Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 319 van 1166

...  307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332  ...
[9] Hierop jammerden ze nog meer en smeekten om genade en beloofden totale beterschap van hun slechte leven. Ze vroegen of Ik alleen deze ene keer genade voor recht wilde laten gelden. Daarbij werd hun gekerm vanwege de pijn steeds erger, zodat Aziona en Hiram en zelfs enkele van Mijn leerlingen voor hen begonnen te smeken.
Hoofdstuk 194: De achtervolgers staan terecht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] IK zei: 'Geloof Me: Zo gauw Ik hen nu voor maar tien tellen van hun welverdiende kwellingen bevrijd, zullen ze zich onmiddellijk als woedende tijgers op ons storten en ons willen verscheuren! O, Ik weet het beste hoe men met engelen, mensen en echte duivels om moet gaan! Waarlijk, voor deze tussen Mijn mensenkinderen gesmokkelde aartsduivels bestaat er in Mijn hart geen erbarmen meer'
Hoofdstuk 194: De achtervolgers staan terecht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Hoeveel zachtaardige meisjes en jongens tussen de acht en twaalf jaar hebben ze niet tot de dood toe geschonden, zelfs onder de grootste martelingen, en daarna hun lichaam als voer voor hun vele honden geworpen! En als bijvoorbeeld treurige ouders het waagden om slechts uitgebreid te onderzoeken wat er met hun kinderen gebeurd was, konden ze er al bij voorbaat op rekenen dat hun laatste uur spoedig geslagen had. En hun gerechtsdienaren en gezworen helpers waren op zichzelf geen haar beter, maar indien mogelijk nog gruwelijker. Wanneer je je dit allemaal en vaak nog duizendmaal slechtere dingen erbij voorstelt, zul je Mijn toorn hier heel goed kunnen begrijpen.
Hoofdstuk 195: Het levensverhaal van de achtervolgers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Ze wisten echter ook heel goed, dat niemand hen bij de Romeinen zo gemakkelijk kon verraden als Ik, omdat ze reeds veel over Mij gehoord hadden. Daarom stuurden ze er ook steeds achtervolgers op uit om naar Mijn persoon te zoeken, maar altijd zonder resultaat; daarom wilden ze nu zelf het gewenste werk uitvoeren. Maar Mijn geest in Mij zei: 'Tot hier en niet verder! ' En zo hebben ze nu hier hun lang verdiende loon ten volle ontvangen.
Hoofdstuk 195: Het levensverhaal van de achtervolgers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Hierop weet Judas Iskariot eigenlijk niets terug te zeggen en hij incasseert alles rustig; want hij heeft door Mijn onverbiddelijke bestraffing van de woestelingen grote vrees voor Mij gekregen. Spoedig hierna ging hij op het gras liggen slapen.
Hoofdstuk 196: De geldzucht van judas. De voordelen van nachtelijke rust op ligstoelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Hierna zei HIRAM: 'Ja, ja, nu heb ik de man pas echt goed bekeken! Hij is dezelfde die ik in mijn jullie bekende lichtdroom heel donker en zonder enig licht heb gezien; u, heer en meester, was de stralendste! -Maar zeg me nu, hemelse vrienden, kennen jullie dan geen slaap en moeheid op de manier zoals wij mensen? Dan zouden we nu onmiddellijk allerlei matten, die we hebben, en ander slaapmateriaal kunnen gaan halen!"
Hoofdstuk 196: De geldzucht van judas. De voordelen van nachtelijke rust op ligstoelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Ja, Mijn beste vrienden, jullie hebben werkelijk veel ervaring en zijn thuis in de wetenschappen, maar wat dat betreft wordt het moeilijk voor ons om een voor jullie begrijpelijk antwoord te geven! Want ten eerste is deze aarde al een ontzettend oud hemellichaam, gemeten naar jullie tijdsbegrip; er is geen voor jullie begrijpelijk getal waarmee men het aantal jaren van haar bestaan zou kunnen uitdrukken.
Hoofdstuk 197: De oergeschiedenis van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Daarbij hebben de mensen dus absoluut geen gevaar te duchten, en Mijn geest zal hen dan wel leiden, zodat ze reeds lang van te voren de juiste voorzieningen daarvoor kunnen treffen. -Heb je dat nu een beetje begrepen?"
Hoofdstuk 198: De oergeschiedenis van de levende wezens op aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Ja, er zullen zich wel hier en daar grotere en kleinere gemeenschappen vormen die uw leer aannemen, begrijpen en ook een tijdlang zuiver zullen houden; maar al gauw zullen er ofwel, zoals wij hier een paar uur geleden hebben gezien, machtige wereldse booswichten op hen afkomen en hen bederven, of de gemeenschappen zullen nieuwe leraren en hoeders van deze nieuwe leer aanstellen, waaruit zich in de loop der tijd geheel dezelfde priesters zullen ontwikkelen als wij nu met duizenden tegelijk overal kunnen zien.
