Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 331 van 1490

...  319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344  ...
[6] Maar het is nu allang middag geworden, de spijzen staan op tafel, laten we daarom gaan en onze lichamen een matige versterking geven, opdat niemand zegt dat iemand bij Mij gebrek zou hebben geleden. In Jeruzalem zijn wel mensen die allerlei vastendagen hebben en zich daar ook streng aan houden, in de veronderstelling dat ze daardoor het hemelrijk verdienen; maar deze vergissen zich zeer omdat ze na hun lichamelijke dood een rijk verwachten dat waarlijk nergens aanwezig is.
Hoofdstuk 222: De leerlingen verwonderen zich over de veranderde omgeving. Over het vasten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Deze schepen waren een soort achterhoede van hetgeen hier in de voorgaande nacht door de vissers op Mijn bevel als een goede strandbuit in beslag werd genomen. Deze achterhoedeschepen hadden al de hele nacht en ook deze halve dag rond gelaveerd, maar vonden nergens meer een spoor. Daarom dachten ze dat dit schip waarschijnlijk in deze moeilijk te bevaren baal de koers kwijt was geraakt en misschien zelfs schade had geleden. Maar deze baai leek niet meer op de vroegere en daarom wisten deze achterhoedeschippers niet waar ze aan toe waren en daarom zonden ze een lichte verkenningsboot verder de baai in.
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] IK zeg: 'Wees kalm; deze verkenningsboot zal spoedig omkeren! Ik zal een wind. sturen, die de terugkeer van de boot beslist zeer zal bespoedigen"
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Maar AZIONA zei: 'Heer, zie, ze zijn nu wel uit het zicht verdwenen, maar ze zullen terugkomen zodra de wind gaat liggen! O, deze mensen zijn als een slecht geweten en hardnekkig als een kwaadaardige ziekte! Die laten hun plannen en hun doel nooit varen en als deze het niet zijn, - die hun zoeken nauwelijks zullen opgeven -, dan zullen er binnen de kortste keren wel weer anderen komen die hetzelfde doel nastreven; en als ze dat schip hier vinden, ziet het er slecht voor ons uit, want tegen het geweld van de machtigen bestaat geen recht! Ik zou dat hele zondaarsschip liever helemaal vernietigen dan met het bezit ervan steeds in angst te zitten!"
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] IK zeg: Als Ik je echter zeg dat je daarvoor absoluut geen angst hoeft te hebben, kun je wel rustig zijn! Degenen die hier nu te zien waren zullen nooit weer terugkeren, en een tweede of zelfs derde achterhoede nog minder, want het is algemeen bekend dat.de Galilese zee om deze tijd zeer stormachtig is, en behalve door enkele vissers wordt hier weinig gevaren omdat men de stormen niet vertrouwt, -en over enkele maanden is deze hele gebeurtenis zo goed als vergeten!
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Nu zegt EPIPHANES: 'Vriend Aziona, onder zulke garanties zou ik er niet voor terug schrikken om zelfs van heel Rome bezit te nemen, als deze Heer en Meester tegen mij zou zeggen: 'Ga heen en zeg: De Heer heeft mij de hele stad gegeven en hiermee maak ik bekend, dat van nu af aan alles wat hier staat, leeft en groeit mijn volste eigendom is!' En zie, geen mens op de wereld zou mij zo'n door de Heer verleend recht afhandig kunnen maken, en ieder zou zich moeten schikken in de almacht van de goddelijke wil!
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] En hetzelfde is ook hier het geval! Welke aardse macht zal de strijd met deze goddelijke macht winnen? Want voordat ze het zwaard ter hand zou nemen voor de strijd, zou ze immers reeds vernietigd zijn! Ja, wanneer de Heer en Meester zal toelaten dat Zijn vijanden de hand aan Hem zullen slaan, zullen ze Hem zelfs ook wellichamelijk kunnen doden; maar zolang Hijzelf het ondoorgrondelijk geheime 'fiat!' niet in Zichzelf heeft uitgesproken, zal ook niemand het wagen ook maar de zoom van Zijn kleed aan te raken, -en als iemand het waagt, kon het hem wel eens vergaan zoals het de misdadigers van gisteren is vergaan! Dus voor hen, die als ware vrienden met deze ware Godmens door alle grote gevaren van de wereld op hun pad trekken, is de grootste veiligheid reeds gegarandeerd.
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[14] En dat gebeurde mij zojuist, toen ik uit de mond van onze God en onze Heer en Meester de bedoeling hoorde van de verkenningsboot die deze baai invoer. Maar het is nu al weer helemaal in orde, waaraan jouw woorden veel hebben bijgedragen"
Hoofdstuk 223: Vijandelijke verkenningsschepen in zicht. De storm als afweermiddel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Kijk, Mijn dierbaren! Wat de heidense boeken ervan zeggen is slechts een zeer gebrekkige weerklank van wat er helder en duidelijk geopenbaard is aan de oermensen van deze aarde door dezelfde geest die nu in Mij woont.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Alleen de Schrift van de joden bevat de volle waarheid, echter niet onthuld, maar verhuld in overeenkomstige beelden, en wel om de zeer wijze reden, dat de heiligheid van de daarin aanwezige waarheid door de eigenlijke, onreine kinderen van deze aarde niet verontreinigd en ontheiligd wordt.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Want op deze aarde of wereld wonen twee soorten mensen. De oorspronkelijken en meesten hebben zich volgens de voor alle schepselen gegeven ordening trapsgewijs opwaarts ontwikkeld. Zij zijn wat hun ziel en lichaam betreft puur van deze aarde en men kan ze 'kinderen van de wereld' noemen.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Een veel kleiner deel van de mensen op deze aarde is echter alleen maar wat het lichaam betreft van deze aarde, maar wat de ziel betreft komen ze ofwel van de verschillende sterrenwerelden of soms zelfs als zuiverste engelgeesten uit de zuivere hemelen van de geesten. Dat zijn tot nog toe echter de minst voorkomende.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Dit tweede en veel edeler soort mensen van deze aarde kan men 'godskinderen' noemen, en aan hen alleen is het ook voorbehouden om de geheimen van Gods rijk te vatten, te begrijpen en de kinderen van de wereld hierin te onderwijzen al naargelang er vraag naar is en het vermogen om het te begrijpen; zij wijzen hun de weg waarlangs ook zij tot kinderen Gods en tot burgers van Zijn rijk kunnen worden.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Welnu, deze eigenlijke wereldmensen zijn natuurlijk, omdat ze uit het slijk van deze aarde voortspruiten, nog zeer zinnelijk van aard, daar hun zielen nog nooit een menselijke voorbereidende scholing voor een vrij, over zichzelf beschikkend leven hebben doorgemaakt. Ze kunnen daarom in het begin ook alleen maar door puur zintuiglijke beelden tot kennis van een allerhoogste en eeuwige goddelijke geest gebracht worden.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] En zie, omwille van de meeste mensen van deze aarde zijn ook de openbaringen over de geestenrijken in louter als het ware zintuiglijke beelden gehuld, die hun slechts door de kinderen Gods van tijd tot tijd steeds meer onthuld kunnen worden , afhankelijk van het bevattingsvermogen van deze wereldkinderen maar nooit teveel tegelijk, maar slechts precies zoveel als ze kunnen verdragen en in de maag van hun ziel kunnen verteren. Uit hetgeen Ik nu gezegd heb, kunnen jullie nu menige conclusie trekken.
Hoofdstuk 225: Kinderen van God (van boven) en kinderen van de wereld (van beneden) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  319 - 320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344  ...