5587 resultaten - Pagina 297 van 373
... 285 - 286 - 287 - 288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307 - 308 - 309 - 310 ...
[5] Robert zegt met een glimlach: 'Heer, U bent zo goed, mild en vriendelijk, dat het alle begrippen te boven gaat! U spreekt werkelijk niet met mij als eeuwige Heer der oneindigheid, maar als de ene aardse vriend tot de andere, en alsof U werkelijk mijn raad nodig zou hebben! Ja dat, dat maakt U nog oneindig groter in mijn gemoed, dan wanneer U een menigte nieuwe werelden en hemelen voor mijn ogen zou scheppen. Dat U als God en Heer, oneindig machtig in Uzelf, ook oneindige dingen kunt vormen, vindt mijn hart heel natuurlijk. Maar dat U met mij, Uw schepsel, even vertrouwelijk spreekt en omgaat als een echte broeder met de andere, dat doet mij totaal verstommen voor Uw grootheid!Hoofdstuk 52: Het goede werk van Roberts geest. De minzaamheid van de Heer ontroert zijn hart. Zijn medelijden komt de danseressen ten goede - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Een God vol van de hoogste oermacht en wijsheid moet er weliswaar bestaan, dat kunnen mijn hart en mijn verstand nooit betwisten. Maar waar en wie is dit Godwezen? Kan het ooit door een schepsel worden gezien en begrepen? Ik kan me nog goed herinneren, hoe ik als student de bijbelse geschiedenis moest leren en daarbij in een van de vijf boeken van Mozes een tekst heb gevonden, die luidde: 'God kan niemand zien en daarbij in leven blijven! Deze betekenisvolle tekst zou Mozes vanuit een vuurwolk zijn toegeroepen, toen hij aan de Godheid die met hem sprak, zijn vurig verlangen voorlegde haar niet alleen te horen, maar ook te zien. Ik moet toegeven dat ik nog wel steeds zo half en half aan die Godheid bleef geloven. Maar wat het geloof betreft dat een zekere Jezus de volheid Gods zou bezitten, moet ik jullie, beste vrienden, eerlijk bekennen dat ik op dat punt een volstrekt ongelovige was en nog ben.
Hoofdstuk 54: Jellinek bewijst uit het boek der natuur het bestaan van God. Een beter inzicht over de Godheid zou de mens echter nooit kunnen verkrijgen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Jellinek zegt: 'O vriend, je stem klinkt wonderbaarlijk vriendelijk! Ieder woord van jou verwarmt mijn hart op een manier zoals ik die nog nooit heb ervaren. Als jij geen engel uit de hemel bent, zie ik voor eeuwig van mijn menszijn af. Ja, ja, jij moet een engel zijn! Weet je, ik zal bij je blijven en me heel nadrukkelijk op jou richten. Want hoe graag ik die goede vriend Blum ook mag, toch heb ik jou nu sinds jij met me hebt gesproken, volkomen onbegrijpelijk, veel liever! Maar nu aan tafel en een glaasje op de eeuwige vriendschap met elkaar gedronken! Want ik geloof dat er hier toch zeker geen Windischgrätz of een dergelijk iemand zal zijn, die over dit huis een standrecht zou kunnen afkondigen?'
Hoofdstuk 56: Jellineks hart ontbrandt in liefde voor Roberts vriend. Een hemelse wijn. Jellineks heildronk en het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Jellinek zegt, tot tranen bewogen: 'O goddelijke vriend, wat ben jij toch lief en goed! O, kon ik maar mijn hart uit mijn lijf scheuren en in jouw borst stoppen! Wel, geef me nu de beker maar!'
Hoofdstuk 56: Jellineks hart ontbrandt in liefde voor Roberts vriend. Een hemelse wijn. Jellineks heildronk en het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Robert zegt: 'Vriend Messenhauser, dat heb je echt mooi en waardig gezegd, omdat deze woorden werkelijk uit je hart en niet uit je verstand kwamen. Ik zeg zelfs: Mocht Windischgrätz nu hier komen als een noodlijdende geest, waarlijk, dan zal hij bij ons in ieder geval een betere ontvangst krijgen dan wij bij hem op aarde!'
Hoofdstuk 57: Uitwerking van de hemelse wijn. Vraag naar Christus en zijn Godheid. Veelbetekenend antwoord van Robert. Jellineks liefdes lijfspreuk - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Robert zegt: 'Volkomen! Alleen met het hart kan men God begrijpen; met het verstand nimmer. Maar nu beste vrienden, iets anders! Omdat we nu toch met het thema liefde bezig zijn, kunnen we dit er gemakkelijk bij laten aansluiten.
