Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 267 van 278

...  253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260 - 261 - 262 - 263 - 264 - 265 - 266 - 267 - 268 - 269 - 270 - 271 - 272 - 273 - 274 - 275 - 276 - 277 - 278
[8] Het voornaamste orgaan voor de voortplanting is evenals bij dieren, de sterk opgezette zuidpool; Volgens dit voortplantingsorgaan is de aarde vrouwelijk, omdat ook de hele zuidpool negatief is gelijk het vrouwelijk wezen, dat ook negatief staat tegenover het positief polaire mannelijk wezen. De aarde, van dit standpunt uit als vrouw bekeken, is dan niet zelf tot opwekking in staat, maar kan slechts de verwekking ontvangen. Nu vraagt men zich af: Wie verwekt dan bij de aarde? Antwoord: De zon, door haar tegengesteld polaire kracht. En wat brengt ze voort of wat heeft ze voortgebracht?
Hoofdstuk 13: De aarde als man en vrouw - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[10] We hebben om de voortbrengende en barende kracht van de aarde te verklaren een boom als voorbeeld genomen. We moesten de bovenstaande beschouwing vooraf laten gaan, want zonder die was deze zaak niet zo erg duidelijk geweest. Nu we echter zo'n verklaring hebben gegeven, zat het jullie ineens duidelijk zijn hoe enerzijds de aarde als man verwekt en anderzijds als vrouw weer baart, en hoe ze zich bij ons voorbeeld van de boom nu eens als vrouw, dan weer als man gedraagt.
Hoofdstuk 14: Mannelijk - vrouwelijke voortbrengselen der aarde - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[1] Het water van de zee en ook dat van de meren van het vasteland vormt een soort verdichte lucht, waarin dieren kunnen leven. Maar deze lucht behoort eigenlijk nog tot het aardelichaam zelf en wel tot haar buitenste schors. Daarom kan het water niet zonder meer in de atmosferische lucht worden opgenomen, maar slechts dat deel, dat zich in de nevels en wolken bevindt, evenals het vrije waterstofgas in de lucht zelf, al kunnen we dat ook niet als nevel of wolken beschouwen.
Hoofdstuk 20: Wezen en bestanddelen van de lucht - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Een andere functie van deze nu bekende geleidingsdraden is, om de pompen die de aandrijving in de kanalen verzorgen in beweging te zetten, welke pompen een ondersteuning zijn van de oorspronkelijke drijfkracht van de hartslag der aarde. Zonder deze ondersteuning zou deze eerste kracht noodzakelijkerwijs gauw moeten verlammen, als hij bij elke stoot met vele triljoenen kilo's sappen te doen heeft, welk gewicht de sappen, die met elke hartslag weg gestoten worden, ook op zijn minst wel zullen hebben. Door de boven aangeduide, speciaal in de kanalen aangebrachte pompen wordt de polsslag van het aardehart zozeer geholpen, dat deze nu met een aanzienlijk minder gewicht heeft te kampen. Het zou vergeefse moeite zijn jullie het mechanisme van zo'n pomp nader uiteen te zetten en je zou bij de helderst mogelijke uitleg toch nooit een volkomen inzicht in de zaak kunnen krijgen, omdat dit een te gecompliceerd werk is, waarin slechts een geest - en nooit een vleselijk oog - helemaal kan binnendringen om het te beschouwen; daarom laten dergelijke kunstige preparaten zich bij de geestelijke uiteenzetting over de aarde veel gemakkelijker en beter verklaren dan bij deze slechts materiële uiteenzetting.
