Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 248 van 1110

...  236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260 - 261  ...
[11] En zo kunnen jullie niets aan de mens vinden wat vergankelijk en begrensd is, maar alleen wat veranderlijk is op weg naar een bepaald geestelijk doel, en zodoende is het best mogelijk dat een mens oneindige en eeuwige zaken, tijd, ruimte, kracht, licht en leven heel goed begrijpt, omdat dit allemaal in hem aanwezig is.
Hoofdstuk 211: De mens als onvergankelijk wezen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Jullie denken nu weliswaar bij jezelf 'Ja, dat is wel met een korrel het geval die weer als zaad in de aarde gezaaid wordt; maar wat gebeurt er met de korrels die tot meel worden gemalen en dan als brood door mensen of ook door dieren gegeten worden?' Ik zeg jullie: Waarlijk, die korrels zijn er nog beter aan toe; want daardoor gaan zij al in een meer volkomen leven over, waarin ze zich dan als een geïntegreerd deel van een hoger leven evenzeer, en nog meer echter in zichzelf, in talloze ideeën en levendige begripsvormen kunnen vermenigvuldigen; alleen het zeer materiële kaf wordt als uitwerpsel uitgescheiden, waardoor het dan echter ook tot een meer edele vruchtbare humus van de aarde wordt, waaruit zich de kiemgeest in de verschillende zaadkorrels vormt en de onsterfelijkheid aantrekt. Wat er echter met het stro en het kaf van de planten gebeurt, gebeurt op een nog veel edeler manier met het vleselijk lichaam van de mens.
Hoofdstuk 211: De mens als onvergankelijk wezen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Volgens uw opvatting bergt de mens ongetwijfeld het oneindige in zich en zodoende ook het eeuwige; maar of hij daarom ook bij het beste onderricht het oneindige en eeuwige, de wezenlijke kracht, het licht en het leven zelf kan bevatten dat is nog een heel belangrijke andere vraag. Ik wil weliswaar niet zeggen dat het onmogelijk is dat iemand met een zeer verlichte geest zoiets bereikt -want de talenten van de mensen zijn verschillend en de een begrijpt iets heel gemakkelijk wat voor een ander na jarenlange inspanning, denken en proberen toch geheelontoegankelijk blijft; maar dat het niet gemakkelijk is om met deze begrippen overweg te kunnen, zal iedereen mij toegeven die zich ooit enigszins heeft beziggehouden met zaken die iets uitstijgen boven het gewone dierlijke leven op aarde.
Hoofdstuk 212: Twijfel en vragen van Epiphanes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Waarom hebben Plato en Socrates zo weinig praktische navolgers gevonden? Omdat ze mystici waren en zichzelf zeker niet begrepen en daarom al helemaal nooit door een ander begrepen werden! Diogenes en Epicurius hebben helder en duidelijk volgens hun verstand gesproken en daarom ook al snel een groot aantal praktische leerlingen gevonden, en dat voor een leer die de mens hier op aarde bijna niets aangenaams biedt en de mens na zijn lichamelijke dood geheel laat ophouden te bestaan.
Hoofdstuk 212: Twijfel en vragen van Epiphanes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Aristoteles werd zeer bewonderd vanwege zijn krachtige en kernachtige manier van spreken en was een groot filosoof. Maar zijn leerlingen aantal is nooit zo erg toegenomen, en zelfs de weinigen die er waren, onderzochten en redeneerden onophoudelijk, en hun mogelijkheidstheorieën grensden ook vaak aan het belachelijke; want wat hen ook maar op een of andere manier logisch en mogelijk leek, kon volgens hen onder bepaalde omstandigheden ook fysiek mogelijk zijn. Werkelijk, voor magiërs een zeer bruikbare leer, en het gaat de Essenen hiermee al heel lang goed, ofschoon ze voor zichzelf en in de persoonlijke sfeer epicuristen en deels ook cynici zijn!
