Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 287 van 1490

...  275 - 276 - 277 - 278 - 279 - 280 - 281 - 282 - 283 - 284 - 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300  ...
[10] Men zegt, dat alleen het geloof een licht is voor de mens! O, lieve hemel, wat is dan een geloof zonder verstand? Het is de wiegewijsheid van onmondige kinderen die naar de maan reiken omdat ze mogelijk denken dat het een rond stuk honingbrood is! Er zijn werkelijk volwassen mensen op deze goede aarde die de maan voor een in de lucht zwevend stuk brood houden, dat iedere maand door de paradijsvogels wordt opgegeten, maar dan meteen weer opnieuw begint te groeien! Ja, vriend, zeg me, wat heb jij, wat heb ik en wat heeft een God nu aan zo'n geloof? Is het dan niet beter en waardiger voor de menselijke en goddelijke geest in de mens om na te denken en in de loop van de tijd te ontdekken, dat de maan toch iets anders moet zijn dan een stuk brood waarvan de paradijsvogels kunnen eten?
Hoofdstuk 57: Roclus spreekt over het belang van een ontwikkeld verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Kijk, voor alle belangrijke burgerlijke levensomstandigheden hebben de mensen zo nu en dan werkelijk wijze wetten bedacht en deze ook gesanctioneerd; maar er zijn er ook enkele bij die erg wreed zijn, zoals bijvoorbeeld de meeste strafwetten.
Hoofdstuk 58: De invloed van de liefde op het verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Nu heeft een mens een wet overtreden, voornamelijk omdat hij deze wet niet kende. De arm van het gerecht grijpt hem en brengt hem voor de strenge stoel van de alle wetten zeer goed kennende rechter. Als deze dan volgens zijn puur wereldse verstand een oordeel uitspreekt, dan zal hij de aangeklaagde zonder enige genade volgens de codex poenitentiarium* (*wetboek van strafrecht) ter dood veroordelen.
Hoofdstuk 58: De invloed van de liefde op het verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Want wanneer iemand op het dak staat en iemand anders beneden op de grond ziet liggen, en met boze opzet naar beneden springt boven op hem om hem te doden of toch in ieder geval zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, dan moet zo iemand ten strengste gestraft worden voor zijn boosaardige opzet. Maar als iemand zomaar, enkel uit onvoorzichtigheid van het dak valt en daarbij ook iemand die beneden op de grond ligt of toevallig voorbij loopt dodelijk verwondt, dan is hij immers volledig onschuldig aan zo'n ongeluk, en dan is het een zaak van de rechter om goed te onderscheiden welke omstandigheden er toe leidden, dat deze persoon tot boosdoener werd!
Hoofdstuk 58: De invloed van de liefde op het verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Nu pas besloot Roclus om Raphaël naar Mij toe te volgen en moedig de ruim dertig passen af te leggen. Daar Ik echter bij Cyrenius, zoals tevoren, nog aan tafel zat en met hem over een aantal regeringsmaatregelen sprak en Raphaël onze Roclus in de richting van Cyrenius meenam, zei deze (ROCLUS) toen hij ongeveer twintig passen gelopen had: 'Ja, nu breng je me weer naar de opperstadhouder, met wie ik daarstraks al alles besproken heb?! De mij nu overbekende Cyrenius zal toch zeker niet de gezochte Nazarener zijn?"
Hoofdstuk 60: Het wezen van de liefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[14] RAPHAËL zegt: 'Goed en juist gesproken! Wat volgt daar nu anders uit voor ieder mens, dan dat een door allerlei wetenschappen en ervaringen gewekt verstand met betrekking tot alle dingen en omstandigheden en richtingen pas dan een juist scherp inzicht krijgt, wanneer het verwarmd Wordt door de liefde in zijn hart, en door de steeds lichter oplaaiende liefdesvlam ook steeds helderder verlicht wordt. Was ik dan een tegenstander van het verstand, omdat ik je er door bepaalde toespelingen alleen maar op wees dat aan jouw scherpe verstand de eigenlijke scherpzinnigheid nog in belangrijke mate ontbreekt, en jij deze moet verhogen met de ware liefde tot Hem, die je nu pas zoekt en die je vroeger niet in die mate gezocht hebt als je nu hebt doen voorkomen?!'
Hoofdstuk 58: De invloed van de liefde op het verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Deze wind luidt als volgt: 'O jij, verdraaide Nazarener! Dat je uitgesproken nu moet komen opdagen! Juist nu de zaken van ons fijne instituut zo goed op gang zijn gekomen! Dat men nu juist met die Nazarener komt aanzetten, die -wie kan het zoals hij? -nu wonderen verricht waarbij onze verrichtingen puur verbrande as zijn en door hem heel snel verdacht en waardeloos kunnen worden. Die is pas met recht als een ware luis in onze vacht terechtgekomen, en die zal er niet meer uit te krijgen zijn. Nu komt het er op aan om in deze hachelijke omstandigheden te doen alsof er niets ernstigs aan de hand is. Laten we alles op alles zetten om te voorkomen dat hij ons vijandig gezind wordt. Want als dat gebeurt, is het meteen afgelopen met ons hele instituut. Wat dan! Waarheen en wat te beginnen? Te overwinnen is hij nooit; daarom moeten we verstandig te werk gaan en zelfs in de verste verte niets onvriendelijks tegen hem laten merken, maar hem steeds met de meeste voorkomendheid behandelen en hem zo vriendelijk en dienstbaar als maar mogelijk is tegemoet treden, dan zal hij, van wie men zegt dat het een goed mens is, vast nooit het zwaard tegen ons opheffen en ons in ieder geval met rust laten!'