Hoofdstuk 203: Hirams voorstelling van de Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Enkele leerlingen begonnen bijna te lachen en THOMAS klopte Judas Iskariot eens flink op zijn schouder en zei: 'Goed geschoten, herder! Je pijlen treffen precies het doel! Dat was nu eens een slag op het juiste moment! Ik had je graag hardop terechtgewezen vanwege je verlangende blik naar het schip en die rotswand daar; maar ik dacht bij mezelf: 'Misschien doet iemand anders het wel!' En inderdaad, ik heb me in mijn vurige verwachting niet vergist! Kijk, je had je daarstraks gemakkelijk meteen door een aardige beer mee naar die rotswand kunnen laten dragen! Als je toevallig niet samen met de anderen door die echt Indische fijnproevers mee zou zijn opgegeten, had je je morgenvroeg mooi alle daar aanwezige kostbaarheden kunnen toeëigenen! Maar nu ziet het geheel er wel een beetje bedenkelijk uit!
Hoofdstuk 196: De geldzucht van judas. De voordelen van nachtelijke rust op ligstoelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] HIRAM zegt: 'Maar, enige opperwijze en machtige meester van het leven en heer van alle mensen! Als de aarde al zo ontzettend oud is, wat woonde er dan voor een geslacht op deze aarde vóór de eigenlijke, op ons lijkende mensen? Want ze kan toch immers niet bijna een halve eeuwigheid lang tot aan uw eerste mensen toe vierduizend jaar geleden, geheel verlaten en leeg zijn geweest, dus helemaal voor niets om de grote zon draaiend! Of was ze tot die tijd werkelijk slechts geheel verlaten en leeg? Het is weliswaar zeer onbehoorlijk van mij om zoiets aan u te vragen; maar ik zie dat er in u en in deze jonge man waarlijk onmiskenbaar een soort alwetendheid aanwezig is, en daarom zult u mij ook wel in dit opzicht mijn aandringen ook hierover iets te willen horen, wel niet kwalijk nemen"
Hoofdstuk 197: De oergeschiedenis van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Bij een groot volk gaat het met ongeveer negen tiende deel van de mensen meer of minder goed of heel slecht, en slechts een tiende deel kan zeggen: 'Behalve het sterven is het allemaal nog net uit te houden! ' Wat blijft er dan anders over dan om op een of andere manier het geloof van het arme volk leven in te blazen en het door allerlei uit de aangeboren menselijke poëzie ontsproten hoopvolle verwachtingen te troosten, ofwel met een Elysium aan gene zijde of met een wonderbaarlijke Messias (Redder) , die geheel identiek is met de eerste Godheid. Met die hoop gaat natuurlijk vol zalige verwachting de ene generatie na de andere het graf in en men rust dan heel gerust zonder geloof en hoop in de vriendelijke, koele moeder aarde. Ik voor mij heb hier niets op aan te merken; maar zoals de mensen het zich voorstellen is het volgens mijn oprechte overtuiging niet!"
Hoofdstuk 202: De vraag over de Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Wil het aannemen van uw leer vruchten afwerpen dan is het bovenal nodig dat het menselijk gemoed zich geheel afwendt van alle materiële wereldse voordelen, welke dat ook zijn. Als de mensen zich nooit zullen willen verheffen boven de ploeg, spade, bijl en zaag om in hun noodzakelijke levensbehoeften te voorzien, en nergens waarde aan hechten dan alleen maar aan de puur geestelijke, innerlijke levensontwikkeling, dan zou het kunnen gaan. Maar waar is dat nu nog mogelijk bij de huidige wereldcultuur van de mensen?! Wie ruimt de talloze materiële wereldse belangen uit de weg?
Hoofdstuk 203: Hirams voorstelling van de Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] En als uw nog zo goddelijk ware en zuivere leer in zo'n oud werelds moeras gezaaid wordt, zou ik wel eens willen zien wat voor een enorme hoeveelheid onkruid er op zal schieten midden tussen de edelste scheuten van uw gezaaide leerzaad! Bij ons,ja, als wij een eigen land zouden kunnen hebben dat afgesloten was en ver verwijderd van alle andere mensen, zou de leer zeker het langst zuiver blijven; maar in de rest van de wereld zou het haar waarschijnlijk niet zo goed vergaan!
Hoofdstuk 203: Hirams voorstelling van de Messias - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Wat de hoofdzaak betreft ben Ik het met jouw mening helemaal eens, maar met haar speciale opmerkingen over het opzetten, verspreiden en behouden van zo'n leer niet helemaal, ofschoon er in een bepaald opzicht ook wat dit betreft iets voor jouw mening te zeggen is.
Hoofdstuk 204: Messias en verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  307 - 308 - 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332  ...