15542 resultaten - Pagina 321 van 1037
... 309 - 310 - 311 - 312 - 313 - 314 - 315 - 316 - 317 - 318 - 319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 ...
[6] Toen keken de beide Farizeeën naar de hut die bovenop de rotsformatie gebouwd was, en vroegen Nikodemus wie zich dan wel in de hut bevond.Hoofdstuk 144: Farizeeën bezoeken Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] De man uit Opper-Egypte zei: 'Ja, ja, ik zal er wel een verrichten; maar jullie moeten mij eerst vertellen om welke belangrijke redenen zoals jullie dat zelf in het begin aan Nikodemus hebben meegedeeld - jullie vandaag met je helpers hierheen gekomen zijn, omdat je toch, daar het morgen sabbat is, thuis had moeten blijven om voor morgen allerlei voorbereidingen te treffen, want jullie mogen op de sabbat niets doen. Zeg mij eens heel precies en naar waarheid de belangrijke reden van jullie huidige komst, en dan zal ik een teken voor jullie doen; maar kom me niet met leugens aan! Want als jullie met leugens komen, zal ik ook een teken voor jullie doen, - maar niet tot jullie heil, maar tot jullie verderf!'
Hoofdstuk 144: Farizeeën bezoeken Nicodémus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[8] De Egyptenaar zei: 'Deze dieren heb ik juist hierheen geroepen om jullie te laten zien dat een volmaakt mens heer is over de hele natuur. Ik roep ze nu ook dadelijk naar beneden, zodat jullie hen van dichtbij beter zult kunnen bekijken!'
Hoofdstuk 145: De man uit Opper-Egypte onthult de gedachten van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[9] Daarop maakte de Egyptenaar met zijn rechterhand slechts één beweging en de reuzenadelaars schoten pijlsnel naar beneden en omringden de tempeldienaren. Die schrokken geweldig en vroegen de Egyptenaar dan ook om de dieren, die zich heel wild en woest gedroegen, te bevelen hun geen kwaad te doen! ' .
Hoofdstuk 145: De man uit Opper-Egypte onthult de gedachten van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Jullie woede en toorn tegen Hem zal nooit verhinderen. Kijk hier naar mijn dieren! Iedere keer dat ik maar over Hem spreek, buigen zij hun koppen helemaal naar de grond, - en in jullie borst groeit daarbij de onuitroeibare wrok! Deze dieren beschamen jullie wijsheid en waardigheid; maar jullie zinken steeds dieper in de poel van jullie verderf En toch zeggen jullie dat je je leven kunt beteren als je de waarheid zou kennen? Hoe kan een blinde het licht zien en begrijpen, als er in hem geen licht is en ook niet kan zijn, omdat hij volkomen blind is? Evenmin kunnen jullie een waarheid begrijpen, omdat er nog nooit waarheid in jullie geweest is.
Hoofdstuk 146: De bestraffing van de rijke Barabe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Maar de alwetende en door jullie zo gehate profeet uit Galilea ging naar het genoemde straatarme en totaal verlaten gezin, waarvan de kinderen naakt om brood bedelden en niets kregen, hoewel deze plaats de bakoven voor vrijwel heel Jeruzalem is, en gaf de ouders door Zijn almachtige wil hun gezondheid terug. Daarna gaf Hij hun brood, wijn en fatsoenlijke, goede kleren en liet hen door die voorname Romeinen uit dat miserabele onderkomen halen.
Hoofdstuk 146: De bestraffing van de rijke Barabe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Kijk naar de reuzenadelaars! Zij moeten, omdat jullie voor hen als voedsel - zoals ik al gezegd heb - veel te miserabel en slecht zouden zijn, hun buik vullen met de kudde van die o, zo goedhartige Barabe, en om te maken dat zij gemakkelijker de kudde aan kunnen, zullen zij door evenveel wolven en beren geholpen worden! Ik wil het, en zo geschiede het!'
Hoofdstuk 146: De bestraffing van de rijke Barabe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] Zodoende kan ik jullie zeggen, dat jullie zelf jullie Mozes allang volkomen aan de kant hebben gezet, en omdat jullie zo graag over jullie medemensen heersen en een sterke neiging hebben naar traagheid, luxe, hoererij en echtbreuk, voor jullie zelf wetten hebben gemaakt, wanneer je je medemensen kwelt en pijnigt. Jullie leggen hun ondraaglijke lasten op, die je zelf voor geen goud van de wereld met een vinger aanraakt omdat je in jezelf niet meer in een God gelooft. Want als jullie nog in een God zouden geloven, zoals eens jullie stamvader Abraham geloofd heeft, dan hadden jullie de wetten die God aan Mozes gegeven heeft, beslist niet vernietigd en verdraaid. Dan hadden jullie de profeten die God onder jullie heeft opgewekt om jullie steeds te laten weten hoe ver je van Zijn wegen afgeweken bent, niet met stenen gedood.
