Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 247 van 728

...  235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260  ...
[3] Als iemand voor een vlakke spiegel gaat staan, verschijnt hij daarin slechts zo groot als hij is; zou hij echter voor zo 'n genoemde holle spiegel staan dan zou hij reuze groot zichtbaar worden.'
Hoofdstuk 234: Uitvindingen en hun doel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Ook zijn er in Rome een paar mensen die glas maken en het daarna in allerlei vormen gieten, waaronder ook zulke, die aan beide zijden wat afgerond zijn, waarmee men dan een tondel zoals die in Illyrië voorkomt, of ook droog stro goed kan aansteken. Ook de Vestaalse maagden plegen hun lampen, als die soms eens gedoofd zijn, met dit vuur uit de zon aan te steken. Als men door zo'n glas echter een of ander voorwerp, dat natuurlijk niet te groot moet zijn, bekijkt, dan ziet men het veel groter dan het in werkelijkheid is.'
Hoofdstuk 234: Uitvindingen en hun doel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Zoals echter het onkruid op de tarweakker wordt toegelaten, zo wordt ook dat toegelaten, echter niet zonder een altijd vroeger of later volgende straf. Kijk, dat is dus niet volledig te verhinderen!
Hoofdstuk 235: Over de valse profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] IK zei: 'Ei, ei, zijn jullie nu kinderen van de donder of kinderen van God! De bliksem verwoest en vernietigt wel waar hij inslaat, maar de kinderen Gods hebben een ander wapen, en dat heet: geduld, zachtmoedigheid en liefde .
Hoofdstuk 235: Over de valse profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[15] De waarheid is de beste bliksem tegen zulke valse leraren en profeten! Jullie kunnen eerder alle zeeën der aarde droogleggen dan ooit een dam opwerpen tegen de stroom der waarheid. Met Mij zullen jullie alles kunnen, zonder Mij kan echter niemand iets; want Ik ben de waarheid, het licht en het leven! - Begrijpen jullie dat goed?'
Hoofdstuk 235: Over de valse profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] In de hemel zal alleen hij de eerste en de grootste zijn, die vindt dat hij zelf de minste en kleinste is; want laat datje glorie worden, datje allemaal in jullie hart aan de kinderen gelijk wordt! Wie in zijn hart niet wordt als de kinderen, zal niet binnen kunnen gaan in het rijk van God; want de weg naar de hemel is een heel smalle, en bezaaid met allerlei dorens. De grootste doornige hindernis is en blijft echter de hoogmoed en het hele legioen wat daarvan afgeleid is.
Hoofdstuk 236: De geestelijke alomtegenwoordigheid van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Daarom is het beter alles te laten bestaan, maar in goede orde van elkaar gescheiden. Dit kon echter door Mij alleen maar verwezenlijkt worden doordat Ik Zelf mens ben geworden, Zelf alle materie heb doordrongen, en daarmee al haar nog zo oude, gerichte geestelijke inhoud geschikt heb gemaakt om zalig te worden.
Hoofdstuk 239: De tweede schepping van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] De verlossing bestaat echter in de eerste plaats uit Mijn leer, en in de tweede plaats uit Mijn menswording, waardoor de overheersende macht van de oude hel helemaal gebroken en overwonnen is.
Hoofdstuk 239: De tweede schepping van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Ik kwam echter nu in dit wereldlichaam om al de legioenen maal legioenen duivels daaruit te verdrijven. Ik gaf je gisteren met de jonge vrouw in het klein een voorbeeld van wat Ik nu in het groot doe. Ik zal nu het huis schoonvegen van de oude duivels; maar als de mensen zich niet daaraan zullen houden, dan zullen ze al gauw gereed zijn met een nieuwe hel en haar duivels, en die zullen dan al gauw in het gereinigde huis intrekken en een toestand in de wereld te weeg brengen die nog erger zal zijn dan de eerste voor Mij was.
Hoofdstuk 240: De verhouding tussen hel en wereld - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Want zoals voorheen, moet ook nu en in het vervolg iedere ziel in het lichaam haar wils en kennis vrijheidsproef doormaken, en die kan zonder toegelaten prikkels tot het goede en het kwade nooit .of te nimmer plaatsvinden. Maar nu hebben de mensen door Mij hulp bij de hand en ze kunnen de hel die zich in hen uit wil breiden altijd met glans overwinnen, wat nu juist het gevolg van Mijn verlossing is. Die dat echter niet zullen doen, zullen nog dienstbaarder aan de nieuwe hel zijn dan de ouden dat tot op deze tijd waren.'
Hoofdstuk 240: De verhouding tussen hel en wereld - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Kijk, in later tijden, als de mensen meer en meer in allerlei wetenschappen en kunsten bedreven zullen zijn dan ze nu zijn, dan zal Ik maar heel zelden zichtbaar bij hen verschijnen, maar des te intenser werken door Mijn geest. En Ik zeg jullie: Deze mensen zullen des te zaliger worden, omdat zij dat wat jullie nu zien, niet zien, maar toch zonder te twijfelen geloven en daarnaar zullen leven! Jullie hebben Mij lief omdat je Mij ziet; de mensen in de toekomende tijden echter, zullen Mij liefhebben zonder Mij ooit gezien te hebben. Hoezeer zullen zij Mij dan liefhebben als zij Mij in Mijn rijk zullen zien! Daarom heb Ik jullie al eens een beeld gegeven waarin gezegd werd: En zo zullen gemakkelijk de eersten de laatsten worden, en de laatsten de eersten! Want heus, er is meer voor nodig om niets te zien en toch te geloven en te leven volgens het geloof, dan alles te zien en dan pas te geloven en daarnaar te leven! Zijn jullie allen dat ook niet van mening?'