Hoofdstuk 17: Het krachtig worden van de aardsappen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[4] Nu moet nog worden vermeld, waar vandaan de zee haar hoofdvoeding betrekt. In de eerste plaats krijgt ze haar hoofdvoedsel uit de vele vloeistoffenreservoirs, die in de gevoelige huid liggen en die als het ware de eigenlijke urineblazen van de aarde vormen. Dan krijgt de zee ook een heel aanzienlijke toevoer vanuit de zojuist besproken waterbassins via alle grote rivieren en beken. Dat is zeer noodzakelijk, omdat de uit de eigenlijke urineblaas van de aarde opstijgende vloeistof te zout is en zonder bijmenging van zoet water weldra in een vaste massa zou overgaan, zodat in plaats van de zee niets dan alleen maar naar de hemel reikende zoutbergen zouden ontstaan. Die zouden de lucht in de loop van tijd zo verzuren, dat dientengevolge geen levend wezen zou kunnen bestaan. Tegelijkertijd echter zou dat ook bij de aarde zelf de gevaarlijke ziekte veroorzaken, waarbij de urineleiders worden afgesloten, waardoor de aarde in zeer korte tijd helemaal in brand zou komen te staan en dan volledig zou sterven. In zo' n toestand zou ze niet meer in staat zijn een levend wezen te dragen, evenmin zou het poolijs geschikt zijn een levend wezen voort te brengen en in stand te houden.
Hoofdstuk 19: De voelende huid van de aarde - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[10] Bovendien moet men naast deze bijzonder belangrijke situaties ook nog rekening houden met de uitbarstingen op de zon. Daardoor wordt het zonlicht zwakker en kan niet met dezelfde kracht op de aarde inwerken als wanneer ze helemaal zonder erupties al haar licht op aarde doet schijnen.
Hoofdstuk 22: De twaalf tekenen aan de hemel en de invloed die ze uitoefenen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Tegelijkertijd krijgen de meesten ook een grote eetlust en dorst en kunnen vaak op zo'n hoogte van spijzen genieten zonder dat het hun zwaar op de maag ligt, terwijl ze beneden in het dal die spijzen niet eens durfden te bekijken. De oorzaak daarvan is alleen in de grote zuiverheid van de lucht te zoeken en toont een grote gelijkenis met de toestand van de zaligen, die ook van alles kunnen genieten zonder dat het hen ook maar enigszins schaadt, omdat voor de reinen alles steeds meer gereinigd wordt en al wat schadelijk is daar niet meer schadelijk kan worden, waar het door gebrek aan de daartoe benodigde specifica geen verder vormende voeding meer vindt.
Hoofdstuk 23: De aardatmosfeer en haar neerslag - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[9] Als deze geesten de mensen soms op de een of andere manier goed gezind zijn, of tenminste niets kwaads tegen hen in de zin hebben, dan verschijnen ze gewoonlijk in de gestalte van een dwerg en wel heel donker grijs of blauw of groen van kleur. De kleine vorm geeft aan dat ze zich tot de mensen neerbuigen om hun goed te doen, omdat ze met de verbannen geest in hen in zekere zin medelijden hebben. Als een mens zich dan echter tegenover zulke geesten onbehoorlijk gedraagt, groeien ze niet zelden tot een reuzengestalte uit en dan is het niet goed in hun nabijheid te blijven - en zonder aanroeping van Mijn naam al helemaal niet.
Hoofdstuk 34: Lucht -, berg - en zwerf geesten - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[8] Vraag: Kan dat alleen aan de vier bekende, eenvoudige gassoorten worden toegeschreven? Kan alleen hun verhoudingsgewijs verschillende vermenging dit veroorzaken? Ja, als deze vier gassen werkelijk de eenvoudige grondstoffen waren, waaruit tenslotte alle dingen gevormd zijn, dan zou het toch een vreselijke schande zijn voor de hooggeleerde chemici, dat ze daaruit niet allang goud, zilver en diamanten in grote overvloed hadden vervaardigd; want tussen vier eenvoudige soorten kunnen toch al gauw een grote hoeveelheid mengsels worden samengesteld en uit elke samenstelling moest, als het al niet dadelijk goud was, toch misschien een of andere nieuwe plant of zelfs een nieuw ras van miniatuurossen, , -ezels en -kalveren of iets dergelijks te voorschijn komen. Maar kijk, zoiets gebeurt niet bij zulke helden der wijsheid, ondanks de allergeleerdste vertrekkingen van hun gezichtspieren en er komt niets tevoorschijn dan hoogstens een of andere witachtige sto( die, microscopisch onderzocht, zich in de vorm van kleine kristallen vertoont, waarmee echter nog niet veel gezegd is, omdat zulke kristalstof in de vrije natuur zonder de chemische keuken nog veel beter en veelvuldiger opgewekt wordt. Jullie behoeven in de herfst maar een rijpe pruim, een rijpe druif of ook wel bladeren van verschillende bomen te bekijken, en dan zul je zulke stof in overvloed als een witachtig waas op de bovengenoemde vruchten en bladeren ontdekken. Bekijk het onder de microscoop en het zal dan wemelen van de mooiste kristallen!
