Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 306 van 1490

...  294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319  ...
[1] (DE HEER:) 'Ik geef jullie hiermee een Gods en levensleer, die zo ver van iedere ceremonie afstaat als de ene pool van de hemel van de andere; deze behoeft geen sabbat, geen tempel, geen gebedshuis, geen vasten, geen eigen Aäronstaf en -kleed, geen hoofdbedekking met twee horens, geen ark van het verbond, geen rookvat, geen gewijd water en al helemaal geen vervloekt water! In deze leer is de mens zelf alles in alles en heeft niets anders nodig dan zichzelf.
Hoofdstuk 132: De verlossing van het ceremoniële juk en de wet - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Omdat echter ware liefde tot God zonder daadwerkelijke naastenliefde niet denkbaar is en deze naastenliefde ook niet zonder ware liefde tot God, zijn deze beide vormen van liefde in de grond van de zaak ook slechts één liefde en derhalve één en dezelfde ware aanbidding van God. Wie dat in zich heeft, die heeft alles, de hele wet en het profetendom, in zijn eigen hart verenigd en heeft verder absoluut niets meer nodig.
Hoofdstuk 132: De verlossing van het ceremoniële juk en de wet - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Hiermee hef Ik nu al het oude en ook de wet van Mozes op; Ik bedoel niet dat men deze voortaan geheel moet negeren - zeker niet -, maar alleen Voorzover deze wet tot nog toe een uiterlijke dwang was om zo en zo te handelen, waar aardse straffen op stonden; want op die manier was de wet een rechter die op ieders nek zat, en een blijvend gericht waar geen mens zich van kon bevrijden. Een mens die gebukt gaat onder de last van de wet, bevindt zich daardoor immers ook in een voortdurend gericht; en wie zich in een gericht bevindt, is geestelijk dood en vervloekt door de innerlijke, goddelijke levensvrijheid.
Hoofdstuk 132: De verlossing van het ceremoniële juk en de wet - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Alleen.als de wet van hemzelf wordt, en onderworpen is aan de vrijheid van Zijn eigen vrije wil, dan houdt alle gericht, vloek en dood bij de mens op, en dat is nu precies waarom Ik hoofdzakelijk naar deze wereld ben gekomen, om alle mensen te verlossen van het juk van de wet, van het gericht, van de vloek en de dood, en daarom ook neem Ik vanaf nu al het uiterlijke weg en geef jullie daardoor waarachtig aan jezelf terug en maak jullie juist daardoor pas waarachtig tot ware godskinderen en tot heer over iedere wet en het gericht.
Hoofdstuk 132: De verlossing van het ceremoniële juk en de wet - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Wanneer jullie, en dus ook jullie leerlingen, je voortaan onveranderd aan deze norm houden, dan zal er ook nooit een gericht over jullie kunnen komen, omdat jullie dan immers boven het gericht staan. Maar als jullie je op het een of andere vlak iets gelegen laten liggen aan een oude, uitwendige wet en op een of andere manier nog aan een oude, uiterlijke formaliteit hangen, zullen jullie je ook weer aan een gericht blootstellen en de dood zal in dezelfde mate bezit van jullie nemen als jullie jezelf onder een oude, formele wet hebben geplaatst!"
Hoofdstuk 132: De verlossing van het ceremoniële juk en de wet - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Hier zegt ROCLUS: 'Ja Heer, hoe zit het dan met de politieke wetten van de staat, moet men zich daaraan houden? Men moet zich hier toch naar richten, ook al is men nog zo zeer heer over zichzelf geworden? Of kan men ook met deze wetten zo omgaan als met die van de grote profeet Mozes?"
Hoofdstuk 133: De houding van Gods kinderen tegenover politieke staatswetten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] IK zeg: 'Maar vriend, hoe kan men verordeningen van een staat wetten noemen? Wetten zijn immers alleen de bekendgemaakte wil van Gód; staatswetten zijn toch alleen maar de hoogst veranderlijke wil van een méns en deze kunnen nooit op iets anders betrekking hebben dan op zeer uiterlijke en materiële zaken die het lichamelijke leven aangaan. Als ze goed zijn, zul je ze ook goedkeuren en aanvaarden met je vrije wil, en als dat het geval is, ben je ook al meester van de staatswetten en dan kun je daardoor niet meer in een gericht komen. Als ze echter slecht zijn, ben je vrij om je er van los te maken en ergens anders naartoe te gaan waar wijzere wetten zijn, of om de wetgever zachtmoedig te wijzen op de gebreken van sommige wetten en hem een juiste en goede raad te geven. Neemt hij de raad aan, dan is het goed om te blijven; maar neemt hij de raad in zijn heersershoogmoed niet aan, trek dan weg! Want de aarde is groot en heeft vele landen, volkeren, rijken, koningen en vorsten.
Hoofdstuk 133: De houding van Gods kinderen tegenover politieke staatswetten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Ik Zelf ben nu toch ook op deze aarde en schik me, wat Mijn uiterlijke persoon betreft, naar de voorgeschreven orde van de Romeinse keizer en kom daar nooit tegen in opstand, ook niet schijnbaar! Verlies Ik daardoor soms iets van de orde in Mijn innerlijke Godswezen? Absoluut niet, -Ik ben die Ik ben, onveranderd, en Mijn raad wordt ook door diegenen aangenomen die de macht van de heerser in handen hebben, en daarom ben Ik Heer en Meester over hen en niemand vraagt Me: 'Heer, hoe doet U dat?'
