17481 resultaten - Pagina 301 van 1166
... 289 - 290 - 291 - 292 - 293 - 294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 ...
[5] Ik was het ook die de tempel afraadde om tegen de wonderen van jullie instituut te velde te trekken, omdat de tempel daardoor zijn eigen wonderen verdacht zou maken. En zie, mijn raad werd van de kant van de tempel tot nog toe nog altijd zeer gerespecteerd en je kunt niet beweren, dat er door de tempel ooit iets wezenlijks tegen jullie ondernomen is! En als ik mij echter tegen jullie nog als een aartsjood heb gedragen, dan zal ik dat als lid van jullie instituut zeker niet doen, en dat nu des te minder, nu wij hier allemaal de grootste levenswaarheid hebben gevonden en een en dezelfde Heer en Meester van eeuwigheid! Als mijn aanbod je bevalt, neem het dan aan, en dan ben ik met al mijn niet zo geringe schatten jullie man in de naam van de Heer!'Hoofdstuk 104: Stahar vertelt over zichzelf en zijn levenservaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] De huisorde van de Heer is en blijft voor de sterfelijke mens altijd een onoplosbaar raadsel. Maar wat kan de machteloze mens anders doen dan de zaak met alle geduld zo nemen als hij komt; want door ons kan hierin niets bepaald en veranderd worden! Of kunnen wij nu of ooit eerder gezorgd hebben, dat wij nu zo toevallig als maar mogelijk is het allerkolossaalste en intensiefste levenslicht bereikt hebben? We zochten lang genoeg met alle lantaarns om ons van een ware God tenminste zoveel begrip te verschaffen, dat we met volle overtuiging aan hadden kunnen nemen dat er een God moet zijn die alles leidt en beheerst. Maar tevergeefs!
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Je hebt je weliswaar daarstraks aan mij gestoord toen ik bepaalde uitlatingen deed die de Godheid van de Heer, waar absoluut niet aan te twijfelen valt, in twijfel trokken. Heimelijk beviel jouw ernst mij, en als het menens was geweest met mijn voorgewende twijfel, -geloof me, dan had ik je ook wel van repliek gediend! Maar heimelijk verheugde ik me echt over jou; want ik dacht bij mezelf: ' Als je wist, waarom Ik nu eigenlijk precies mijn twijfels naar voren bracht, dan had jouw hart moeten jubelen! Het verbaasde mij alleen, dat je daarbij de vrolijke gelijkmoedigheid van de Heer over het hoofd hebt gezien, en dat je de ware diepgang van de woorden die Raphaël tot jou richtte niet geheel vatte. Daarom zeg ik je nu nogmaals, dat de vele ervaringen die ik heb opgedaan van grote waarde zijn! Vriend, wie Albions (Engelands de Uitg.) kusten heeft gezien, heeft beslist heel wat ervaren!
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Als jij twintig vrienden uitkiest waarvan is gebleken dat ze goed en oprecht zijn, dan kun je er op rekenen dat er zich onder hen beslist een verrader bevindt, die bij de eerste de beste gelegenheid een schurk kan zijn! Ik sta hier aan het hoofd van negenenveertig collega's, kun jij dan met zekerheid aannemen dat er niet één bij is die met twee tongen praat?! Maar sapienti pauca* (* Een wijze heeft maar een half woord nodig), -je begrijpt me hopelijk; want men kan er nog altijd beter niet te hard over praten! Dat was ook de reden dat ik van tafel opstond om een eindje verderop iets vrijer een paar woorden met jou te kunnen wisselen. Op mijn vriend Floran kun je bouwen, dat klopt, maar dan blijven er nog achtenveertig over; en het is zeer noodzakelijk dat we ons er van te voren volledig van vergewissen hoe ze er innerlijk over denken voordat we met hen een geheel nieuw veld gaan bebouwen!
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] STAHAR ziet dat ook en zegt: 'Ja, ja, je hebt gelijk, er gebeurt iets, en zo te zien weet ook Zijn naaste omgeving niet wat er te gebeuren staat! Cyrenius vraagt Hem blijkbaar heimelijk wat Hij van plan is; ma.ar deze keer schijnt de Heer niet rechtstreeks antwoord te willen geven! Ja, ja, mijn beste Cyrenius, een God is nog wel iets meer dan zo'n keizer van Rome.
