Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 300 van 728

...  288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313  ...
[9] Toen de Farizeeën dat van Mij hoorden, wisten ze niet wat ze Mij daarop konden antwoorden; de Romeinen hadden echter heimelijk leedvermaak, omdat Ik door Mijn woorden ingestemd had met de opvatting van Marcus, maar buitengewoon ingrijpende veranderingen in de opvatting van de schriftgeleerde aanraadde. De Farizeeën merkten dat echter en ergerden zich heimelijk, hoewel ze daar niets van lieten blijken.
Hoofdstuk 90: De juiste heiliging van de sabbat - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Kijk, jouw grote wereldzee heeft ook zijn begrenzing in het verre westen, net als iedere andere zee; en daar is nog een enorm groot continent, dat door het latere nageslacht vanuit Europa in westelijke richting ontdekt zal worden. Vanuit de noordoostelijke uitlopers van Azië is het echter al bijna meer dan duizend jaar geleden ontdekt en is sinds die tijd bewoond door verschillende volkeren uit Azië, waaronder zelfs ook de oude Foeniciërs, Trojanen en Grieken.
Hoofdstuk 94: Een beschouwing van de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Vanuit Europa naar het westen zal het echter pas ontdekt kunnen worden wanneer hun schepen van een betere kwaliteit zullen zijn dan die jullie schepen tegenwoordig hebben.
Hoofdstuk 94: Een beschouwing van de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] De tweede reden is echter dat er dikwijls totaal geen damp aanwezig is; want als de lichtstralen van de zon vrijwel helemaal niets tegenkomen wat dicht genoeg is om op te kunnen vallen en vandaar gebroken weer verder geprojecteerd te kunnen worden, dan kun je ze niet waarnemen, hoewel ze er toch wel zijn. Iets dergelijks kun je ontdekken bij de maan, net als bij de andere planeten.
Hoofdstuk 94: Een beschouwing van de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Nu zei Marcus: 'O Heer en Meester, hoe groots en heerlijk, hoe vol liefde en eeuwige waarheid zijn Uw woorden, en hoe gelukkig is degene die ze begrijpt en volgens de geest ervan handelt! Maar hoe weinigen zijn er die dat willen horen en ter harte willen nemen! Wij zullen echter wel doen wat U ons aangeraden hebt; want wij weten en geloven nu werkelijk dat U alleen de Heer en Meester, U alleen de ene en ware God van eeuwigheid bent en dat alles wat er in de oneindigheid bestaat door U geschapen is en aldoor in stand gehouden wordt. Daarom ook zij U alleen alle lof, alle prijs en al onze daadwerkelijke liefde en aanbidding!
Hoofdstuk 95: Over de kracht van het kleine - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] In latere tijden zullen er echter maar al teveelonderzoekers van alle natuurverschijnselen opstaan en alles afwegen en goed berekenen, en dat zal voor het bestrijden van vele verkeerde ideeën en het vernietigen van het zwarte bijgeloof zeker goed en nuttig zijn; maar toch zullen velen van dergelijke onderzoekers dermate ver afdwalen, dat ze het geestelijke standpunt helemaal zullen kwijtraken en in de dode materie zullen rondzwerven, en dat is dan ook niet meer iets goeds.
Hoofdstuk 96: Het ontstaan van de wind - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[2] Van de zeven geesten nu is het de zevende, die als het ware met terugwerkende kracht alle zes voorafgaande door en door zuivert en verzacht, en deze zevende geest heet daadwerkelijke erbarming. En kijk, ook om die reden heeft God bij monde van Mozes de zevende dag tot sabbat bestemd, zodat jullie je op die dag van de slaafse arbeid voor jullie eigen buik zouden onthouden en bij de samenkomst voor de tent, waarin de ark stond, naar jullie arme broeders en zusters, weduwen en wezen zouden omzien en je metterdaad over hen zouden ontfermen; want dat houden immers de hele wet van Mozes en alle profeten in, namelijk dat jullie in volkomen geloof in God en in liefde tot Hem aan jullie arme naasten de werken van de echte barmhartigheid zullen doen, en dat is ook de enige ware en Mij welgevallige godsdienst!