Hoofdstuk 133: De houding van Gods kinderen tegenover politieke staatswetten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Natuurlijk is daar ook die resolute moed voor nodig, die geen vrees heeft voor de dood van het lichaam; maar waarom zou iemand daar ook bang voor zijn, als het hem uiterst duidelijk is, dat hij het eeuwige leven in zich draagt en volkomen heer is geworden over het leven in zichzelf en daarom ook heel goed moet weten, dat ten eerste degenen die wel zijn lichaam kunnen doden, aan de ziel en haar eeuwige levensgeest absoluut geen schade meer kunnen toebrengen, en dat ten tweede de ziel met het wegvallen van het zware lichaam voor eeuwig een onuitsprekelijke winst ten deel valt, waar alle schatten van deze aarde eeuwig nooit tegenop zouden kunnen wegen!
Hoofdstuk 133: De houding van Gods kinderen tegenover politieke staatswetten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] ROCLUS zegt: 'Heer, dat is allemaal zuiver goud, en de waarheid van dit alles is nu tastbaar duidelijk! Daarom moet in alle eeuwigheid der eeuwigheden deze leer zo zuiver als diamant blijven; ze zal in de toekomst van mijn instituut ook zo blijven, daar zullen mijn collega's en ik alle zorg aan besteden!
Hoofdstuk 134: Grondregels voor de opvoeding van kinderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Maar ik heb daarnaast nog een kleinigheid die me nog niet duidelijk is; als Ik ook wat dat betreft weet wat ik moet doen dan is alles in orde, zo zuiver en stevig als een diamant, zoals ik me deze nu eenmaal niet anders kan voorstellen. Mijn vraag betreft de opvoeding van kinderen in Uw leer! Moet men bij hen ook iedere symbolische voorstelling van iets dat men hun bij wil brengen zoveel mogelijk vermijden?"
Hoofdstuk 134: Grondregels voor de opvoeding van kinderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Leer ze eerst maar heel mechanisch lezen, schrijven en rekenen; verder kun je hen de vorm van de aarde nog onthullen; laat hen meteen van alles de ware reden zien, voor zover ze dat aankunnen en ze deze kunnen bevatten! Verrijk hen met allerlei nuttige kennis en laat hen ook samen met jullie allerlei kleine ervaringen opdoen, en maak hen enthousiast voor alles wat goed en waar is.
Hoofdstuk 134: Grondregels voor de opvoeding van kinderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Om te beginnen geef Ik je voorlopig de verzekering, dat Mijn dienaar Raphaël af en toe naar je toe zal komen en jullie met raad en daad terzijde zal staan. Voor de rest van de tijd heeft hij immers al zijn duidelijke instructies en weet hij wat hij moet doen in de tijd dat Ik hier op aarde ben en waar hij zich bij tijd en wijle op moet houden. Deze toezegging die Ik je nu gedaan heb, geldt alleen voor heel bijzondere gevallen die zich in jullie instituut tijdens de periode van de vernieuwing kunnen voordoen.
Hoofdstuk 135: Te verwachten moeilijkheden in het instituut der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] De leider zond weliswaar meteen van veel geld voorziene boden naar alle richtingen; maar als de zaak zo verloopt staan we met ons hele instituut te schande en raken we in grote verlegenheid, tot vrolijk hoongelach van de afgunstige en jaloerse Farizeeën, temeer daar er zich juist dit keer, waar ik me goed van bewust ben, enkele kinderen van Farizeeën onder schijnen te bevinden, waarmee deze afgunstigen zeker van plan zullen zijn om ons aan de tand te voelen!
Hoofdstuk 135: Te verwachten moeilijkheden in het instituut der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Maar watje zelf moet doen, zal Ik je nu nog in korte bewoordingen meedelen. Jullie hebben intussen in het instituut nog de uiterst geraffineerde inrichting om doden op te wekken, zoals die was en nog is; ook bevinden zich daar nu nog precies honderdzeven kinderen van drie tot veertien jaar, waarvan iets meer dan de helft meisjes.Jullie zijn nu in grote verlegenheid, omdat jullie in je mensenkweekplaatsen nauwelijks twintig gelijkende kinderen hebben; jullie hebben nu boden naar alle delen van de wereld gezonden met geschilderde portretten, om tegen elke prijs kinderen aan te kopen die hierop lijken. Maar deze boden doen slechte zaken; want waar ze ook maar iets aantreffen wat er op lijkt, wordt het hun voor geen enkele prijs verkocht, en kinderen die er niet op lijken kunnen ze toch niet gebruiken. - Wat is je reactie op deze gang van zaken?"
Hoofdstuk 135: Te verwachten moeilijkheden in het instituut der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  294 - 295 - 296 - 297 - 298 - 299 - 300 - 301 - 302 - 303 - 304 - 305 - 306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319  ...