Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 294 van 1112

...  282 - 283 - 284 - 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307  ...
[10] Stel je eens een heel verwekelijkt mens voor, die vanaf de wieg totaal niets hoefde te doen. Hij at en dronk de beste spijzen, leerde hoogstens alleen maar te praten en droeg behalve zijn kleren nooit enige last. Als zo iemand dan een gewicht van maar enkele ponden over een bepaalde afstand moet dragen, zal hij dat nauwelijks kunnen, omdat hij daarvoor zijn fysieke krachten nooit ook maar in het minst geoefend heeft. Als hij dan toch begint zijn lichamelijke krachten door een langzaam toenemende bezigheid te oefenen, zal hij het binnen enkele jaren ook zover brengen, grotere lasten met gemak op te tillen en te vervoeren. Maar zou hij ook tot deze grotere lichaamskracht gekomen zijn als hij maar steeds de andere mensen voor zich de lasten had laten tillen en dragen?!
Hoofdstuk 52: Over verzoeking en zwakheden. Oefen het denken! - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Weliswaar zijn ze ook een soort gericht, dat de ziel naar het goede dwingt; maar daardoor wordt de ziel toch haar vrije wil niet helemaal afgenomen, en zij kan zich tijdens en na een ziekte nog heel behoorlijk verbeteren, hoewel zij haar verdere vervolmaking pas aan gene zijde zal moeten verkrijgen.
Hoofdstuk 56: De voornaamste oorzaken van de ziekten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] De waard, die ook al gauw naar ons toe kwam, vroeg Mij stomverbaasd naar de reden van die machtige beweging van het water, terwijl er toch nergens iets van wind te bespeuren viel.
Hoofdstuk 57: De springvloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Maar IK zei tegen hem: 'Geloof het, Mij is alle macht in de hemel en op aarde gegeven, en het water wordt hier dan ook zo sterk bewogen omdat Ik dat wil! Ik heb er echter een reden voor, waarvan je je later zelf zult kunnen overtuigen.'
Hoofdstuk 57: De springvloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] IK zei: 'Maak je niet druk, want noch je schepen, noch je vissen zullen enige schade oplopen. Maar degenen die met kwade bedoelingen nu per schip op het water zijn, zal het niet zo erg behaaglijk te moede worden. Zij zullen weliswaar niet door de golven verzwolgen worden, maar hun boosaardige moed zal na het zeer moeizaam bereiken van de oever erg bekoeld zijn!'
Hoofdstuk 57: De springvloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] IK zei: 'O, over een kleinigheid! De twintig nieuwe leerlingen vroegen sommige van Mijn oude leerlingen die thuis gebleven zijn, naar de reden van deze hoge zee, en de oude leerlingen zeiden dat deze windstille hoge zee vast alleen door Mij om onbekende redenen, op wonderbaarlijke wijze veroorzaakt moest zijn. De nieuwe leerlingen willen dat echter niet helemaal accepteren en zeggen: 'Wij weten wel dat alles wat er gebeurt en ontstaat alleen van God de Heer afhangt; maar desondanks heeft Hij in de natuur door Zijn orde, gerechtigheid en wijsheid voor geheime krachten gezorgd die volgens Zijn wil werken. Weliswaar brengt Hij door Zijn wil de krachten eerst op gang; maar daarna werken de krachten direct en God door hen alleen indirect. Dat alles wat gewicht heeft naar beneden valt, heeft God oorspronkelijk zo ingesteld; maar nu drijft de op die wijze ingestelde kracht het eigen lichaamsgewicht vanzelf naar beneden. Zo heeft God oorspronkelijk het water zwaar en vloeibaar gemaakt. En juist deze door Hem gegeven eigenschap is nu ook de geheime kracht van het water die het van de hoogte onweerstaanbaar naar de diepte laat stromen, zonder dat God daarbij steeds hoeft in te grijpen om het water en de beken, rivieren en stromen verder te stuwen. En zo zal het nu ook bij deze windstille zeebeweging zijn; alleen is deze juist door de algehele windstilte opvallender dan wanneer die door een sterke, machtige orkaan zou zijn opgezweept. ' Daarom vroegen zij juist de reeds veel ervarener leerlingen door welke geheime kracht God nu deze beweging opgeroepen kon hebben.
