vindt zodoende pas door de MESZIAZ de ingang naar de goddelijke wijsheid en wordt één met die wijsheid.
Hoofdstuk 205: De verklaring van het begrip Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] En je hebt, Mijn beste Hiram, dan ook helemaal gelijk datje Mij voor een echte bemiddelaar en verlosser houdt. Maar in de Schrift staat dat de beloofde bemiddelaar een Zoon van de allerhoogste God zal zijn! Daarom zou voor een ware, grote bemiddelaar tussen de gevallen mensheid van de aarde en de allerhoogste geest van God een puur aardse zoon, ook al zou deze nog zo wijs zijn, niet voldoende zijn! Hij zou dan toch wel ten volle de goddelijke natuur en goddelijke eigenschappen in zich moeten dragen en deze, waar het nodig is, ook openlijk naar buiten tonen! - Hoe denk jij hierover?"
Hoofdstuk 205: De verklaring van het begrip Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] IK zeg: 'Wel, zie, nu hebben we eigenlijk het punt bereikt waarvoor wij naar jullie toe zijn gekomen, en jullie zullen van ons de Schepper van al de talloze wonderwerken niet alleen nader leren kennen, maar zo volkomen als maar mogelijk is, alsook Zijn gemakkelijk te vervullen wil vernemen, omdat ieder mens pas door het volkomen vervullen van de goddelijke wil die hij heeft leren kennen, tot een waar, van alle wijsheid en kracht voorzien kind van de allerhoogste en enig ware God wordt. Wij hebben voorheen al eens enkele woorden laten vallen over de verwachte Messias van de joden. Ik zou nu graag van jullie geheel vrij je mening over deze joodse aangelegenheid willen vernemen. Spreek daarom zonder terughoudendheid!"
Hoofdstuk 202: De vraag over de Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] HIRAM dacht enkele ogenblikken na en zei toen: 'Ja, ja, heer en meester in alle dingen en verschijnselen, wij hebben er eerder op de dag terloops over gesproken! Ik heb in de joodse boeken bijna alles gelezen wat er betrekking op heeft; alleen, alles klonk zo merkwaardig en was zo vol van allerlei mysterieuze, onbegrijpelijke beelden dat ik althans daar helemaal niet wijs uit kon worden! Bij gelegenheid stelde ik daar vragen over aan zeer intelligente joden en kwam maar al te gauw tot de overtuiging, dat ook zij daarover niet meer wisten dan ik, en daarom moet ik van wat ik er tot nu toe van begrijp jullie alleen datgene zeggen, wat deels ikzelf en deels ook andere zeer helder denkende mensen ervan denken.
Hoofdstuk 202: De vraag over de Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Ten tijde van Mozes is in het ontaarde Egypte jarenlang door de bekende zeven plagen meer dan tweederde van de mensen en het vee uitgeschift, en alle Israëlieten die als nakomelingen van de broers van Jozef een paar eeuwen eerder uit nood naar Egypte waren getrokken en zich onder de wrede farao alle onderdrukking en vervolging moesten laten welgevallen, werden, terwijl het de beste arbeiders van dit land waren, weggeleid, zodat het hele rijk daardoor in de grootste armoede en tegelijkertijd in anarchie verviel. Maar langzamerhand herstelde het zich weer, werd rijk en machtig en oppermachtig en daarom ook weer met oorlog, hongersnood en pest getuchtigd. Als je het nu bekijkt, zul je zien dat het net zo is als de rest van de wereld!
Hoofdstuk 204: Messias en verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] De Messias zal zodoende lijken op een rijke en goede huis en gastheer, die een groot maal voor de gasten toebereidt en zijn knechten en dienaren naar alle plaatsen, wegen, straten en stegen stuurt om vriendelijk allen uit te nodigen om te komen en deel te nemen aan het grote gastmaal. Armen en rijken, kleinen en groten, zwakken en sterken, en ook machtelozen en machtigen zullen de uitnodigende stem horen uit de mond van de boden. Die zullen komen, zullen ook verzadigd worden, maar op hen die niet willen komen, zal geen dwang worden toegepast om te komen. Of ze komen of niet komen zal voor de gastheer niet uitmaken; maar de zegen van de grote maaltijd zullen natuurlijk alleen diegenen krijgen, die aan de uitnodiging gevolg hebben gegeven.