Hoofdstuk 57: Uitwerking van de hemelse wijn. Vraag naar Christus en zijn Godheid. Veelbetekenend antwoord van Robert. Jellineks liefdes lijfspreuk - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] Robert zegt: 'Wanneer bij wijze van proef hier verscheidene buitengewoon mooie vrouwen in de prachtigste balletkleding zouden optreden en ons met de grootste vriendelijkheid zouden bejegenen, maar daarnaast ook de ernstige maar vooral bovenmatig goede Godmens Jezus zou verschijnen, zeg me eens, vooral jij Jellinek, hoe zou je hart daar dan op reageren? Want ik weet, dat de zogenaamde balletdanseressen voor jou steeds het meest gevaarlijk waren!'
Hoofdstuk 57: Uitwerking van de hemelse wijn. Vraag naar Christus en zijn Godheid. Veelbetekenend antwoord van Robert. Jellineks liefdes lijfspreuk - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Allen stemmen welgemoed in met de wens van Jellinek. Deze reikt Mij met innige vriendschappelijke liefde de beker aan en zegt: 'Goede goddelijk verheven vriend, versmaad het niet deze beker uit de hand van een arme zondaar, een aardse landverrader aan te nemen! Waarlijk, zou ik hier iets beters hebben, hoe graag zou ik het je aanreiken als teken van mijn verering en hoogachting! Maar kijk, goud en zilver heb ik niet. Maar wat ik heb, namelijk deze beker en bovendien een warm hart dat jou als een hooggeachte vriend begroet, dat geef ik je! 0, neem het aan, zoals ik het je aanreik! Het is zeker wel wat vrijpostig van me dat ik het waag om jou, die zeker een engel bent, deze beker en mijn hart als onderpand van mijn vriendschap aan te bieden. Maar ik heb je nu eenmaal ook met mijn slechte hart lief, omdat ik voorheen in jouw weinige woorden zoveel vriendelijkheid, liefde en wijsheid vond. Ik ben wel een heel onreine geest, maar knijp dan je hemels milde ogen wat toe en denk: Die kerel weet niet beter! Weet je, ik weet nog lang niet hoe men met geesten zoals jij moet omgaan. Maar je kunt ervan verzekerd zijn, dat bij mij het hart op de tong ligt. Niet waar, vriend, je neemt me deze vrijpostigheid toch niet kwalijk?'
Hoofdstuk 56: Jellineks hart ontbrandt in liefde voor Roberts vriend. Een hemelse wijn. Jellineks heildronk en het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Ik neem de fles en schenk dezelfde beker vol. Dan zeg Ik: 'Hier, lieve vriend en broeder, neem deze beker en drink; en kom daardoor tot de volledige overtuiging dat jouw vriendschap Mij buitengewoon lief en dierbaar is! Wat praat je over je zonden? Welk mens zou een hart, dat zo vol is van onzelfzuchtige liefde, als een met zonden beladen hart kunnen zien? Ik zeg je, voor Mij ben je rein. Want jouw liefde voor Mij bedekt al je aardse zonden! Wat je echter nog hier of daar aan de wereld verschuldigd was... Ik zou een slechte vriend zijn, als Ik die schuld niet van je af zou nemen en ze niet voor jou zou vereffenen! Drink dan nu, broeder Jellinek, op onze eeuwige vriendschap!'
Hoofdstuk 56: Jellineks hart ontbrandt in liefde voor Roberts vriend. Een hemelse wijn. Jellineks heildronk en het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Jellinek zegt: 'Vriend Blum, dat is terwille van het bewijs echt niet nodig, maar wel echter terwille van mijn hart. Want ik moet eerlijk bekennen dat ik als hij nu zou komen en mij zou wenken hem te volgen, jullie allen ogenblikkelijk ontrouw zou worden! Want ik houd al meer van hem als de meest volmaakte, beste mens, dan van alle mensen op aarde bij elkaar. Hoeveel te meer zal ik hem dan liefhebben, als hij ook werkelijk God is! Om het hoe wil ik me helemaal niet bekommeren. Want ik heb eens een zinspreuk gelezen die luidde: 'God is liefde! Wanneer je hart ooit door een machtige liefde wordt gegrepen, denk dan: God is in deze liefde!' Kijk, deze spreuk is mijn barometer voor de aanwezigheid van God, ook in ieder mens. Als ik nu echter zo' n machtige liefde voor Christus in mijn hart gewaar word, dan zegt me juist deze liefde: Christus is, en moet wel God zijn, want waarom zou ik hem anders zo intens liefhebben? Daarom houd ik ook zoveel van deze hemelse broeder, omdat hij zeker veel goddelijke liefde in zich heeft. Heb ik gelijk of niet?'
Hoofdstuk 57: Uitwerking van de hemelse wijn. Vraag naar Christus en zijn Godheid. Veelbetekenend antwoord van Robert. Jellineks liefdes lijfspreuk - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Robert zegt: 'Lieve zusters, wat jullie nu zeggen doet mijn hart deugd, want ik maak daaruit op dat jullie een goede en zuivere instelling hebben. Maar jullie allen hoeven niets te vrezen. Want mijn beste vriend daar en ook ik, zullen ervoor zorgen dat jullie die gasten, en die gasten jullie, niet de geringste schade zullen toebrengen. Treedt dus maar dapper en onverschrokken op; want jullie zullen door je dans bij die drie gasten niets slechts of gevaarlijks, maar alleen goeds en prijzenswaardigs bewerkstelligen!'