Hoofdstuk 20: Wezen en bestanddelen van de lucht - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[5] Daar echter op deze hoogten, of beter gezegd in deze regionen, de stralen uit de kleinere sterren, evenals zelfs die uit de zon, tengevolge van hun geringe dichtheid nog niet zo'n effect kunnen hebben als verder naar beneden, is zo' n hooggelegen regio in zekere zin een overgangspunt van het vroegere zonder uitwerking zijn naar een dadelijk daarna sterker optredende werking. Ofwel, hier op deze hoogten beginnen de stralen zich te verdichten, gedeeltelijk door hun eigen verdichting en gedeeltelijk door de reflexie, of de stralen die door de aardoppervlakte weer teruggekaatst worden. Door deze straling en terugstraling worden dan bepaalde ontwikkelingen in het licht veroorzaakt, die er als een soort golf uitzien. Als dit golven een tijd doorgaat wordt daardoor ook een specificum opgewekt, en wel omdat dit golven al een chemisch lichtproces is, om op jullie geleerde manier te spreken. Dit specificum, dat in zich natuurlijk veelsoortig en gemengd is, treedt het eerst op als een nevel in het hooggebergte. Wordt dit chemische proces dan niet verbroken, dan ontstaan uit de nevelen in deze hoge regio weldra wolkenmassa's, die zich langzamerhand steeds meer verdichten en zelfs uiteindelijk als regendruppels en 's winters als sneeuw op de aarde neervallen.
Hoofdstuk 23: De aardatmosfeer en haar neerslag - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[10] Dan zeg Ik: Alles op zijn eigen wijze! De aarde ziet voortdurend de hele oneindige ruimte om zich heen. Deze algemene waarneming roept in de aarde zelf bij alle in haar wonende geesten een algemeen overeenkomstige voorstelling op, waaruit elk afzonderlijk geestelijk wezen zijn intelligentie voor de buitenwereld put. Dat zou onmogelijk zijn zonder het algemene grote gezichtsvermogen van de aarde. De aarde als lichaam weet in haar algemene wezen weliswaar niets van hetgeen ze ziet. Het zou ook niet nodig zijn om de aarde een eigen zichzelf bewuste kennis te geven, omdat ze - zoals we in het nog volgende geestelijke deel zullen horen - geen apart zelfstandig wezen is, maar een eindeloos veelvoudig wezen, dat bestaat uit talloze aparte intelligenties. Deze intelligenties zijn het, die het grote algemene aardoog nodig hebben, zoals ook elk mens en elk dier zonder dit algemene aardoog met zijn eigen oog niets zou zien. Want juist door dit oog kan de mens de zon, de maan en de sterren zien. Het zal toch wel duidelijk zijn dat de mens met zijn kleine oog onmogelijk ooit die grote zon zou kunnen overzien, als niet van tevoren het grote aardoog een klein beeld van de zon zou opnemen en dat aan het menselijk oog zou overdragen. En zo ziet niemand de zon of de maan en de sterren, zoals ze in hun eigenlijke hoedanigheid en in hun grote afstand zijn, maar men ziet slechts hun beeld op het oppervlak van het grote, algemene aardoog, waarvan de oppervlakte, zoals al werd opgemerkt, meer glanst dan de zuiverste waterspiegel en die daarom zeer geschikt is voor het opnemen van de beelden van de grote hemellichamen om haar heen.