Hoofdstuk 57: De springvloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[15] Onze Heer en Meester verricht daden waarvan Salomo nooit heeft kunnen dromen, en Zijn wijsheid en respectievelijk totale alwetendheid verhoudt zich tot de wijsheid van Salomo als de oneindigheid tot het kleinste puntje daarin; omdat zij echter niet bijna duizend jaar oud is en hier door jullie met oren en ogen kan waargenomen worden, en werkzaam is en verlicht, is zij voor jullie een dwaasheid. Denk daar zelf eens goed over na en zeg me dan of dat van mannen met enig verstand, wijs is!
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Ik zeg jullie ook dit: Als jullie eens als volleerde leerlingen in Mijn naam aan de mensen Mijn leer zullen gaan prediken, let dan op het volgende: Als men jullie ergens in een plaats of in een huis goed zal ontvangen, blijf daar dan en onderricht de mensen juist en goed, en doop hen vervolgens in Mijn naam met water zoals Johannes dat heeft gedaan, en Ik zal hen dan dopen met Mijn geest van boven!
Hoofdstuk 59: Het wezen van de wereldse mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] PETRUS zei: 'Heer, dan zal het voor ons toch wel niet zo gemakkelijk zijn om Uw woord aan de andere mensen te verkondigen! Want hoe zullen wij gewaarworden of iemand geschikt is om Uw evangelie aan te nemen? Die oude man buiten zou wat mij betreft een heel geschikt mens geweest zijn, omdat hij verder heel goedhartig is en in zijn vrije tijd graag spreekt over hogere en geestelijke dingen en voor zover mij bekend, ook graag arme mensen goed doet. Wel, als zulke mensen ook nog bij de twijfelachtigen behoren waarmee men zich niet zo veel moet bemoeien, dan zou ik echt niet weten wie men geschikt moet achten voor het mededelen van Uw evangelie.'
Hoofdstuk 59: Het wezen van de wereldse mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] Kijk, dat zijn nu de echte wereldse wroetende zwijnen, die je Mijn parels niet voor moet werpen; want zij maken zich om niets anders druk dan om de vraag of en hoeveel er met een zaak materieel te winnen is. Daarom heeft de rijke man je dan ook voorgehouden dat je je winstgevende werk hebt verlaten en Mij voor niemendal gevolgd bent.
Hoofdstuk 59: Het wezen van de wereldse mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Een voornaam MAN UIT KAPÉRNAUM, die Simon Petrus erg goed kende, riep hem bij zich en zei: 'Beste vriend! Je weet dat ik altijd vis van je kocht en je huis zoveel mogelijk ondersteund heb; maar het duurt nu al meer dan een jaar dat jij en een aantal rechtschapen en degelijke mensen helemaal voor niets met de Nazareese profeet rondtrekken en je daardoor een hoop vijanden bij de Joden op de hals haalt. Tegelijkertijd verwaarlozen jullie je huis en je familie, en dat kan God volgens de wetten van Mozes niet welgevallig zijn! Het is wel waar dat de Nazareeër af en toe heel buitengewone tekenen doet en je bijna in de verleiding zou komen hem voor een door God gezalfde profeet te houden; maar hoor je hem daarna spreken, dan weet je niet of er iets in z'n bovenkamer niet in orde is, of dat hij opzettelijk zoveel onzin uitkraamt dat een normaal mens het niet aan kan horen, zoals bijvoorbeeld gisteren in de school. Iedereen was benieuwd naar wat hij daar zou zeggen, omdat men al zoveel over zijn werkelijk buitengewone krachten zelf meegemaakt had en veel van zeer geloofwaardige ooggetuigen had gehoord; maar zijn toespraak van gisteren was toch zo dom, dat iedereen zich daaraan wel flink moest ergeren! Waarlijk, als jullie van hem niets beters leren, dan zijn jullie ter wille van jezelf en nog meer ter wille van jullie brave gezin, erg te beklagen! -Heb ik gelijk of niet?'
