Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 254 van 1112

...  242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260 - 261 - 262 - 263 - 264 - 265 - 266 - 267  ...
[5] Hij was om de meest zelfzuchtige en heerszuchtige redenen immers altijd slechts de grootste vijand van alle waarheid en ieder onderricht aan het volk, en kwam nu ook hierheen en bevond zich meteen in een ware oceaan van hoogste en diepste waarheden. Zijn huid kon zich er onmogelijk tegen verzetten; maar zijn geest, die nu door de wijn een beetje uit zijn oude lethargie is wakker geworden, laat ons nu allen helder en duidelijk zien dat hij in zijn hart nog een zeer verstokte Farizeeër is!
Hoofdstuk 103: Roclus windt zich op over Stahars geestelijke blindheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Inderdaad al een oude kromgegroeide boom, die moeilijker recht te buigen is dan een jonge; maar bij hem zal ook het langzaam en zeer voorzichtig rechtbuigen waarschijnlijk wel een totaal vergeefs werk zijn! Hiermee wil ik niet ontkennen wat jij zei, mijn beste vriend Floran, dat namelijk ook deze oude kromme stam uiteindelijk een rechte wordt! Maar van wijn zal hij zich steevast moeten onthouden, anders zal er van het rechtbuigen van zijn aartsjodenstam niet veel terechtkomen!"
Hoofdstuk 103: Roclus windt zich op over Stahars geestelijke blindheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Ook ik was aanvankelijk een ijverig zoeker naar waarheid. Ik ben ook door vele landen en steden gereisd en heb waarheid gezocht en mensen, en ik moet eerlijk bekennen dat mijn zoeken niet bepaald zonder succes is geweest. Ik nam in mezelf vaak hele lichte momenten waar. Maar zoals het in deze wereld de mensen al altijd vergaat, zo verging het ook mij. Vandaag is men heel helder en licht, maar morgen doen zich allerlei domme aardse zorgen voor en verduisteren het gemoed van de mens geheel en al, en het zich in de geest concentreren helpt dan niets.
Hoofdstuk 104: Stahar vertelt over zichzelf en zijn levenservaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] Ja, het behoort wel niet bepaald tot de onmogelijkheden om op de wereld ook van een zandsteppe vruchtbaar land te maken; maar daar is veel werk en geduld voor nodig! Men zou eerst goede putten moeten boren, en dan van ver, van een ander gebied goede grond moeten halen en daarmee het zand overal dik genoeg moeten bedekken; dan zou men vanuit de putten waterleidingen naar alle kanten moeten aanleggen en de grond die over het zand heen ligt flink water moeten geven, op die manier zou een voormalige zandsteppe zeker spoedig in een paradijs veranderd kunnen worden. Maar wie zou er voor zo'n werk genoeg tijd en zin hebben, en wie de vereiste middelen?
Hoofdstuk 104: Stahar vertelt over zichzelf en zijn levenservaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] En, vriend, precies zo gaat het met een mens die door de verschillende wereldstormen een ware levens zandsteppe is geworden! Het ontbreekt niet zozeer aan de mogelijkheid om een volledig lichtmens te worden; maar waar haalt de mens de kracht, het geduld en ook de vereiste middelen vandaan, vooral als hij er bijna geheel alleen voor staat?! Ja, hier bij deze buitengewone, nog nooit voorgekomen gelegenheid wordt natuurlijk de meest woeste zandsteppe nog gemakkelijk tot een bloeiend paradijs, fysiek en geestelijk! Dat komt door de almacht van de Heer die van water de beste wijn en van stenen het best smakende brood kan maken!