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] ROCLUS zegt: 'Mijn hemelse vriend, dat weet ik even goed als jij; maar het gaat er hier nu alleen maar om, of Hij nu niet iets heel bijzonders wil gaan doen!"
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'Tenslotte zal er een tijd komen dat de mensen erg knap en handig in alle dingen zullen worden, en allerlei machines zullen bouwen die alle menselijke arbeid zullen verrichten als levende, met verstand begaafde mensen en dieren; daardoor zullen echter vele mensenhanden werkeloos worden, en de maag van de arme, werkeloze mensen zal veel honger kennen. De ellende van de mensen zal dan een ongelooflijke hoogte bereiken. Dan zullen er weer mensen door Mij worden opgewekt, deze zullen meer dan tweehonderd jaar lang de waarheid van Mijn naam verkondigen. Degenen die hun woorden ter harte zullen nemen, zal het tot heil strekken, ofschoon hun aantal maar klein zal zijn!
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Wat Ik onlangs in Jeruzalem in de tempel met de geldwisselaars en duivenhandelaren heb gedaan, dat zal Ik dan op grote schaal doen op de gehele aarde. Ik zal alle handelshuizen en geldwisselplaatsen vernietigen door de vijand, die Ik vanuit het verre luchtruim naar de aarde zal zenden als een bliksemschicht met veel geraas en gekraak. Waarlijk, daartegen zullen alle legers van de aarde tevergeefs vechten; maar Mijn weinige vrienden zal de grote, onoverwinnelijke vijand geen leed aandoen, hij zal ze sparen voor een geheel nieuwe kweekplaats, waaruit nieuwe en betere mensen zullen voortkomen!
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Begrijp dit goed! Denk vooral niet dat Ik dat allemaal zo wil hebben en dat het daarom al allemaal zo bepaald zou zijn! Dat alles zij verre van MIJ en jullie! Maar het zal zijn als vóór de tijd van Noach: de mensen zullen van hun omvangrijke wereldse kennis en hun verworven kundigheden een steeds slechter gebruik maken en geheel uit vrije wil allerlei gerichten uit de diepten van Mijn schepping over zichzelf en tenslotte over de gehele aarde afroepen. Maar daar zeg ook Ik dan met jullie, Mijn achtenswaardige Romeinen: Volenti non fit iniuria!*( *Aan degene, die wil, geschiedt geen onrecht!)
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Jij was een volslagen atheïst, ik niet minder! Maar sommigen van de~e negenenveertig collega's waren daar altijd te dom voor; die geloofden in het overduidelijke bedrog van de tempel. Daarom kunnen het alleen maar bijgelovige, oerdomme fanatici zijn! En geloof me dat zulke mensen altijd gevaarlijker zijn voor ons, ware mensen, dan een hele kudde leeuwen! Daarom is het hier zeker op z'n plaats om op onopvallende manier je verstand te gebruiken. En zie, dat ik schijnbaar tegen de Heer in opstand kwam, heeft goed gewerkt! De meesten gaven mij ongelijk en zijn het eens met de wijze Floran; er zouden er nog slechts een paar kunnen zijn die eerder op mijn hand zijn dan op die van Floran. Maar zelfs die menen, dat ik mogelijkerwijs misschien toch wel een beetje te ver ben gegaan!En, beste vriend Roclus, oordeel nu naar eer en geweten, ten eerste of ik juist gehandeld heb, en ten tweede of ik net als Floran jouw vriendschap waard ben!'
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] ROCLUS zegt: 'Mijn zeer gewaardeerde Stahar, zoveel woorden waren daar werkelijk niet voor nodig; want Ik wist met jou toch wel meteen :waar ik aan toe was, en ik denk werkelijk en hoop ook zeker dat wij belden, een en hetzelfde doel dienend, gezegend en succesvol zullen werken. De Heer zal ons met Zijn hulp niet verlaten, en daarom gaan wij vast een mooie toekomst tegemoet, die hier op aarde wel nooit geheel, maar toch wel aan gene zijde schitterend in vervulling gaat. -Maar laten we. nu weer naar onze plaats gaan! De enigszins onaangename wind wordt minder, en toch blijft het firmament met zijn ontelbaar vele sterren totaal helder. Als ik me niet vergis, maakt de Heer aanstalten om weer iets te gaan doen of ons een nieuwe les te verkondigen, -en dan moeten we geheel oog en oor zijn!"
