Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 332 van 1490

...  320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345  ...
[7] Ik, als heel eenvoudig mens met een beperkt verstand en -zoals men zegt -een menselijk goed hart, kan mij wel redelijkerwijs voorstellen dat de ziel aan gene zijde voortleeft, en omdat deze toevallig .goed of; wat waarschijnlijker is, slecht heeft geleefd, zal dit verdere leven. zich tenminste tot een bepaalde, hoogst mogelijke graad van volmaaktheid voortdurend verder ontwikkelen; en voor een leven dat hier al om allerlei oorzaken en redenen slecht begonnen is en zeker nog slechter is beëindigd, zijn aan gene zijde slechts wijze en overeenkomstig doelmatige correcties, opdat ook een ziel die hier een slecht lichamelijk leven heeft geleld daarginds, ook al is dat later, tot een beter inzicht komt over zichzelf en over een waar, allerhoogst goddelijk Wezen, en ook over haar ware levensomstandigheden en plichten.
Hoofdstuk 224: Aziona vraagt naar het leven van de ziel na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'Nu zijn er echter op deze aarde ook mensen die als kinderen van buitengewoon rijke ouders alle mogelijke opvoeding en ontwikkeling genoten hebben. Maar toen ze ouder werden en belangrijke functies en hoge eervolle posities kregen, voer de duivel van de hoogmoed in hun hart. Ze begonnen te heersen, hun medemensen te haten, te bedriegen en te onderdrukken en zich helemaal over te geven aan de lust van hun zinnen. Hun hemel, waar ze vol begeren naar streefden, was een uiterst luxueus leven in alle weekheid, pracht en weelde. Wie hen niet wilde dienen werd op de meest gruwelijke wijze vervolgd en zonder enig pardon te gronde gericht.
Hoofdstuk 226: Het leven van de wereldmensen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Kijk, dit soort zielen heeft zich toch wel strafbaar gemaakt, wat ieder enigszins rechtschapen denkend mens moet toegeven! En toch worden ze door Mij niet gericht, maar in een toestand en een leven geplaatst dat helemaal overeenkomt met wat ze op deze wereld hadden, alleen met dit verschil dat hun buren tot in de verre omtrek geheel hetzelfde hebben, zijn en willen als degenen die hier pas zijn aangekomen. En dan duurt het niet zo lang tot er een uiterst verbitterde oorlog begint; want ieder waant zichzelf de hoogste en machtigste, wil over allen heersen en beschouwt ieder als een strafbare muiter, die zich niet wil schikken naar zijn bevelen en wetten.
Hoofdstuk 226: Het leven van de wereldmensen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Als de een of andere ongelukkige en zeker ook onzalige ziel zich dit aantrekt, zal deze ook meteen in een betere toestand overgaan; maar wil ze dat door haar innerlijke geheime hoogmoed niet, wel, dan blijft zij de oude dwaas en zal bij een volgende gelegenheid weer hetzelfde te verwachten hebben. En dan kan men zoals de Romeinen zeggen: Volenti non fit iniuria *, (* Degene die het zo wil geschiedt geen onrecht) -ook al zouden zulke vrijwel onverbeterlijke zielen zichzelf gedurende aeonen aardse jaren zo willen kwellen!
Hoofdstuk 226: Het leven van de wereldmensen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'Als er hier iemand zou zijn die zo reusachtig sterk was, dat hij met zijn handen de sterkste eiken en ceders zou kunnen ontwortelen, maar er rondom de te ontwortelen bomen slechts modder en water zou zijn, zodat hij geen weerstand zou hebben, zou hij dan wel in staat zijn om een boom met de wortels uit de grond te trekken als deze bijvoorbeeld een paar vadem diep in de grond zitten? Ik zeg: neen; want zodra hij zou beginnen met zijn krachtige armen de boom uit de grond te trekken, zou hij diep in het water en de modder wegzinken en zodoende met zijn reusachtige kracht niets uit kunnen richten.
Hoofdstuk 227: De nietigheid van een kracht zonder tegenkracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] IK zeg: 'Goed dan, verhef je een manslengte van de bodem van deze aarde in de vrije lucht en vertel de anderen hoe je je voelt!'