Hoofdstuk 104: Stahar vertelt over zichzelf en zijn levenservaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Bij deze gelegenheid maak ik je dan ook bekend dat ik meerdere malen in de raad te Jeruzalem, die tegen jullie instituut is, zelfs het voorzitterschap heb vervuld, en dat jullie instituut veel aan mij te danken heeft! Want volgens het oude spreekwoord, dat vele honden de haas z'n dood zijn, zou ook het instituut te gronde zijn gericht als wij alle middelen daartoe hadden aangewend; maar door mijn zeker zeer gedegen tegenspraak is het tenslotte gelukt om jullie instituut in onze buurt te dulden. Want ik maakte de heren van de tempel duidelijk, dat jullie instituut eerder in het voordeel dan in het nadeel van de zaak van de tempel is, omdat daardoor velen die hun geloof in de tempel allang verloren hebben, juist door de wonderen van jullie instituut hun ogen weer op de oude tinnen van de tempel zullen richten, waarvan ze uit de Schrift en de mondelinge overlevering nog heel goed weten wat voor buitengewoons er zich allemaal in en omheen heeft afgespeeld.
Hoofdstuk 104: Stahar vertelt over zichzelf en zijn levenservaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Een derde gaat vissen, juist als het hard nodig is omdat hij vis voor de markt moet hebben. Hij slooft zich een hele nacht uit, ruim voorzien van alle knepen en andere kunstgrepen voor het vissen, en zijn netten blijven leeg. 's Morgens geeft hij zijn hele visserij totaal mismoedig op, werpt echter zijn netten puur voor de grap toch nog een keer uit, en wel in de volle overtuiging dat hij geen enkele vis zal vangen. En kijk, de uitgeworpen netten beginnen te scheuren enkel door het grote aantal mooie en edele vissen dat hij vangt. Ja, waarom dan nu opeens zoveel -en daarvóór gedurende de hele nacht niets?
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Als jij twintig vrienden uitkiest waarvan is gebleken dat ze goed en oprecht zijn, dan kun je er op rekenen dat er zich onder hen beslist een verrader bevindt, die bij de eerste de beste gelegenheid een schurk kan zijn! Ik sta hier aan het hoofd van negenenveertig collega's, kun jij dan met zekerheid aannemen dat er niet één bij is die met twee tongen praat?! Maar sapienti pauca* (* Een wijze heeft maar een half woord nodig), -je begrijpt me hopelijk; want men kan er nog altijd beter niet te hard over praten! Dat was ook de reden dat ik van tafel opstond om een eindje verderop iets vrijer een paar woorden met jou te kunnen wisselen. Op mijn vriend Floran kun je bouwen, dat klopt, maar dan blijven er nog achtenveertig over; en het is zeer noodzakelijk dat we ons er van te voren volledig van vergewissen hoe ze er innerlijk over denken voordat we met hen een geheel nieuw veld gaan bebouwen!
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] ROCLUS zegt: 'Ik heb de indruk dat je nog altijd.een beetje in je maag zit met de Romeinen! Maar dat geeft met; want hier en daar hebben ze zich wel wat overdreven als heersers van de wereld opgesteld! Maar nu op onze plaats!'
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Morgen nemen wij voor langere tijd afscheid en Ik zal over bijna een jaar deze streek weer bezoeken en met Mijn voeten betreden; maar omdat Ik hier zo'n grote overwinning heb bevochten en daarom een blijvend monument in de vorm van dit badhuis en de nieuwe haven heb opgericht, dat niet gemakkelijk ooit geheel verwoest zal worden -behalve in een tijd dat het geloof aan Mij zal verdwijnen en daarmee de liefde -, wil Ik dan ook nog iets doen. Dan echter, als geloof en liefde onder de mensen niet meer zullen bestaan, zullen hordes barbaren deze landen binnenvallen en alle gedenktekens verwoesten van deze grote tijd, die zich sinds Mozes tot aan Mij over deze landen heeft uitgebreid.