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Maar zoals desalniettemin toch geen enkele spiegel, ook geen Alexandrijnse, alles in zijn spiegelbeeld kan opnemen wat er in zijn totaliteit binnen in de zon is en gebeurt, zo kan ook ik niet in mijzelf waarnemen wat de. Heer in Zichzelf denkt en besluit. Op het juiste moment begint Zijn wil dan wel naar buiten toe uit te stralen en ik, evenals allen die zijn zoals ik, nemen die wil dan meteen volledig in ons op en dragen hem uit in de gehele oneindigheid; daarom dragen wij ook vanwege deze eigenschap de naam 'aartsboden', omdat wij de uitdragers en de uitvoerders van de goddelijke wil zijn. En zie, mijn gewaardeerde vriend Roclus, ook nu besluit de Heer iets in Zichzelf; maar ik weet niet waar het uit bestaat, omdat de Heer het nog in Zichzelf vasthoudt en nog niet naar buiten laat stromen!
Hoofdstuk 106: Het beperkte inzicht van de engelen in het denken van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Na ongeveer ruim een half uur verhief IK mij snel en zei met luide stem: 'Mijn kinderen, broeders en vrienden! Ik zie dat jullie er allemaal in zeer gespannen verwachting naar uitzien of Ik niet iets zal doen of zal zeggen. Maar waarlijk, Ik zeg jullie dat Ik dit keer verder niets te zeggen en te doen heb bij jullie; want Ik heb gedurende de tijd van zeven dagen dat ik bij jullie was bijna alles uitputtend besproken, en gedaan wat voorlopig voor jullie nodig is om in de komende tijd Mijn rijk volledig in je hart op te nemen. Maar jullie grote gespannenheid zet Me ertoe aan om voor jullie nog steeds iets te zeggen en te doen, ofschoon ook Mijn ledematen enigszins moe zijn geworden. Maar wat doet de liefde der liefde niet allemaal? Luister dus aandachtig en doe je ogen wijd open!
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Morgen nemen wij voor langere tijd afscheid en Ik zal over bijna een jaar deze streek weer bezoeken en met Mijn voeten betreden; maar omdat Ik hier zo'n grote overwinning heb bevochten en daarom een blijvend monument in de vorm van dit badhuis en de nieuwe haven heb opgericht, dat niet gemakkelijk ooit geheel verwoest zal worden -behalve in een tijd dat het geloof aan Mij zal verdwijnen en daarmee de liefde -, wil Ik dan ook nog iets doen. Dan echter, als geloof en liefde onder de mensen niet meer zullen bestaan, zullen hordes barbaren deze landen binnenvallen en alle gedenktekens verwoesten van deze grote tijd, die zich sinds Mozes tot aan Mij over deze landen heeft uitgebreid.
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Maar allen die Mij in hun geloof en hun liefde trouw zullen blijven, zullen voor het gericht gespaard worden; want Ikzelf zal Mij voor hen met het zwaard omgorden en voor hen te velde trekken. En iedere vijand zal moeten wijken voor Mijn zwaard! Het zwaard zal heten 'Immanuel' (God de Heer met ons), en de scherpte ervan zal de waarheid zijn, en de aanzienlijke zwaarte ervan de liefde van God, de Vader van Zijn trouwe kinderen. Wie wil strijden, moet dat doen met de scherpte van de waarheid uit God en met de kracht van de liefde uit het hart van de Vader van eeuwigheid! Met dit wapen toegerust zal hij triomferen over iedere vijand van Mijn naam, en derhalve over de vijand van het leven en de waarheid!"
Hoofdstuk 107: Een voorspelling van de Heer over de toekomst: de volksverhuizing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)