Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 318 van 1490

...  306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331  ...
[1] AZIONA zegt: 'Wel, dat hangt er in eerste instantie vanaf, of ik dat geheel en al wil! Inderdaad nemen we niet gemakkelijk iets aan, als we van te voren niet opvallende verschijnselen gezien hebben. En aan de zichtbare werking van de door u aan mij bekend gemaakte reden ontbreekt het hier absoluut niet; mijn voorraadkamer is vol etenswaren, en nu hier deze wijn uit het puurste water! Dat zouden dan toch, zoals men zegt, aardig tastbare bewijzen ervoor zijn! Maar het komt er nu op aan om duidelijk te weten of jullie misschien niet toch heimelijk een of andere specificum bezitten dat in nog zo geringe hoeveelheid toegevoegd ieder zuiver water in wijn moet veranderen! Dat zal waarschijnlijk wel niet het geval zijn; maar die gedachte moet wel bij iemand opkomen, als hij dit zuivere wonder ziet; en zolang men die gedachte niet kan tegenhouden, is er geen sprake van dat er helemaal geen twijfel is, en werkt het door u goed beschreven volledige geloof ook niet! En daarom zie ik bij voorbaat maar al te goed in, dat niemand van ons, bewoners van deze plaats, ooit in staat zal zijn om ook maar een druppel water de smaak van wijn te geven!
Hoofdstuk 175: De stoïcijnse wereldvisie van visser Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Kortom, ik bezit, hoe eenvoudig ik er hier ook uitzie, allerlei kennis en ervaringen! Ik ken het levenskruid van de koningsslang en ik ken de wondersteen Bezoar. Ik ken Azië tot ver in Indië, ik ken Europa, was in Spanje, in het land van de Galliërs en ook in Brittannië, ik ken de gewoonten en de talen van deze landen, kwam weer naar Griekenland en leerde daar wijzen kennen van de school van de grote wijze Diogenes en zei toen: 'O, wat is de mens toch een grote dwaas! Hij trekt door landen en grote rijken vanwege dat domme geld; Diogenes, de grootste wijze, was gelukkig in zijn ton, omdat hij als geen ander heel duidelijk heeft ingezien, begrepen en bewezen, dat de wereld en haar schatten totaal niets te betekenen hebben en het vergankelijke aardse leven volledig waardeloos is..
Hoofdstuk 175: De stoïcijnse wereldvisie van visser Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Tien jaar geleden verliet ik toen met mijn gezelschap Athene en trok naar deze verlaten plek, weg van de wereld. Hier bouwden wij deze hutten, waar we nu heel tevreden in wonen. Wij worden gevoed door onze kleine kudde geiten, die we mee hadden genomen, en de hier rijkelijk voorkomende vis, waarvan we alleen met het overtollige, vanwege het zout, een beetje handel dreven met de stad Caesarea.
Hoofdstuk 175: De stoïcijnse wereldvisie van visser Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Maar nu deze stad enkele dagen geleden aan de vlammen ten prooi is gevallen, is ook deze handel natuurlijk opgehouden, en wij allen hebben nu al vier dagen lang tot onze grote vreugde ondervonden, dat men ook zonder zout kan leven, omdat men toch door een of andere onzichtbare macht van de natuur gedoemd is te leven.
Hoofdstuk 175: De stoïcijnse wereldvisie van visser Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] En jij, woordvoerder, zult dan ook begrijpen, dat deze reële kennis van mij veel meer waard is dan jouw vaste, ongetwijfeld volle geloof! Wat heeft het voor zin, als je met je volle geloof hele rijen bergen verplaatst, maar uiteindelijk toch moet sterven en in de nooit eindigende vernietiging moet overgaan? Wij allen zijn niets meer dan een spel van de grote natuur tussen aarde, maan en zon! Tussen deze drie vormen zich toevallig wetmatigheden, die momenteel het leven op de aardbodem veroorzaken. De blinde, zwak bezielde mensen zien dat natuurlijk niet in; maar wij, die door zeer vele stralen van de zon zijn gereisd, hebben het leren kennen en kunnen met het beste geweten van de wereld aan iedereen vertellen wat het leven is en wat men er van te verwachten heeft'
Hoofdstuk 175: De stoïcijnse wereldvisie van visser Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Toen jij en je gezelschap ingewijd waren in deze levensleer van tevredenheid, besloten jullie al gauw om naar hier terug te gaan, vanwaar je vertrokken was, en om je ergens in de buurt van de stad Caesarea in een nog vrij gebied te vestigen en daar een weliswaar arme, maar toch zo gelukkig mogelijke mensenkolonie te stichten. En zoals jullie ongeveer tien jaar geleden hier zijn aangekomen en je hier hebt gevestigd, zo zijn jullie nog.
Hoofdstuk 176: Johannes onthult het leven van Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] JOHANNES zegt: 'Over dit hoofdstuk hebben we weliswaar reeds gesproken; maar om je nog een nadere vingerwijzing te geven zeg ik je dat God, de Heer van de hemel en van deze aarde, ieder mens die naar de waarheid streeft een gevoel in z'n hart heeft gelegd, dat de waarheid nog veel eerder herkent en beseft dan een nog zo ontwikkeld verstand.