Hoofdstuk 236: De geestelijke alomtegenwoordigheid van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Maar voor de opmerkzame waarnemer zijn ook hier genoeg van dergelijke verschijnselen te vinden die met die in het hiernamaals heel precies corresponderen. Zo kun je bijvoorbeeld fysiek dichtbij een mens staan, die innerlijk je grootste vijand is en dag en nacht er op zint hoe hij je op de gevoeligste manier schade toe kan brengen, en toch geestelijk ver van hem verwijderd zijn. Hij kan je niet uitstaan vanwege je hoge positie, omdat hij die liever zelf had; hij is echter slim en weet zijn innerlijke gezindheid voor jou zo te verbergen, dat jij die op geen enkele manier ook maar kunt vermoeden. Als je dus bij hem komt, zal hij je met de grootste vriendelijkheid ontvangen en je alle eer geven, terwijl hij in werkelijkheid, als er niet zulke strenge strafwetten zouden zijn, je meteen zou willen vernietigen. Maar hij dacht bij zichzelf: 'Jij bent nu hoog boven en ik nog diep beneden! Jij moet mij eerst nog omhoog helpen, en als ik eenmaal hoog boven ben, zal er wel voor gezorgd worden dat je in de afgrond stort! ' Kijk, dat is reeds een volmaakte duivel, en hij bevindt zich al met lichaam en ziel in de hel, terwijl jij als altijd rechtschapen en eerzaam man je dus in de hemel bevindt.
Hoofdstuk 237: Hemel en hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Stel je twee mensen voor, bijvoorbeeld twee naburige, trotse en heerszuchtige koningen! Uiterlijk zijn ze zeer vriendschappelijk. Als de een de ander bezoekt, overbieden zij elkaar in voorkomendheid en zij omarmen en kussen elkaar als de beste en intiemste vrienden; maar heimelijk denkt en wenst ieder voor zich: '0, zag ik je maar zo gauw mogelijk onder mijn voeten in het stof vertrapt liggen! ' leder loert slechts op een geschikte en voor hem gunstige gelegenheid om zijn buurman, die hij boven alles haat, helemaal te kunnen vernietigen. Wie er echter op uit is met zijn buurman een oorlog te beginnen, vindt ook al gauw een reden daarvoor. Kortom, beiden raken al gauw met elkaar in oorlog, en de sterkere overwint de wat zwakkere, en deze blijft niets anders over dan te vluchten.
Hoofdstuk 237: Hemel en hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Als hij zo zijn huid gered heeft, gaat hij zo vlug mogelijk naar een derde nog machtiger buur, vertelt hem over zijn ongeluk, verraadt hem alles over zijn vroegere vriend, geeft de derde adviezen hoe hij hem gemakkelijk kan overwinnen en biedt zichzelf als aanvoerder aan. Daarop worden snel voor goede soldij krijgsknechten te paard geworven en onverwacht wordt de voormalige overwinnaar, voor hij er erg in heeft, overvallen en beroofd van al zijn goederen en land. Als nu de tweede overwonnene zich nog door de vlucht kan redden, zal hij al gauw een vierde vinden die tegen de derde optrekt en hem mogelijkerwijs overwint, en dan valt er schijnbaar een periode van rust. Maar de overwonnenen rusten innerlijk helemaal niet, maar ieder zoekt voor zichzelf de gelegenheid zich op alle overwinnaars op ongeëvenaarde wijze te wreken. En kijk, zo wordt zo'n,totaal hels gemoed steeds verder en verder gedreven door zijn innerlijke worm, die niet sterft!
Hoofdstuk 237: Hemel en hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] (DE HEER:) 'Laat echter niemand van jullie denken dat Ik ook de hel eens geschapen zou hebben! Dat zij verre van Mij en van jullie allen! Denk ook niet, dat het een plaats van eeuwige bestraffing van de boosdoeners van deze aarde is! Zij heeft zich vanzelf gevormd uit al die vele mensenzielen die op deze aarde iedere goddelijke openbaring weghoonden, God loochenden, slechts deden wat hun uiterlijke zinnelijkheid behaagde, maar zich uiteindelijk goddelijke eer lieten bewijzen en al het volk door hun hovelingen liet instrueren dat zij zelf goden waren en dat het hele volk hen moest aanbidden, zoals Nebukadnezar dat in Babylon deed. Zij bedachten opnieuw afgoden en dwongen de volken die te aanbidden en hun grote offers te brengen; wie dat niet deed, werd onmenselijk gemarteld.
Hoofdstuk 240: De verhouding tussen hel en wereld - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  235 - 236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260  ...