Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 291 van 728

...  279 - 280 - 281 - 282 - 283 - 284 - 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304  ...
[18] Jullie zullen aan het nieuwe heidendom zeker geen schuld hebben, zoals ook de profeten er geen schuld aan hebben, dat de tempel daar beneden nu geworden is zoals hij nooit had moeten worden, maar alle schuld zal bij de mensen liggen, wier behaaglijke traagheid het niet toeliet zelfhandelend de wegen van de waarheid te gaan, maar in hun plaats liever anderen en met name de zogenaamde priesters om de door hen aangereikte smerige offers heen te laten schrijden, - die echter ook niet de wegen van de waarheid bewandelen, maar alleen de wegen van bedrog en leugen. Daar leidt dan de ene volkomen blinde de andere net zo lang, tot beiden bij een kuil komen en ze er allebei vervolgens ook invallen.
Hoofdstuk 43: Vergeving van zonden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Destijds bezat zelfs het zeer eenvoudige en gewone volk de wetenschap der overeenstemmingen, hun schrift bestond uit beelden, en hun taal richtte zich naar de bij het volk welbekende beelden. Toen echter het volk later tot meer aardse welstand en aanzien was gekómen, kreeg het weldra ook een groot aantal aardse behoeften, en om die te bevredigen moest het zich een grote hoeveelheid natuurlijke middelen daartoe verschaffen. Welnu, de vele behoeften en de vele middelen kregen ook hun heel eenvoudige benamingen, waarachter zich geen overeenkomstige beelden bevonden. Deze eerst later door de mensen gevormde eenvoudige namen van veel behoeften en de middelen om daaraan te voldoen verdrongen vervolgens maar al te gauw het beeldschrift en de innerlijke betekenis daarvan; en zo hadden noch Mozes noch de profeten er schuld aan, dat ze door de tegenwoordige joden niet meer begrepen worden. Maar het was alleen de schuld van de mensen zelf, die door hun zelf veroorzaakte en steeds toenemende wereldse instelling de wetenschap van het oude schrift en de oude taal, die steeds diep geestelijke dingen in zich bevatte, helemaal kwijtgeraakt zijn.
Hoofdstuk 44: De natuurgeesten van de lucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Als jij in de tijd van Mozes zo gesproken had als je nu spreekt, dan zouden destijds noch Mozes noch een van de andere profeten jou begrepen hebben; aangezien echter nu bij jullie de oude taal om de jullie bekend gemaakte redenen in deze tijd geheel en al verloren is geraakt, moet je daarin ook de reden zoeken, waarom jullie nu Mozes en de profeten niet kunnen begrijpen.
Hoofdstuk 44: De natuurgeesten van de lucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] De ochtend was echter tamelijk koel en de Romeinen zeiden: 'Dit bijzondere uitzicht zou echt prachtig zijn, als de ochtend maar niet zo vreselijk koud was!'
Hoofdstuk 44: De natuurgeesten van de lucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Ik zei: 'Dat het zo koel is, is voor de huid wel een beetje onaangenaam, maar het is wel versterkend voor lichaam en ziel; want nu trekken de zuiverder geesten in de lucht aan ons voorbij. Maar als het voor jullie te kil is, wil Ik wel zorgen dat het bij jullie van binnenuit wanner wordt. Wij anderen blijven echter in deze zuivere temperatuur!'
Hoofdstuk 44: De natuurgeesten van de lucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[24] Wat echter, in de tweede plaats, de onzuivere zielen betreft, die jullie hadden kunnen zien met dit innerlijke schouwen dat jullie nu voor een moment door Mij is gegeven: daarvan bevond zich er geen op deze plaats en dus hebben jullie er ook geen kunnen zien en waarnemen; want dergelijke zielen voelen de plaats van Mijn persoonlijke en volle aanwezigheid en vermijden die uiterst zorgvuldig. - En nu ken je de beide oorzaken, waarom jullie bij deze gelegenheid geen overleden zielen hebben kunnen zien en waarnemen!'
Hoofdstuk 44: De natuurgeesten van de lucht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Haar naam is Maria van Magdala. Vanwege haar armoede heeft ze dus geen ondersteuning van jullie kant nodig; maar als ze iets van jullie zal willen aannemen ten behoeve van haar vele armen, dan kunnen jullie haar dat zeker wel aanbieden. En zo weten jullie nu ook, wie dat meisje is en waar ze vandaan komt, en hoe ze heet; maar ook haar schuld zij in het zand geschreven!