Hoofdstuk 92: Over het invoeren van de sabbat (8.2.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik zei: 'Inderdaad, zoals Ik jullie op de Olijfberg al gezegd heb; toch zien jullie temidden van deze vele zonnen ook verscheidene centraalzonnen waar, zoals jullie reeds bekend is, de planetaire zonnen met al hun planeten in grote cirkels omheen bewegen, en ook zien jullie die grotere centraalzonnen weer, waaromheen zich hele zonnegebieden bewegen, en ook een paar van die centraalzonnen, waar hele zonnenallen zich in uiterst grote cirkels omheen bewegen. Maar het zou van weinig of helemaal geen nut voor jullie zijn, als Ik ze jullie nu ook met de vinger zou aanwijzen; wanneer jullie echter in je geest gewekt zullen zijn, zal de Geest van het meest innerlijke leven en alle waarheid jullie zeker in al het licht binnenleiden. En hoe dat mogelijk is en zal zijn, heb Ik jullie op de Olijfberg al enkele malen zelf aanschouwelijk laten ervaren. Hier kan Ik voor jullie alleen maar herhalen dat er in het huis van Mijn Vader heel vele en grote woningen zijn'
Hoofdstuk 94: Een beschouwing van de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] En kijk, precies hetzelfde is het geval wanneer de mensen Mij liefhebben, eren en prijzen! Wie Mij liefheeft en in stilte prijst en daarbij in alle deemoed zijn kleinheid en Mijn alles erkent, eert Mij werkelijk geheel en al in de geest en in de waarheid en Ik schep een groot welbehagen in hem, en wat zo heel gering lijkt, heeft grote gevolgen. Wie Mij echter met grote wereldse praal, met allerlei nietszeggende ceremoniën en lange gebeden en gezangen eert en prijst en daarbij gelooft, dat dat Mij genoegen doet, vergist zich flink; want een dergelijk prijzen is een gruwel in Mijn ogen, als het van de priesters uitgaat; en als het onwetende volk Mij daardoor meent te eren en Mij daarmee om genade wil vragen, zal het door Mij niet op grote schaal verhoord worden, zodat het tot het inzicht komt dat zulke grote en pronkerige gebeden en vereringen Mij absoluut niet bevallen
Hoofdstuk 95: Over de kracht van het kleine - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Dat winden die uit het noorden komen koud zijn, en winden die uit het zuiden komen warm, wordt veroorzaakt door de klimatologische omstandigheden. In het noorden van de aarde is het koud omdat er zoveel sneeuwen ijs is, en daarom kan daar ook geen warme wind vandaan komen. Naar het zuiden toe wordt het, doordat de zonnestralen meer loodrecht op de aarde vallen, steeds warmer en aan de evenaar van de aarde zelfs heet, zoals je reeds uit ervaring weet, en daarom zijn de uit het zuiden komende winden dan ook warm; in de grote zandwoestijnen worden ze vaak verzengend heet. In het eigenlijke en diepe zuiden worden de zuidenwinden vanwege het daar aanwezige poolijs en de sneeuw ook weer heel koud, evenals de noordenwinden dat hier op het noordelijke halfrond zijn.
Hoofdstuk 96: Het ontstaan van de wind - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Maria van Magdala vertelde Maria en Martha verscheidene verhalen over de tempeldienaren, en hoe die veel moeite hadden gedaan om haar te verleiden en aan hun kant te krijgen, en wat voor grote geschenken ze haar gebracht hadden. Zij had echter gedacht: 'Dat kunnen de armen goed gebruiken' ; en zo was ze dan ook enkel en alleen vanwege de armen de tempeldienaren ter wille geweest. Maar zelfs deze manier om zich tot zonde te laten verleiden was haar slecht bekomen; want kort daarna was ze in bezit genomen door zeven boze geesten, en daar had ze veel van te verduren en te lijden gehad. En ze vertelde nog vele dingen uit de tijd van haar lijden en ook, hoe Ik haar van die kwade geesten verlost had, bij welke gelegenheid zij zich ook weer in alle liefde, met alle innigheid van haar hart tot Mij wendde.
Hoofdstuk 98: De waakzaamheid van de ziel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] Nu echter vroeg een ander uit de groep joodse Grieken, die ook een Farizeeër was: 'Heer en Meester, U weet al sinds eeuwigheid in Uw geest wat U morgen allemaal gaat doen en ondernemen! Af en toe hebt U ons dat ongevraagd laten weten; daarom kan het nu toch ook niet zo heel verkeerd zijn als ik U vraag wat U morgen allemaal gaat ondernemen.'
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[19] Daarop stonden allen op en begaven zich naar de plaatsen, waar rustplaatsen voor hen klaargemaakt waren. Ik bleef echter tot de morgen op Mijn ruststoel in de zaal.
Hoofdstuk 99: Uitgekomen en niet uitgekomen voorspellingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] Ik zei: 'Ja, ja, Mijn beste vriend en broeder, jij hebt deze zaak heel juist en goed opgevat; want zo was het inderdaad, althans vanuit een natuurlijk standpunt bezien. Maar daarachter zit nog een ongelooflijk veel diepere wijsheid, die echter alleen diegene kan zien die ziet en voelt vanuit zijn innerlijke geest en de dood van zijn materie in zoverre heeft overwonnen als die nog invloed had op de ziel en haar angstig maakte.
Hoofdstuk 101: De vlucht kraanvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Rafaël leidde echter volgens Mijn wil de jeugd op een andere, grotere heuvel en hield zich met hen bezig. Toen hij de jongeren de heuvel toonde waar Ik Mij op bevond, vielen ze allemaal op hun knieën en loofden en prezen Mij van gans er harte als de goede, lieve Vader.
Hoofdstuk 103: De Romeinen komen bij de Heer aan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  288 - 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313  ...