Hoofdstuk 58: Toets voor Roberts vrienden met betrekking tot hun liefde voor de vrouw. Goede beantwoording door Jellinek en Messenhauser - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Jellinek bekijkt de danseressen met grote aandacht en zegt daarop met een diepe zucht: 'Ach broeder, ik kan er niets aan doen, maar bij het zien van zo'n voorstelling heb ik altijd hetzelfde gevoel! Ik moet je heel eerlijk bekennen dat ik daar nooit echt plezier aan heb beleefd. Integendeel, ik werd daarbij steeds vervuld van een zeker gevoel van weemoed en verliet dan heel zonderling gestemd het theater. Ik dacht op aarde vaak na over dat eigenaardige gebeuren in mijn gemoed. Maar ik was nooit in staat daarvoor een redelijke verklaring te vinden. Maar nu gaat mij heel duidelijk een licht op, en dat verheugt me meer dan al deze danskunstvoorstellingen. De oorzaak ligt in het volslagen nutteloze van dit gedoe met armen en benen. Zeg eens, welk nut kan men met deze kunst ooit beogen? Volgens mij niet het allerminste! Alle andere kunsten, de muziek, de dichtkunst en de schilder- en beeldhouwkunst, kunnen in hun zuivere en waardige vorm voor het menselijk gemoed van wezenlijk nut zijn. En wel, omdat ze het hart kalmeren en veredelen, en zodoende niet zelden een ruw mens tot een zachtmoedig en gevoelig mens opvoeden, en een ware liefde in zijn hart opwekken. Ook al laten we deze danskunst een nog zo'n. zuivere en waardige richting inslaan, toch zullen door haar meestal slechts onzuivere gevoelens in een ziel worden opgewekt. De natuur van bijna iedere man wordt na een dergelijke uitvoering steeds veel zinnelijker en begeriger.
Hoofdstuk 58: Toets voor Roberts vrienden met betrekking tot hun liefde voor de vrouw. Goede beantwoording door Jellinek en Messenhauser - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Hoe vaak zei ik dan bij mezelf: Wat zou jij voor mijn hart kunnen betekenen! Maar als gevallen engel besef je nooit de waarde van een hart dat jou zo graag uit het slijk waarin je gezonken bent weer zou willen verheffen tot werkelijke engel. De mammon van de wereld is nu je god. En blindelings vertrap je je eigen hart met voeten, waarmee je slechts de brutaalste ontucht prikkelt. Wat kunnen je de harten schelen waarin jouw betoverende voeten bij iedere stap giftige pijlen hebben geslingerd?'
Hoofdstuk 58: Toets voor Roberts vrienden met betrekking tot hun liefde voor de vrouw. Goede beantwoording door Jellinek en Messenhauser - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Houd daarom op met jullie domme geruzie en word zachtmoedig van hart, dan kunnen jullie gemakkelijk en vlug geholpen worden! Maar als jullie steeds ruzie blijven maken onder elkaar, dan zul je nog lang moeten lijden. En zo jullie al geholpen worden, zal deze hulp even karig toebedeeld worden, als jullie wederzijdse liefde en vriendschap is! Bedenk toch, dat we voor God allemaal gelijk zijn! Niemand heeft iets vóór op een ander, behalve diegene die het meest deemoedig is en de grootste liefde tot God en al zijn broeders in zijn hart draagt. Heb je dit goed begrepen?'
Hoofdstuk 65: De Weners en de onplezierige Bohemer. De heldin wendt zich tot Jellinek. Deze verwijst haar naar de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Na deze uitnodiging buigen de danseressen heel eerbiedig en de drie eersten zeggen: '0, beste, goede vrienden, jullie zijn veel te goed en te welwillend voor ons! Want onze onwaardige kunst is wel de minste van alle kunsten om van geesten zoals jullie ook maar de geringste waardering te verdienen. En zodoende kunnen we helemaal niet begrijpen waarom jullie zo goed kunnen zijn voor ons arme zondaressen? Waarlijk, als we ons nog op aarde in ons lichaam zouden bevinden, zouden zulke hartelijke en goede mensen grote invloed op ons kunnen uitoefenen. Maar hier zijn we volkomen arm van geest en we hebben niets anders dan wat jullie grote _goedheid ons doet toekomen. Daarom kunnen we ook voor jullie grote goedheid niets anders terug doen dan jullie uit het diepst van ons hart achten en liefhebben! Als we jullie zo mogen benaderen, dan willen we dolgraag blij met jullie zijn. Maar zou onze misschien te weinig zuivere liefde jullie niet aangenaam zijn, laat ons dan maar weer verder trekken en onze aardse zonden betreuren!'
Hoofdstuk 60: De danseressen verlangen opheldering over God. Robert onderricht ze: 'zoek het licht in jezelf'. Gevaar van het puur uiterlijke onderzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)