Hoofdstuk 24: Het oog van de aarde - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[2] Wat zijn lichaam betreft en wat er mee gebeurd is, over het algemeen al het specifieke, krijgt hij zonder zijn toedoen in de juiste orde terug. Maar het is iets anders als het gaat om zijn bekwaamheid om alles op te nemen wat eens tot zijn wezen behoorde. In zekere zin wordt hij voor deze bekwaamheid werkelijk ter verantwoording geroepen en wel omdat elke geest zo' n bekwaamheid vanuit de voorschriften van de zuivere religie kan en moet verwerven. Wie niet wil handelen, zijn talent begraaft en zich liever bezighoudt met het vleselijke dan met het geestelijke, die moet het aan zichzelf toeschrijven als hij gericht wordt door het Woord, dat hem uit de hemel werd gegeven als een trouwe wegwijzer, die hem aanduidt hoe hij het leven weer moet verzamelen om het daarheen terug te brengen waar hij oorspronkelijk vandaan is gekomen.
Hoofdstuk 29: Verblijfplaats van de zuivere geesten en hun zaligheid - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[12] Deze geesten worden meestal zwerf geesten genoemd, omdat ze van de ene planeet op de andere komen aan welke zwerftochten niet zelden ook geesten van gestorven mensen deelnemen, waartoe zich vooral de zogenaamde natuurfilosofen en astronomen aangetrokken voelen, aan wie deze zwerf geesten, die niet op de wereld incarneerden, gewoonlijk de gewenste diensten verlenen. Want de geesten van gestorven mensen zouden zonder hulp van deze zwervende natuurgeesten op de andere hemellichamen niéts kunnen zien. De natuurgeesten helpen hen daar om in de mensen van andere hemellichamen te komen, zodat zulke geesten dan de dingen op die vreemde hemellichamen kunnen zien door de ogen van die mensen.
Hoofdstuk 34: Lucht -, berg - en zwerf geesten - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[13] Had de aanklager zijn geestelijke op deze manier voldaan, dan werd het geval voor de wereldse rechtbank gebracht. Deze ging dan met allerlei door de geestelijke voorgeschreven gewijde en antiheks - en anti duivelapparaten naar het huis waar de aanklager volgens zijn idee behekst of door de duivel gegrepen was. Dit wereldse gerecht nam dan gewoonlijk alle bewoners op een afschuwelijke manier gevangen en voerde hen vaak zonder verder verhoor naar de brandstapel en nam alle schatten benevens huis en grond in beslag, maar wel nadat daar van te voren zeven maal de duivel uitgedreven en alles gewijd was; voor deze wijding moest natuurlijk weer flink betaald worden.
Hoofdstuk 35: Heksen en heksenprocessen - Jakob Lorber - Aarde en Maan
[7] Beschouw bijvoorbeeld de ontwikkeling van een mens of van meerdere mensen in een school. Honderd leerlingen hebben één en dezelfde meester, ze leren uit dezelfde boeken, ze leren allen volgens één voorbeeld schrijven en bekijk ze naderhand eens als mensen, die in deze school werden gevormd, dan zullen er geen twee dezelfde denkwijze hebben, niet twee hetzelfde schrift en dergelijke verschillen meer! En toch was de geestelijke specifieke stof voor de vorming gelijk; maar elke geest van deze scholieren heeft uit deze onderwijzerskost zijn eigen specificum precies uitgezocht, zonder dat voor dit doel de leraar er dan ook maar het minste toe heeft bijgedragen.
Hoofdstuk 38: De eerste, onderste luchtregio - Jakob Lorber - Aarde en Maan
...  253 - 254 - 255 - 256 - 257 - 258 - 259 - 260 - 261 - 262 - 263 - 264 - 265 - 266 - 267 - 268 - 269 - 270 - 271 - 272 - 273 - 274 - 275 - 276 - 277 - 278