Hoofdstuk 59: Raphaël onthult wat Roclus diep in zijn hart over de Heer denkt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Van de maan beweer je het volslagen tegendeel, omdat je van deze planeet nog nooit enige warmte hebt gevoeld. Van de andere sterren beweer je helemaal niets, omdat je van hun invloed nog nooit iets anders dan alleen het schaarse licht ervan hebt ondervonden.
Hoofdstuk 60: Het wezen van de liefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Het innerlijk leven is liefde, dus een vuur met alle warmte. Als dit vuur gevoed wordt door de inwerking van iets wat zelf vuur in zich heeft, zoals het vuur van een haard gevoed wordt doordat men er goed brandhout aan toevoegt, dan zal het levendiger gaan branden, het wordt steeds warmer en levendiger en krijgt meer aandacht voor wat er brandt. De vlammen worden dichter, het vuur lichter, en de ziel zal spoedig veellicht krijgen over iets wat haar eerder geheelonbekend was. Daardoor wordt de liefde voor de zaak steeds groter en groter, en men houdt niet op tot men deze door en door kent en het helemaal duidelijk is wat men er aan heeft en wat er allemaal in opgesloten zit. Dat gebeurt echter alleen, wanneer de liefde voor de zaak steeds groter en intensiever wordt.
Hoofdstuk 61: Het inzichtelijk vermogen van de liefde. De ontoereikendheid van rede en verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Zo zocht je God met het telraam in de hand, je probeerde de A te vinden, terwijl je niet eens de hoofdlijnen vond die aan deze veelzeggende letter ten grondslag liggen. Je zocht op de sneeuw en ijsvlaktes van het noorden planten, vond echter niets, ofschoon het licht van de sneeuw je bijna verblindde.
Hoofdstuk 61: Het inzichtelijk vermogen van de liefde. De ontoereikendheid van rede en verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Ik bedoel hier met de sneeuw en ijsvlaktes het kil oordelende verstand en de nog killer berekenende scherpzinnigheid, die tot geen enkele innerlijke geestelijke zienswijze in staat kan zijn, omdat deze als grove materie zich onmogelijk kan laten béwegen door iets puur geestelijks.
Hoofdstuk 61: Het inzichtelijk vermogen van de liefde. De ontoereikendheid van rede en verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'Je kunt hier nu wel uit opmaken, dat de mens alleen met zijn scherpzinnigheid en zijn verstand, ook al is dit nog zo helder en scherp, niets kan begrijpen van alles wat geestelijk is. Hij kan het leven niet begrijpen en het essentiële einddoel ervan; want scherpzinnigheid en verstand zetelen voornamelijk in de hersenen en het bloed dat de hersenen in een zekere actieve spanning houdt, waardoor deze voortdurend in staat zijn om de indrukken en beelden van de materiële buitenwereld op te nemen, ze te vergelijken wat hun vorm en werking betreft, en daar uiteindelijk een reeks conclusies uit te trekken.
Hoofdstuk 62: De liefde en haar licht dat tot inzicht leidt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Als alle levensgeesten in de gedachten, woorden, daden en werken wakker worden, zullen ze in beweging komen, en de mens die vol is van dit innerlijke geestelijke licht zal hen al snel zonder moeite gewaar worden, omdat ze zodra ze gewekt zijn zich in allerlei vormen beginnen te uiten. Deze vormen zijn niet toevallig en zonder betekenis, maar ze komen allemaal overeen met een zichtbare geestelijke activiteit uit de sfeer van Gods orde.
Hoofdstuk 62: De liefde en haar licht dat tot inzicht leidt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Maar aan jou is nog niet alles verloren, je zou zelfs nog iets groots kunnen bereiken; maar dan zou je volledig uit vrije wil door zelf te handelen en het zelf te willen een nieuw mens moeten worden, en er vanuit je innerlijke overtuiging overeenkomstige krachten toe bij moeten dragen dat het zinloze optreden van jullie instituut ophoudt, omdat het anders onmogelijk voor je zou worden om ooit tot het ware leven van je innerlijke geestelijke mens door te dringen. Want het innerlijke leven in de mens is de hoogste waarheid, waarin je geheel moet overgaan; maar deze hoogste waarheid kan nooit en te nimmer gedijen als ze door activiteiten van leugen en grof bedrog gevoed moet worden.
Hoofdstuk 62: De liefde en haar licht dat tot inzicht leidt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] Van hetgeen Ik je nu gezegd heb, zal niet het minste of geringste ooit afgedaan worden! Deze aarde en dit zichtbare firmament zullen in deze hoedanigheid, vorm en bestaanswijze vergaan, - maar deze woorden van Mij eeuwig nooit! Doe nu wat je wilt! Ik ben hier nog een korte tijd~'
Hoofdstuk 62: De liefde en haar licht dat tot inzicht leidt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  275 - 276 - 277 - 278 - 279 - 280 - 281 - 282 - 283 - 284 - 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300  ...