Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 334 van 1490

...  322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347  ...
[11] Wat gebeurt er nu met zijn ziel? Ze komt aan gene zijde weer bij de goede, werkzame en actieve zielen en beleeft er vreugde aan om een nederige plaats in te nemen en allen naar behoefte te dienen. Deze goede richting van haar gemoed bewerkstelligt de spoedige opwekking van haar geest uit God, die haar alter ego (tweede ik) van gene zijde is.
Hoofdstuk 232: Leiding aan gene zijde en wederbelichaming - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] Hieraan kunnen jullie dus voldoende duidelijk zien, hoe God langs Zijn voor iedere sterveling ondoorgrondelijke wegen iedere ziel, ook al is deze naar jullie mening nog zo verdorven, naar het ware leven en licht kan leiden"
Hoofdstuk 232: Leiding aan gene zijde en wederbelichaming - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:) 'God als in Zich de zuiverste liefde kan niet anders dan Zijn gedachten en ideeën liefhebben, ook al maken deze als schepselen Zijn tegenpool uit. En zo kan zelfs een steen niet eeuwig steen blijven, en over voor jullie ondenkbaar vele jaren zal ook deze aarde, evenals alle talloze andere sterren, zeer verouderen en murw worden als een oud kleed. En alles zal veranderd worden in aan God verwante, zelfstandige geestelijke zaken, maar in plaats daarvan zullen ook weer nieuwe materiële scheppingen ontstaan en deze zullen ieder op zijn eigen wijze verder geleid en ontwikkeld worden.
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Maar daar zal natuurlijk nog een buitengewoon lange tijd van meer dan aeonen maal aeonen aardse jaren voor nodig zijn. Men moet het echter niet zo opvatten alsof deze huidige schepping ooit plotseling zal ophouden en in plaats daarvan een geheel nieuwe in het leven geroepen zal worden, maar dat gebeurt slechts in fasen, zoals in een oerwoud weliswaar de oude bomen uitsterven, vergaan en tenslotte geheel tot water, lucht en ether worden, dus tot een ander, geestelijker bestaan overgaan, en in hun plaats steeds weer een aantal andere bomen uit de grond opgroeien. En zoals Gods geest op kleine schaal werkt, zo werkt hij ook in het groot, als men trouwens iets 'groot' zou kunnen noemen tegenover God. ..
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Allen dankten Mij uit heel hun hart voor deze leer, stonden op en gingen met Mij naar de buren. Toen de drie nieuwe leerlingen alles in ogenschouw hadden genomen wat er gebeurd was, waren ze buiten zichzelf van verbazing en lichtten hun buren in over Mij en over het hoge en heilige doel van Mijn komst, en de buren geloofden nu zonder enige tegenwerping hun woorden en verheugden zich er ten zeerste over.
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Ikzelf onderwees hen in het gebruik van de vele dingen en voorwerpen die ze nu hadden en maakte hen daardoor tot echt bekwame boeren, wat ze vóór die tijd niet waren. Dat ze hierover ook allen zeer verheugd waren, spreekt vanzelf En zo werden die bewuste vijf overige dagen in deze plaats doorgebracht.
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Maar voordat we van hier weggaan, moeten jullie hier wachten tot Ik met Petrus, Johannes en Jacobus weer hier bij jullie terugkom van deze hoge berg, aan de voet waarvan we nu staan en die Ik dadelijk met de drie genoemde leerlingen zal beklimmen!"
Hoofdstuk 234: De verheerlijking van de Heer op de berg Tabor (Ev. Matth. 17, 1-2) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Alleen AZIONA zei bij zichzelf 'De hoogste berg is deze hier, die juist voor ons ligt; maar vanwege zijn steile hellingen is hij ontzettend moeilijk te beklimmen!"
Hoofdstuk 234: De verheerlijking van de Heer op de berg Tabor (Ev. Matth. 17, 1-2) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Hierop nam Ik de drie bewuste leerlingen met Me mee en we gingen op weg. (Matth. 17, 1) Aan één kant was de berg goed te beklimmen en in enkele uren bereikten we de hoogste top; vanwege zijn hoogte zou de berg echter door gewone bergbeklimmers pas in twaalf a dertien uur beklommen kunnen worden, daarom was ook deze bergbeklimming van ons een soort wonder.