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] PETRUS antwoordde wat geprikkeld: 'Vriend, als je over onze Meester een deugdelijk oordeel wilt vellen, dan moet je Hem net als ik beter kennen! Ik ben nu meer dan een jaar voortdurend bij Hem en weet daarom ook veel meer dan jij ook maar kunt weten. Ik ben ook niet op mijn achterhoofd gevallen, ik ken de Schrift en kan daardoor ook veel heel grondig beoordelen; maar ik heb uit Zijn mond nog nooit een woord gehoord waaruit niet de diepste, goddelijke wijsheid zonneklaar is gebleken. Zelfs de toespraak van gisteren was vol innerlijk leven en goddelijke geest. Dat deze slechts door heel weinigen begrepen werd, ligt werkelijk niet aan Hem! Wanneer Hij Zich duidelijk openbaart en eindelijk verklaart wie Hij nu precies is, en niemand dat van Hem gelooft, hoe kan zulk verstokt ongeloof dan Zijn toespraak van gisteren begrijpen?!
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] Ja, als hij met zijn wonderdaden bijvoorbeeld uit Egypte of Perzië naar ons toe was gekomen, dan zou zijn hele persoon voor ons kortzichtige mensen duidelijk belangrijker zijn en ook zeker gemakkelijker een sterkere aantrekkingskracht op ons uitoefenen; maar wij kennen hem al vanaf dat hij een kind was en hij heeft vroeger zolang zijn vader leefde, nooit ook maar in het minst laten merken dat hij iets meer was dan een heel gewoon, stil, vlijtig en uiterst welgemanierd mens! Nu heeft hij zich opeens opgeworpen tot leraar en buitengewoon genezer van zieken en zelfs schijndode mensen, wat des te opvallender is en moet zijn omdat hij vroeger van dat alles nooit iets heeft laten blijken, en wij heel goed weten dat hij voorheen nooit een school heeft bezocht en nooit in het buitenland is geweest, waar hij zich zoiets eigen had kunnen maken.
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[20] Ik heb van jou nu voor de eerste keer iets gehoord over wat er eigenlijk achter onze Nazareeër schuilgaat, en kijk, hoe fantastisch jij ook over hem praat, ik vind het toch niet verwerpelijk, maar zelfs zeer de moeite waard om er ernstig over na te denken, het te onderzoeken en ook aan te nemen als aan alle nodige voorwaarden daarvoor geheel voldaan is! Dat lijkt mij helemaal niet onmogelijk, en de omstandigheden spreken er nu erg voor, omdat wij allen maar al te goed weten dat de Nazareeër zich die buitengewone bekwaamheden nergens in een geheime profetenschool eigen heeft kunnen maken omdat hij er nooit een bezocht heeft. Volgens zijn vader heeft hij zelfs nooit op een dusdanige manier leren lezen en schrijven dat men zou kunnen zeggen dat hij dat volledig beheerst. En daarom is zijn plotseling opgedoken gave des te opvallender, en is de onbegrijpelijke macht van zijn wil, waarvoor zelfs naar ik gehoord heb, letterlijk de hardste steen moet wijken des te bewonderenswaardiger. Ik houd alles voor waar omdat ik vorig jaar zelfgetuige was van zo'n daad, die hij duidelijk alleen maar door zijn wil volvoerd heeft. Maar jij, oude vriend, moet niet boos op mij worden wanneer ik als eenvoudig en bescheiden mens alleen maar menselijk met je praat!'
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Het was ongeveer drie uur voor de middag toen wij, op Mijn voorstel, onze kamer verlieten en terwijl wij een grote groep gasten passeerden naar buiten gingen. De waard, die het druk had met de gasten en steeds door hen aangeklampt werd, verontschuldigde zich bij Mij dat hij Mij vanwege al die gasten zo weinig aandacht had kunnen geven.
Hoofdstuk 60: De onverschilligheid van de kooplieden op geestelijk gebied - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  282 - 283 - 284 - 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307  ...