Hoofdstuk 212: Twijfel en vragen van Epiphanes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Mijn beste Epiphanes, als Ik hierover niet reeds aan Aziona en Hiram helder en duidelijk antwoord en onderricht had gegeven, zou Ik je volledig gerechtvaardigde verlangen meteen inwilligen; maar Ik heb dat reeds gedaan en zij beiden weten precies waar ze met Mij aan toe zijn. Ze zullen het jullie vast op even duidelijke wijze bekend maken als Ik het hun heb bijgebracht; jullie hoeven er dan alleen maar naar te leven, dan zal jullie geest zelf je alles openbaren wat noodzakelijk is om de juiste weg te weten.
Hoofdstuk 213: De noodzaak van het ware, heldere geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Maar jullie moeten het geloof niet geheel verwerpen; want zonder het geloof zouden jullie veel moeizamer je doel bereiken.
Hoofdstuk 213: De noodzaak van het ware, heldere geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Maar nu is het tijd dat het vernietigd wordt, daarom ligt er een groot werk voor ons; maar er zijn nog veel te weinig bekwame en moedige arbeiders. Ik heb dus een groot veld voor Me, dat nu bewerkt moet worden, daarom werf Ik nu arbeiders. Jullie zouden ook vast zeer geschikte mensen voor dit werk zijn als jullie de juiste wegen zouden kennen en begrijpen; maar het spreekt vanzelf dat jullie van te voren eerst zelf volledig ingewijd zouden moeten zijn in Mijn nieuwe levensleer. Maar als jullie dat zijn, dan zouden jullie door alle ervaringen die je in de wereld hebt opgedaan heel goed te gebruiken zijn. Dat het loon hier en vooral aan gene zijde niet gering zal zijn, daarvan kunnen jullie reeds bij voorbaat volkomen zeker zijn. -Wat zegje nu, Mijn vriend Epiphanes, van dit voorstel, dat voor jullie allen zeker geheel onverwacht komt?"
Hoofdstuk 214: Licht en bijgelovigheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] EPIPHANES zegt: 'Ja, begrepen heb ik u zeker, en daarbij moet ik ook nog openlijk toegeven dat een dergelijke kennis, wanneer deze onder de mensen mogelijk algemeen wordt aangenomen, het wenselijkste en hoogste zou zijn wat een sterveling op deze aarde ooit zou kunnen bereiken; en voor u en uw metgezellen kan het wel buitengewoon goed en duidelijk bekend zijn welke wegen daartoe geschikt zijn! Alleen herinner ik me bij deze gelegenheid een oude spreuk van de Romeinen, die waarlijk zeer wijs is en die men heel goed op vele manieren kan uitleggen. De spreuk luidt als volgt: Quod licet Iovi, non licet bovi! -Propheta, poeta et cantores nascuntur, -rhetor fit!* (*Wat Jupiter vrij staat, is een os niet vergund! -Als profeet, poëet en zanger wordt men geboren, -maar men wordt tot een redenaar gemaakt!) Voor kleine onbelangrijke dingen en opdrachten kan zelfs een os goed afgericht worden, maar hij zal eeuwig nooit met hamer en beitel aan het harde marmer een Minerva ontlokken!
Hoofdstuk 215: De missie van de Heer. Epiphanes betwijfelt of de mensen de leer van de Heer zullen begrijpen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] EPIPHANES zegt: 'Ja, dat zal heel moeilijk voor me zijn om u daarop. een juist antwoord te geven! Ik heb weliswaar hetzelfde over u al van Hiram en Aziona vernomen en heb ook de wijn die u van het water maakte geproefd, en hij liet werkelijk niets te wensen over. Nu, als enkel.uw met uw wil doordrongen woord zonder enig ander nog zo geheim middel dit tot stand kan brengen, en als het 'hoe' ook door u onderwezen wordt, dan moet men voor u, uw leer en uw woorden natuurlijk wel het grootste respect krijgen! Want zoiets is volgens mijn tamelijk omvangrijke weten nog helemaal nooit voorgekomen.