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Dit zou wel gemakkelijk te verhoeden zijn; maar toch zal het niet verhoed worden. Dit badhuis zal nog wel bestaan en de haven, en het wordt niet verwoest in de tijd dat Jeruzalem zal vallen; maar toch zal het geen vijfhonderd jaar oud worden. Want Ik zeg jullie, met Jeruzalem zal het beginnen; maar de mensen zullen zich niets gelegen laten liggen aan de waarschuwing die aan Jeruzalem zal uitgaan, en ze zullen vervallen in allerlei arglist, wereldsgezindheid, kwaad, trots, leugen, zelf en heerszuchthoererij en echtbreuk. Dan zal er een volk opstaan in het verre Oosten en deze landen overspoelen als een grote Egyptische sprinkhanenplaag en alles verwoesten: mensen, vee en alle steden, plaatsjes, dorpen en afzonderlijke woonhuizen, en dat volk zal dan de volkeren tot ver in Azië Afrika en Europa onderwerpen, net zo lang tot er over alle goddelozen een groter en algemener gericht zal komen!
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Ja, mensen die maat weten te houden en hun grenzen kennen, zullen alles hebben en zich allerlei gerieflijkheden voor het aardse leven verschaffen en hun handen sparen voor zware werkzaamheden, om zo des te meer tijd te verkrijgen voor de bewerking en veredeling van hun hart en ziel, en ze zullen allen op gelijke wijze gedurende hun hele leven vol vreugde zijn in Mijn naam; en onder hen zal niemand lijden en treuren, behalve iemand die moedwillig zondigt tegen iedere bestaande orde in Mijn naam!
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Er zal van deze leer die Ik nu aan jullie heb gegeven, geen letterverloren gaan en toch zal dat voor de grote wereld in z'n algemeenheid niet zo belangrijk zijn; want deze zal, zolang er materie bestaat en noodzakelijk moet bestaan, zich met het puur geestelijke element in een voortdurende strijd bevinden. Maar daar hoeft niemand bang voor te zijn; want altijd zullen er vele geroepenen zijn, maar daaronder ook altijd weinig uitverkorenen!
Hoofdstuk 110: De toekomstige teistering van de aarde. De kinderen van God zullen geborgen zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Voor degenen die zich naar deze uitverkorenen zullen voegen, zal de aarde nog altijd een veilig plaatsje hebben; maar degenen die in hunhart te doof en te blind zijn, zullen van tijd tot tijd steeds weer als onkruid van de zuivere tarwe gescheiden worden.
Hoofdstuk 110: De toekomstige teistering van de aarde. De kinderen van God zullen geborgen zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:! 'Kijk naar de bergen. vol bossen en struiken! Kijk, deze zuigen in de benodigde juiste hoeveelheid alle voor hen geschikte natuurgeesten (elektriciteit, magnetisch fluïdum) op. Ga maar eens alle bergen ontbossen, dan zullen jullie de gevolgen daarvan, die zeer bitter smaken al binnen korte tijd merken! Daardoor zullen grote massa's vrije ruwe natuurgeesten de lucht, die de hele aarde omgeeft, steeds meer gaan bevolken. Omdat deze natuurgeesten geen geschikte behuizing en werkterrein kunnen vinden, zullen ze zich massaal gaan verenigen en door hun onrust en door hun honger en dorst (neiging tot assimileren) de verschrikkelijkste en alles vernietigende stormen veroorzaken en hele landen zodanig te gronde richten, dat daar honderd of duizend jaar lang niets anders te voorschijn zal komen dan hier en daar een mosplantje, zoals er op de wijde aarde tegenwoordig nog steeds zulke uitgestrekte plaatsen en vlaktes zijn, waar men vele dagen doorheen kan trekken en waar even weinig groeit als op de woeste en doodse kalksteen aan de oevers van de Dode Zee in Beneden Palestina, waarheen de Jordaan stroomt.
Hoofdstuk 109: Over het gericht dat de mensen zelf veroorzaken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  242 - 243 - 244 - 245 - 246 - 247 - 248 - 249 - 250 - 251 - 252 - 253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260 - 261 - 262 - 263 - 264 - 265 - 266 - 267  ...