17481 resultaten - Pagina 333 van 1166
... 321 - 322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 ...
[16] IK zei: 'Er bestaat op de wereld onder de mensen geen waardigheid behalve die, dat ze evenbeelden zijn van God, en dat is ook de reden waarom een mens zijn medemens moet liefhebben en respecteren. En als iemand Mijn woord hoort, gelooft en ernaar handelt, is hij ook waardig dat Ik hem een goed getuigenis geef; want wie Mijn getuige is, diens meest geldige getuige ben ook Ik voor Mijn Vader in de hemel van al het leven. En als Ik iemand ook voor de wereld een getuigenis geef: dan doe Ik dat niet om hem voor de wereld te prijzen, maar Ik laat daarmee zien dat de waarheid uit God in hem is. En op die manier kunnen jullie Mijn getuigenis wel verdragen!"Hoofdstuk 272: De beeldspraak van de profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] JUDAS ISKARIOT sprak zeer bedremmeld: 'Ach, dat doe ik immers ook heel graag, maar mijn broeders laten me het niet altijd doen, - ik wil geen ruzie maken en daarom ben ik dan maar weer rustig en zwijg!'
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] JUDAS ISKARIOT zei: 'Ja, Heer en Meester, ik zal ook mijn best doen om aan Uw wil te voldoen! Maar laat me nu even naar buiten gaan; want ik houd het hier binnen gewoon niet uit!"
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] IK zei: 'Ze hebben zoveel gehoord en gezien, dat ze precies weten wat ze moeten doen om het eeuwige leven te bereiken, en meer hebben zij niet nodig. Zij wilden Mij vanwege hun huiselijke omstandigheden ook niet steeds en overal heen volgen en zo liet Ik hen voorlopig gaan; maar ze zullen wel weer terugkomen en Mij volgen op alle wegen en paden, want ze hebben Mijn woord aangenomen en leven en handelen er nu naar, en ze verlangen er nu al zeer sterk naar om zo vlug mogelijk weer bij Mij te komen. Het zijn voor het grootste deel Galileeërs, zoals Ik en Mijn twaalf belangrijkste leerlingen. - Nu weet je ook dit overeenkomstig de volste waarheid; en als je nog iets wilt weten, vraag het dan!"
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Wel, de zaak die ik voor de tempel in orde moest maken had helemaal geen haast, want wat men bij ons in één week niet kan verrichten, kan men ook heel gemakkelijk zonder enige terechtwijzing in de derde week nog verrichten. Zodoende had ik tijd en gaf ik gevolg aan de vriendelijke uitnodiging van de beide Essenen. We kwamen met behulp van drie snelvoetige kamelen die het tweetal bij zich had spoedig ter plaatse aan, omdat de plaats waar ik die tiende moest incasseren niet zover af lag van de behuizing van de Essenen.
Hoofdstuk 274: Over de Essenen en hun wonderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Volgens de eerste betekenis ontwikkelt het zedelijk leven van de mens zich zodanig, dat hij als natuurlijk mens tengevolge van een juiste opvoeding zo denkt en ook handelt, dat hij niet aan de materie blijft vastzitten, maar zich er van afwendt en deze slechts gebruikt om steeds dieper en helderder door te dringen in het puur geestelijke. Wie dat doet als hij daartoe onderwezen is, vindt dan al gauw het overeenkomstige tussen materie en geest. Kent hij dit, dan zal hij vanuit het geestelijke in het hemelse ofwel in het zuiver geestelijke binnengaan. Van daaruit is de overgang naar het zuiver goddelijk hemelse gemakkelijk. Dan zal het hem pas volledig duidelijk worden wat de Schrift der profeten uiteindelijk in de grond der zaak allemaal, als deze geheel onthuld is, bevat.
Hoofdstuk 272: De beeldspraak van de profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] En die ene (JUDAS ISKARIOT) zei: 'ik dank Hem in stilte voor alles wat ik ontvangen heb; maar jullie hebben volgens Zijn getuigenis meer ontvangen dan ik, - daarom is het nu toch ook terecht dat jullie de Heer danken voor wat je meer ontvangen hebt. jullie kunnen reeds allerlei wonderen verrichten; mij lukt er niet één, ook al geloof ik dat het me zal lukken - en jullie lukt al bijna alles! Voor wat ik derhalve nog niet ontvangen heb, kan ik niet bedanken, maar ik kan er alleen maar om vragen. Ik heb er weliswaar al heel vaak in stilte om gevraagd, maar tot nu toe behalve spijs, drank en leer nog steeds niets gekregen en daarom hoef ik alleen daarvoor te danken, -maar zeker niet voor de gave, wonderen te verrichten! Begrijp me, als je me wilt begrijpen!'