Hoofdstuk 216: De wonderbaarlijke kracht van het woord. Onderwijzen is beter dan wonderen doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] IK zeg: "Een leer is beter dan een teken; want tekenen zijn dwingend, maar een leer leidt en wekt de te verwerven kracht in de mens op, en datgene wat de mens zichzelf door zijn eigen activiteit heeft verworven, is pas echt zijn waarste en totale eigendom. Maar bij mensen zoals jullie, die allang het stadium voorbij zijn van geloofsdwang en de beperkingen die daaraan kleven, hebben zelfs de geweldigste tekenen geen dwingende kracht meer, omdat ze voor waarnemers zoals jullie niet eerder dwingende kracht krijgen dan tot ze door jullie levenstheorie met betrekking tot het 'hoe' als overtuigend en duidelijk zijn opgenomen. En daarom kan Ik voor jou ook wel zonder dat dit het gemoed van jou en je buren schaadt een proefje daarvan geven.
Hoofdstuk 216: De wonderbaarlijke kracht van het woord. Onderwijzen is beter dan wonderen doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Maar Mijn tekenen die Ik ter bevestiging van de waarheld van Mijn nieuwe leer verricht, moeten steeds zo zijn dat ze voor de mensen behalve in moreel opzicht ook fysiek van groot voordeel zijn, en daarom geloof Ik voor jullie en als het ware in jullie, dat het voor jullie voortaan van groot nut zou zijn als jullie, die nu Mijn zeer gewaardeerde, nieuwe leerlingen zijn, je niet meer in een zo geheel en al onvruchtbaar gebied zouden bevinden, maar als deze omgeving nu onmiddellijk in een zeer vruchtbaar gebied veranderd zou worden. -Ben jij en zijn ook jullie allemaal het hier mee eens?'
Hoofdstuk 216: De wonderbaarlijke kracht van het woord. Onderwijzen is beter dan wonderen doen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Maar u hebt hier in één enkel ogenblik iets tot stand gebracht waarvoor een god, zoals ik er meerdere uit de boeken en geschriften ken, zelfs met alle mogelijke menselijke hulp, zeker nog een paar honderd slepende jaren de tijd had genomen. Hieruit trek ik onmiskenbaar de conclusie, dat u blijkbaar meer God moet zijn dan alle andere goden waarover ik veel gehoord en gelezen heb! Heer en Meester van alle meesters der aarde! Hoe, hoe - en nog eens - hoe bent U daartoe in staat? En zou dit na verloop van tijd ook zelfs voor mensen zoals wij mogelijk zijn, als men geheel en al leeft volgens Uw nieuwe leer?"
Hoofdstuk 217: De wonderbaarlijke verandering van het gebied. Wilsvrijheid opgaan in Gods wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Alleen met Mij, dat wil zeggen in voortdurende vereniging met Mijn geest en Mijn wil, zullen jullie in staat zijn om alles tot stand te brengen, maar zonder deze niets; want Ik ben de Heer en zal dat eeuwig blijven. En zie, dat behoort ook tot Mijn leer! - Heb je Me begrepen?"
Hoofdstuk 217: De wonderbaarlijke verandering van het gebied. Wilsvrijheid opgaan in Gods wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Ja, ja, je hebt gelijk en zeer goed gesproken; rust, de ware innerlijke gemoedsrust, is voor ieder mens het noodzakelijkste geestelijke element, zonder hetwelk hij niets waarachtig innerlijks en geestelijk groots kan bevatten, en daarom sta Ik jullie ook graag toe watje zojuist verlangde.
Hoofdstuk 218: Het belang van de gemoedsrust - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  236 - 237 - 238 - 239 - 240 - 241 - 242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260 - 261  ...