Hoofdstuk 145: De man uit Opper-Egypte onthult de gedachten van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[19] Maar Salomo was in zijn laatste tijd, met al zijn twijfels toch nog veel beter dan jullie nu zijn. Zijn begeerte naar pracht en ook zijn grote zucht naar vrouwen hebben Salomo het misnoegen van de Heer bezorgd, omdat Salomo Hem negeerde, hoewel Hij hem tweemaal verschenen was, met hem gesproken had en hem waarschuwde, om nooit van Zijn wegen af te dwalen. Het gevolg daarvan was dat zijn grote rijk verdeeld werd en aan zijn zoon slechts het kleine gebied rondom Jeruzalem werd toebedeeld; en zelfs deze genade viel Salomo alleen maar ten deel vanwege zijn vader David. Maar jullie zal helemaal geen genade meer ten deel vallen, jullie zullen ondergaan in de poel van jullie ontelbaar vele zonden en jullie totale onverbeterlijkheid!'
Hoofdstuk 145: De man uit Opper-Egypte onthult de gedachten van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] De Egyptenaar zei, terwijl hij naar de twaalf adelaars wees: 'Kijk daar eens! Die wilde roofvogels zullen eerder in Hem geloven dan jullie! Heeft Hij jullie al niet meerdere malen in de tempel onderwezen, en heeft Hij in jullie bijzijn niet de grootste tekenen verricht? Waarom geloofden jullie Hem dan niet?! Hoe meer Hij onderrichtte en hoe groter de tekenen waren die Hij deed, des te toorniger en wraakzuchtiger werden jullie! Als dat nu ontegenzeggelijk bij jullie het geval is, hoe kunnen jullie dan zeggen, dat jullie dat alleen maar doen om tot de volle waarheid te komen en er zeker van te zijn dat Hij de heilbrenger voor Israël is, aan wie jullie zouden geloven? Maar ik vraag jullie, wie ter wereld zou Hem beter aan jullie bekend kunnen maken dan juist Hijzelf? Als jullie Hem niet geloven, wie wil je dan geloven en voor wie wil je je leven dan gaan beteren?'
Hoofdstuk 146: De bestraffing van de rijke Barabe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] Toen de Egyptenaar dat gezegd had, verhieven de reuzenadelaars zich plotseling, stortten omlaag op de daar grazende schapen en elke vogel hief er één in zijn klauwen omhoog en vloog daarmee naar de bergen. Tegelijkertijd ontdekte men beneden op de weide ook al een aantal wolven en beren, waardoor de hele grote kudde volledig vernietigd en gretig verslonden werd, - bij welke gelegenheid de herders natuurlijk zo snel ze konden op de vlucht sloegen.
Hoofdstuk 146: De bestraffing van de rijke Barabe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[16] De vier tempeldienaren keken totaal verbluft naar beneden in het dal, en geen van hen waagde het om er ook maar één enkel woord over te zeggen.
Hoofdstuk 146: De bestraffing van de rijke Barabe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] De Egyptenaar zei: 'Wat jullie nu ter verontschuldiging naar voren gebracht hebben, weet ik maar al te goed; maar ik weet ook dat juist jullie het zijn en waren, die strikt aan de kant van jullie hogepriester stonden en die de eigenlijke kern vormden van de felste vijandigheid tegen de grootste profeet die de aarde ooit heeft gedragen, - en dat is boosaardig en slecht van jullie.
Hoofdstuk 147: De belofte van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[6] Ik zeg jullie echter volgens Gods eeuwige wijsheid in Mij: De grote Meester, die vervuld is van Gods geest en van al Zijn kracht en macht, wil de mensen niet door pure tekenen, maar veeleer door Zijn zuivere, wijze leer op de weg van het licht en van het leven brengen, omdat tekenen de mensen wel dwingen om aan Hem en Zijn woord te geloven, - maar zij schenken niemand een innerlijk vrije, levendige overtuiging van de grote waarheid. Zolang de mens deze waarheid, die hij zich kan verschaffen door nauwgezet volgens de leer te leven, echter niet heeft, zolang is hij wat zijn ziel betreft ook nog als een dode te beschouwen. Want het pure, blinde en opgelegde geloof geeft de mens geen innerlijk waarachtig leven, maar alleen het geloof dat vol licht is en levend is geworden door ernaar te handelen, en dat wordt nooit bereikt door uiterlijke wonderen, maar alleen door het levende woord van de eeuwige waarheid uit God, door die mens die het als waarheid aanneemt en er naar leeft.
Hoofdstuk 147: De belofte van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Omdat de grote Meester uit Galilea wel het best weet en inziet wat Zijn mensen het ware heil brengt, verricht Hij Zelf openlijk naar buiten toe maar weinig tekenen, maar Hij leert de mensen alleen volledig naar waarheid de wil van God kennen en wekt hen ook op om er naar te handelen; tekenen doet Hij alleen maar wanneer Hij er zeker van is, dat zij niemands ziel kunnen schaden.
Hoofdstuk 147: De belofte van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)