Hoofdstuk 177: Het ware, levende geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] In de hersenen heeft de ziel alleen maar haar ogen, oren, reuk en haar smaak; hier gaat echter geen leven van uit, omdat deze zelf slechts gevolgen zijn van het leven.
Hoofdstuk 177: Het ware, levende geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (JOHANNES:) 'Het echte ware geloof van een mens die begint te geloven, lijkt op wijnmost die in een zak wordt gedaan. Als het echte druivemost is, begint hij weldra te gisten. Door deze gisting werpt de most alles van zich af wat niet volledig wijn is. Heeft hij alles uit zichzelf verwijderd wat niet van zijn soort was, dan wordt de most een zuivere en krachtige wijn, die, wanneer men er van drinkt, alles met leven vervult, omdat hij zelf in zekere zin leven is. Doe je echter een andere vloeistof in de zakken, dan zal deze ofwel helemaal niet tot gisting komen ofwel hoogstens gaan rotten en tot stinkende ontbinding overgaan, waardoor ook de zak wordt aangetast en vernietigd.
Hoofdstuk 178: De weg tot het ware geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Gods kracht is niet een op enigerlei wijze beperkte kracht, maar zij doordringt de hele eeuwige oneindigheid. En als zo in verbinding met die goddelijke kracht je levenskern in beweging wordt gebracht, dan wordt tegelijkertijd ook de goddelijke kracht in je bewogen, en als deze dan in jou iets wil, dan gebeurt zonder meer wat zij wil.
Hoofdstuk 178: De weg tot het ware geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Toen je naar Illyrië kwam en daar vreselijk slechte zaken had gedaan, werd je kwaad. Toen kwam er in het dorp Ragizan een Griek naar je toe, die Athene aanprees en je daar gouden bergen beloofde. Deze Griek was echter een gewone schipper die met zijn boten langs de kust voer, en het was er hem alleen maar om te doen dat hij passagiers naar Athene kreeg voor zijn lege boten. Of jij in Athene iets te winnen had of niet, kon hem niet schelen. Kortom, je bedong de prijs met de Griek voor de reis naar Athene en kwam na een saaie tocht van drie weken gelukkig en goed behouden in Athene aan, waar je in de oude stad, die rijk is aan klassieke kunst, meteen bij je eerste optreden enorm werd uitgefloten.
Hoofdstuk 176: Johannes onthult het leven van Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] JOHANNES zegt: 'Neem alleen maar de waarheid aan; die zal haar werk ook zonder jouw handen doen! Als je midden in de nacht de duisternis bekijkt, kun je je ook vol angst afvragen hoe deze toch zal wijken voor de komende dag. Wie zal haar wegvagen? Ik zeg je: Maak je daarover geen zorgen! Laat eerst maar het zonlicht komen, dat zal het meteen winnen van de duisternis, al is deze nog zo dicht! En zoals God te werk gaat in de grote uiterlijk zichtbare natuur der werelden, zo werkt Hij ook door Zijn levensgenade zon in het hart van de mens. -Begrijp je dat?"
Hoofdstuk 178: De weg tot het ware geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Die waren hogelijk verbaasd over dit alles, en EEN van hen zei: 'Merkwaardig, ik hecht eigenlijk helemaal geen waarde aan dromen, - maar de droom die ik deze nacht had lijkt door deze hoogst merkwaardige ontmoeting volkomen als waar bevestigd te worden!'
Hoofdstuk 179: De droom van Hiram - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Ik bekeek deze grote glans met steeds grotere belangstelling en ontdekte spoedig daarop een groot schip, dat juist deze baai binnenvoer. Dit schip verspreidde zoveel licht, dat het me gauw duidelijk werd, dat de vooraf gaande grote lichtglans alleen van dit schip kon stammen. Ik ontdekte ook snel mensen op dit lichtschip, van wie er vooral Een meer licht verspreidde dan de middagzon. En ook de anderen, op één na, verspreidden veellicht, maar toch zo, alsof ze gelijk de witte zonnewolkjes door die Ene werden beschenen. Het schip naderde snelonze nederzetting. Ik werd door grote angst bevangen vanwege het steeds sterker wordende licht, zodat ik me haastig in mijn hut probeerde te verbergen. Maar toen werd ik wakker en zag dan pas in, dat het slechts een droom was.
Hoofdstuk 179: De droom van Hiram - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Ofschoon ik, zoals ook ieder van ons, geen waarde hecht aan een droom, heeft deze merkwaardige lichtdroom me toch tot op dit ogenblik beziggehouden en ik riep mezelf meerdere malen toe: 'Nee, dat is geen gewone, zinloze droom! Die zal op een of andere overeenkomstige wijze in vervulling gaan!' En zie, hier gebeurt het al!
Hoofdstuk 179: De droom van Hiram - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  306 - 307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331  ...