Hoofdstuk 45: Agricola herinnert zich Maria van Magdala - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Zoals jullie nu echter aan de ochtendhemel zien hoe zich daar allerlei wolken vormen en zich aan de horizon opstapelen, alsof ze het opgaan van de zon zouden willen tegenhouden, zo zullen zich ook grote aantallen allerhande belemmerende wolken torenhoog gaan verheffen tegen de eens komende grote opgang van de eeuwige en geestelijke zon der waarheid en veel schade aanrichten onder de mensen, maar de uiteindelijke grote opgang van de zon der waarheid toch niet kunnen verhinderen.
Hoofdstuk 46: Het gericht van het heidendom (8.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Dan zullen de liefhebbers van de waarheid in blij gejubel uitbarsten en Mij loven, omdat Ik hun reeds van tevoren het teken heb gezonden van Mijn opgang aan de hemel van de innerlijke geestelijke dag. Maar de vijanden van de waarheid zullen beginnen te jammeren en erg te knarsetanden en ze zullen zich, voorzover dat nog enigszins mogelijk is, met hun steeds minder wordende aanhangers in duistere hoeken trachten te verbergen, wat hen echter niets zal helpen; want als dan de volle zon van de waarheid opgegaan zal zijn, zal haar licht alle duistere hoeken en gaten en holen geheel verlichten, en de vijanden van het licht zullen op de hele nieuwe aarde geen toevluchtsoord meer vinden.
Hoofdstuk 46: Het gericht van het heidendom (8.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Ikzelf zal echter in die zon zijn als de eeuwige Waarheid en door middel van haar licht zal Ik bij de mensen heerser en leider zijn van hun leven en van hun tijdelijke, geestelijke en eeuwige lot.
Hoofdstuk 46: Het gericht van het heidendom (8.12.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Ik zei echter: 'Maken jullie je maar druk om iets anders, want buiten ons ziet niemand ook maar iets van dit verschijnsel!'
Hoofdstuk 47: De toekomst van Rome en van de antichrist - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Ik zei: 'Kijk, dat is de ondergang van het oude en tegelijk het begin van het nieuwe heidendom! Reeds over zo'n 500 tot 600 jaar, van nu af gerekend, zal het er daar letterlijk zo uitzien. Bekijk het beeld echter nu maar verder! ,
Hoofdstuk 47: De toekomst van Rome en van de antichrist - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Jullie moeten daarbij echter niet denken dat deze natuurlijke aarde dan zou vergaan en in een nieuwe veranderd worden, maar enkel de mensen zullen, doordat ze de goddelijke waarheid volkomen in hun hart opnemen, als ware broeders en zusters in Mijn naam met elkaar een nieuwe geestelijke aarde scheppen.
Hoofdstuk 48: Over het duizendjarige rijk - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Ik zou jullie nu nog wel veel kunnen zeggen en ook wel laten zien, maar jullie zouden dat nu nog niet kunnen verdragen; wanneer echter de Geest van alle waarheid en alle leven over jullie zal komen en jullie daarin wedergeboren zullen zijn, zal hij jullie binnenleiden in alle diepten van Mijn licht en jullie verheffen. Pas dan zullen jullie begrijpen en inzien wat voor grootse woorden Ik nu tot jullie en zodoende, via jullie, ook tot alle mensen gesproken heb.
Hoofdstuk 49: De missie van Gods kinderen aan gene zijde De bestaansduur van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Ik zeg jullie: van een dergelijke eventueel vastgestelde tijd en uur weet ook geen engel in de hemel iets af; dat weet alleen de Vader in de hemel! Want de hele schepping is Zijn grootse gedachte, die echter geen gedachte van tijd, maar een eeuwige gedachte is, en tevens de almachtige drager en behouder ervan. Ik heb jullie onlangs immers nog gezegd dat uiteindelijk al het materiële eenmaal tot iets zuiver geestelijks, maar als zelfstandig bestaand, veranderd wordt, en het is dus niet meer nodig om jullie daar nog meer over te zeggen.
Hoofdstuk 49: De missie van Gods kinderen aan gene zijde De bestaansduur van de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  279 - 280 - 281 - 282 - 283 - 284 - 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304  ...