Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 269 van 1110

...  257 - 258 - 259 - 260 - 261 - 262 - 263 - 264 - 265 - 266 - 267 - 268 - 269 - 270 - 271 - 272 - 273 - 274 - 275 - 276 - 277 - 278 - 279 - 280 - 281 - 282  ...
[7] Maar JOHANNES stapte naar voren en zei: 'Jullie zijn toch met veel meer mensen dan wij! Waarom konden jullie Hem dan niet tegenhouden? Houdt de storm en de bliksem maar eens tegen! Beveel de golven van de zee, wanneer zij jullie woedend trachten te verzwelgen! En ik die slechts leerling ben kan jullie zeggen: Gemakkelijker en met meer succes kunnen jullie de woedende elementen tot rust brengen dan de wil van de Godmens buigen! Luister dus en koester niet zulke dwaze plannen! Hoe kunnen jullie Hem dan werelds.koning over de Joden willen maken, wiens geest eeuwig Heer is over alles in de hemel en op aarde! Dat hebben jullie immers toch duidelijk kunnen afleiden uit de vele tekenen die Hij jullie heeft laten zien. Hij hoeft alleen maar te willen, en het is er en er gebeurt wat Hij wil. Maar Zijn alziendheid en Zijn wil reikt niet slechts tot hier, maar ook eindeloos veel verder; wees daarom niet dwaas, en ga slapen opdat je niet iets onaangenaams zal overkomen!'
Hoofdstuk 42: De leerlingen varen over de zee naar Kapérnaum (Ev.Joh. 6, - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[15] Omdat Ik dat wel zag, zei IK tegen hen allen: 'Waarom zijn jullie dan bang? Zien jullie niet dat Ik het ben?' (Joh.6,20)
Hoofdstuk 42: De leerlingen varen over de zee naar Kapérnaum (Ev.Joh. 6, - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] IK zei daarom: 'Waarlijk, waarlijk, Ik zeg jullie: Jullie zoeken Mij niet omdat jullie de vele tekenen die Ik gedaan heb, gezien hebben, maar alleen omdat jullie als hongerigen op de berg het brood hebben gegeten en daardoor verzadigd zijn! (Joh. 6,26) Daarom hebben jullie Mij ook als dank een groot profeet genoemd en wilden jullie Mij tenslotte zelfs koning maken, omdat je bij jezelf dacht: 'Kijk eens, hij heeft macht genoeg tegen onze vijanden, die ons altijd maar laten werken, en bovendien kan hij ons steeds op die manier brood verschaffen, dan hoeven we niet meer te werken!'
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Ik zeg jullie echter: Die spijs bevordert niet het geestelijke leven van jullie ziel, maar alleen het vergankelijke leven van jullie vleselijke lichaam. Ik, die nu ook een mensenzoon ben, wil en zal jullie echter een andere spijs tonen en geven die blijft en voor eeuwig in de ziel werkt. Want daartoe heeft de Vader in de hemel Mij gewaarmerkt en bestemd. (Joh. 6,27) En die spijs ligt daarin dat jullie waarachtig Gods wil doen en daardoor ook Gods werken verrichten.'
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Toen zeiden DE VRAGERS tegen Mij: 'Zeg ons dan wat wij doen moeten om zoals u gezegd heeft, Gods werken te doen! (Joh. 6,28) Wij zijn slechts mensen en geen profeten en kunnen alleen maar volgens de wet van Mozes leven.'
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] IK zei: 'Ja, als jullie je aan de wet van Mozes zouden houden dan zouden jullie Mij reeds lang herkend hebben! Maar jullie houden Je uit angst voor wereldse straffen met heimelijke woede aan de wereldse voorschriften en.herkennen Mij daarom niet, hoewel Ik tekenen aan jullie heb laten zien die nog nooit een mens voor Mij gedaan heeft.
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Maar Ik zal jullie nu zeggen wat vanaf heden Gods werk is. Van nu af aan kunnen jullie Gods werk doen door te geloven dat Ik degene ben die God door de profeten heeft beloofd en die Hij nu naar jullie in deze wereld heeft gezonden!' (Joh.6,29)
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Daarop zei IK tegen hen:" Waarlijk, waarlijk! Mozes heeft jullie geen brood uit de echte hemel gegeven, maar slechts uit de lucht van de zichtbare, aardse hemel (Joh. 6,32); alleen Mijn Vader in de echte, geestelijke hemel geeft Jullie nu door MIJ het ware brood uit de hemel! Want dit ware brood uit de hemel in Mij geeft de wereld het leven!' (Joh.6,33)
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[14] Daarop zei IK: 'Wat praten jullie, en wat willen jullie? Hebben jullie dan met begrepen wat Ik zei? Ik Zelf ben het ware brood des levens! Wie tot Mij komt, zal geen honger hebben, en wie in Mij gelooft zal nooit meer dorst hebben!'(Joh. 6,35)
Hoofdstuk 43: Het brood des levens (Ev.Joh. 6,22-35) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Daarna richtte IK Mij weer tot de mensen en zei: 'Waar hebben jullie het over?! Heb Ik dan ooit gezegd, dat jullie Mij niet gezien hebben?! Ik Zelf weet, zeg en zei tegen jullie, dat jullie Mij en Mijn tekenen gezien hebben, en toch geloven jullie niet (Joh.6,36) dat alles wat Mijn Vader in de hemel Mij geeft, tot Mij komt, en dat Ik degene die tot Mij komt beslist niet zal verstoten. (Joh. 6,37)
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Onthoud dan wat ik tegen jullie zeg: Ik ben niet, zoals jullie van deze wereld, maar Ik ben uit de hemel neergedaald, - maar niet om net als jullie Mijn eigen wil te doen, maar alleen om de wil te doen van Degene die Mij hier in deze wereld heeft gezonden.' (Joh.6,38)
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Daarop zeiden SOMMIGEN: 'Die man zegt vreemde dingen; volgens ons is hij in de war.'
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] IK zei: 'Als jullie Mij zullen herkennen en in Mij zullen geloven, zal er een jongste, ware dag in jullie ziel ontstaan waarop Ik jullie door de macht van de waarheid van Mijn leer zal opwekken. Maar als jullie niet in Mij geloven en Mij niet herkennen, dan zal het in jullie ziel waarschijnlijk nooit een jongste dag worden.'
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] IK zei: 'Luister dan! De wil van de Vader, die Mij gezonden heeft, is, dat degene die de Zoon ziet, in Hem gelooft en Hem aanneemt als de ware Messias van de wereld, het eeuwige leven zal hebben, - en Ik zal hem op de jongste dag opwekken! (Joh. 6,40) Wat de jongste dag is, heb Ik jullie al verteld.'
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] IK zei: 'O mopper toch niet onder elkaar! (Joh. 6,43) Ik zeg jullie nog één keer: Er kan niemand tot Mij komen (Mij herkennen), tenzij de Vader (de liefde uit God en tot God) die Mij heeft gezonden, hem trekt en alleen Ik (Mijn woord en Mijn leer) zal hem op de jongste dag opwekken! (Joh. 6, 44)
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  257 - 258 - 259 - 260 - 261 - 262 - 263 - 264 - 265 - 266 - 267 - 268 - 269 - 270 - 271 - 272 - 273 - 274 - 275 - 276 - 277 - 278 - 279 - 280 - 281 - 282  ...