Hoofdstuk 234: De verheerlijking van de Heer op de berg Tabor (Ev. Matth. 17, 1-2) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] IK zei: 'Hoe deze woorden van de profeet en van alle profeten begrepen moeten worden, heb Ik jullie al zo vaak uitgelegd dat het nu hoogst overbodig zou zijn om je daar nog verdere uitleg over te geven. Maar om jullie daadwerkelijk te genezen van deze zeer verkeerde opvatting zal Ik nu het innerlijk oog van je ziel ontsluiten, dan zullen jullie zelf zien hoe het er met die bepaalde rust van de zielen van reeds lang gestorven voorvaderen voorstaat en hoe de schoot der aarde er uitziet!"
Hoofdstuk 235: De Heer in gesprek met Mozes en Elia (Ev. Matth. 17,3) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Toen bogen DE BEIDE PROFETEN zich diep en zeiden als met één stem: 'O Heer, Uw wil alleen is heilig en geschiede altijd en eeuwig zoals bij ons in de hemelen ook bij alle mensen en geesten op aarde! Wij beiden waren toen wij op aarde leefden groot, en stonden in hoog aanzien omwille van Uw naam; maar wij zouden liever nu met U samen zijn op aarde, zoals deze drie en nog die anderen die niet hier zijn, ofschoon ze nu en nog lange tijd omwille van Uw naam veracht en vervolgd worden!"
Hoofdstuk 235: De Heer in gesprek met Mozes en Elia (Ev. Matth. 17,3) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] ELIA zei: 'Op aarde niet, maar hier des te meer en ik zou, ondanks de grootste zaligheid die nu voor eeuwig mijn deel is, uit liefde voor U nog honderd maal de weg van het vlees willen afleggen, hoe ellendig en doornig deze ook is!"
Hoofdstuk 235: De Heer in gesprek met Mozes en Elia (Ev. Matth. 17,3) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Maar IK sprak met de beide profeten en zei tegen Elia: 'Aan het eind der tijden van deze aarde zul je nog een keer in het vlees tot de mensen van deze aarde gezonden worden, maar niet meer met een verhuld innerlijk geestelijk oog, maar even helder en nog helderder dan de beide vorige keren onder de namen 'Sehel' en later 'Elia', en broeder Moisez (Mozes) zal je begeleiden, maar puur in de geest; want zijn vlees blijft tot aan het einde der tijd eigendom van de aarde.
Hoofdstuk 235: De Heer in gesprek met Mozes en Elia (Ev. Matth. 17,3) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] En dan zal al het vlees van deze aarde vergeestelijkt worden; jij zult dat echter nooit meer nodig hebben omdat Ik je al voor eeuwig een nieuw lichaam heb gegeven. Waak echter goed over de kinderen van Israël, tot Ik binnenkort weer huiswaarts kom wanneer Mijn grootste werk voltooid zal zijn! Dan zal Ik je ook een vaste stoel in Mijn nieuwe rijk geven. Want zie, nu is het de tijd die Ik je vroeger op aarde heb getoond, waarin Ik alles nieuw schep: eerst Mijn geestenwerelden, en later zal ooit hetzelfde ook met de materie gebeuren, tot deze de juiste graad van volledige gisting bereikt zal hebben! -Laat ons nu deze drie weer uit hun slaap opwekken!"
Hoofdstuk 235: De Heer in gesprek met Mozes en Elia (Ev. Matth. 17,3) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] De geest echter van wie Ik zeg dat hij jullie geest is, is ook Mijn geest in jullie en deze kent alle dingen en verhoudingen zoals Ikzelf en kan jullie alle wijsheid binnenleiden. Maar nu is hij in jullie nog niet gewekt en volledig werkzaam, dat wil zeggen, dat hij weliswaar op zichzelf wel wakker en werkzaam is, maar zijn waken en werken is voor jullie, ofschoon het voor jullie bestemd is, nog als iets vreemds en iets wat je nog niet eigen is, omdat jullie ziel nog niet zuiver genoeg is om zich volledig met Mijn geest te verenigen.
Hoofdstuk 236: De drie leerlingen verkeren met de geesten van Mozes en Elia. Gods geest in de mens als gids tot alle waarheid. (Ev.Matth. 17, 4-9) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  322 - 323 - 324 - 325 - 326 - 327 - 328 - 329 - 330 - 331 - 332 - 333 - 334 - 335 - 336 - 337 - 338 - 339 - 340 - 341 - 342 - 343 - 344 - 345 - 346 - 347  ...