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] En IK zei tegen hem: 'Judas Iskariot, je hebt helemaal gelijk dat je Mij niet bedankt voor wat je niet in alle volheid hebt ontvangen zoals de andere leerlingen. Maar toen Ik jullie enkele maanden geleden eens voor Mij uitstuurde om in Galilea de mensen op Mij voor te bereiden, gaf Ik jou evengoed de macht om wonderen te verrichten als de anderen; maar geldzuchtig als je bent, begon je gewoon zaken te doen en liet je je met hoge bedragen duur betalen voor je verrichte wonderen. Daardoor heb je binnen enkele weken een grote som goud en zilver verworven, waar je met je hart aan hing. En omdat je hart alleen maar hing aan het meest waardeloze vuil van deze aarde, en aan de gave om wonderen te doen alleen maar omwille van het vuil, - omdat dit werkelijk het geval was bij jou, is om een wijze en goede reden deze gave je weer ontnomen, maar niet de leer, en zodoende is het ook jou wel mogelijk om de mensen te onderrichten over de komst van Gods rijk op aarde, wanneer je dat wilt; wil je dit echter niet, dan kun je het ook laten! Maar Ik ben van mening, dat wanneer je het niet erg vindt om te eten en te drinken, je het ook niet erg hoeft te vinden om een beetje te werken voor jezelf en voor Mij!"
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] IK zei: 'Beste vriend, dat komt door zijn bij tijd en wijle opkomende eigenbelang! Van beroep is hij pottenbakker en hij heeft daarmee op de markten veel geld verdiend. Maar toen hij over Mij hoorde, kwam ook hij naar Mij toe, hoorde Mijn woorden en zag Mijn daden. Toen vroeg hij Mij of hij ook Mijn leerling mocht zijn. Ik stond hem dat toe en zo werd ook hij Mijn leerling. Maar hij is nog steeds wat hij was, een zakenman, en geld beschouwt hij als iets onontbeerlijks voor het aardse leven; daarom wil hij dan ook graag voor altijd en eigenlijk alleen maar voor zichzelf wonderen verrichten, en zich evenals de magiërs daarvoor laten betalen. Maar omdat dit nooit verenigd kan en mag worden met Mijn wonderen, verloor hij door eigen schuld dit vermogen dat hem reeds eigen was, en daarom is hij nu steeds heimelijk in zichzelf een beetje ontevreden. Maar verder is hij van alles op de hoogte en hij is een goed spreker, en als hij iemand over Mij en Mijn zending uit de hemelen onderricht, hebben zijn woorden altijd een goede werking, en daarom is hij zoals de anderen een uit Mijn aanvankelijk tweeënzeventig leerlingen uitverkoren apostel. -Nu weet je volledig wie hij is en wat je aan hem hebt:'
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Ik werd door de beiden al gauw voorgesteld aan hun overste, een uiterst vriendelijke man die mij met veelliefde ontving en ervoor zorgde dat ik niets tekort kwam. Zijn gastvrijheid liet werkelijk niets te wensen over! Ik bleef daar gedurende acht dagen en overtuigde mezelf van alles wat het tweetal mij van te voren had verteld, overeenkomstig de volste waarheid. Ik heb er vaak aan gedacht en zou zelf graag naar hen overgestapt zijn; maar ik werd niet aangenomen vanwege mijn jonge leeftijd, wat me werkelijk erg speet.
Hoofdstuk 274: Over de Essenen en hun wonderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Hiermee moet je tevreden zijn, Barnabe! Meer hierover zullen ook Mijn leerlingen je bekendmaken. Een van Mijn leerlingen was zelfs korte tijd geleden nog een vooraanstaand Esseen; hij zal je hun wonderdaden het best kunnen beschrijven, en dan zul je zeer verbaasd staan over je blindheld van toen.
Hoofdstuk 274: Over de Essenen en hun wonderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Maar IK zei tegen hen: 'Jullie moeten er niet al te verwonderd over zijn! Ik heb door de macht van Mijn wil alleen maar jullie innerlijk geestelijk oog geopend en daardoor waren jullie dan ook in staat om deze verre werelden als van heel nabij te aanschouwen; want voor de geest bestaat er zo goed als geen aardse en dus ruimtelijke afstand. Maar denk daar nu thuis over na; dan zullen we er morgen nog het een en ander over zeggen! Ga nu naar huis en begeef je ter ruste, dan is de rust en het vieren van de sabbat hiermee beëindigd!"
Hoofdstuk 275: Een blik in de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Hierop bedankten Mij allen en begaven zich naar hun woningen. Alleen de verre buur bleef gedurende de korte nacht bij ons. Ik ging met Mijn leerlingen ook rusten, en zo is er dus weer een sabbat met louter goede werken doorgebracht.
Hoofdstuk 275: Een blik in de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Ik ging met Mijn leerlingen dan ook spoedig naar buiten naar de wachtenden en Barnabe bracht Mij een werkelijk heerlijke ochtendgroet, zoals terloops ook Mijn leerlingen. Toen deden ook alle andere hier aanwezige buren hetzelfde en ze jubelden, dat ze Mij in hun midden hadden; ze konden er nog steeds niet over uit hoe ze gisteren de sterrenhemel aanschouwd hadden.
Hoofdstuk 275: Een blik in de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[12] T oen waren allen weer verbaasd over Mijn alwetendheid, en dankten, loofden en prezen Mij ervoor dat Ik hen Mijn bezoek waardig had geacht.
Hoofdstuk 275: Een blik in de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)