Hoofdstuk 227: De nietigheid van een kracht zonder tegenkracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Uit Uw verklaring van daarstraks is mij nu wel tamelijk duidelijk wat de Orcus, de Tartarus en de hel is en waaruit deze bestaan; maar met satan en zijn handlangers, de zogenaamde duivels, weet ik nog niets aan te vangen! Omdat U, o Heer en Meester, ons dit ene zo duidelijk hebt uitgelegd, overeenkomstig de volste en redelijke waarheid, vraag ik U ons ook dit nog uit te leggen, als het Uw heilige wil is!'
Hoofdstuk 227: De nietigheid van een kracht zonder tegenkracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Maar hoe ziet deze tegenpool van God eruit en waaruit bestaat hij? Is hij geheel andersoortig dan de positieve, vrije pool van Gods leven en macht of is hij in een bepaald opzicht gelijksoortig? Is hij heer over zichzelf of is hij in al zijn delen alleen maar afhankelijk van de positieve pool van de goddelijke macht?
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Zie, deze zeer belangrijke vragen zal Ik nu voor jullie zo helder en duidelijk mogelijk beantwoorden, en dan zullen jullie dadelijk inzien wie de zogenaamde satan is en wie nu eigenlijk zijn duivels zijn! Let dus op!
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Wanneer iemand bijvoorbeeld iets wil verwerkelijken, begint hij te denken en er zullen een aantal vluchtige beelden als afzonderlijke gedachten door zijn gemoed stormen. Als de denker zich enige tijd bezighoudt met de beschouwing van de innerlijke beelden in zijn geest, die men 'gedachten' noemt, en hij deze ook steeds meer begint vast te houden, zal hij al spoedig en gemakkelijk gewaar worden dat enkele betere gedachten zich verenigd hebben en zich in zekere zin al tot een helder idee gebundeld hebben. Zo'n idee houdt de ziel dan als een duidelijk beeld vast in haar bewustzijn, en men zou dat een grondidee kunnen noemen.
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Nu gaat de gedachten stroom verder zoals het water van een rivier, en onder de vele voorbij stromende gedachten komt er dan weer een die wat degelijker is, deze wordt onmiddellijk door het grondidee aangetrokken en verenigt zich hiermee, waardoor het grondidee dan al helderder en concreter wordt.
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Is de denker eenmaal zover dat hij een geheel en al concrete duidelijke voorstelling heeft, dan behaagt hem deze en omvat en doordringt hij haar meteen met het levensvuur van zijn liefde. De liefde wekt de wil en de daadkracht van de denker op en dan wordt de innerlijke voorstelling zonder meer tot materiële verwezenlijking gebracht.
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] De afzonderlijke gedachten en ideeën waaruit een volledige en concrete voorstelling werd gevormd, zijn nog geheel van geestelijke aard en maken met de geest een en dezelfde pool uit; wij zullen deze de hoofd en levenspool noemen.
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] De concrete, uit vele verschillende gedachten en ideeën bestaande totale voorstelling -ook al is deze nog een puur geestelijk beeld in de ziel -behoort, omdat zij reeds een zeker gefixeerd bestaan heeft, niet meer tot de hoofdpool maar tot de tegenpool, omdat ze in zekere zin als een afgescheiden geheel op zichzelf bestaat en waarneembaar is voor de ziel in al haar delen en door verdere activiteit helemaal als materiële zaak uitgedrukt kan worden en zodoende als een gericht en gefixeerd ding niet meer tot de levenssfeer van de geest en de ziel kan behoren. -Maar luister nog verder naar Mij!"
Hoofdstuk 228: De tegenpool van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Maar let op, het volgende is heel belangrijk! - Bewustzijn en liefde bepalen de hele mens tot goede of slechte werkzaamheid. Is zijn bewustzijn geestelijk en leidt het naar God, dan zal de liefde ook naar het geestelijke en zodoende naar God neigen en ook in die richting werkzaam worden, en deze activiteit is een goede en de gevolgen ervan zijn de zegen uit de hemelen van het Leven.
Hoofdstuk 229: De beide polen van het bestaan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  320 - 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345  ...