Hoofdstuk 204: Messias en verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Want omdat God een zuiverste en almachtige geest is, vervuld van de diepste wijsheid, kan Hij immers ook alleen Zijn vreugde aan datgene beleven wat in de hoogst mogelijke graad op Hem lijkt, en niet aan de vleesdamp van verbrande ossen, kalveren en schapen. U lijkt echter bijzonder veel op Hem en in de geest bent U zelfs vrijwel Hemzelf. Wat is er nog meer nodig om als tijdelijke aardse mede-zoon ook tegelijk een volmaakte Godszoon te zijn?! Bij U, Heer en Meester, is dat echter onmiskenbaar het geval en daarom kunt U ook de middelaar van alle volkeren naar God toe zijn, geheel afgezien van het feit dat U ons in deze verborgen hoek van de aarde bezocht hebt, alsof wij de enige mensen op aarde waren waarvoor U in volle ernst het plan had opgevat om ze te verheffen tot Uw geest.
Hoofdstuk 206: Hirams getuigenis over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Ik, van geboorte een heiden, weet van de joodse godsdienst slechts zo veel als ik gedeeltelijk van Aziona en deels ook van andere joden heb vernomen. Vooral in deze tijd wordt door de joden over een Messias gesproken omdat de Romeinse onderdrukking hen niet aanstaat en daarom is het begrijpelijk, dat zij zich allerlei belachelijke en wonderlijke voorstellingen van Hem maken en Hem zo naar deze wereld laten komen. Alleen, vanwege de Romeinen hoeft er nog lang geen Messias naar de joden te komen; want de Romeinen zijn in menig opzicht zelf een soort kleine Messiassen voor de joden, met name voor de armen, wier laatste druppel bloed zonder de bescherming van de Romeinen allang door de dienaren van de tempel zou zijn uitgezogen.
Hoofdstuk 206: Hirams getuigenis over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Nu gingen Hiram en Aziona naar de hut en brachten direkt de beide vissers naar de Heer. Daarna wekten ze hun familieleden in hun hutten in de buurt en begonnen met het werk dat hun opgedragen was. Hun vrouwen en kinderen verbaasden zich natuurlijk buitengewoon over zulke kostbare geschenken en waren vol vragen en gedachten.
Hoofdstuk 207: Het strandgoed wordt verzameld en opgeborgen. De nieuwsgierigheid van de dorpsbewoners. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] De beiden bedankten Mij, beloofden heilig om heel hun leven de belofte te houden, gingen aan boord van hun boot en gingen er zo snel ze konden vandoor. Ze hadden er verscheiden uren voor nodig om thuis te komen, waar ze slecht ontvangen werden omdat ze geen enkele betaling mee naar huis brachten; want beiden hadden kwade vrouwen en moesten toen een week lang al het mogelijke doen om met vissen het verzuimde in te halen. Ze werden weliswaar bestormd met allerlei vragen -zoals: waar waren jullie en wat hebben jullie gedaan -maar ze zwegen als vissen in het water en gaven niemand uitleg en antwoord.
Hoofdstuk 207: Het strandgoed wordt verzameld en opgeborgen. De nieuwsgierigheid van de dorpsbewoners. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Nadat Hiram en Aziona alles hadden ondergebracht, kwamen ze Mij van gans er harte bedanken voor de grote en kostbare strandbuit en vroegen Mij naar Mijn wensen voor het morgenmaal.
Hoofdstuk 207: Het strandgoed wordt verzameld en opgeborgen. De nieuwsgierigheid van de dorpsbewoners. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Beiden gingen nu, bereidden in de keuken alles voor en gingen toen zelf naar de buren die gedeeltelijk nog met de vissen bezig waren en brachten de bewuste uitnodiging voor het morgenmaal aan hen over. De buren waren heel verbaasd en tegelijk opgetogen over zo'n uitnodiging en vertelden meteen over hun verbazing wat betreft hun ongewoon rijke visvangst, die nu voor een maand lang verder werken overbodig maakte, zodat ze nu tijd wonnen om hun woningen een beetje te repareren.
Hoofdstuk 207: Het strandgoed wordt verzameld en opgeborgen. De nieuwsgierigheid van de dorpsbewoners. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Toen de buren dit van Hiram vernomen hadden, maakten ze zich onmiddellijk klaar en kwamen met Aziona en Hiram naar ons toe.
Hoofdstuk 208: De voorbereidingen voor het morgenmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  229 - 230 - 231 - 232 - 233 - 234 - 235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254  ...